Historisch Archief 1877-1940
23 Juli '21. No: 2300
DE AMSTERDAMMER, V/EEK BLAD VOOR NEDERLAND
Kasteel Haarzuylens. Noordelijk aanzicht.
KASTEEL HAARZUYLENS
Wie veertig jaren geleden in den omtrek
van Utrecht (niet aan de boschzijde van de
Bildt of Zeist, maar aan den westkant der stad,
in het weide-; en poldergebied der provincie)
ging wandelen, stootte een eind voorbij het
dorp Vleuten op een ruïne. Verlaten en
ruigbegroeid. Toegankelijk voor den voorbijganger,
die niet opzag tegen een klimpartij over in
gestorte muurblokken, tegen een
kruipdoorsluipdoor van vlier, elzestruiken en esdoorns,
een bezwaarlijk, soms gevaarlijk klauteren
langs uitgevreten wenteltrappen. Met moeite
leidde de weg omhoog en verleende van een
neergestorten torenmuur een blik over ruïne en
weidelandschap. Schilderachtig als bijv. de
ruïne van Heisterbach in het Zevengebergte, als
zoo menig vervallen slot aan den Rijn, kon
men de overblijfselen van het kasteel Haarzuy
lens niet noemen.'Daartoe waren zij te
vo'rmeloos, te plomp, te weinig gelijnd. De ruïne
lag er als een zware bonk begroeide steen te
midden der weiden, als een onnutte
sta-inden-weg bij het dorpje Haarzuylens.
Niemand dacht in de tachtiger jaren aan de
mogelijkheid, laat staan aan de
wenschelijkheid of waarschijnlijkheid, dat die logge sla
per gewekt zou kunnen worden uit zijn
droomerig voortbestaan. Twee honderd jaren lag
het slot verwaarloosd, steeds meer in verval
gerakend, met zijn puin de ruime slotgrachten
vullend, zoodat deze niet eens meer de
polderslooten in breedte nabij kwamen.
Daar moest een toovenaar opstaan, die
den slaper zou doen ontwaken ; daar moest een
prins, als in een sprookje verrijzen, om door
zijn goudregen den akker te doen ontspruiten.
De toovenaar werd onze beroemde
Nederlandsche bouwmeester Dr. Cuypers. De prins
werd de Baron van Zuylen van Nijevelt van
de Haar, een lid van den Belgischen tak der
van Zuylens, die, wonende te Parijs, gehuwd
met een Rothschildadochter, den ouden burcht
zijner vaderen leven wijde inblazen, den
luis; ter van ztjn'overöifd'geslacht wilde doen
herJe,ven.
" Nevens den ideeëlen toovenaar, die den
durf heeft het werk te aanvaarden en de taak
van pater intellectualis", geestelijken vader,
op zich te nemen, een taak zoo prachtig maar
k zoo machtig, zooveel vergende van
kultiturkennis, van techniek en van
menschenkennis, zijn ook de gezindheid en niet
minder de. geestdrift noodig van een eigenaar,
die millioenen wil en kan besteden aan een
werk dat zware eischen stelt aan vertrouwen
en durf.
Men mag van geluk spreken dat de
herstellingsplannen nog rijpten in de vorige eeuw!
Thans zou aan de uitvoering van zulk een
voornemen niet gedacht kunnen worden.
Economische, politieke en sociale bezwaren
zouden zich onoverkomelijk verzetten tegen
het aanvaarden van een werk, gslijk dit werd
beoogd door wijlen Victor de Stuers, die er
Baron van Zuylen toe aanzette, en in Cuypers
den man aanwees daartoe boven allen geschikt.
Reeds vór 1890 had men een zwakke
poging aangewend om tot nig herstel
over te gaan, doch deze poging ging op halve
afbraak aan en had gelukkig geen voortgang.
Het uitstel kwam het nieuwe plan ten goede.
Het geslacht der Zuylens is al in overoude
tijden in de geschiedenis onzer landen bekend.
Als men de familie-archieven mag gelooven
(en van vervalsching of flatteering behoeft
geen sprake te zijn) dan werd door n der
voorvaderen reeds in de 6e eeuw in de buurt
een kerk gesticht en werd in de 8e eeuw te
Zuilen een kasteel gebouwd. In den doolhof
van de krijgsgebeurtenissen der middel
eeuwen, welke de geschiedenis onzer landen
zoo hopeloo^ verward maken, doemt telkens
weer een lid van het geslacht der van Zuylens
op, waaronder er zijn, die zich met de Nijevelts
verbinden (p.a. in 1326) zoodat deze twee
geslachten ineengestrengeld hun loop door
de geschiedenis van het Sticht nemen. De
echtgenoot van de laatste erfdochter der
Nijevelts (f 1351), ook zij weer uit een zijtak
der Zuylens gesproten, voegde beide namen
bijeen.'Hij ruilde zijn wapen: 3 zilveren zui
len in rood, met het hare : 3 roodc zuilen in
zilver. Een wapen dat tot op heden is geble
ven en door de aanwezigheid der zuilen heeft
doen denken aan een verwantschap met het
Italiaansche geslacht der Colonna's. Paus
Martinus V (1417?1431), een Colonna,
was het, die het Jacoba van Beieren, verwant
aan de van Zuylens, onophoudelijk lastig
maakte. Merkwaardig samentreffen, inder
daad !
In 1451 wordt een Dirk van Zuylen met
het kasteel beleend ; hij huisde er evenwe1
zelden daar hij in Utrecht regeeringsambten
bekleedde en daar woonde. In 1500 zat hij als
Oud-burgemeester nog in het bestuur der
stad.
Van den jongen tak der,
Zuylens stammen de tegen;
woordige van Zuylens af. TSen
ridder Willem van Zuylen
(midden 16e eeuw) was de
bewerker der Souterliedekens,
gedicht op alle di Psalmen
Davids." Het zijn vertalingen
der psalmen op de melodie van
volksliedjes. De uitgave van
1539 is wel viermalen herdrukt.
Een andere van Zuylen, uit
de Nederlandsche gewesten
verdreven ten tijde van het
Smeekschrift der Edelen (1565),
week uit naar Emmerik, waar
hij tijdelijk met boekbinderij
in zijn levensonderhoud voor
zag. Het waren dus niet alle
werken des oorlogs die de'van
Zuylens eer verschaften.
Nevens de wapenen en het
staatsmansbedrijf, ne\ ens den
dichtader en de handwerkskunst, was het >
thans in onze dagen de hulpvaardige hand aan
de bouwkunst gereikt, die aan de van Zuylens
eer zou schenken.
In 1801 stierf de Hollandsche tak van het
geslacht uit. De Belgische tak is het, die den
tegenwoordigen eigenaar Etienne Baron van
Zuylen van Nijevelt van de Haar tot zijn loten
telt en die er roem op dragen mag den durf
te hebben bezeten om het oude slot zijner
voorvaderen uit het puin te laten verrijzen.
Des eigenaars wapenspreuk : Non titubans,
(Niet wankelend), moge op de stevigte der zui
len doelen, de vastheid van wil in het dór
zetten van den opbouw wankelde bij van Zuy
len niet, gesteund als hij werd door de be
zieling van zijn bouwmeester Cuypers.
De herstelling, (zoo zegt Dr. Cuypers in
zijn werkje over Haarzuylens, 1898) van het
slot de Haar heeft een dubbele bestemming.
De grondgedachte die den eigenaar aanvan
kelijk dan ook deed besluiten tot het
reuzenwerk, was de wensch om, tot nagedachtenis
aan de vele roemrijke voorvaderen, die de
Haar hebben bewoond, vcrtiedigd en van daé'
ui1 grooten invloed in het Sticht hebben
uugeoefend, deze bakermat weer tot eer te
brengen. De werken diet-voorvaderen, welke
door brand, water, atmosferische invloeden
waren vernield, moeten wnrden teruggebracht,
alsof het gebouw nooit was verlaten. Dit sloot
in zich dat in het slot de invloed der vroegere
geslachten moest worden teruggevonden
k de meer of minder moderne inrichtingen
welke in alle woningen, groot of klein, ach
tereenvolgens het oude en ouderwetsche heb
ben vervangen.
Dat een van Zuylen, hij moge dan in Parijs
'gewend zijn en gewoonlijk,aan de Riviera zijn
genot vinden, hij moge de facto geen Neder
lander meer wezen, toch m onze lage landen
met hun wazigen dampkring en groene weiden
behagen schept, het kan niet anders dan plei
ten voor den edelman en zijne gemalin, die
in onze waterrijke landouwen aan Vecht en
Rijn hun voorvaderlijk slot wilden herstellen.
Zij verdienen voor hun grootsche pogingen
de dankbaarheid van de honderden, die jaren
lang door handenarbeid in hun dienst een rijk
stuk brood mochten eten. Zij verdienen den
dank van Nederland dat ziilk een kostelijk en
schoon gewrocht zag ontstaan binnen zijn
landpalen. Zij mogen ongetwijfeld den dank
oogsten van de kunstenaars die hunne ta
lenten konden ontplooien bij bouwwerk en
parkaanleg. Kon er iets heerlijkere gedacht
worden voor een bouwmeester als Cuypers,
dan onbeperkt, ongebreideld te mogen arbei
den aan een taak, waar hem de vrije hand
wordt gelaten orn te scheppen, te vormen, te
herstellen? Is rijker voldoening denkbaar, dan
het aanleggen van parken en bosschen op
uitgebreide terreinen, het graven van meren,
het ophoogen van heuvels, het planten van
boom en struikgewas, van opgaande lanen met
wijde vergezichten? Een geluk aan slechts
weinigen, zooals hier aan den tuinarchitekt
Copijn, beschoren.
Helaas! de eigenaars zagen, toen alles
gereed was, met n slag, door n
automobielongeluk, hun verwachtingen vernietigd.
De zoon, wiens bestemming het eenmaal
Kasteel Haarzuylcns. De boekerij
Het Familiewapen^ der Zuylens
zou wezen, deze vorstelijke bezitting te erven,
te bewonen en te besturen, werd in 1912 aan
zijn ouders ontrukt. In den tuinaanleg spreekt
een drietal monumenten van de schrijnende
oudersmart. Op een marmeren plaat, aange
bracht in den tot herinnering aan den over
ledene geplanten rozentuin, leest men: Ce
jardin de'roses a técréen souvenir de notre
adoréfils Hélin. Que ces roses lui redisent,
chaque fois qu' elles fleuriront, notre amour
pour lui et l'affreuse] détresse dans laquelle
nous a plongés sa mort 1912?1913."
De wreede dood spot hier met de vorstelijke
pracht, met de reusachtige werken, aangelegd
als een bezit voor hem, op wicn het
meedoogenlooze noodlot in n oogenblik de hand
legt, om zijn leven te vernietigen en daar
mee de brooze illusies van een ouderenpaar
te doen verdwijnen voor altoos.
Wat had men niet aan zwarigheden moeten
overwinnen! De millioenen aan den bouw
besteed, men noemde 3 a 4 tpn per jaar,
behoeft men daarbij nog niet -eens mee te
tellen. Ook al, cmdat men daarmee nog niet
alles kan bereiken. Evenals Frederik van Prui
sen te Potsdam door den molenaar van
SansSouci werd gedwarsboomd, benam hier een
drietal stijfhoofdige menschen, ongeveer 25
jaren lang door een hutje, dat zij niet wilden
ontruimen, het vrije gezicht op en van het
kasteel in de hoofdlaan! Hun werd levenslang
een ruim weekgeld, hun werd een nieuwe boer
derij geboden, waarin ze vrij mochten wonen,
hun werd een vorstelijke som beloofd voor
hun klein bezit. Zij bleven weigeren en
eischten steeds meer. Eindelijk bracht de dood hun
veeleischenden mond tot zwijgen.
Overigens is aan de niet zware eischen van
pacht ten behoeve vin den eigenaar van het
kasteel, die al het land in den omtrek opkocht,
gemakkelijk te voldoen. De Parijsche land
heer schijnt van hooge Hollandsche
pachtsommen niet te weten.
Vijftien, twintig jaar lang
(werd gewerkt aan kasteel en
parken, aan het park, dat nog
niet geheel voltooid is, sedert
1894. Een verzoek tot bezich
tiging wordt, wanneer de eige
naars niet aanwezig zijn (en
een verblijf beperkt zich tot
enkele weken per jaar) zelden
met een weigering beant
woord. En de moeite van
het bezoek, de eenigszins
lastige reis naar het dorpje
Vleuten en de wandeling naar
het kasteel, heerlijk door ons
bekoorlijk landschap, wor
den ruimschoots beloond.
Ia April of Mei wanneer
de vruchtboomen bloeien,
moet de tocht zeker even
loonend zijn, als in Septem
ber of October, wanneer
de herfst het gebladerte
iillllllilliiiiMlliiiiiiiiilllltlMilliilllliluilllliiiiiiiiuiiiiliiiiiilliiiiiiiiiMMifiiiiiiiiilliuiiiiiiiiii
WEBSTER, NESTA H. World revolution,
The plot against civilisation. London.
Constable and Company Ltd. 1921. 80.
Mrs. Webster is bekend door verschillende
studiën over den modernen tijd. Achtereen
volgens gaf zij een boek over de moderne de
mocratie, een over de Fransche omwenteling,
en meer andere. Aan dat laatste boek gaf zij
onlangs een sterke uitbreiding, zoowel naar
tijd als naar plaats: zij schreef het bovenge
noemde boek, dat een geschiedenis wil zijn
van de ontwikkeling der revolutionaire be
weging sedert het einde der achttiende eeuw
tot op onze dagen.
Een alleszins belangrijk boek zonder twijfel,
waarin allerlei belangwekkends is te vinden
over de groote Fransche revolutie, over de
Fransche revolutionaire bewegingen in de
negentiende eeuw, over het syndicalisme, het
anarchisme en het communisme, ten slotte
over de Russische omwenteling van 1917. Veel
belangwekkends aan feiten en beschouwingen,
ook wel aan nieuwe gezichtspunten. Het boek
laat zich bovendien uitnemend lezen ; het is
duidelijk en overzichtelijk, veelal scherp van
gevolgtrekking en uitbeelding. Want het is
geschreven uit een hechte overtuiging, die
soms uitslaat tot feilen haat. Want de houding
van Mrs. Webster tegenover de revolutionaire
stroomingen en bewegingen is die van een
volstrekte en besliste afwering. In al die histo
rische verschijnselen vermag zij slechts te zien
een aanslag op onze beschaving of liever, zoo
als zij het zelfs op den titel van haar boek dui
delijk zegt, een complot tegen de cultuur.
Dat laatste is het meest karakteristieke van
dit boek en ook het meest bestrijdbare. De
voorstelling van Mrs. Webster is deze, dat
alle revolutionaire actie sedert meer dan een
eeuw het werk is geweest van geheime ge
nootschappen ut liever van n geheim ge
nootschap, dat der Illumiiiateii. Dat
genoot
Grand Hotel Funckler
HAARLEM
RESTAURANT DE TOUT Ier ORDRE
schap is den l Mei 1776 gesticht door Adam
Weishaupt; het was weldra over verschillende
deelen van Duitschland verbreid en stond
in nauwe betrekking tot de
Vrijmetselaars;waarmede in 1781 samenwerking werd verkre-l
gen. Het was een geheim genootschap, zooals erf]
destijds in Duitschland meer waren, met mys- '
tieke plechtigheden en een straffe hiërarchie.
De leden droegen als zoodanig symbolische
namen ; Weishaupt zelf, die natuurlijk het
eerwaardige hoofd van het genootschap of
liever van de secte werd, noemde zich
Spartacus. De Illuminaten, die zeer bepaald inter
nationale strevingen en betrekkingen hadden,
wilden een broederschap van vrije menschen
stichten op de puinhoopen der toenmalige
maatschappij en der Christelijke beschaving.
Uit den ondergang der cultuur zou een natuur
lijke maatschappij voortkomen, waarin aiie
menschen vrij en onafhankelijk zouden zijn.
Het genootschap had dus een zeer bepaald
revolutionaire strekking en streving ; in zes
punten was hun programma aldus geformu
leerd : afschaffing der monarchie en van alle
georganiseerde regeering, van privaat eigen
dom, van het erfrecht, van den nationalen
staat, van de familie, van den godsdienst.
Het spreekt van zelf, dat een genootschap
met zulk een programma, hoe geheim ook, oe
aandacht der autoriteiten moest trekken. In
1786 werd het dan ook door de regeering van
Beieren, waar de hoofdzetel was gevestigd,
ontbonden ; de zeer compron'iitteerendc docu
menten, die bij huiszoeking werden gevonden,
werden op last der regeering tot afschrikking
gepubliceerd. Niettemin het spreekt eigen
lijk wel van zelf bleef het genootschap be
staan ; het telde duizenden adepten, die na
tuurlijk niet met het einddoel op de hoogte
werden gesteld ; aanzienlijken, zelfs geestelij
ken waren er lid van, zonder trouwens in de
diepste geheimen te zijn ingewijd. Daardoor
kon ook door de Illuminaten de groote Fran
sche revolutie worden georganiseerd.Mirabeau,
die de orde in Duitschland had lecren kennen,
was er lid van. Verschillende bekende figuren
der omwenteling waren lüuminaten,
Chaumette en vooral Anacharsis Clootz, wiens denk
beelden over l'union du genre humain" inder
daad merkwaardig overeenkomen met die van
Weishaupt. De meest bekende Illuminaat was
echter Baheiif ; zijn naam (iracchns lx wijst
reeds zijn lidmaatschap van de orde. In 1790
eed hij zijn bekende poging om de regeering
omver te werpen, die geheel mislukte ;
voorloopig was de tijd voor andere dan militaire
staatsgrepen voorbij.
Sedert is de geschiedenis zoo voortgegaan.
Stellig is de negentiende eeuw rijk aan pogin
gen om de regeering en de bestaande
inaat-schappelijke orde ten val te brengen. Het eerste
? is meer dan eens gehikt, het laatste nimmer.
lüat ailes is bekend genoeg. Maar Mrs. Webster
juegt tusschcn dat alles nog een ander verband
dan dat van een eigenaardige geestesgesteld
heid en van een zeer bijzondere maatschappe
lijke ontwikkeling, die verzeten verweer even
zeer verklaren. Zij -/iet in dat alles een groot
complot van de Illuminaten, die de jaren door
hun programma van 1770 met alle beschik
bare en bruikbare middelen willen ten uit
voer leggen. Volgens haar zijn alle groote
revolutionairen lüuminaten geweest, mis
schien alleen met uitzondering van Louis
Blanc. Maar overigens ??zij mogen zich com
munisten of socialisten noemen, nihilistcn of
spartacistcn, carbonari of fenians ridders van
den arbeid of het jonge Europa, bolsjewieken
of mensjcwieken allen zijn zij Illuminaten ;
bewust of onbewust zijn zij de werktuigen van
het groote sanhedrin der Illuminaten. Zoo
wordt de beschaafde wereld geteisterd door
een geheime orde als die der Assassijnen, wier
onzichtbaar hoofd ver weg zetelde op den berg
Alamoet; zijn hand, nimmer grijpbaar, is
altijd speurbaar in de revolutionaire beweging
van dezen tijd.
Dat alles is verbijsterend om te lezen, juist
omdat er stellig zeer veel waars in deze voor
stelling is. Dat geheime genootschappen een
zeer belangrijke rol in de geschiedenis hebben
gespeeld en nog spelen, dat zij dikwijls een
beslissenden invloed op het wereldgebeuren heb
ben uitgeoefend, spreekt van zelf en i? waarlijk
geen geheim. Evenmin is het onzeker, dat de
meeste, oogenschijnlijk spontane volksbewe
gingen op handige wijze zijn op touw gezet en
geënsceneerd door politieke leiders, die daar
mede ceu bepaald doe! wenschten te bereiken.
Dat wordt al daardoor waarschijnlijk, dat
zulke bewegingen in den regel even snel eindi
gen als zij zijn ontstaan. Dat de voorbereiding
van groote journécs révolutionnaires met zorg
in het geheim moet plaats hebben, spreekt
van zelf; op de publieke markt wordt wel de
revolutie gemaakt, maar niet georganiseerd.
l >;?. t ten slolte bepaalde organisaties daarbij
?een /.eer «route ai invloedrijke rol spelen, is
bekend ge n oei-; : me;i denke aan ik'
Jal-MbijnenH&lfanda boste 10 cent sigaar
club in de revolutie, die met haar filialen in de
provincie een tijd lang Frankrijk heeft
behecrscht. Nu was de Jakobijnenclub slechts
tot op zekere hoogte een openbaar lichaam ;
natuurlijk gebeurde er veel achter de gesloten
deuren. Nog steeds komen onze politieke
vereenigingen meer dan eens in besloten vergade
ring bijeen : zij zouden wei dwaas doen hun
staatkundige overleggingen aan'de groote klok
te hangen.
Maar iets geheel anders is de organisatie
van een geheim genootschap en nog weer iets
geheel anders van een universeel genootschap,
dat permanent de leiding heeft van de meest
uitecnloopende volksbewegingen. Dat de een
heid van het moderne Italië is voorbereid door
geheime genootschappen, de carbonari en
dergelijke, is nu geen geheim meer. Evenmin
is het'een geheim, dat er internationale be
trekkingen bestonden tusschen het jonge
Italië, het jonge Duitschland, het jonge Polen
en?.. ; Mazzini is wel het type van den interna
tionalen samenzweerder. Dat de revolutio
nairen van verschillende landen elkander blij
ven zoeken, is bekend genoeg ; dat zij meer dan
eens geheime afspraken maken, mag worden
aangenomen. Maar alweer iets geheel anders
is, wat Mrs. Webster tracht te betoogen, dat
-ïchter dat alles altijd weer dezelfde geheime
:nacht schuilt, de verdervende hand der
Illtiminaten.
Daarvan heeft de schrijfster wel een sterke
overtuiging, maar geen "sterke argumenten,
om van bewijzen niet te spreken. Stellig zijn
er eigenaardige punten. Toen het internatio
naal congres der sociaal-democratie in 1889
tot een algemeen feest van den arbeid besloot,
koos men daartoe den eersten Mei, juist den
dag, waarop in 1776 de orde der Illuminaten
is opgericht. De revolutionairen in Duitsch
land noemen zich Spartacisten ; is het toeval
lig, dat de symbolische naam van Weishaupt,
den lichter der Illuminaten, juistSpartactisis?
Dat is zeker wel opmerkelijk. Maar wat bewijst
het eigenlijk? Historisch verband toch nog
volstrekt niet. Dit is juist de hoofdfout in het
boek van Mrs. Webster, dat zij zich geen reken
schap geeft van wat historisch als bewezen
kan worden aangenomen en wat ten slotte
niet anders is dan een waarschijnlijkheid, een
niugdijklH-id, ien onderstelling.
Verder dan het laatste brengt dit boek ons
toeh eigenlijk niet. Indien waarlijk de Illumi
naten de leiders zijn van de revolutionaire
bewegingen, waarmede de wereld sedert ander
halve eeuw wordt gekweld, dan hebben zij hun
identiteit uitnemend weten geheim te houden.
met broristint kleurt. De herten en reeën
in 4e uitgestrekte kampen zijn schuw als
liepen ze rowd in het wild. Ze ontvangen niet
veel bezoek! De faisanten tippelen kwiek
over de breede en smalle boschpaden,. ze
hebben een ongestoord terrein, om zich
voort te]'planten.' Een ideale stilte heerscht
hier over een uitgestrektheid van ruim 100
H.A. aan park, efi tuinen, waarin men uren
en uren kan ronddwalen, waar men
boschstemming genieten kan, doch waar ook de
bloemenlïtfhebber zijn hart . aan bloemen
pracht en vruchtenteelt kan ophalen.
En het middelpunt van al die heerlijkheid
vormt het kasteel, dat te vergelijken is met
Chantilly of Pierrefonds in Frankrijk, met
Schönbrun bij Weenen, met den Wartburg
of den Drachenburg in het Zevengebergte,
met andere beroemde bouwwerken in het
buitenland !
Dat het geheele dorp Haarzuylens voor den
parkaanleg moest worden verplaatst, was
niet n van de minste bezwaren. Het werd
afgebroken en verrees op een kwartier afstands
als een nieuw, vriendelijk dorp in ouden stijl.
Als een bewijs hoeveel bezwaren te over
winnen waren, zij nog medegedeeld dat voor
den opbouw van het slot een eigen steenbak
kerij werd ingericht ten einde de
mjddeleeuwsche moppen te kunnen vervaardigen die
men voor het metselen noodig had. Trouwens
de bouwlieden welke als opzichters, uitvoerders,
arbeiders, ambachtslieden moesten medewer
ken, dienden een goed begrip te ontvangen,
elk op zijn gebied, van de eenvoudige en dege
lijke manier waarop in de middeleeuwen hun
ambacht werd .uitgeoefend. Reeds alleen de
omstandighed, dat het gebouw, volgens de
oude bouwwijze zoo weinig haaksche hoeken
heeft, stelde allerlei, hun onbekende, eischen.
Maar de ondernemingsgeest en volharding
van den eigenaar, de talenten van de bouw
meesters, de bekwaamheid der uitvoerders,
men ziet ze beloond in de tooverachtige
omgeving die ons bij een bezoek verrukt, i
Wanneer men van Harmelen naar Utrecht
spoort, glimmen de leien torenspitsen van het
kasteel in den zonneschijn gezien, u toe. Op
de hoogste spits glinstert een koperen gehar
naste ridder. Behoort er althans te glinsteren.
Op het oogenblik is hij afgedaald ter reparatie
naar den beganen grond.
Maar van verre gezien zou men niet ver
moeden, dat zooveel kunst- en natuurschatten
verborgen zijn achter die boomen, welke men
ziet groenen en waaruit de torens van het
kasteel zich verheffen.
Mogen er ook in de toekomst van Zuylens
gevonden worden die de kunstwerken weten te
waardeeren en in staat zijn ze in stand te
houden.
DR. N. J. SINGELS
Zelfs de felle afkeer van Mrs. Webster heeft
hen niet op'heeterdaad weten te betrappen.
Maar wel geeft zij zeer veel, dat op de beweging
van den modernen tijd nieuw, soms verrassend
licht werpt. Scherp doet zij uitkomen, dat er
in de moderne arbeidersbeweging een scherp
contrast bestaat tusschen de aspiratiën van
breede volkskringen en de idealen van de mees
te leiders ; al dadelijk legt zij den vollen nadruk
op het bekende feit, dat vele leiders geen eigen
lijke arbeiders zijn en met deze dan ook nau
welijks geestelijk contact hebben. Juist dat
acht Mrs. Webster een groot gevaar, omdat
de uit den aard meer gematigde massa op het
beslissende oogenblik geen tegenwicht kan
vormen tegen de radicale leiders. Dpn vollen
nadruk legt Mrs. Webster op het bekende feit,
dat zeer vee' revolutionairen niet het geringste
begrip hebben van hetgeen na de revolutie,
Ie lendemain de la revolution, zal moeten ge
beuren. Niet zonder hoon constateert zij, dat
de dienst, dien het communisme den arbeiders
zal moeten opleggen, een tirannie zal blij
ken, die hen zal doen hunkeren naar de
vleeschpotten van het Egypteland van het
kapitalisme. Zij wijst op het verband in gees
telijken zin tusschen kapitalisme en sociaal
democratie en op beider gemis aan waardee
ring voor de persoonlijke vrijheid. Zij brengt
de beteekenis naar voren van het Jodendom
van onze dagen, hoewel het haar niet steeds
gelukt de plaats der Joden met besliste zeker
heid aan te wijzen ; het feit, dat men ze vindt
onder de groot-kapitalisten en onder de radi
caalste revolutionairen wordt niet geheel ver
klaard. Ook brengt zij de zeer exceptioneele
verhoudingen in Rusland naar voren, waaruit
voor die van West-Europa geen enkele con
clusie is te trekken ; revolutie ginds beteekent
dan ook volstrekt geen omwenteling hier. En
ten slotte zij wijst op het persoonlijk ele
ment in tal van revolutionaire bewegingen :
naast beginsel speelt hier eerzucht,
heerser;zucht hebzucht, zucht naar avonturen een
zeer groote rol. ?
Het bock van Mrs. Webster is inderdaad
leerzaam en onderhoudend voor wie iets van
het revolutionaire beweeg van onzen tijd wil
begrijpen. Maar de verklaring daarvan kunnen
wij van haar niet aanvaarden.
H. Bi; u c; M A N s
*<«l*fllllllttllltlllltlllllllllllllMII>IHIIIllllllllllllllllllllllllllllllll(IIMIII
TRIPLE SEC. MER"
l m pc r tépar SCHMITZ & Co., Utrecht