Historisch Archief 1877-1940
28 Mei '21, No. 2292
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Nabetrachting
De jaarvergaderingen van den Nationalen
Vrouwenraad van Nederland, waarvan de
22ste zoo pas werd gehouden te Leiden, plegen
zich te kenmerken door oogenblikken van
hooge spanning, van wezenlijke dramatiek,
ten gevolge van het samentreffen van ver
tegenwoordigsters van de meest onderscheiden
richtingen, allen even beslist en vurig op
komende voor het goed recht der door haar
voorgestane beginselen. Het vór en het tegen
worden er dan bepleit op eene wijze, die
zeer wezenlijk bijdraagt tot een recht begrip
van de draagwijdte van het vraagstuk, waar
het om gaat. Dat men er elkander overtuigt,
mag niet worden beweerd, kan ook niet wor
den verwacht. Zij, die er het woord voeren,
hebben zich haar standpunt gekozen na ern
stig overleg en geven dat niet zoo spoedig
.prijs. Het groote voordeel echter is, dat men
over en weder zich scherp rekenschap leert
geven van wat men wil, dat men zijne eens
opgevatte meeningen bewuster blijft aan
hangen, dikwijls ook ondervindt, dat men
grooter aanhang had, meer geestverwanten
telde dan men durfde hopen.
Zulk een oogenblik was in de laatste jaar
vergadering van den Raad het debat over het
voorstel om naar aanleiding van het Wetsont
werp ter invoering van verplichte lichaams
oefeningen voor jonge mannen, te streven
naar uitbreiding daarvan tot onze jonge meis
jes, welk debat verliep in een levendig debat
over militairismc en anti-militairisme. Want
eenerzijds wilde men die uitbreiding niet om
de militairistische strekking wefke men in het
bedoelde Wetsontwerp meende te onderken
nen; en anderzijds begroette men met don
derend applaus,"?het praedicaat is ontleend
aan het tijdschrift Evolutie, --- het beroep van
Dr. Ch. A. van Manen op de vrouwen om zich
niet te onttrekken aan haar plicht, waar het
geldt de verdediging van haar land, van
onze nationale onafhankelijkheid: om waar
dit offers eiseht, ook bereid te zijn die te
brengen. Het was n dier momenten, waarin
men diep gevoelt de groote waarde van het
in den Raad gehuldigde beginsel van hooren
en wederhooren; en tehuis teruggekeerd, in de
eenzaamheid onzer binnenkamer, gevoelen wij
ons dan gedrongen die dingen nog eens nader
ernstig te overwegen en ons af te vragen,wat
wij er nu ten slotte zelven, persoonlijk, van
denken.
Dit doende, kwam mij weder in de gedachte,
dat ik, voor jaren reeds, in het jaar 1904 te
Berlijn, het voorrecht heb gehad, het woord
te hooren voeren door Bertha von Suttner in
de dagen dat deze nog was in hare volle
kracht, niet de gebogen oude vrouw, die
velen onzer, kort voor haar scheiden, hebben
mogen hooren spreken op de Tentoonstelling
De Vrouw 1813-1913." De groote
RussischJapansche oorlog was destijds in vollen gang
en aangrijpend was het protest van haar,
die men de Vredes-Bertha heeft genoemd,
tegen de daarmede gepaard gaande gruwelen,
tegen het daaruit voortgekomen lijden. Maar
te treüender was het daarom ook, haar bij
diezelfde gelegenheid te hooren verklaren:
vrouwen, die om eigen leed, om angst voor
het verlies van echtgenoot en zonen vór
alle andere dingen den vrede willen, staan
zedelijk ongetwijfeld ver beneden de vrouwen,
die iii de dagen waarin de oorlog nog als een
cultuureisch gold, haren mannen, haren zonen
toeriepen: keer niet weder dan ais over
winnaar of dood!" Inderdaad was Bertha
von Suttner de eerste om een pacifisme, een
anti-militairisme enkel voortkomend uit
zelfzuchtigen afkeer van eigen leed, uit angst
voor liet verlies van echtgenoot of zonen, on
voorwaardelijk te verwerpen. Wie den vrede
wil, moet dien willen om beweegredenen van
hooger orde. Wij, vrouwen van het heden,
wij willen den oorlog niet, omdat wij leven
in de overtuiging, dat de oorlog van ieder
standpunt, van een moreel, van een econo
misch, van een religieus, van een filosofisch
of van welk standpunt ook is te veroordeelen.
Maar tot die overtuiging zal worden ge
deeld door allen en tot zal worden ingeleid de
gouden eeuw, de Eeuw des Vredes, waarnaar
wij allen haken, moeten wij rekening blijven
houden met de eischen der werkelijkheid en
bedacht blijven op altijd weder nieuwen strijd
tusschen macht en recht.
Dat is ook altijd zoo geweest. Het Evan
gelie kwam wel met een boodschap des
vredes, maar in de Evangeliën wordt den
krijgsman van zijn ambt als zoodanig toch
nimmer een verwijt gemaakt. De weer
loosheid door Calvijn gepredikt, bedoelde
ook allerminst eene veroordeeling van den
militairen dienst als geordend maatschappelijk
instituut. Zoo menige bladzijde uit de hel
dengeschiedenis der Hugenoten is daar, om
het te bewijzen ; en wel eene der meest aan
grijpende daarvan is die, waarop staat ver
haald, hoe de admiraal Oaspard de Cpligny,
voor zich persoonlijk Calvyns oproeping tot
lijdzaamheid en onderwerping willende
volgen maar toch ook wetende, dat voor
zoo menigeen op aarde geene andere bescher
ming restte dan die van zijnen sterken
arm, zijn helder hoofd, zijn strategisch beleid,
het prestige van zijnen rang en van zijnen
naam, met profetische helderziendheid aan
zijne echtgenoote Charlotte de Laval voor
legde de vraag, of zij standvastig zoude
kunnen blijven bij vervolging en vlucht, bij
ballingschap, bij honger en naaktheid niet
alleen voor zich zelve, maar erger nog voor
hare kinderen, of zij door beulshanden den
dood zoude kunnen sterven na eerst haren
echtgenoot te hebben zien verscheuren en
verminken door het gemeen : en hoe hij ten
slotte toegaf aan den aandrang, waarmede
Charlotte de Laval hem bezwoer door zijne
onzijdigheid toch niet te worden de
doodslager van die allen, die hij niet voor dood
slag beveiligde."
Deze woorden der heldhaftige Hugenote
klinken eigenlijk nog zoo actueel in de ooren
van wie terug denkt aan die eerste
Augustusdagen van het jaar 1914, toen ieder onzer
beefde als een riet in den wind : toen ons
economisch leven als met nen slag ont
redderd was, handel en industrie stokten, en
het geld plotseling zijne waarde verloor :
toen de dag van morgen ons dreigde te
brengen al de verschrikkingen van den
oorlog, den gruwel der verwoesting, de brand
stichting en de brandschatting, de gijzeling,
de fusilleering en de deportatie van burgers,
al die plagen, die voor ons, zorgelooze
vredeskinderen als wij waren geworden, alle
realiteit hadden verloren, die wij enkel nog
maar kenden als den achtergrond van his
torische romans. Toen juist terwijl wij nog
nagenoten van het beeld van ongekenden
nationalen bloei, gelijk de groote tentoon
stellingen van het herdenkingsjaar 1913
ons die voor oogen hadden gesteld, de nood,
het gevaar over ons kwamen als dieven in
den nacht : toen het ons wederom scheen te
zullen vergaan als in het rampjaar 1672,
waarin het volk redeloos, radeloos en redde
loos moest worden geheeten.
Maar ook ditmaal zagen wij het wonder
baarlijke gebeuren. Ons klein, weerloos,
zoo anti-militairistisch, zoo zorgeloos en
daardoor zoo slecht voorbereid volk, zoo
kwetsbaar tevens door wat ijsbert Karel van
Hogendorp reeds bedenkelijk heeft genoemd
ons veel te gerekt frontier," werd als over
schaduwd, als gedekt door ons veel gesmaad
leger, door onze al te min getelde vloot.
Nog eerder dan de troepen van eenig ander
volk waren de onzen paraat en gereed en
waren onze grenzen afgepaald met eenen
levenden muur, waartegen geen enkele in
dringer zich waagde.
In Ekkehardt, den schoonen historischen
roman van von Scheffel, wordt verhaald,
hoe de heldin Frau Hadwig, hertogin in
Zwabenland, op het vernemen der tijding,
dat de Hunnen in aantocht zijn, zich hare
zwakheid tegenover de aanvallende over
macht wel bewust, maar toch ook gedachtig
aan de bescherming en de trouw, welke zij
haren vazallen en allen die van haar afhan
kelijk zijn, verschuldigd is, eenen ver
trouwden bode uitzendt om den raad in te
winnen van eenen ouden wijze, die haar
laat antwoorden : ga naar het bosch en
zie wat de egel doet, als men hem dreigt te
I1IIIII ullllllllllllllllll l
W.S LIKKER
OVERTOOM 2.79 A'DAK
KUNSTSPELPJAW5
Hofleverancier - Amsterdam
uirasTUü? zie ?? mmmimi
TEL *?». 2MO-1U1 TEL IU. !7W IM
KOUDE EN WARME SCHOTELS
Illlltllllllllll
na te komen ; hij rolt zich op en zet zijne
stekels uit."
Dat is het wat ons leger in de verloopen
oorlogsjaren voor ons heeft gedaan. Het heeft
ons onaantastbaar gemaakt. Daarmede
hebben onze strijdbare helden, wien de
roemlooze, werklooze strijd van afwachting en
verweer nog zoo veel zwaarder moet zijn
gevallen dan de actieve strijd van den aanval
het voor hen zoude zijn geweest, onzen Minis
ters van Buitenlandsche Zaken, onzen diplo
maten tijd en gelegenheid geschonken tot
onderhandelen zonder dat hunnerzijds be
hoefde te worden getreden in vernederende
concessies, maar integendeel, door hen fier
en trotsch kon worden opgekomen voor de
eer van ons volk, voor de integriteit van het
Rijk. Want dank aan ons trouw op zijnen
moeilijken post volhardend leger behoef
den onze mandatarissen niet te spreken als
smeekelingen, als bedelaars. Onze vriend
schap was immers zoo begeerlijk geworden
als onze tegenstand te duchten scheen :
en te midden van de oorlogsvlam, die van
alle zijden om ons laaide, omvatte onze wel
bewaakte grens een plek, waar niet alleen
de landzaat veilig was, maar waar ook een
heir van vluchtelingen uit alle windstreken
een rustig toevluchtsoord kon vinden. Hoe
heeft men ook in den vreemde er ons leger
voor gedankt!
Maar het tragische van dit alles is, dat de
preventieve kracht, welke van ons leger uit
ging, niet kan worden aangetoond in
concreeten vorm, niet kan worden uitgedrukt in
cijfers en feiten. Vandaar eene grievende mis
kenning van de mannen van ons leger en
van onze vloot, die trouw zijn en die blijven
volharden ook nu nog, nu het Nederlandsche
Volk, in snel vergeten, tekort schiet in waar
deering niet alleen, maar onzen leger-autori
teiten slechts schriel en schraal toe meet de
middelen, welke zij vragen om te kunnen
blijven waken voor onze nationale eer, voor
ons onafhankelijk volksbestaan, voor ons on
geschonden grondbezit in de gevaarlijke
staatkundige verwikkelingen van het heden
en van de naaste toekomst.
Gelukkig heeft het levendig applaus,
volgend op de door Dr. Ch. A. van Manen
ter vergadering van den Nationalen Vrou
wenraad gesproken woorden bewezen, dat
Nederland nog vrouwen heeft, die beter we
ten en beter voelen.
J O H A N N A W. A. N AB E K
,,De kinderwetten in gevaar'
Onder bovenstaand opschrift werd in de
groote bladen, maar ook in de plaatselijke
pers, een bericht uit het Weekblad van het
Recht overgenomen, waarin gewezen wordt
op het gevaar, gelegen in de Vereeniging van
de functies van Kinderrechter en gewone
rechter.
Naar aanleiding hiervan leek het mij
niet onaardig om iets mede te deelen
omtrent een rechts-kwestie, die zich bij
dit instituut in Amerika voordoet. De kin
derrechter. Ben Lindsey van Denver (waar
schijnlijk is het dezelfde Ben Lindsey uit
Colorado die eenige jaren geleden ons land
bezocht en lezingen hield over de
kinderrcchtbankcn) is veroordeeld tot het betalen
van 500 dollar boete, f hechtenis, omdat hij
voor de rechtbank niet openbaar wilde maken
wat een twaalfjarige jongen zekere Neal
Wright, hem in geheime zitting van de Kinder
rechtbank had toevertrouwd'
Het voornaamste punt was, dat de recht
bank vermoedde, dat Neal Wright bekend had,
hoe hij en niet zijn moeder het noodlottige
schot had gelost, dat een einde aan het leven
ziins vaders had gemaakt, voor welke misdaad
démoeder terecht staat. De rechtbank trok
uit de weigering van den kinderrechter de
conclusie, dat de knaap schuldig was, maar
Wat d i mode brengt
Tcekening voor de Amsterdammer" van Netty Heyligers
DINER-TOILETTEN
De japon links is zilverkleurig, enkel gegarneerd met het breede lint, dat geheel
met zilverkleurige pailletten is benaaid
De middelste japon is zwart. De doorschijnende slepen op zijde zijn ook zwart en
versierd met gitjes.
De japon rechts is van boven van zwarte voile en de rok van een zware zwarte
stof. doorweven met gouden motieven. Onder den gcdrapeerden bovenrok wordt
een dun zwart zijden rokje gedragen.
rechter Lindsey bleef op het standpunt staan,
dat (ie mcdedeelingen hem in vertrouwen en
onder geheimhouding waren gedaan en hij
daarom weigerde deze aan den kantonrechter
of voor de rechtbank te onthullen.
.,Ik heb altijd vastgehouden aan het prin
cipe -- schrijft de kinderrechter, dat wat
de jongens en meisjes mij /eggen, strikt ver
trouwelijk is. Indien ik niet langer de verzeke
ring omtrent deze geheimhouding kan geven,
dan ben ik belemmerd in mijn werken voor
de kinderrechtbank. Ik heb honderden geval
len opgelost na mijn belofte van niet te open
baren, wat mij oiider geheimhouding en in
vertrouwen werd verteld. Deze regeling is
niet alleen van waarde voor de
Kinderrechtbank te Denver, maar voor alle gelijke insti
tuten in het heele land. Ik ga liever in gevan
genschap voor een jaar of een aantal jaren,
'dan dat ik verraad pleeg aan het vertrouwen
dat een jong kind in mij stelt.
De kinderrechtbank van Denver werd ont
worpen en gesticht als een
vcrtrnuwens-instituut, en als dit recht zou worden vernietigd,
dan 'wordt zij van nul en geener waarde. Ik
ga dus met vollen moed naar de gevangenis en
zal de straf niet ontloopen duur het betalen
van de boete
Tot zoover wat Ben Lindsey ze'.f schnilt,
alleen kan er nog aan toegevoegd worden wat
zijn antwoord was aan de Amerikaansche
Vakverecniging van krantenjongens (we zijn
in Amerika lezer !) die een fonds wilden stich
ten om de boete voor kinderrechter Lindsey
te betalen.
Ben Lindsey zegt : ,,ik wil absoluut geen
geschenken aannemen noch van rijke vrien
den, noch van de krantenjongens om mijn
boete te betalen. Het is voor deze jongens en
hunne makkers, dat het principe van de goede
trouw voor de Kinderrechtbank moet be
waard blijven. Ik waardeer hun liefde in de
aanbiedingen, die mij voortdurend toestroom
den gedurende liet proces, maar ik ben over
tuigd dat ik het recht op hun genegenheid,
vertrouwen en eerbied zou verliezen, als ik
ook maar een stuiver aannam. Indien ik mijn
vrijheid moet missen, dan zal liet voor hen zijn
en het zal meer nut afwerpen voor de goede
zaak van alle jongens en meisjes die met een
kinderrechtbaiik in aanraking komen dan
wanneer ik mijn straf niet onderging.
Bovenstaande belangrijke kwestie werpt
wel een eigenaardig licht "op Me'.
Amc-rikaaiische instituut, waar v»or zooverre men het
uit de courantenbericliten kan opmaken, de
Ifimfiffffmirifffiinitmififififfffifltllftffiiiffnii!
?\
4N,
,/~&
"'/
EEREPRIJS
Ontroerend mooi, de groote blauwe
bloemcnplekken in het hooge gras van Mei. 't Is
een blauw, dat in onze Hora zijn wederpart
niet heeft. Viooltjes, vergeet-mij-nict, wikke,
cichorei hebben alle zeer mooie bloemen.
maar geen van hen heeft een blauw, zou sterk
en klaar, zou diep en verbazingwekkend.
leder jaar zie ik de eereprijs met nieuwe
vreugd, ieder jaar begin ik van vuren af aan
het bloempje opnieuw te bestudeeren en 't
is om de eereprijs dat ik ten slotte den tuin
man finaal zijn cunge heb gegeven ofschoon
ons gemeentebestuur bij politieverordening
er op aandringt, dat ieder zijn tuin behoorlijk
in orde houdt. Maar als die man in April
reeds het grasperk wil maaien en rullen, hoe
zal ik dan in Mei en Juni bij de eereprijsjes
kunnen zitten?
De groote blauwe plekken in het gras zien
er bestendig en rustig uit, maar in waarheid
voeren de bloempjes een drukke actie en het
loont wel de moeite, om eens een dag lang
hun bedrijf te volgen. Ik durf dat gerust te
doen, zelfs in dezen belangrijken en onrnstigen
tijd. Er valt aan en om die bloemen veel te
zien en te genieten den heelen langen zomerdag
met al zijn moois en als de aandacht soms ver
slapt en gewensehte afwisseling uitblijft, dan
geniet ik een seli ie rust ut' krijg goede ge
dachten en nog niet e.-MS altijd droeve
zooals U'onKwni Ih d:it wil.
l ie cci'cpnjs is een van ile bloemen die slapen
maar zij gaat later ter rust dan de madcliel jes.
De groote margrieten blijven wijd open. den
heelen nacht. Waarom de eene bloem wel en
de andere niet slaapt, weet nog geen ineiisch.
Ons eereprijsje buigt ele bovenlip van zijn
A
V. m
\
U. run
, \
i. Il.
Eereprijs op drie verschillende tijden van den
Rechts boven : een enkel bloempje.
dag.
vierpuntig bloempje omlaag, de omlerslip
omhoog, de zijslippen slechts weinig
binnenwaarts. Men zou denken, dat dit gebeurt om
de helmknoppeii of stempel legen nachtelijke
afkoeling u! dauw t" beschermen maar
meestal steken de helmknoppen nug net jiibl
buiten het hulsel uit. Zoo slapen die bloempjes
dan, meestal twee aan elke tros en dan is in
den avond meteen al te zien, dat de twee knop
pen hougerop zich den volgenden dag zullen
openen.
Nu is Met ochtend geworden, de sa
mgevuuwen slippen ontplooien zich en weldra zijn
de beide bloempjes weer vlak uitgespreid,
terwijl ook de volgende knoppen zich gaan
openen. Al naar de standplaats en den
imlividncelen aarcljvaii dr plan' geschiedt ilit vrueger
of later, l >ie ik afgebeeld heb had om negen uur
sinorgens zijn slapende bloemen van den vori
gen dag wijd open, terwijl de eerstvolgende
'bloem bezig was open te gaan en wel met
duidelijk zichtbare snelheid. Sneeuwwitte
kinderrecter eenigszins Pro Juventute"
werk verricht.
Het belangrijkste is misschien voor ons hoe
men ook daar zoo sterk het gewicht voelt
van den persoonlijken invloed bij het contact
met de misdadige jeugd.
P. J. W I L I. t K E S M A C U O N A L D
R E Y N V A A N
Aa vond
In avoudstad wat kwijnend licht blijft zweven,
De hemel heeft nog bleeke purpergloed,
In vreemden glans de schitterlichten beven,
Het water stil hun spiegling ritiiplen doet.
Ken pijp blaast rook, die blijft daar hangen even
In vale slierten spreidt' zich dan het roet,
De sneeuw die op de hoornen was gebleven,
Dooit neer. De witte winter wijken moet'
Als dan de lichte avond is gaan dooven,
De stad weer grijnst met grimmend zwarte lach
En mcnsclicn opslokt in de nauwe straten,
Kijk ik bewondrcnd naar de sterren boven
Die zijn geboren uit den dood van dag.
En naar de maan. die hoog staat en verlaten.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiHiimniiiili.iiiiiHiiiMiH""»"»""""
helmknopjes staken reeds naar buiten en
de mooie blauwe binnenzijde van de bloem
werd ieder oogenblik minier zichtbaar. Aan
cie rechtsche tros was ook de tweede bloem al
druk bezig. Nu valt liet ook meteen duidelijk
in liet oog, dat de bloemen van den vurigen
dag lang zou mooi niet meer zijn als de nieuwe'
Ze slaan roodachtig aan, haar blauwe kleur
verandert onder den invloed van laai ik
maar zeggen onderdoms-znrcn. Ze hebbeu
nuk hun'langsten tijd gehad, want nu de zun
gaat klimmen worden zij al dunner en fletser
en eindelijk glijden zij langs het donker
blauwe stijltje naar omlaag. In een groute
ecreprijs-groep zie je zou in den vuurmiddag
onophoudelijk die' uitgebloeide
kroontjevallen maar tegelijk ontplooien zich de
nieuwe bloempjes, die we nu wel even mogen
bezien. Ze zijn niet effen blauw, maar heb
ben een spierwit hartje met zwart omgeven en
fijne zwarte strepen verloupen straalsgewijze
over iedere krounslip. De lielmdradett zijn nog
al zonderling van vorm en duur hun smalleii
voet licht beweegbaar. Van oiuls is de
^ercprijsbluem beroemd als zweefvliegbioem.
bonte zwecfvliegen. die honig komen
grijpen met hun poolen beide mcelil
drukken de helnikiiuppcn dan tegen liet lij!,
raken met de bepocucrde plek op andere bloe
men den stempel aan en bewerken zoo kruis
bestuiving. Sprcngel, de uiiovertrolten
"rundlegger van de bloeiiienbiulogie heeft dat zoo
beschreven en 't is hem dikwijls naverteld.
Maar nu wij hier in 't eereprijsjcspcrk zitten,
zien we wel enkele zweefvliegen opdagen, maar
toch oneindig veel meer andere insecten, die
zich elk alweer op hun eigen manier gedragen.
ge- Het zijn meest kleine graafbijtjcs, slanke
diertjes' met bronzen weerschijn uit het
is. Kn veel kwam heden nok
het achteruit' bijna licelcin.ial
,(je lleel Nih' loclc:'. i en llu!''!l
klant, die veel \.>n kleine
blaiiliuiult en dan nuk een goede
liet vctvioultie l'ingnicnla en
van de mooie bleeke l.obelia uit de vennetjes
voor een naUntrvrieiid heel wal
N
A N N Y S P E IJ E R
Inlichtingen Reisbureau Lindeman, Vfiravenhage.
Kr komen ook kleine vlindertjes, blauwtjes
en een grijs niet lirnin spannertje, kortom een
bonte bende en die allemaiisvriend van een
honigbij ontbreekt ook niet. Het is met die
insccte-nbczoekcn heel ongelijk, soms komt er
in een uur geen levende ziel, soms dwarrelt
liet boven débloempjes, dat je Met niet kunt
bijhouden.
'Zon en reuen laten ook hun invloed gelden.
Op open plaatsen gaan de bloempjes met de
/np mee en als die hoog staat, dan kijkt ook
het eerepriisje naar boven. Bewolkte lucht
hief! weini<> invloed, een kort regenbuitje
blijft ouk onopgemerkt, maar ;<.ls de regen
lang aanhoudt', dan gaan de bluemstelen
ziclïbuigen en de bloemen vertounen hun blee
ke onderzijde; een zeer kennelijke verandering
in het hndschap, bewerkt door den regen.
Al deze diiu'en zijn bij de eereprijsjes, in het
hosch ietwat anders dan bij die- in de open
vlakte.
No" iets. Alle blauwe bloemen kunnen ook
wit voorkomen. .Maai' ik kan mij niet herinne
ren, dat ik ooit witte eereprijsjes gezien heb.
Wie wel?
J \ e l'. T ii i l s s i;
iPADOX
DEN MAAG i
VARMOND
Daar zit
spanning en blijdschap om zuu'n Spheeo(.k's.
St DE/VE.PUANCD INZttR MJRTCN
'MLE-'.. HOUTCONSTRUCTIES
- :.--:-??-? .ALS :.-' ??-???
.;<V LANDHUIZEN, -o" V
yCHOÖJUCEBOUWEN " '
i aACMTMUÏZEN ,
ZIEKENHUIZEN _
INLICHTINCEffoP AANVRAAG <