De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 30 april pagina 5

30 april 1921 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

30 .April '21. No. 2288 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Brieven uit Italië (Met teekeningen voor de Amsterdammer" van de schrijfster). CAPRI Eiken dag komen er, met de boot van twaal ven, heele kudden uit Napels om de blauwe grot te zien. Ze hebben daar, zelfs bij on stuimig weer, de moeiten graag voor over van wiebelende bootjes over woelig water ; ze zijn met gelatenheid ziek of na daaraan toe, nat van de overslaande zeeën ! Ze laten zich sjorren door de meterhooge opening, om met de vele anderen een paar minuten te genieten van de blauwe fosfoorglanzen en worden weer, plat liggende, er uit gesjord ! Dan komen ze terug en lunchen en herademen onder de wijd-takkende glycine van die andere Blauwe Capri. K'eine kronkelpaadjes stijgen tus schen verweerde brokkelmuurtjes. Grot". Ze zitten er op mijn terras, gelukkig en tevreden, eten oesters, drinken de zoete Capriwijn. En zeggen dan : Den 18en Februari zit je hier buiten te dineeren, dat moeten we naar huis schrijven" ! En ze schrijven het naar huis op schel gekleurde kaarten, koopen roode of roze koralen en verdwijnen weer met dezelfde boot om kwart voor vieren. Z zien ze Capri maar dit is het niet! Capri -?soms zijn de grenzen tusschen droom en werkelijkheid niet meer, in deze geurende, zonnige eenzaamheid! Kleine kronkelpaadjes stijgen tusschen verweerde brokkelmuurtjes; een cactus breidt tegen de lucht zijn stekelige schijven uit; een poortje door is er een bongerd van citroenen met bengelen de gele vruchten en overal hangen de oranje boomen vol felle lampionnetjes. Diep be neden ons is de zee, blauw als gentianen, bij plekken groen-blauw als oud Perzisch-aardewerk, als turkooizen, als 't jurkje van Thijs Maris' vlindermeisje. Een zeiltje ligt, een witte driehoek, bijna vlak op het water ennauwlijks IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIMIIII .Ml W SLIKKER OVERTOOM 279. A'BAH KUN5TSPEL-PJANOS NACHTEGAAL De ongelukskraaiers, die verzekerden, dat wij dejmooie dagen van Maart nog zouden moeten bezuren, hebben ditmaal eenigszins gelijk gekregen. April is beneden zijn repu tatie gebleven. Wanneer ik echter den toe stand van nu vergelijk met dien in het vorig jaar op dezelfde dagen, dan vind ik toch maar weinig verschil en in sommige opzichten zijn we nog voorlijker dan in dat beroemd vroege voorjaar van 1920. Het ontluiken der boomen komt vrij wel dag voor dag precies uit en is even goed als toen nog twee of drie weken vór den gemiddelden tijd. De vlinders zijn zelfs nog vroeger; ik zag oranjetipjes, zoowel mannetje als wijfje reeds rondvliegen op 3 April, het vorig jaar pas veertien dagen later en in vroeger jaren dikwijls niet voor de laatste weck van April. Nu ben ik er al zeer benieuwd naar, wat ze in 1922 zullen doen. Verleden jaar hoorden we den eersten nach tegaal op 9 April, nu pas den 18den en dat was dan ook nog maar eventjes. De volgende da gen kregen we ze heelemaal niet te hooren, maar af en toe zagen we hun roestige staart in het hakhout. Thans, 24 April, zijn "ze in den morgen weer gaan zingen in den voormiddag, toen de zon nog helder scheen, maar lang niet alle plaatsen van verleden jaar zijn bezet, er zullen er deze week nog heel wat aanko men, tenminste als wij er zooveel krijgen als verleden jaar toen ik op 25 April kon noteeren: nachtegalen zooveel ; Is nooit te voren. Wij weten tegenwoordig dat de vogelhuis houdens ieder jaar zoowat dezelfde plek be wonen. Kr zijn er die teriigkeeren tot denzelfden boom, hetzelfde nestkastje .Nu weet ik al, dat hier in Bloemendaal een tiental nachtegalenhuishoudens hun woonplaats niet meer zullen herkennen. Niet minder dan vijf kruift er in het gladde veld een enkel schuimig golfje. Tusschen de olijven bloeien groote paar se sterre-anemonen, gentianen in stijve boe ketjes, viooltjes. Hagedisjes ritselen over de rotsen of liggen plat, met deinende flankjes, te stoven in de zon. Ver in de velden zijn ze bezig de wijn te binuen en een jongen drentelt achter zijn ezeltje en zingt met lange trillers een treurig lied van zijn eerste liefde die aan scherven viel. Maar dit alles breekt de stilte nauw. Ach en ook dit is Capri niet! En de schilders, de vele schilders die vlijtig de roode rotsen uitpenseelen en de zee tot dff-email doen stollen, ook zij geven niet wat dit eiland geeft! Het is de zon, de barnende zon en de glij dende, koele schaduwen. Het is de wind, lauw en even rilt er de kleine geelgors die ver van de menschen op een wiegelend twijgje zingt en zingt en zingt! Het zijn de bloemen al die bloemen en de geuren, de geuren vooral! Capri. Een cactus breidt tegen de lucht zijn stekelige schijven uit De bijna niet te speuren geuren van de wijd open anemonen en de zoete viooltjes ; de kruidenlucht van bux en roosmarijn en thijm, de reuk van de vele citroenen- en mandarijnengaarden, van laurier in de zon, van de zon op het gras, van de blakende rotsen geuren die ons de oogen sluiten doen en ons doen droomen van een sprookjestuin, een land van ongekende zaligheid en dan als wij ze open doen wordt weer de droom tot nieuwe werkelijkheid en is het Paradijs om ons, door zond, doorzongen, vol bloemen, vol geuren vol ongekende zaligheid ! AMALFI CAPPUCCINI CONVENT. Heerlijk is het zich verbeelden van erge dingen in het veilige besef dat het iraar ver beelding is ! Kinderen hebben dat en tusschen de schrale struikjes van hun eigen, bekenden tuin zijn ze reddeloos verdwaald in de dichte wouden van Amerika en bewaren zuinig een afgevallen appeltje als eenig heil tegen ureiTRIPLE SEC. GOMBIER" Importépar SCHMITZ & Co., Utrecht genden hongerdood. In het warme holletje van hun dekens weggedoken, terwijl de regen tegen de ramen klettert, zijn ze op weg door eindelooze steppen en wolven huilen in den nacht. En o, het zalig wakker worden Zondagsrrorgens en, de oogen toe, zich in te denken dat het Maandag is eerste uur reke nen of, erger, aardrijkskunde ! Zoo heeft het hier, in Arralfi, in dit hofel dat eens een klooster was, een eigenaardige bekoring zich te verbeelden nonnetjes te zijn, voorgoed wég van de warrelende wereld! Geen huis te hebben vol eigen dingen, geen vrienden, geen wisselende kleeren, maar wo nen in een poover celletje, maar niets te zeggen dan : dobbiamo morire en als antwoord te krijgen morire dubbiamo" en dag in, dag uit dezelfde grove pij te dragen ! Alles werkt hier tot die verbeelding mee. Het wakker worden in het allerkleinste witte kamertje, onder het schuine dak, met tot troost een gou den guts van de zon door het open raam en het kalme ademen van de zee ! In de eindeloo ze, smalle, witte gangen krijgen we een nei ging om met schuifelende dribbelpasjes te loopen, handen gevouwen, oogen neer. In de hooge, gewelfde eetzaal weegt de stilte, nauv lijks verbroken door gefluisterd Engelsch, door een rad Fransch zinnetje, door een kwek van Snoek, het Hollandsche hondje en wij verwachten een eentonige stem te hooren lezen uit een eentonig boek. In de kapel verraadt het kribbetje, met de vele uitgedoste poppetjes in versleten zij-gewaden, teederheid die zich uiten moest. De kloosterhof is een zaam en koel. Ja hier kunnen zich de harts tochten van 't leven verstillen tot vage her innering ; in het gelijke doen van dag aan dag is de wereld oneindig ver en vreemd. Op de lange terrassen, tusschen de witte zuilen, bloeien troostend veel lieve bioemen. Rij aan rij staan de oranjeboomen en tot hoog tegen de rotsen hangen de citroenengaarden. En naar den weg, die tot de wereld leidt, den langen, warmen stoffigenweg, zijn de hooge,steile trap pen zoo veel, zoo hoog, zoo stil?dat we dag aan dag op de zonnige terrassen blijven, hier en zonder begeerten, tusschen de bloemen en de witte zuilen, blijven kijken naar de bezonde zee Neen, hier moet het niet moeilijk wezen nonnetje te zijn, zonder verlangen, zonder gevaar, zonder mogelijkheid tot zonde (tot wat voor nonnctjes zonde wezen moet). Maar o, na deze kalme, wenschlooze droom, een morgen wakker worden en herademend zich te bedenken, dat onder aan die eindelooze trappenreeks een wagentje wacht, dat in enkele uren ons rijden zal naar den trein naar Rome, naar de daad, naar het leven, vol ver langens, vol zoete zonden.... en zich hartgrondig uit te rekken R i E CRAMER De Nationale Vrouwenraad . Munt Amalfi. Hotel dat eens een klooster was paren hebben hun woningen zien vervangen door menschenhuizen, de vijf andere zijn het slachtoffer van wegenaanleg. Het is zeer aan doenlijk, hoe die vogels dan nog blijven rond dolen op het oude terrein en hoe ze probeeren toch nog in de allernaaste omgeving hun nest te bouwen. Voor een of twee jaren kikt dat soms ook wel, maar daar houdt het dan ook mee op, want de dieren worden heelemaal niet aangemoedigd, en een vogel, die op den grond broedt, zooals de nachtegaal, moet al zeer spoedig wijken voor de katten en honden, diede meeste villatuinen onveilig maken. Zoo krijg je daar dan ten slotte een vrij eenvormi ge vogelbevolking, die altijd nog zeer te waardeeren valt, maar verre blijft beneden de groote weelde, die mogelijk is, maar waarvan het bestaan door verreweg de meeste mensclien aiet wordt vermoed. Daardoor trekt het dan ook niet de aandacht, dat onophoudelijk natuurschoon wordt vernield en het natuurleven '/erarmd. Als straks de Zuiderzee wordt droog gemaakt, dan krijgen de visschers een schade loosstelling maar als men wegen aanlegt, tadswijken uitzet of villadorpen bouwt, dan denkt men niet om het natuurschoon dat verdelgd wordt en de wandelaars, die het moeten derven. Toch zou het redelijk en uit voerbaar zijn, om de verdreven planten en ilieren een asyi te verschaffen. De 22^>te Algemeene Vergadering van den Nederlandschen, Nationalen Vrouwenraad werd in de afgeloopen week te Leiden gehou den en kon zich, zooals altijd, in de bijzondere belangstelling der leden verheugen. Was het de belangrijke agenda of was het de begrij pelijkerwijze in het teeken der verkiezingen staande openingsrede van de presidente, die aan de debatten al dadelijk zulk een bijzondere levendigheid bijzette? Wij weten het niet; maar zeker is, dat van den aanvang af de stemming een zelfde prikkelende bekoring had als de heerlijke voorjaarslucht, die door de wijd openstaande ramen de zaal binnen drong. Een enkele maal botsten de meeningen zelfs zoozeer tegen elkaar, dat de electrische vonken er af sloegen en dat de overigens krachtige leiding aan de hand van de pre sidente dreigde te ontglippen, maar het bleef bij dreigen ; want Mej. Naber is eene voorzitster van meer dan gewone beteekenis door hare onkreukbare eerlijkheid en onpartijdigheid, hare scherpe opmerkings gave en hare altijd waardige en waardeerende houding. Zoo ontaardde de hoog opslaande gloed der verschillende overtuigingen nooit in persoonlijk krakeel en konden dezelfde vrou wen, die elkaar soms zoo heftig bestreden hadden, in de korte rustpoozen elkaar vriend schappelijk naderen en een oogenbük over minder gewichtige problemen keuvelen. Geen wonder, dat, toen bij de plaatsbepaling van de volgende jaarvergadering het amendement werd behandeld, om de tegenwoordige pre sidente, die het volgend jaar zal moeten af treden, nog eenigen tijd in hare functie te handhaven, hierbij zulk een stormachtig ap plaus ontstond, dat dit amendement een schitterende huldiging werd voor Mej. Naber. Dat volgend jaar zal voor het eerst na 1913 de Internationale Vrouwenraad in ons land vergaderen en het is zeker van gewicht, wie de leiding zal hebben bij de ontvangst. Na eenig tegenstrubbelen kon Johanna Naber den sterken drang der vergadering niet weer staan en beloofde zij den Raad bij de gewich tige samenkomst nog te zullen bijstaan. Zeker een dapper besluit aan het einde van deze drie vermoeiende dagen, die zooveel inspanning en zelfbeheersching van de pre sidente hadden gevergd. Hare openingsrede toonde zoo juist aan, hoe er door de invoering van het vrouwen kiesrecht een deel van den arbeid van den Raad was afgesloten. Nu de vrouw de po litiek gelijkwaardige van den man is geworden, zal op elk terrein steeds meer de vrouw naast den man arbeiden aan den opbouw van een betere maatschappij en wordt het oude fe minisme uitgeluid en evenals bij iedere op voeding zal ook de Vrouwenraad tot ideaal moeten hebben, zichzelf overbodig te maken. Wat niet wegneemt, dat er thans nog zeer veel te doen valt, om de achterblijvers aan te vuren en om vór alles een centrum van voorlichting en studie te zijn. In het afge loopen jaar hebben zich dan ook reeds weer verschillende nieuwe vereenigingen aange sloten o.a. de Reclasseeringsvereeniging Elisabeth Fry", de Algemeene Nederlandsche Vrouwenorganisatie, de vereeniging Zus terhulp" en de Nederl. vereeniging Land verhuizing", zoodat de Raad thans bestaat uit 44 vereenigingen-leden, 13 vereenigingenvoorstandsters en 4 plaatselijke raden, die op een enkele uitzondering na alle vertegen woordigd waren. Het ligt niet in onze bedoeling een uit voerig verslag van deze vergadering te geven, wat reeds dosr^alle dagbladen is geschied; wij willen hier slechts enkele impressie's weergeven. En danjwas het ditmaal weer een sterke indruk van wat de kracht en wat de zwakheid van onzen Vrouwenraad uitmaakt. Zijn groote kracht bestaat in den band, dien hij tot stand brengt tusschen zoo vele vrouwen van zoo zeer verschillende richting; in zijn opvoedende taak,ponder deze uiteenloopende vrouwensoorten, die allen op zoo verschil lend godsdienstig, politiek of economisch standpunt staan, onderlinge waardeering te wekken voor elkanders werk. Zijne zwakheid daarentegen is zijne mach teloosheid tot welke daad ook. Het feit, dat een voorstel alleen met volstrekte meerder heid, d.w.z. met alle stemmen kan worden aangenomen, zoodat het reeds met n stem tegen moet worden verworpen, heeft reeds miMiiimiiiiiiiiii Hollands bomto 1O oont Het Nachtegaalsnest in de brandnetels. Er /.ijn vcermenschen.'die'meenen, dat het niet eens de moeite waard is^dat de wereld op zijn nadagen loopt en datnve hebben te berusten in armoedigheid en 'verveling. Deze opvatting is natuurlijk faükant verkeerd, het menschdom is maar nauwelijks begonnen te leven en nou ver v HU het bereikbare. Ook de nachtegalen /.ijn nog bezig aan de stagende lijn en ze willen nog lang niet uit sterven, afkomen /.e nu hier en daar in con flict met de mensclien, die het beter moesten weten. Ze /.ijn nog in vollen opmarsch naar het Noorden. In normale omstandigheden neemt hun aantal nog steeds toe, de geschikte broedterreinen worden steeds dichter bevolkt, tot overbevolkens toe, /.oodat men ieder jaar kan hooren van nachtegalenparen, die zich alweer iets noordelijker hebben gevestigd. De frontlijn loopt thans door Noord-Kngeland, Nederland, Sleeswijk en buigt dan langza merhand van de Oost/.ee af naar Posen, Kiejef en het Westelijk deel van den Kaukasus. Wij beleven hef nu, dat hij zich ook in Schot land gaat vestigen en dat hij in Nederland de Wadden-eilanden verkent. Hij heeft al gepro beerd op Texel te broeden, schiet in Fries land en Groningen ook al flink naar het Noor den op en de mogelijkheid is niet uitgesloten. dat wij hem ook nog op Terschelling, of zelfs op Schiermonnikoiig te zien en te hooren krij gen. Het komt er maar op aan, ol er buschjcsznn met goeden, dichten ondergroei van kreupel hout en hooge kruiden. Kr is een plant, die wordt nachtegaalskruid genoemd, omdat daar de nachtegalen zoo graag hun nest tusschen bouwen. Dat nachtegaalskruid is het pijpkruid, toeters, fluitekruid, of wilde kervel, Authriscus silvestris, dat nu zoo hoog opschiet en over vloedig bloeit met witte bloeischermen. Mis schien ook wordt er de kleinere Fijne Kervel, Anthriscus vulgaris mee bedoeld. In beide heb ik wel nachtegaalnesten gezien, een zelfs, dat uit doode l'liiitekruidstengels was opge bouwd, wat een heele merkwaardigheid is. Maar de nlant, die tic nachtegaal toch boven alle lief heet! is de gewone groo'c brandnetel en als ik de/.vr dagen de combinatie kreupel hout dorre bladeren brandnetelsontmoet, dan wil ik er altiid graag zoo omstreeks den imiimmiiiiiiiiiiiiiiiittmiii dikwijls tot allerlei verrassingen geleid en 't grootste deel van den Raad met lamheid geslagen. Ook nu moest de Ver. v. Staats burgeressen haar voorgesteld adres aan de Regeering tot het aanstellen van districts schoolartsen dat meer dan 30 voorstemsters vond, door de 5 tegenstemsters zien ver werpen en de inleidster, Mevr. Thiel, die het vol vuur verdedigde, kon het na re- en dupliek in den zak steken. Een merkwaardig on democratisch gebeuren in dezen democratischen tijd. Eenzelfde lot onderging het voorste! van Mejuffr. Beckering, het Internation.-Comit lid van Opvoeding en Onderwijs, die wenschte dat de Nat. Vrouwenraad van Nederl. er bij het ministerie van onderwijs op zal aan dringen, dat het wetsontwerp betreffende de Lichamelijke opvoeding, dat in voorbereiding is en ten doel heeft, alle jonge mannen van 15?19 jaar te verplichten, aan lichaams oefeningen deel te nemen, ook van kracht te doen zijn voor alle vrouwen van dien leef tijd. Doch hierbij was de vergadering al spoedig in twee helften gesplitst: in de antimilitairistisch gezinden en zij, die haar va derland wenschen te verdedigen en hierbij werden, zooals van zelf spreekt, de gemoe deren zoo warm, dat de aanleiding tot de debatten wel eens een tijdje uit het oog ver loren werd. Ook het voorstel van de Ned..Unie voor Vronwenbelangen, dat den Ne derl. Vrouwenraad verzoekt in studie te nemen het vraagstuk der Moederschapszorg in hare onderdeelen : Moederschapsverzekering, Premievrije uitkeering en Moederloon, bracht vele afgevaardigden in beweging, die meenden, dat de politiek hierbij naar voren zou komen. Maar allen waren 't er over eens, dat het vraagstuk nog niet rijp is, om besproken te worden en eerst moet worden bestudeerd, alleen Anna Polak verzette zich tegen het reeds nu benoemen van eene commissie en had de voldoening, haar amendement te zien aangenomen, waardoor het voorstel zal luiden : De Ned-Unie voor Vrouwenbelangen verzoekt den Nat. Vrouwenraad van Nederland in studie te nemen het vraag stuk der moederschapszorg in zijn vollen om vang en dit zoo op te vatten, dat de in te stellen commissie heeft te onderzoeken, wat de gemeenschap in dezen te doen heeft en hoe dit moet geschieden. Vele belangrijke questie's werden nog besproken. Onder meer de regeling van de natio naliteit der gehuwde vrouw, waarover Mej. Mr. van Dorp eene interessante inleiding hield. Mooie verslagen werden uitgebracht door Dr. Aletta Jacobs over het internationaal comitév. Vrouwenkiesrecht; door Mw. v. Itallie v. Embden, over het Int. Comit voor Vrede en Arbitrage; door Mw. Dr. Van der Pijl over het Intern. Comitévan Volksgezondheid; van Mw. Marie Heinen over het Int. Comitévan Vrouwenarbeid en ten slotte hield Mw. v. Heerdt tot Eversberg een pleidooi voor zedelijke en maatschap^ pelijke opvoeding op de onderwijsinrich tingen. Het waren volle dagen, daar in de rustige gehoorzaal van Leiden. A. E. \. D. LEVEST OE/VÉ.PLANCD INZtCR K.ORTCN TUD ALLE HOUTCON./TRUCTIEV ALS LANDHUIZEN yCMOOLCEBOÜWEN JACHTHUIZEN ZIEKENHUIZEN _J INLICHTINCEN OP AANVPAAC zesden|Mei een paar ochtenden aan wagen, om de nachtegalen te zien bouwen. Ze werken in den regel het hardst in den morgen vór tienen en hebben hun nest in twee of drie dagen gereed. De eieren zijn in den regel bruin, ook wel donker groen en altijd zeer glanzig. Gelukkig zijn ze onder de dichte brandnetels niet te zien en als er nu maar genoeg brandnetelboschjes zijn, dan houden we ook onze nachtegalen. Tot nog toe zijn de gmote buitenplaatsen de beste nachtegaalskweekerijen, vandaar wel licht dat de groote zanger langs den duinrand zoo talrijk voorkomt. Eén voor n echter zien wij die plaatsen verdwijnen en in de naaste toekomst zal dat nog wel wat sneller gaan, dan tot nu toe. Gelukkig stichten de gemeenten zelve weer nieuwe buitenplaatsen, Haarlem met zijn Hout, Heemstede met Groenendaal, Hilversum met zijn Spanderswoud en Bloemendaal met zijn Bosch. Hoe dat in de andere gemeenten gaat weet ik niet, maar voor Bloemendaal staat het vast, dat de directie der gemeente-plantsoenen erop bedacht is, om door velerlei wel overwogen maatregelen ervoor te zorgen, dat het Bosch zoo volledig en overvloedig mogelijk een her haling en uitbreiding te aanschouwen geeft van de vogelweelde der vroegere buitenplaat sen. Daar zijn nog een paar jaren mee gemoeid, maar het komt stellig in orde. J A c. P. T H i j s s E iimmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii i j,MOERHEIM"geeft adviezen f i MOERHEIM"maakt begrootingen \ j j,MOERHEIM"ontwerpt plannen l i?MOERHEIM"legt tuinen aan MOERHEIM" I l DEDEMSYAART!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl