De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 30 april pagina 10

30 april 1921 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 30 April '21. No. 2288 TTET IHIEÏT T "V^ItT CTA-ïsTTVJIE immiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMHii in iiiiiiiiiiiii ui iiiniiiiimiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii IIIIIIIIIIIIHIIII iiiiimiimiiMiiii IIIIIMIHIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIMI SLUIT UW LEVENSVERZEKERING BLI DEAMSTERDAMSCHE VERZEKERD BEDRAG 65 MILLIOEN GOEDKOOP WOHEH gem. HEEMSTEDE, buiten de annexatieplannen. Bouwt op Leeuw en Hooft" b/d Haarlem merhout gemeente Heemstede Lage belasting, billijke prijzen. Watersport; uitstekend onder wijs; Centrum van 't land, onder den rook van Amsterdam. Vraagt gelll. brochure, die gratis wordt toegezonden. Bouwterreinen LEEUW & HOOFT", Halte Blauwe Brug. Telefoon 6039. RUIZE-R/JM EN WIJ DUITSGHERS, VOORHEEN EN THANS (Helfferich in den Rijksdag, 21 April, '21: Het Verdrag van Versailles is gegrondvest op den leugen van Duitschland's schuld aan den oorlog". Dr. Riesser: Het staat voor den geschiedschrijver vast, dat Duitschland alles gedaan heeft wat binnen zijn bereik lag om der uitgeputte wereld vrede te brengen".) Wij Duitschers stonden steeds vooraan wij staan er nog. De schurken schoolden saam, en legden listig lagen, Om ons uit onze hooge standplaats te verjagen; Hun bondgenooten waren: leugen en bedrog. Ook Kautsky is een booswicht en een leugenaar. Zijn boek, en al wat dergelijks geopenbaard is, Een Duitscher neemt die lasterpraat voor wat ze waard is; Wij blijven bij onze oude leus: Es ist nicht wahr!" Wie spreekt van Duitschland's schuld ? Produkt van 's vijands brem i De ware Duitscher werpt het verre van zich lacht er mede! Neen, krijgt de uitgeputte wereld eenmaal weder vrede, Dan zal 't aan ons, aan ons alleen te danken zijn. En is de vijand door den oorlog niet bekeerd, Wij evenmin. Wij pochen voort, het hoofd geheven, Wij zijn hetzelfde volk van voor den krijg gebleven. Wij hebben niets bedacht, begrepen niets geleerd. Rotterdam zal gemaakt worden, een viucht boven Rotterdam." ,,Ik leef hier streng volgens dieet: melk, of het sap van sinaasappelen of pijnappels...." (Tel.) Het laatste sap zou ons wat droog zijn. Wij zouden het stellig wat aanlengen met bv. wij kwamen op de gedachte, toe vallig een Engclsche dictionaire doorblade rende sap van ananas. Hem is ten laste gelegd, dat hij S. opzettelijk en gewelddadig op het linkeroog gestompt en geslagen heeft in de nabijheid van het Paleis voor Volksvlijt." (Tel.) 't Is niet de nabijheid van het Paleis voor Volksvlijt die de zaak zoo verschrikkelijk maakt, 't Is het opzettelijke en het geweld dadige. Wie nog eenig menschelijk gevoel heeft behouden, en in een zwak oogenblik op linkeroogen stompt en slaat, doet het tenminste bij ongeluk en voorzichtig. C n AR r VA R i u s' iiiiimiiiiiiimiiiiiiii CHARIVAR/A De schrijver van Onder de Menschen" in de N. R. C. leidt ons rond in het Bondsgebouw van den A. N. D. B. Een talrijk personeel is staag bezig met behulp van ver nuftige kaartstelsels allen te helpen; en in derdaad zei de heer Polak 't terecht: onze leden kunnen nauwelijks de neuzen snuiten, of wij vinden 't in de kaarten terug." Wie dus mocht willen gaan snuffelen, is nu gewaarschuwd. En als Daan opnieuw hevig kleurde, barstte van Wessum in een geweldigen lach los." (Schorten- Antink,!'n tien vrijen Amerikaan) Als ja, als! Maar kleurde Daan nu, of kleurde hij niet? Zoolang we dat niet weten, blijven we in onzekerheid omtrent van Wessum's lach. Vormen en manieren. De eisenen der wellevendheid voor onze christelijke kringen, door Anthonia Margaretha." Mogen wij hopen op een serie, Anthonia Margaretha? Een deeltje voor elk der overige kringen ? De In Parijs zal bij de geboorte van een derde kind 500 francs aan de moeder, en bij gebreke van deze, aan den vader worden uitbetaald." (Tel.) vader, die dit kunststuk levert, ver dient o.i. meer. CORRESPONDENTIE W. te H. Naar aanleiding van uw opmer king over taaibegrip in militaire kringen ik denk dat de omvang van de in die krin gen bestaande wensch om taaiverbastering te bestrijden u zal meevallen. Weet u een Nederlandsen, woord voor verplegingsinrichting", dan zal mij dat in 't bijzonder genoe gen dor;.; ik heb met die inrichtingen veel te maken. ' Ant. Dit klinkt wel bemoedigend. Als de militaire kringen zich nu maar met mannen moed schrap weten te zetten tegen het taalgeknoei van hooger hand" heet 't /oo niet? - U vraagt mij een Hollandsen woord te geven voor verpleging" in ie.i zin. Mis schien zou voorziening" kunnen dienen; maar dit werk ligt eigenlijk builen mijn J. H. DE BOIS, Kruisweg 68, HAARLEM Schilderijen - Prentkunst - Boeken over Kunst j l CATALOai OP AANVBAAB Weinig minder wonderbaarlijk was de prestatie van generaal Snijders Donderdag te Rotterdam. Donderdagmiddag," schrijft de Tel., maakte generaal Snijders in het metalen Dornier-vliegtuig, welk vliegtuig door de Maatschappij Van Bcrkel's Patent te Bestel bij uw boekhandelaar: CHARIVARIUS, Ruize-rijmen, 5 Bundels f O 65 Charivaria, 3 Bundels a f 0.65 Uitgave H. D. TJEENK WILLINK & Zn., Haarlem (Lonilon Opinitm) De bijziende winkelier: Dit, meneer, is de beste hoed in mijn winkel." De klant: Dat geloof ik graag. Maar ik wou wel 's. veranderen. Dit is de mijne." De O we eer: Wel 'n aardig landhuisje heb ik daar ?op de kop getikt, hé? Maar 't zal me nog 'n hoop duiten kosten om 't geschikt te maken voor 'n lieer om ;n te wonen." De dorpeling: ..fiaat u 't dan verhuren?" terrein. Ik ben als een thermometer, die moet aanwijzen hoe koud 't is, maar de temperatuur niet hoeft te verbeteren. Een kachel ben ik niet. INSPIRATIE Kees Pijpers zat voor z'n schrijftafel en wachtte. Hij wachtte op de inspiratie die hem naar z'n pen en papier zouden doen grijpen om zich over te geven aan schrijven." Met zijn hoofd in zijn handen, nu en dan strijkend door zijn blonde krullen, pijnigde hij zijn arme hersens tot denken. Hij kon niet. De inspiratie bleef weg. Ach, wat zou hij hebben willen geven voor n klein ingevinkje, n hém aardig lijkend onderwerpje. Maar hij wist niets. Troosteloos tikte hij met z'n potlood op de tafel, zag de nieuw geslepen punt plots w gknappen. Dat 't nou toch niet ging. ... Vandaag op kantoor, waar 't broeierig warm was geweest den heelen middag en de zon fel op den muur van 't binnenplaatsje had staan branden, had hij zónaar dit moment verlangd. Over de groote kaarten bakken heen sufte hij over z'n kamer, z'n schrijftafel, de divan en de grillig-bewerkte kussens. En thuisgekomen had hij direkt willen beginnen, maar had eerst toch maar gegeten, zoo simpeltjes weg. . .. Was hij toen maar begonnen.... Tón.... toen had hij 't gekund ; nu was alles weer weg. . . . Hij voelde wel, hij was veel te sterk materia list, om rst te eten. Spijtig ging z'n hand over een heel caterntje nog smetteloos foliopapier.... Hij had zulke plannen gehad.... Driftig, inéns, stond hij op, liep met groote stappen om de tafel, trommelde op de ruiten. .. O, dat ie nou niet dichten kón over de lente, die toch al was daar over de velden en in de jonge blaadjes aan de boomen ! Hij zette wijd de ramen open, maar zijn oog viel steeds terug op de fabriekspijp even zijdelings van het huis. En dan rook 't zoo naar chili-salpeter, dat hij weer gauw de ramen sloot en driftig zich van buiten afwendde. Dat kantoor, o, hij haatte het. Hij voelde 't nu weer sterk, dat nam al 't mooie eigen-denken van je weg, maakte je een machine voor kantoorwerk ! Altijd, als 't druk was op 't bureau, als hij moest overwerken, dan had hij juist kunnen schrijven, maakte hij stenografische aanteekeningen op 'n vloeiblad of 'n notablok van aardite dingetjes, die zoo maar, opeens, als kleine pijltjes door'zn hersens konden komen schieten. Maar achteraf vond hij ze toch niet geestig meer, of bleef 't bij 't stenogram en zat hij in z'n vrijen tijd te suffen.... 'Maar hij wiide ! Wat drommel, hij zou toch laten zien, dat ie wél voelde, mér voelde dan een kantoorklerk!1-', dat al blij is als x.'n kas klopt of met bewondering zijn eigen mooie schrift bekijkt ! Naar wie keek je daar om?" ..Naar dat ongemanierde kind, Annie Smit. Ik wou eens zien of ze zag, dat ik zag, dat ze omkeek." MISSQLRNCHE ClCRRETTES Minimum: En energiek plofte hij terug op z'n stoel, nam zijn potlood.... sleep een punt. O,.... nu voelde hij haar komen, de inspiratie; nu kon hij zingen over de lente, die een blonde fee was met een bloemenkransje in 'r haar. . . . P Maar nee, dat was niet nieuw, niet zijn gevoel. Dat was de lente van plaatjes en sprookjes boeken. Hij zag 'r als een verleielijke jonge meid," met korte zwarte haren en oogen die beloof den \ Ja zó.. . . \ En op 't eerste velletje folio kwam 't woord Lente \" Toen, achter elkaar: Lente, met je zwarte oogen, Met je zwarte page-haar, Hoeveel heb je er bedrogen? En.... en.... Hij beknabbelde 't potlood, kon niet verder. Bedrogen" beviel hem k niet. Nee, dat was zoo echt je rijm op oogen en dat wilde hij nu juist niet ! Iets frisch', iets nieuws, dat had waarde ! Copy was handel ! Een fiksche kras ging door 't geschrevene. Toch was 't begin goed geweest, die zwarte oogen,.... zooiets pakte toch dadelijk.... Ja, dat begin moest zoo blijven.... Dus.. . . En weer kwam er, minachtend ver van ''t doorgehaalde : Lente, met je zwarte oogen, Met je korte page-haar, Och ik mocht zoo graag eens pogen Een kusje van je lippenpaar. . . . 't Was er uit, ineens. . . . Maar toen ie 't overlas, was ie mistroostiger dan tevoren. Lippenpaar, dat was een woord uit de ouwe doos. En pogen? Neen, niet pogen, nemen moest je, stelen, veroveren ! Hij was te tam, te schuchter in z'n woorden en o, hij voelde ze branden, de zinnen, al maar dooreen in z'n hoofd, maar ze waren weerspannig en wilden niet op 't papier ko men, netjes in rijen en rhythme ! 't (iing niet, wér niet.... misschien wel nooit meer ! En terwijl hij zoo zuchtte en ver drietig voor vanavond z'n papier en potlood maar weer wegbergde, stapte daar langs z'n raam een dikke kleine kok, die een fijn gebraden hoentje voor zich uit droeg. . . . Wég waren de lentegedacliten, en diep, cht gevoeld, stamelde hij : Wist jij, o kip, hóe vurig 'k je begeerde, Toer, je zoo plots mijn kamertje passeerde? Ik bén materialist en blijf het nu ook maar... Want ik hatl liever jou, dan Lente's lippen paar ! M i r: s v A N O s s (Loiidon Opinion) Hé, ma, 'k ben toch zoo dol op Mendelssohn." Nou kind, dan motte w' 'm maar 's te deneere vragen." (London Opinion) Fransch, Engelsch, Amerikaansch. Raad de nationaliteiten.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl