De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 3 september pagina 2

3 september 1921 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 3 Sept. '21. No. 2306 l fe r ft l DE POLITIEKE MOORDEN IN DUITSCHLAND > Tukenlng voor de Amsterdammer" van Joraaan VRtlGT GIUTIS TOtZEIIOIIG M VAN DER HOOP's MEUBELBEWARINGEN TRANSPORT MIJ AMSTERDAM \ Ï?N HAAR LAATST ,. Oitsluitind \x VERSCHENEN / AMSTELOIIK ligd. x PROSPECTUS h.lromps,ril8t TELEFOON \ / 2195 ZUID De politie zoekt den dader .... iiimiMiiiHin zulk een seizoenbedrijf bij aanvoer van grondstoffen, b.v. groenten, vruchten e.d., plotseling met volle kracht moet werken, om daarna weer bijna stil te staan. Een dergelijk onregelmatig werken kent de wet niet. Men is dus verplicht, indien dit tenminste toege staan wordt, continu met drie ploegen te werken en deze menschen in tijden van slapte weer te ontslaan. Het spreekt vanzelf, dat de arbeiders er zelf veel meer mede gebaat zouden zijn, indien het geoorloofd was gedurende de drukke periode langer te werken en het teveel later door korteren werktijd weer in te halen. In dit laatste bezwaar voorziet de thans voorgestelde wijziging van art. 28, tevens iiimiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiitiiiiiiliilliiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiii het meest integreerende deel van het geheele voorstel. Art. 28 zal luiden: sub 7. Indien zoowel vakvereemgingen van werkgevers als van arbeiders in een bedrijf of bij ontstentenis hiervan eene behoorlijke vertegenwoordiging van werkgevers en arbeiders uit een bedrijf van oordeel zijn, dat het gewenscht is in eene onder neming of in een groep van ondernemingen, waarin dat bedrijf wordt uitgeoefend, af te wijken van het bepaalde bij de art. 22 (ver bod van arbeid op Zondag), 23 (verbod van arbeid op Zaterdagmiddag) of 24 (dat den arbeidsduur bepaalt op 8 uur per dag en 45 uur per week, terwijl alleen gewerkt mag worden tusschen 7 uur vm. en 6 uurnm.), kan onze Minister voorwaardelijk of onvoorwaar delijk daartoe vergunning verleenen. Bij het verleenen eéner zoodanige vergunning wordt in acht genomen, dat: a. een jeugdig persoon of eene vrouw niet langer arbeid mag verrichten dan 10 uur per dag en een man niet langer dan 11 uur per dag, behoudens dat een man, die arbeid verricht in een continu werkende fabriek of werkplaats of in een continu werkend gedeelte van een fabriek of werkplaats, op den dag der ploegwisseling ten hoogste 18 uur arbeid mag verrichten; b. een jeugdig persoon beneden 15 jaar niet langer arbeid mag verrichten dan 45 uur per week, een jeugdig persoon van 16 jaar of ouder of eene vrouw niet langer dan 45 uur per week en een man niet langer dan 62 uur per week; c. in een kalenderjaar een arbeider van 16 jaar of ouder niet langer arbeid mag verrichten dan twee duizend vijf honderd uur". Deze wijziging maakt de wet veel plooi baarder. De werkgever zal dus niet meer gebonden zijn aan het maximum van 8 uur per dag en 45 uur per week, doch hij kan dezen werkduur verlengen tot 11 uur per dag en 62 uur per week, onder voorwaarde althans, dat het maximum van 2500 uur per jaar niet wordt overschreden. In dit opzicht mogen de voorgestelde wij zigingen dus ongetwijfeld een verbetering genoemd worden. Het is alleen maar jammer, dat de Minister ertoe is overgegaan om de mogelijkheid van de invoering van dergeDE AAP EN DE MENSCH Een neger-verhaal gevolgd Mwster, kannen apen spreken", Kunnen wij ze ook verstaan?" Dikwijls kijken me die beestjes" Net als kleine jongens aan" ; Of ze iets te zeggen hebben" Turen ze me knikkend na" ; Of ze willen en niet durven" Als ik langs hun kooien ga." Zeker, kunnen apen praten" En ze doen het nu en dan", ,,Maar zoo fluisterend en zachtjes", Dat men het niet hooren kan." immiMMiniiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiii lijke variaties mede afhankelijk te stellen van de goedkeuring der arbeiders. Immers, juist de ondervinding der laatste maanden heeft voldoende bewezen hoe weinig de werk nemers over h< t algemeen geneigd zijn mede te werken in het belang van een bedrijf. Bijna overal waar de hedendaagsche malaise zulk een ontwrichting had veroorzaakt, dat men alleen door kon werken indien een lagere productieprijs bereikt kon worden, hebben de arbeiders, gesteld voor de keuze : stilzetten van het bedrijf of werken tegen lager loon, het eerste gekozen. En toch is het duidelijk, dat juist een vermindering der loonen in de meeste gevallen voldoende was om de productiemogelijkheid van het bedrijf te verzekeren. Immers, wanneer bij gelijk blijvende prestatie het weekloon wordt ver minderd, dan daalt de loonfractie van den kostprijs en hiermede de totale kostprijs, zoodat het concurrentievermogen van de productie toeneemt. Nu staat hier wel tegen over, aat het voor de werknemers bij de ook heden ten dage nog zeer hooge prijsconstellatie niet aangenaam is hun weekloon te zien verminderen, doch aan den anderen kant moesten zij toch beseffen, dat het voortwerken der industrie thans een volks belang is. Want, naarmate de werkeloosheid hand over hand toeneemt en zoowe! handel als nijverheid meer gedeprimeerd worden, zal het op den duur onmogelijk zijn den werkeloozensteun van regeringswege te hand haven. Practische beteekenis kan de voorgestelde wijziginf van de Arbeidswet-1919 derhalve alleen hebben, wanneer de arbeiders, wien thans een zoo integreerende medezeggenschap Als ze kunnen," vroeg de jongen, Waarom doen ze het dan niet?" Als ze spreken," zei de meester, Moeten ze gaan werken, Piet." Om dus tuierend te leven", Springen ze maar zwijgend rond" ; Om als menschen niet te zwoegen" Houden ze dus steeds hun mond." Piet bezocht toen met zijn' vader Een protest-vergadering, Waar 't over arbeids-schuwheid, Staken en niet-werken ging. Wel verdikkiel", riep hij eensklaps. Al ben ik maar dom en klein", Toch bemerk ik dat de apen" Wijzer dan de menschen zijn". Want Zeker zijn de menschen dommer" Dan dat werkelooze beest" : Menschen die niet willen werken" Praten juist het allermeest." J. H. SPEENHOFF imiiiiilliilliiHH mi o imiiiimiiMmiiiiiiiMiiiiniiiimiMii UNIE BANK voor NEDERLAND en KOLONIËN AMSTERDAM en ROTTERDAM Agentschappen in Nederland: 's-GRAVENH*GE, TILBURG, LEEUWARDEN, OISTERWUK, UDENHOUT, LOC HEM en BORGULO. Agentschappen in Indië: BATAVIA. SOERABAYA, SEMARANG, BANDOENG, MEDAN es WELTEVREDEN. IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlllllllllllllllllllllfl wettelijk wordt verleend, niet alleen een juister inzfcht zullen krijgen in den algemeenen economischen toestand en wel voornamelijk in de ontwrichting, die de huidige malaise heeft teweeggebracht, maar indien zij tevens bereid gevonden worden voorzoover dit in hun vermogen ligt, mede te werken tot een spoedig herstel. Immers nu het vrijwel vast staat, dat de wettelijke bescherming van den arbeidstijd gehandhaafd zal worden, is het instandhouden der productie in de eerste plaats een werknemersbelang. wiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiuii in il iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii iittii ui iiin iiiiiiiHMiuimiimiiitM iiiiiiiMMimninniNMiimmiimti nnnnniniit ?iiiiiiiimtmmiiiMiiiiitttimiiiiiiiiimiiiiiiiimiiimuiiiiiiiimiuiiiiiiiuimiiiiiiimmiiii iiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiuiiii BOUWKUNST De ontwerpen voor het gebouw der Tweede Kamer ENKELE OPMERKINGEN jOVER DE AESTHETISCHE . WAARDE DER ONTWERPEN. Na de in het vorige nummer gegeven con clusie zou bespreking der verschillende pro jecten gevoeglijk achterwege gelaten kunnen worden; ik vermeen echter aan het serieuze -werk vdn de meeste der inzendeis verplicht te zijn, enkele woorden aan hun inzendingen te wijden. . Uitdrukkelijk wil ik echter doen uitkomen, dat deze uitsluitend de kunstwaarde der ontwerpen betreffen zullen. De praktische waarde eivan werd reeds door verscheiden (deskundige en niet deskundige) schrijvers besproken. Hoe ingewikkeld wel deze puzzle is, blijkt uit die besprekingen maar al te duidelijk. De een namelijk beweert precies het tegenovergestelde van den ander. Slechts enkele groote grepen dus over vraagstukken van blijvend belang. Het ontwerp?de Bazel: Reeds zonder nadere studie valtonmiddellijk op, dat in dit project de volle aesthetische aandacht op de groote vergaderzaal het hart der compositie ? geconcentreerd werd. Waar deze zaal doel- en middelpunt van het vraagstuk is, stempelt het in dat opzicht dit ontwerp tot het voornaamste der ingezondene. De B's zaal is architectonisch het meest monumentaal. Het is een centraal-bouw, af gedekt door een immensen koepel. Tegen dezen koepel zijn, in acoustisch op zicht; ernstige bezwaren geopperd. In hoe verre deze juist zijn, waag ik niet te beslissen. De acoustiek toch is helaas eene wetenschap waarover tot nog toe evenveel getheoretiseerd en geschreven werd, als er praktisch nog weinig van bekend is! Wel weten we bijvoorbeeld, dat een zaal met vlakke zoldering de meeste kans van slagen biedt. Maar, zou deze overdekking algemeen als de oplossing van het vraagstuk aanvaard worden (voor nu, immer en altoos), dan ware der Architectuur een der hoofd elementen tot het scheppen der hoogste mo numentaliteit voor altijd ontnomen.... Dat dus zoo maar mir nichts, dir nichts" geen afstand kan gedaan worden van een der waarachtige elementen van ware grootheid : den koepel (reeds in verre oudheid hoogste uiting van het genie) ligt voor de hand. En vooral nu mogen wij er geen afstand van doen, nu de uitvinding van het gewapend beton ons instaat stelt, bijna onbegr:nsdt' over spanningen zonder hinderlijke tusschensteunpunten te verwezenlijken. De nieuwere techni sche wetenschappen stellen in staat ruimten te overdekken waarvan de Ouden in hun stoutste fantazie zelfs niet droomden.... mFUNKENvOnilOED Hofleverancier - Amsterdam ULIEKIIUT fll ??, WILLEMSPAIIIWEGS TEL NOS. 2040-1881 - TEL No. 1793 Zuid KOUDE EN WARME SCHOTELS CRÊMEwBEflUTt OK CMRHBA Vooral in dezen tijd, en mér nog in den komenden, zal van den centralen koepelbouw geen afstand kunnen gedaan worden, nu de sociale of democratische geest van het menschdom, vooral in noordelijke kli maten, steeds grooter overdekte verzamelruimten zonder belemmerende tusschensteunsels eischen zal. Het centrale oer-bouwtype : de tent, is bestemd tot ongekende, nooit vermoede ont wikkeling te komen. Om kort te -gaan : de praktische bezwaren tegen weerschalling en opslorping van het geluid bij den koepelbouw zullen overwonnen moeten worden, niet uit den weg gegaan. Aan struisvogelpolitiek hebben we niets! En zeker niet, waar het de hoogste vraagstukken der bouwkunst betreft. ?Zoo kan er in den koepïlbouw bijv. zeer wel tegen worden gewaakt, dat de ruimte niet lesonneert" ; namelijk door haar saam te stellen uit materialen en oppervlakten, die niet vlak of glad zijn, waardoor het geluid weergalmt of weerkaatst. Verder zal men tegen het verzwemmen van het geluid op den duur tot vernuftige hulp middelen zijn toevlucht moeten nemen. Trouwens, dit is niets nieuws ! Bezigden de klassieken niet reeds klankvazen ter juiste verspreiding van het geluid in hun ontzag wekkende openlucht-theaters, welke duizenden toeschouwers bevatten konden.... ? Zoo ook zullen onze steeds-meer-ruimteeischende vergaderzalen van hulpmiddelen moeten worden voorzien. Zoo ook in dit geval de grootste Regeeringszaal voor onze Volks vertegenwoordiging. Er zullen boven den speakei, de ministers en het spreekgestoelte der afgevaardigden, zoo noodig, klankborden moeten worden aangebracht. Neen ! Neen ! Dit behoeft er geenszins te gaan uitzien, als in dt kerken de klankborden boven de preekstoelen ! Het behoeven geen opvallende voorwerpen te zijn; zij zullen zich in de architectuur gevoeglijk laten oplossen. Zeer wel laat zich dat alles aesthetischgoedverzorgen. Dergelijke noodwendige hulp middelen zullen op den duur blijken juist dankbare, want nieuwe onderwerpen voor de kunstnijverheid te zijn. De geschiedenis be wijst in alles, hoe alle werkelijk-reden-vanbestaan-hebbende eischen kunstzinnig op gelost kunnen worden. Wist men in de Middeleeuwen zelfs niet aan de ceintures de chasteté" een schoonen vorm en kostelijke versiering te geven? En zou het onzen kunstnijveren in de toekomst dan niet ge lukken, schoone hoornen te scheppen, machtig genoeg, den overvloed der kostbare en diepzinnige woorden onzer regeerders op te vangen, te verspreiden en te doen luiden door de naar wijsheid dorstende ruimten? Zoo is de Bazel's groote, naar het monu mentale strevende, overkoepelde vergaderzaal wel degelijk van belangrijke aesthetische be teekenis. Hij is de eenige der inzenders, die hier een dergelijken grootschen opzet aange durfd heeft. Te betreuren is het daarom, dat door den ongeschikter! terreinvorm dit hoofd element der compositie niet van buitenaf zicht baar is kunnen worden, en als het hart ervan naar voren treden kan. Nu moest dit kostelijk gegeven door ; de ommanteling ervan met de vereischtèbijlokalen aan 't oog onttrokken worden. Ja ! de buitenarchitectuur werd, door gebrek aan een dergelijk alles beheerschend hoofdmotief, monotoon, star, kil. Zij is niet zonder voornaamheid deze architectuur ; zij is beschaafd, welgewogen, strevend naar het monumentale ; doch zij ontroert niet. Ze laat koud. Deze gevels in hun opeenvolging zouden, door gebrek aan voldoende afwisseling, schiei eindeloos lijken. Het ontwerp-Berlag? : Berlage is de eenige, die, door een geheel andere planindeeling dan de overige, getracht heeft, het hoofdgegeven : de groote verga derzaal met het haar omringende, wel in zijn buitenarchitectuur te doen gelden en het te verwerken tot het meest monumentale deel zijner compositie. Slaagde hij hierin? Slechts gedeeltelijk. Want de praktisch geheel overbodige ver hooging dezer zaal acht ik een zwak moment ei van. Om deze vergaderruimte van buiten flink naar voren te doen komen, werd zij met eene verdieping verhoogd. Op deze wijze werd echter een levendige silhouet-werking verkregen. Voor mijn gevoel in de buurt dezer zaal, met den toren daarenboven, wel wat al te levendig. Ik ben er bevreesd voor, dat de vele in- en uitspringende hoeken daar in de omgeving de monumentale rust verstoren zouden. Echter, de gegevens voor een juist oordeel in deze zijn absoluut onvoldoende. Bij geen der andere ontwerpen blijkt het gemis aan perspectieven of maquettes zoozeer als bij dit ontwerp. Juist dooi die levendige afwisse ling van het belangrijk aantal naar vorenen naar achteren springende vlakken, is oordeelen naar deze projectie-teekeningen ten eenenmale ondoenlijk. Bevreesd ben ik even eens voor de werking van het interieur dei groote zaal in de werkelijkheid. Deze lijkt mij door haar unregelmatigen veelhoekvorm inwendig te onrustig. Wat ik ten slottc van dit ontwerp nog zou willen zeggen : deze architectuur heeft van alle ingezondene het meest eigen en eigen aardige karakter. Het valt onmiddellijk op tusschen alle andere, die, ondanks hunne verscheidenheid, toch een zekeren trek ge meen hebben. Ik geloof echter niet, mij in woorden hier over voldoende uit te kunnen drukken. Wel kan ik opmerken, dat hier de verhoudingen en tegenstellingen van muurvlakken en ramen geheel anders zijn, veel oorspronke lijker, dan bij de andere. Zij bezitten een totaal ander ihytme. Dit stempelt voor mij deze inzending tot het meest aantrekkelijke, tevens minst monumentale ontwerp in de gewone beteekenis van het woord. Het is levend en doodgewoon, zou men geneigd zijn te zeggen, hadde dat wooid doodgewoon" voor onze ooren niet een zekeren laag-bijde-grondschen klank. Ik zou dit ontwerp, in tegenstelling met aristocratisch", democratisch" willen noe.men. iiiiiiiMiimHiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiii . Munt Holland»ttomto IO oont mlgmmr Grand Hotel Fanckler HAARLEM RESTAURANT DE TOUT Ier ORDRE (Die rechte lange punt met den veelhoekigen bal erboven als beëindiging van den toren zou geenszins tot schade van het geheel gevoeglijk kunnen worden gemist. Trouwens, over den geheelen opbouw en ontwikkeling van dezen toren zou ik mij niet gaarne in overtuigd-enthousiasten zin willen uitspreken.) Het ontwerp?Knuttel (Bremer-Prent): Van alle ontwerpen schijnt dit op het eerste gezicht het meest monumentale. Dit effect ontleent het echter vór alles aan zijn allesoverweldigenden toren, hoewel niet uitsluitend. Want ook de gevels toonen een forsche, evenwichtige architectuur. De oveigangen der hoofdmomenten, vooial met de tusschengelegen open arcaden, zijn wel overwogen. Het geheel is van een levendige, krachtige monumentaliteit. Maar die toren ! Deze (vergeef het woord) overdondert alles ! Dit is nu met recht eens iets pour pater les bourgeois l" -?Niet dat ik durj niet zou bewonderen. Voor mij is dit het hoogste wat er op'dit, o zoo vaak branieachtige en in de kern toch zoo voozo ondermaansche bestaat. Maar echte durf moet het dan wezen. Nu, deze toren is gedurfd", wat niet het zelfde is.... Zijn compositie toch acht ik, in tegenstelling met de gevels, koud, niet on monumentaal, maar on-gevoelig. Deze toren maakt op mij een leegen indruk. Instede mij op te wekken, geloof 'k, dat hij mij eenzaam stemmen zou. Hoe dit zij, ongetwijfeld zou hij zijn geheele omgeving verpletteren. Hij is bijv. bijna dubbel zoo hoog als die van Berlage en 2i maal zoo bieed. Bestudeert men den plattegrond en vooral de doorsnede van dit ontweip, dan valt on middellijk op, dat een on-evenredig groot deel oer beschikbare ruimte aan dezen toren en zijn omgeving besteed werd. Uitsluitend behandel ik hier zooals ik zeide, eenige aesthetische quaesties. Zoo ver echter mag niet het praktische uit het oog verloren, dat er hier niet op gewezen aient te worden, dat de ontwerpers wat al te royaal in de Rijks-beurs hebben getast. Hun ontwerp werd op zes millioen begroot, dat van de Bazel op drie millioen, zevenhonderdvijftig duizend. Dus 2.25 millioen verschil ! De andere ontwerpen blijven alle beneden de 5 millioen. Zoo lijkt het toch niet moelijk, de bour geois" te overbluffen ! De groote zaal in dit ontwerp vertoont in plan een ongelijkzijdigen vijfhoek met een mooien, gesloten waaiervorm daarbinnen. De opstand ervan,aangename verhoudingen zon der monumentaliteit. Ontwerp?Limburg : Over dit project valt weinig te zeggen, althans uit kunstoogpunt. De groote zaal heeft een rechthoekigen grondslag, welke zaalvorm dus in 't geheel niet past biv de waaiervormig uitgespreide zitplaatsen. Zij is daardoor geheel in tegenstelling met de voornoemde, en in grondbeginsel geheel on-modern. >~ Dit laatste nu is de architectuur juist wel, in zoover het de uiterlijke vormenspraak be treft. Deze is echter zeer onvoldoende uitiiiiiiiiiiiiimimiiiiiiiiiiimi gewerkt, wat de ontwerper in zijn toelichting trouwens zelf erkent. Hij zegt daarin, dat de gevelteekening alleen weergeeft den symmetrischen opbouw van de steenmassa met de oper.ingen." De afsluiting dezer massa tegen de lucht met hare vele zwak-schuine punten, lijkt mij zeer weifelend en weinig monumentaal. De ontwerpen?Ed. Cuypers en Stuyt: De architecten Stuyt en Cuypers maakten het ons helaas gemakkelijk. Hun architectuui, grootendeels copie van het lang voorbije, dat geheel andere eisenen stelde in zijn tijd, valt buiten het vlak onzer bespreking. Wenscht de heer Stuyt te weten, welke waarde zijn compositie heeft, hij roepe dan daartoe op den geest van Pieter Post (f1669) van wien hij de 20-eeuwsche na volger geworden is. De heer Cuypers wende zich met hetzelfde doel tot eenige andeie sinds lang gestorven broeders. Zoo naderen we dan het eind der bespreking van dit voor ons land en onze hedendaagsche Bouwkunst zoo gewichtig vraagstuk. Niet op beter resultaten te hebben kunnen wijzen, doet ons leed. Doch zoowel de opzet als de ongeschiktheid van het beschikbare terrein deden dit voorzien. Men kee.e voor het te laat is. En volge den aangegeven eenig-logischen weg, welke tot een volkomen beviedigend resultaat voe ren zal. H. J. M. WALENKAMP C z v Illlllllllllllllllllllllll IIIIIIMIIIIIIIIIIIIII IIIIIIIIIIIIIIIMIJ III* Premie-Leening llGth.KonstinidHetinscliappen 9.000 Premiën Hoofdpremie 1/4 Millioen ¥anl2$ept.tetïDec.a.s. nog 13 Trekkingen Heele Obligaties 10.25 Gld. Halve Obligaties 5.25 Gld.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl