De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 13 augustus pagina 1

13 augustus 1921 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

Zaterdag 13 A°. 1981 AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND < Onder Hoofdredactie vftn Prof. Dr. Q. W. KERN KAMP JNacteuren: Prof. Dr. H. BRUGMANS, Dr. FREDERIK VAN EEDEN, Mr. J. A. VAN HAMEL, Dr. G. NOLST TRENITÉen H. SALOMONSON ' . UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF | Prijs fcr No. f045. Per half jaar f 6 50. Abonn. loopen per jaar Redactie en Administratie; Keizersgracht 333, Amsterdam Advertentiën f 0.75 per regel plus 20 centdispositiekosteiil INHOUD : Opper-Silezië, door Prof. Dr. G. W. Kernkamp Tijdgenooten : Victor Hugo, door Dr. W. G. C. Bijvanck 2 De Duitsche belastingvoorstellen, tee ke ning van Jordaan Storm op Komst, door A. Mörzer Bruins Krekelzang, door J. H. Speetrtroff Bouwkunst: Het nieuwe TweedeKamergebouw, door H. J. M. Walenkamp Czn, .-r-. 3. Literaire beschouwingen, IV, door Dr. Fred. van Eeden. 5. Voor Vrouwen (red. Ells. M. Rogge): De kleeding der japansche vrouw, door W. F. Kuhlmeyer. Uit het Bernerland, door J. M. Sterck-Proot. Uit de natuur : In den schemer, door Jac. P. Thijsse. 7. De uitdrukking van ge moedsaandoeningen bij mensch en dier, door Dr. J. E. Enklaar. Boekbespreking, door Prof. Dr. J. Prinsen JLzn. 8. De praktijk der Marionetten, door Herm. Roelyink . Openluchtspelen, door Edmond Visser. ? 9. Financiën en Economie : Dénederlandsche handelmij in 1920, door J. D. Santilhano.j 10. Rüize-Rijm en Charivaria, door Charivarius. Uit het Kladschrift van Jantje. Over Zangwedstrijden, door H. J. den Hertog. 11. De passen-ellende, teekening van Joh. Braakensiek. Zomergenoegens II, teekening van B. van Vlijmen. 't Schietgat, door Melis Stoke. Amsterdamsche Erger nissen, door Argus. .?Feuilleton : Sneeuw klokjes, door A. M. M. 12. Limburgsche typen, door Dr. AndréSchillings. Marokko, teekening van Gebrge van Raemdonck. Inhoud der Augustus-tijdschriften. ? Bijvoegsel: Amerika in den Op persten Raad, teekening van - Joh. Braakensi.ek. -OPPER-SILEZIË. Het programma voor de zitting van den Oppersten Raad, die Maandag 1.1. te Parijs is begonnen, bevat een aantal belangrijke onderwerpen. Maar niet alle zijn even urgent: de -sancties en de quaestie van de berechting der zoogenaamde oorlogs misdadigers zouden nog wel eenig uitstel hebben geleden. Dit geldt niet voor de hulpver leening aan Rusland en voor de be sprekingen over de verandering, die de toestand in het Naburige Oosten heeft ondergaan ten gevolge van het Grieksche offensief. Daarbij is wel haast; maar de geallieerde groote mogendheden zouden hare gedrags lijn in deze vraagstukken ook kunnen hebben vastgesteld, zonder dat daar voor een vergadering van den Opper sten Raad behoefde te worden samengeroepen. De beslissing over het lot van OpperSilezië daarentegen was niet alleen urgent, maar kon ook alleen in een zitting van den Oppersten Raad worden genomen. Indien er geen ander onder werp op de agenda hadde gestaan dan dit, zou de bijeenroeping van het college reeds noodig zijn geweest. Ook dan had het zijn tijd nuttig kunnen besteden. Reeds twee jaren hangt nu de quaestie van Opper-Silezië. De op het Duitsche Rijk betrekking hebbende territoriale bepalingen van den vrede VICTOR HUGO v . De lente van 1830 zag den strijd in het theater; want weken achtereen, na het iriumfeerend succes van de eerste opvoering van Hernam hield de worsteling tusschen romantieken en klassieken nog aan, de zomermaand van 1830 zag de revolutie in Parijs. Na de drie glorieuse dagen van 27, 28 en 29 Juli was het gedaan met de monarchie van Karel X. Het volk van de hoofdstad en zijn barricaden hadden met de wapenen recht gesproken over het absolutisme der regeering. Nu ja, wel spoedig was een soort van orde hersteld, nauwelijks ging de eerste week van Augustus voorbij of het nieuwe constitutioneele Koningschap van Louis Philippe la meilleuie des républiques" trad inde plaats van het oude; maar de tijd was uit zijn evenwicht geraakt. In een Parijs vol beroering, waar de barricades nog waren aan de orde van den dag, kon moeilijk sprake zijn van tooneelvoorstellingen. Het theater kwam op den achtergrond. De Comédie Francaise die het slagveld had geleverd voor de bataille van Hernani, dacht nog in 1831 zeer ernstig aan ont binding en liquidatie, eri het jaar 1832 zag, behalve de andere nooden, de verwoes tende vlaag van den cholera in Parijs. Andere uitgangen hielden de menschen bezig dan de gang naai het theater. Er was een schok gevaren ook door den geest. Hij leek inderdaad even gedisequilibreerd als de gebeurtenissen. Victor Hugo heeft zijn onverbrekelijke gevan Versailles zijn alle reeds tot uit voering gebracht. Elzas-Lotharingen is bij Frankrijk geannexeerd, EupenMalmédy en Moresnet zijn bij België getrokken, Denemarken heeft een stuk van Sleeswijk erbij gekregen, Polen een groot deel van de oostelijke pro vincies van Pruisen. Voor zoover hierbij volksstemmingen noodig waren, hebben deze reeds plaats gehad. Ook de stem ming in Opper-Silezië is reeds eenige maanden geleden gehouden. De beslissing van den Oppersten Raad, die ten gevolge van deze stemming moet worden genomen, bleef echter tot dusverre nog uit. Zij zal thans te Parijs vallen. Zooals men zich misschien zal her inneren, was in het ontwerp-vredesverdrag, dat in Mei 1919 aan de ver tegenwoordigers van Duitschland te Versailles bekend werd gemaakt, OpperSilezië aan Polen toegewezen ; een volks stemming behoefde daarover niet te worden gehouden. Bij den definitieven vrede kwam hierin echter verandering. In art. 88 van het verdrag van Versailles werd de bepaling opgenomen, dat in een nader omschreven gedeelte van OpperSilezië de bevolking door een stemming te kennen zou geven, of zij tot Duitsch land wilde behooren, dan wel tot Polen. Een bijlage bij dit artikel bevat aller lei bepalingen over het bestuur, dat door een commissie van de geallieerden zal worden gevoerd over het gebied, waarbinnen de stemming moet plaats hebben en over de bezetting van dit gebied door troepen der geallieerden. Verder worden daarin de regels aange geven, volgens welke de stemming zal geschieden ; het in elke gemeente uit gebrachte aantal stemmen zal aan den Oppersten Raad worden medegedeeld ; bij zijne beslissing over de toewijzing van Opper-Silezië zal dit college reke ning moeten houden, niet alleen met de wenschen der' inwoners, zooals die uit de stemming zijn gebleken, maar ook met de geographische en econo mische gesteldheid van de verschil lende plaatsen. In de twee jaren, die de geallieerden hebben laten verloopen tusschen het vaststellen van deze bepalingen en de uitvoering ervan, is Opper-Silezië ei genlijk nooit in rust geweest. De Poolsche regeering, van den aan vang af ontstemd, omdat de gealli eerden terug waren gekomen op de oorspronkelijke toewijzing van OpperSilezië aan Polen, stookte de Poolsche bevolking van dit gewest tegen de Duitsche op. Omgekeerd werden ook van Duitschei kant alle middelen van propaganda, geoorloofde en onge oorloofde, gebruikt. Gewelddaden vielen telkens voor; eenige malen deden ge wapende Poolsche benden, zooal niet op aanstoken van, dan toch met hei melijke medewerking van de Poolsche regeering, invallen in het bezette gebied. In den voorzomer van dit jaar kwam het zelfs tot een grooten aanval, waarbij ook vijandelijkheden werden gepleegd hechtheid aan liet huis van Bourbon rustigjes losgehaakt van den ouden leliestandaard en partij gekozen voor Louis Philippe als een overgang naar de republiek. Maar tegelijkertijd heeft hij deelgenomen aan intrigues, of zoo men wil, aan een samenzwering om den zoon van Napoleon, den hertog van Reichstadt uit Weenen naar Frankrijk terug te voeren en op den troon te brengen. Desnoods even eens als een overgang tot de republiek. Want het woord republiek ligt op de lippen bestorven in die dagen. De politiek is de toekomst geworden voor de moderne jonge mannen van den tijd, niet meer de kunst zooals onder de zorgzaam gesloten en tegen tocht beveiligde monarchie van Karel X. Zelfs Sainte Beuve droomde van een zending naar Athene en was een oogenblik ontevreden dat hij niet bij een of andere ambassade werd gedetacheerd. Wil men weten hoe het in de hoofden waaide en spookte, dan lette men op de gedachtenweifeling in de eerste drie of vier jaren der Juli-revolutie van dien criticus en literator. Oorspronkelijk naturalist, vertoonde hij roomsche neigingen in de omgeving van het huisgezin der Hugo's, of hij dweepte met Lamennais die een ruimer christendom pre dikte. Maar eveneens sprak hij een voor liefde uit voor de maatschappelijk-religieuze hervormingsplannen der Saint Simonisten, en om van alles den smaak te hebben was hij verbonden aan een geheime broederschap van anarchie die den koningsmoord op haar programma had. Victor Hugo bleven veel van die afwij kingen gespaard, omdat hij voor zijn gezin had te zorgen. Hij was datk aan 't vei k. Aan zijn uitgever had hij een roman beloofd, Die drong volgens het contract aan op de levering binnen een bepaalden tijd. Hij heeft toen zijn werk voltooid. Het was oe Notre Dame de Paris. In hetzelfde jaar werd tegen de troepen^ der geallieerden'; van Duitsche zijde" volgde een*,tegeriaanval; met moeite konden de gealli eerden ten slotte een neutrale zone tusschen Duitschers en Polen handha ven. Niet alleen nationale, maar vooral economische redenen verklaren het groote belang, dat Duitschland en Polen bij het bezit van Opper-Silezië hebben. In dit gewest liggen zeer rijke steenkolenvelden, in de omgeving waar van zich een bloeiende industrie heeft ontwikkeld. Vooral na de amputatie die het Duitsche rijk bij het verdrag van Versailles heeft ondergaan, moest het groote waarde hechten aan het behoud van Opper-Silezië. Op histo rische gronden mocht het dit behoud ook eischen ; het kon er zich bovendien op beroepen, dat de economische bloei van het gewest aan Duitschen onder nemingsgeest was te danken ; de eenige geldige reden, waarom de geallieerden over het lot van Opper-Silezië door een volksstemming wilden doen beslissen, was deze, dat een deel van de bevol king Poolsch was en niet onder Duitsch bestuur verlangde te blijven ; al stond zij sedert eeuwen reeds onder Duitsche heerschappij, ook bij haar hadden die heerschers zich niet bemind weten te maken. De volksstemming in den voor zomer van 1921 wees uit, dat de groote meerderheid van de bevolking voor Duitschland koos; in verreweg de meeste industrieplaatsen bleken de Duitschers en Duitschgezinden het tal rijkst te zijn ; de Poolsche stemmen overwogen daarentegen in de rondom deze plaatsen gelegen dorpen. Indien, zooals van Duitsche zijde wel eens beweerd is, door de stemming moest worden beslist over de toewijzing van Opper-Silezië in zijn geheel, hetzij aan Duitschland, hetzij aan Polen, zou het aan Duitschland ten deel moeten vallen. Deze bewering was echter on juist. In de bijlage van art. 88 van het vredesverdrag was uitdrukkelijk be paald, dat de uitslag van de stemming in elke gemeente aan den Oppersten Raad moest worden medegedeeld ; hier uit volgt reeds, dat het vredesverdrag de mogelijkheid had voorzien, dat Opper-Silezië zou moeten worden verc'eeld. Bovendien wordt daarin aan den Oppersten Raad voorgeschreven, bij zijne beslissing ook rekening te houden met gecgraphische en economische ge steldheid van de verschillende plaatsen. Men kan uit artikel onduidelijk noemen en het laat zeker ruimte voor wille keur maar hoe zou men het anders geredigeerd moeten hebben? Met het recht van zelfbestemming alleen komt men niet ver in landstreken met een gemengde bevolking. Het ging natuur lijk riet aan, de steden en dorpen van Opper-Silezië aan Duitschland of aan Polen toe te wijzen, al naarmate er bij de stemming een meerderheid ^ich voor het eene of het e.nderc rijk had ve'rklaard ; zoo men de stemmen voor Duitschland en Polen in het geheele gewest dus niet bij elkander wilde optellen en van die optelsom wilde laten afhangen of Opper-Silezië Duitsch dan wet Poolsch zou worden en dit wilde men niet dan bleef er dus voor de geallieerden niets anders over, dan het gewest tusschen de beide gegadigden te verdeelen en bij die verdeeling reke ning te houden met de geographische en economische gesteldheid, d.w.z. plaatsen, die door hare ligging of ten gevolge van hare economische afhan kelijkheid bij andere behooren, daarvan niet gescheiden te houden, ook al verschilt de meerderheid der bevolking er in nationaliteit. Zooals we reeds te kennen gaven : voor willekeur laat dit ruimte, en in elk geval voor verschillende uitlegging. Dit is dan ook rijkelijk gebleken. Zoo het naar den wensch \an Frankrijk gaat, zal het grootste deel van het ? industriegebied aan Polen worden toe gewezen, omdat de landelijke bevol king er in meerderheid Poolsch is. Engeland daarentegen wil het belang rijkste gedeelte van Opper-Silezië aan Duitschland laten. De politiek van Frankrijk om Polen zooveel mogelijk te versterken en Duitschland zooveel mogelijk te knau wen was reeds aan den dag gekomen door zijne houding tegenover den binnenlandschen strijd in Opper-Silezië; de Polen konden bij hunne vijandelijk heden tegen de Duitschers gewoonlijk rekenen op verkapte medewerking van de Fransche leden der bezettingscommissie of van de Fransche bezettings troepen. Herhaaldelijk werd deze poli tiek reeds een oorzaak van wrijving tusschen Frankrijk en Engeland. In kleinigheden heeft Engeland zich dik wijls toegefelijk betoond; nu de defi nitieve beslissing over Opper-Silezië moet worden genomen, geeft het echter geen kamp. Men behoeft de redevoering slechts te lezen, die Lloyd George Dinsdag ?9 Augustus in den Oppersten Raad heeft gehouden, om de overtuiging te krijgen, dat Engeland niet bereid is toe te geven aan Frankrijk's wensch om Polen te bevoordeelen. De uit slag van den strijd, die thans te Parijs wordt gevoerd, is niet alleen van belang voor de bevolking van Opper-Silezië, maar voor de geheele Europeesche politiek. Want er wordt gestreden om het overwicht van Engeland, dan wel van Frankrijk. Zooals het Reuter telegram de rede van Lloyd George ramenvat: Engeland zal altijd naast Frankrijk staan, als het onrechtvaardig wordt aangevallen, maar de volken van het Britsche Rijk zullen zich niet laten meesleepen in een oorlog, die veroorzaakt wordt door het gebruik maken van overmacht of door rechtsverkrachting door een der geallieerden. Het is een geluk, dat ook in deze aangelegenheid de eisch van Engeland's eigenbelang samenvalt, niet alleen met dien van de rechtvaardigheid, maar ook met het belang van geheel Europa. De toewijzing van het groot ste en belangrijkste gedeelte van OpperSilezië aan Polen zou een onrecht zijn, maar tevens een politieke fout, even groot als die, welke Duitschlana in 1871 beging door de annexatie van Elzas-Lotharingen. Zoo goed als m deze annexatie de kiem lag van de wereld oorlog, zou de toevoeging van OpperSilezië aan Polen ik zeg niet: de kiem van een nieuwen wereldoorlog worden, want het zaad daarvoor is reeds gestrooid, maar wel: de kans op het uitbreken ervan aanmerkelijk vergrooten. In hunne redevoeringen stonden Lloyd George en Briand fel tegenover elkaar. Maar de kans op een compro mis lijkt ons toch niet uitgesloten. Italië en Japan hebben in het openbaar nog geen partij gekozen ; men mag echter aannemen, dat zij het hunne zullen bijdragen tot een verzoening der tegenstrijdige meeningen. Dat zullen ook de Vereenigde Staten doen indien althans Braakensiek een voorzienenden geest blijkt te hebben, die Jonathan, den toeschouwer bij de gevaarlijke vertooning, klaar laat staan op zijn post van brandwacht. KERNKAMP Illllllllllllllllllllltl STORM OP KOMST Na den Napoleontischen tijd kon Europa zich nog in hoofdzaak voeden met zelf ver bouwde landbouwproducten. De eeuw daarop volgende zou men kunnen noemen de eeuw van de industrieele revolutie. Zeker, van den beginne afwas het menschdom vooruitgegaan, doch behalve de uitvinding van het buskruit en de boekdrukkunst wa ren in de afgeloopen 18 eeuwen betrekkelijk weinig belangrijke uitvindingen gedaan. De diligence van onze grootvaders was slechts een andere vorm van den Romeinschen kar. De zeilschepen in de 18e eeuw waren slechts een navolging van de schepen der Phoeniciers, terwijl de toen bestaande indus trie geheel afhing van menschelijke of dier lijke kracht, of van de kracht van wind of water op primitieve wijze aangewend. Bijna plotseling veranderde dit alles. Stoom, electriciteit, petroleum, explosie motoren en de toepassingen daarvan, werden uitgevonden en aan de industrie dienstbaar gemaakt. De wetenschap maakte in de 19e eeuw een tijd van ontwikkeling door, waarbij die van de vorige eeuwen in het niet verzonk. Chemie (met name de landbouw chemie), de medische wetenschap, de bacteriologie ontwikkelden zich met een snelheid waarvan wij, thans terugblikkend, wel verbluft moeten staan. Het oude Europa werd in den tijd van n eeuw omgezet van een iandbouwland in een industrieland. Vooral met de Westelijke staten was dit het geval. Door deze snelle ontwikkeling was Europa als door een tooverslag in staat om een veel grootere bevolking te onder houden dan in 1800 het geval was. De industrie toch gaf werk aan millioenen en millioenen menschen, waarvoor het voedsel moest worden aangevoerd van overzeesche landen of van gewesten waar op extensieve wijze graan of andere voedingsmiddelen konden worden geproduceerd. Dit was mogelijk, omdat door de ontwikkeling der verkeersmiddelen, in 't bijzonder van de stoomvaart een snelle, zekere en goedkoope wijze van vervoer mogelijk was geworden. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiKiiimiiiiiiiiiiiiii Marton de Lorme opgevoerd en het drama Le roi s'amuse geschreven. Notre Dame is een noodlotsroman. Wat edel is eh teer wordt door een noodlottig werkende kracht verdrukt en verslagen. Het krioelende leven in de Middeleeuwsche enge straten van Parijs gaat daar in het boek heen en weer, borrelten kookt, maakt zich vroolijk, maakt zich misdadig en wordt beheerscht door het kerkgevaarte van den Dom. De kathedraal heef f ook haar raadsels en mysteries. Pijnlijk aangrijpend is de indruk van den roman geweest. Maar in de eerste plaats machtig en overweldigend. Nog nooif hadden steenen zoo gesproken. Het is niet de mejancolie <fan het verleden, die zij zeggen, het is een klacht die er rijst over de bitterboosheid van den tijd en de bitterbooshcid van de menschen. Zij komt op uit het hart van de Middeleeuwsche stad, den Dom, zij luidt over het geheele leven. Geen gelukkig, geen trotsch, over zichzelf tevreden man, heeft dat boek geschreven. De revolutie in de wereld schijnt wel overal crisis te voorschijn te hebben geroepen in het particuliere leven. Tot aan het jaar 1830 heeft het huishouden der Hugo's een vriendelijk front aan de wereld vertoond. Hoe had Adèle Hugo niet deelgenomen aan de voorbereiding van den Hernani-slag. Het huis was een tijdlang een kamp geweest waar de bandieten die de overwinning aan hun chef wilden bezorgen, in en uit stroomden. Adèle noemde zich ook een hoofd van de bende, zij deelde het wacht woord en de toegangskaarten uit, en zij had ook in het theater haar grooten triomf gevierd van schoonheid en roem. Victor Hugo hield haar hoog. Er is eens in een bijeenkomst het voorstel gedaan haar bij haar voornaam te noemen ; evenals men van Victor sprak, zou het Adèle en Victor worden; maar daaraan heeft Victor dadelijk een einde gemaakt. De man die als kind te Madrid in het huis van een grande had gewoond, verlangde dat men zich op een eerbiedigen afstand zou houden van Madame la Vicomtesse Hugo. In het midden van 1830 is het laatste kind der Hugo's geboren, een meisje, Adèle. Het herstel van de moeder viel niet gemakkelijk. Er had, intiem, een soort van scheiding plaats tusschen de echtgenooten. De dichter gevoelde die verwijdering als een onrecht, een veinedering. Een steun werd hem ont trokken, waarop hij had gerekend, waarvan hij zich niet onwaardig had getoond. Zoo klaagde hij in zichzelf. Sainte Beuve, de criticus, was de gioote vriend des huizes geworden. Hij had in den beginne aan de huisvrouw weinig aancacht besteed. Haar rustige Creoolsche schoonheid boezemde hem een soort van ontzag in. Dan begon hij op haar te letten, hoe zij, raadselachtig als een Madonna, in haar huis de samenkomsten der dichters bijwoonde. Zijn veiliefde, gesloten natuur begon over haar te peinzen, gedachten van min en ver eering belegerden zijn geest en zijn hait. Hij kon het niet verdragen, toen bij de preparatieven voor de Hernani-opvoering een tijd lang benden van enthousiasten de wo ning onveilig maakten, en hij waarschuwde den dichter als ging r"e eer van het huis hem nog meer aan dan den echtgenoot. Het waren nog maar voorloopers van hef tige tooneelen en brieven tusschen de twee vrienden. Er is iets onbeschrijfelijks, iets tegelijk grootsch en komisch in de verhou ding tusschende twee vrienden, die edelmoedig tegenover elkander willen zijn en zich jaioersch toonen, die behoefte hebben zich op te offeren en toch, achteraf, gesteld zijn om te behouden wat zij meenen te bezitten. En tusschen die beide mannen die voor goed gescheiden raken, gaat de vrouw raadselachtig, met haar eigen geheim voor zich, en misschien verre van geheel onschuldig. Het was het noodlot, dat de intiemste ver houdingen stoort en vei moordt. Victor Hugo, de dichter, hield zich ten eerste het voor naamst van hen allen en ten slotte het meest praktisch. Toen hij, in 1833, zorgde voor de opvoering van zijn drama Lucrèce Borgia, veroverde hij zich daarbij als buit de levendige wonder mooie Juliette Drouet, een actrice in het stuk, even schoon als weinig eerzaam tot dien tijd toe. Hij maakte haar tot zijn eerzame tweede vrouw aan de linkerhand. Maar zooals hij voorheen trotsch was geweest op de reinheid van zijn leven en cie verleidingen had ontvlucht, zoo zocht hij voortaan, ondanks de tiouw in zekeren zin betoond jegens het tweegesternte, liefst de afwisselingen op het terrein der liefde en hij varieerde in het oneindige tot aan zijn dood toe. Het lag in de lucht mag men wel zeggen. Zullen wij de Juli-revolutie er de schuld van geven? Maar de kiemen waren er reeds vroeger van de zielsziekte. Had Sainte Beuve zijn vriend Victor Hugo niet reeds gewaarschuwd toen de dichter er aan begon te denken zijn poëzie midden in het gewoel van de we reld en van het theater te brengen? O die kleine woning in de Rue Notre Dame des Champs, waar een gelukkig huishouden met een kleinen kring van saam verbonden vrien den om zich heen, zijn wijding zocht in de poëzie ! De schokken van de wereld zouden de menschen daar verzameld in den grooten stroom van het leven brengen. Hoe het doel voor oogen te houden en de eenheid van levensgang te bewaren te midden van al wat er aan stormen kan opsteken ! Het Noodlot heerscht, die wet is gegrift in den steen van de Kathedraal Maar voor 't oogenblik zullen wij hier den dichter verlaten ; het mooie boek van Madame Duclaux moet het verdere maar vertellen aan wie weetgierig zijn. W. G. C. B Y V A N C K

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl