De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 8 oktober pagina 12

8 oktober 1921 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 8 Oct. '21. No. 2311 Hotel Duin en Daal Te midden eener schoone boschr. omgeving. IIIIIIIIUIIIIIlAlllllllllllllllllllllllMIIIIIIIIMIIMIIIIIIIIIIIIIIIII (Vervolg van pag. n) op ging met zijn groot woord en ook aan Pe trus zijn grootemoeder met een trossel jong op een stootkarrêken gezeten. Seffens was 't Poorterke de vest af en op zijn gewone korte stapkes, de handen op den rug en zijn ros^bolhoedeken van achter in den nek, wandelde hij kalmkens de stad in. Inwendig kriebelde hij van deugnietachtig plezier en hij had kunnen schateren, maar hij hield zich serieus en sterk op wat nu komen moest. Achter hem naderde het karavaantje. Hij herkende duidelijk de stem van Lowie en die van Petrus en die van de andere venten en wijven die malkander angstig ontzet de uitge brande huizen en de vermassacreerde gevels aantoonden. Doch ineens, boven 't verward geroep uit, klonk er een vloek van Lowie en verschrikt: Manne l ziet eens l 't Poorterke !" Eer 't Poorterke drie stappen had gedaan, had iemand hem al bij de slippen en over zijn diepzinnigheid boog zich het verpafte ge zicht van Lowie met oogen rond lijk sauspannekens. Laatecfis zien! 2ijde gij da' nu? Hoe is da' tiümeugelijk l" 't Poorterke was seffens omdrongen van 't verbaasd volk en zelfs Petrus liet zijn stootkarrêken staan en kwam bij, zijn oogen niet kunnend gelooven. Hoe is den diene nu hier geraakt?" vroeg hij. En deze morge was hem toch nog in Hol land!" zei een vrouw. Da's zoo! Ik heb hem deze morge nog gezien. In den boogaerd, geloof ik " opperde een ander. Qoeien dag!" zei 't Poorterke onnoozel weg Kpmde gijlie terug?" Da ziede toch wel," zei Lowie. Maar zegt eens, hoe zijde gij verdimme hier geraakt?" Ikke ! wel, getooverd !" Alleman verstomde. Met open mond keken ze malkander aan. Er waren er die achteruit weken. Maar uw huiske is toch omver geschoten !" opperde Petrus. ,,'k Heb een nieuw. Achter de Colletientjes. Salu allemaal!" zei hij, draaide zich cordaat om en stapte terug van waar hij gekomen was. Angstig keek alleman hem na. Verstade daar nu iets van?" vroeg Petrus. En gisteren hebbe we hem nog uitgelache ! Ai mij! Mijn hert klopt van schrik!" hijgde er een wijf. III Bij de honderd verhalen en legenden over mirakuleuze oorlogsgebeurtenissen, kwam er nu nog dat van 't Poorterke bij in de verbijs terde koppen spoken. Hij had gezegd van niet mee terug te gaan, was 's morgens nog gezien in den boogaerd waar' hij zijn berdene schuurken had en om 't zelfde uur was hij hier: had zich bij den commissaire laten opschrijven en had een huiske met meubels en al zoo direct te zijner dispositie gevonden. Benige dagen hield het de menschen in het half-verwoeste, verkoolde stedeken bezig en 's avonds als ze vergaderden voor hun woonste werd er over 't Poorterke zijn tweede zicht gesproken als over een groot wonder en werd er dan nog bij gefantaseerd. Eerst door de vondst van Marus- den-blazer zijn lijk onder een neergestuikte klok op den St. Gommarustoren, werd de algemeene aandacht ervan af geleid. ««i«»*?|*v ., Maar toch, af en toe, hoorde men weer wat van'hem. Een vrouw of een oude vader was hem gaan opzoeken in zijn eenzaam, verloren huizeken om nieuws over man of zoon, spoor loos, in den oorlog verdwenen, 't Poorterke had zijn kamerken donker gemaakt en op de schapraai een kaars aangestoken voor SintAntpnius, den patroon der zoekers, had ze nadien met wijwater besprenkeld en was dan gaan zitten, hun handen in zijn hand en zijn ronde, wimperloóze oogskens toe. Denk aan den verdwenene l" had hij plecht statig geboden. En zie ! na een stilte van een minuut of vijf gaf hij uitkomst. En was het niet zoo? Was de zoon vanTreeske Frut niet echtig dood? En de vent van Emmeke van't Sas lag hij niet ziek in Engeland? en den Blinden Dijver zijn kleinjongen zat hij niet gevangen in Duitschland? en zooveel anderen nog, allemaal nadien waarachtig utgevallen? 't Was alles zoo, maar toch kwam er nog weinig trek naar 't Poorterke. De meesten hielden het liever met de briefsmokkelaars. Voor eenen frank smokkelden ze een brief over de Hollandsche grens en zg brachten er dan geregeld ook altijd mee, ievers aan een betrouwd adres afgehaald, waar de soldaten en de gevluchten uit Frankrijk en Engeland het naar stuurden. Briefsmokkelaars waren er immers genoeg en die werkten zeker. Doch, was dat eens zoo, lang duurde het echter niet. De wacht aan de grens werd ver scherpt en het briefsmokkelen werd een geris keerde zaak. Men hoorde zoo af en toe van eenen uit 't omliggende die doodgeschoten was en als Rikske Winters, de felste van dien hoop waaghalzen uit het stedeke, er ook aanging dwars door den kop hadden ze hem geraakt, lag de brievennering voor weken stil. 't Poorterke zijn publiek groeide er mee ; hij kreeg zoo waar veel te doen. En eens den electrischen draad aan de grens gespannen, zoodat het zoo goed als onmogelijk was er over te komen, was hij deeenige die overbleef om met zijn toov'erij het zoo begeerde nieuws aan angstige harten te bezorgen, 't Liep er allemaal naar toe en 't eenzame Paradijske, langs waar ze in den Colletientjes-hof en dari door een kronkelend pad tusschen hoopen puin aan zijn huiske geraakten, werd er soms zoo druk van als de soep-straat 's noens. Vet tige Min" die daar woonde, kon er een stamineeke openen dat weldra floreerde. Een jaar of twee ging dat onschuldige spelleken voort, al het vrouwvolk dat iemand aan t'front had of gevlucht trok er ter verluchting van 't bezorgde gemoed regelmatig naar toe en 't mansvolk liet ze maar betijen : waar of niwaar, 't bracht weeral voor een tijdje rust en kalmte in huis. Totdat met den stijgenden voedselnood daarin verandering kwam. Zekeren dag weigerde 't Poorterke 't eere geld van vuile beduimelde stadsbriefjes van een sol en een kwartje, en eischte van zijn publiek vergoeding, in natura, 't Was alle maal goed : reuzel, zout, zeep, suiker, amerikaansch spek, legumen of patatten. Dat bracht weldra beroering. Daar de stad voor de nieuw ingerichte nood diensten als bedienden aan 't voedselcomiteit, aan 't werk van de soep en van de kleeding, als versterkte, ongewapende politie, vulgo stokagenten genoemd, die mannen had aangesteld die het meest zoons, broers of verwanten in 't leger hadden en het dus ook in dit publiek was dat 't Poorterke zijn vrouwelijke klienteel bezat, kreeg hij al dadelijk dit volkje tegen. Pier Jan, die den voorbijtrekkende!! Duitschen soldaten den weg moest wijzen naar IPADOX VARMOND LtVEST DE/VtPLANCO INZECB KOPTEN T'JD ALLE HOUTCON/TRUCTIE/ ALX LANDHUIZEN ! SCHOOLGEBOUWEN JACHTHUIZEN ZIEKENHUIZEN INLICHTINCEN OPAANVPAAGi hun kwartieren, had het ontdekt en sito al zijn kameraden-stokagenten verwittigd: ,,'k Koom eergisterennoen met drij duitsche brooë thuis en als 'k 's avonds in de kas gaan om een boterham is er een weg. 'k Zeg heur : daar is e' brood weg! Is er iemand in huis geweest? Maar ze zei niks en ik kreeg seffens achterdocht. Waar is da' brood? 'k Wil wete waar dat da' brood is! En dan na lang prengelen en mijn eigen kwa' make, kreeg 'kjhet eruit: ze had er 't Poorterke mee betaald; hij wou geen geld meer!" Dat werd toen in al die huishoudens een oorlog in 't klein, dien de venten, ondanks hun tieren en razen en gebonk van vuisten op tafel, geregeld verloren. En 't ergste was dat 't Poorterke juist van hun, die door hun posi tie nogal wat buiten het rantsoen wisten te bemachtigen, het meeste vroeg : drij stukken zeep, vier kilo patatten, een voet zooileer, alles met veel moeite en knepen ievers los gemaakt en binnengebracht en dat maar [zoo den huize uitgedragen. Daar gingen geen twee dagen voorbij zonder dat er een met veel gesakker weer wat te vertellen wist, waar ze met hun stok en hun pet, 's namiddags in de luie uurkens, onder de trappen van het stadhuis gezeten waren. En geeneen die er wat kordaats op te vinden wist, want alles wat ze beproefd hadden was door vrouwenlist en vrouwendurf mislukt. IV Totdat Mardjee, een stokagent die an ders nooit zijn mond opendec, op een schoonen morgen er een fijn plan op bedacht. Want Mardjee leed er het meeste onder : hij had drie jongens in 't leger en nog veel kin deren thuis en die konden maar niet genoeg binnenbrengen, laat staan dat er dan nog van naar 't Poorterke moest gedragen worden door zijn lamenteerend wijf. Luistert, manne !" zei Mardjee. We moete de Poorter rake ! Veel wordt er heene gedrage. Da' kan hij ni opete. Da' moet hij beware. Hij hee' dus stapelplaatsen. Da's verboje. We gaan er heene. Gij stapelt hier ! zegge we. Laat alles zien ! We zoeke alles af. Vinde zijn stapels. Mee naar den bureau l zegge we. Als hij ni wilt, de boeikcs aan. Den Duits komt er tusschen en stuurt hem op naar Vilvoorde ! En 't is ermee geloope !" Er waren dadelijk stokagenten tegen. Er werd over gediscuteerd. Ten slotte besloten ze het te wagen, 't Was 't eenigste middel, vonden ze. Op een achtcrnoen trokken ze er met vieren op af. Twee gingen langs de Begij nenstraat, twee langs de Mechelsche Poort en in den hof, van de Colletientjes, onder de appelboomen vonden ze malkander. Er ging niemand in of uit. Alleen Vettige Min kwam nieuwsgierig uit zijn stamineeke en keek hun na. Ze kwamen aan het huizeke waarvan de blinden gesloten waren, staken het deurken open en wilden met veel lawijd en beslag binnen schieten. Maar algauw verstomden ze en bleven vastgenageld staan voor wat hun oogen daar zagen in 't licht van twee bruine kerkkaarsen op een schapraaiken. Op een verhoog met een troonhemel van rood goed en een hooggerugden zetel, zooiets lijk het kappelleke waarin de bisschop zit te Mechelen, zat het smalle, bleeke figuur van 't Poorterke. Hij droeg een zwarten punthoed, met zilveren sterrekes beplakt, en zwarten domino, en zijn ronde oogskes pierden schitterend door de ronde glazen van een grooten, koperen bril. Hij zat blijkbaar op cliënten te wachten. De stokagenten keken malkander ontzet aan en Mardjee deed al een stap achter uit. Maar hij vermande zich ; norsch, met den kop gebogen en.de oogen naar den grond, kwam hij vooruit en stak zijn zwarten stok omhoog. Huiszoeking !" zei hij brutaal. Vooruit! Komt daar af! Gij steekt ete weg. Waar steekt uw ete ! Late zien !" 't Poorterke zei niets. Roerloos bleef hij zitten en geen peeske, geen haarke verroerde aan zijn toovenaarsgezicht. Toe ! In naam van de wet! Daar af!" En daar hij nog niet roerde, spuwde hij eens in zijn handen en riep : Aanpakke, mannen ! Hij moet mee l" Maar eer Mardjee zijn handen had uitgesto ken, stond het Poorterke ineens recht. Mardjee !" zei hij geheimzinnig en deed wondere teekens in de lucht. Zie 't is gebeurd. G' hebt het gewild. Vórspijt be staat ni, na-spijt baat ni. Kom, nu zal ik ulie late zoeke." En in zijn lang, zwart kleed dat sleepte kwam hij van 't verhoog en deed zijn kast open. Zoek !" zei hij. Maar Mardjee was plots zoo ontsteld door dat vreemd, mysterieus vertoon, dat zijn ar men neervielen en zijn rond, rood gezicht verschoot lijk hagel. ,,Wa' gebeurd? Wa' na-spijt? Spreek oep l" hijgde hij, aangegrepen door bange vermoe dens. De andere agenten keken in 't kastje, rap, voor de frim zoo maar, zeien : 't Is goed. Gezien!" en duwden malkander haastig uit het donkere tooverhol. Gijlie zie' zoo bleek!" zei Vettige Min die hun vór zijn stamineeke stond af te wachten. Slecht nieuws ? Komt binnen en pakt er liever eentje op!" Maar ze zeien : neeë en liepen zwijgzaam 't Paradijsstraatje uit. Als er nu eens iets gebeurd was? Echtigiets gebeurd?" kloeg Mardjee. 't Is stom geweest. W' hadde da' moete wete Als er nu eens iets gebeurd was?" Geeneen antwoordde. Ze keken ontdaan voor zich uit. En zie ! als ze onder deGevangenPoort uitkwamen, zagen ze daar van de HoogeBrug veel volk afzakken, drummend rond twee man die op een berrie iets droegen met een scheepszeil over. Twee duitsche soldaten lie pen er naast en hielden het volk opzij. Ai mij !" zei Mardjee. ,,Wa' gaat da' zijn !" De stoet kwam nader en plots waren er vele menschen die Mardjee verschrikt aan keken. ,,'t Is den onze.... Hij was gaan smokkele.. Z' hebbe hem geraakt! 't Is mijn schuld, God-en-Heere !.... 'k Had den toevenier moete gerust late! Ze had het me nog gezegd!" En hij begon te bibberen en te J. S. MEUWSEN.Hofl., A'DAM-R'DAM-DEN HAAO DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND uu i beven, draaide zich om en ging met den kop in de armen staan weenen tegen een muur van een stukgeschoten huis. De andere agenten sloegen ontzet een kruiske, om onheil af te weren.. En 't was zoo, 't was^Mardjee's Flup, een jongen van een jaar of achttien, die ze daar hadden aangebracht. Honderd keeren hebben de drie andere stokagenten hun huiszoeking bij 't Poorterke en zijn geheimzinnige woorden : ,,t' Is gebeurd. G' hebt het gewild!" aange haald nadien. Echte tooverij was 't geweest. Maar geschoten was de jongen niet. Bij 't overzwemmen der Neeth, met zijn zakske aardappelen onder den arm, was hij plots aangegrepen geweest door krampen en ver dronken, 't Moest gebeurd zijn vór dat ze bij 't Poorterke binnen waren. Aan de Mollpoort, tegen de sluisdeuren hadden ze er hem uitgehaald 't Poorterke werd nooit meer verontrust. Niemand riskeerde het zelf er iets kwaads van te vertellen. En na de eerste dagen der ont zetting stroomde er meer dan ooit volk naar den hof der Colletientjes. 's Avonds, als hij niet meer werkte voor 't groot publiek, trokken er zelfs dames en meiden van 't gegoede volk naar toe. Die gingen niet langs 't Paradijske om, doch stap ten direct langs den vroegeren ingang van 't Colletientjes-klooster binnen, waarvan de gewelfde gang nog recht stond. En ze kwa men allen zeer zwaar beladen, met trekkende kabassen en markt-netten aan den arm, langs denzelfden weg buiten.... Zoo werd 't Poorterke geïntroniseerd en verder introniseerde hij zijn eigen almaar hooger en hooger op pakkies bankbriefjes.... A N T. T ii i R Y lllmlIIMlmlIIIIMIlmlIIMIMIIIMIIIIIIIIIlmilUmiHHlmlIIIHIIIIIIH-llllm PREBKZ De astrante Bolland Meneer! Ik ben stedeling, en U hebt mij beleedigd. Ik ben niet lui. Het is niet waar, dat de stedelingen de rede verontreinigen. Weet U wie dat doen? Dat doen de boeren. Met de melk; als ze, met permissie, enfin U weet wel. Als U daar eens op lette, zoudt U uit een ander vaatje tappen. Ik daag U uit, prof. Bolland, mij in een openbaar debat te bewijzen, dat ik niets uitvoer als niemand op mij let. Zeer gereserveerd MARTER N.B: Ik doe dit om mij bemind temaken. llllMiiiliiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimimiiitii iiiitiiiiiiiiiiiiiiiiini umi iiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii in n tmiMmnmiiummiiiii iiiiiiiiniii iiiiiiin minimum m iiimmiiiimiiiiiiiimiiiiiimmmimmiimiiiiiiii iiimiii iiiiiiiiiiiniiiiiii DE EENIQE DUNNE SOK, DIE SOLIDE IS IN 'T DRAQENj Imp.: J. POLAK 6RODEL, Amsterdam. J Bouw- ta Woningbureau, ran den Makelaar J. D. F. VAM DEB TEEN,Kantoor van vaste foederen, Nieuw Baarnatr.59 N. V. Eerste Nederl. Elementenfabr. DE KROON", Den Haag. in lederen Boek" handel voorhan den Werken van Guy de Maupassant G doelen gehouden* fl.&O Uitgave van Van Holkema & Warendorf, Amst. Belangrijke Boekverkooping. De firma J. L. BEIJERS te Utrecht zal van 1?10 November a.s. publiek verkoopen eene groote collectie boeken en muziek, afkomstig uit de bibliotheken van Prof. Dr. F. E. DAU BANTON, Ds. F. D. J. MOORREES, Ds. I. D. VAN ARKEL, Mr. C. G. VAN BAERLE, Dr. D. J. JANSEN, Dr. K. SNELLEN, Dr. A. TH. MOLL, den bouwkundige I. H. J. VAN LUNTEREN en van den heraldicus C. VERSTER. De catalogus is a 25 cent verkrijgbaar bij den auctionaris. J. M. SCHMIDT OPTICIEN Rokin 72 hoek Wijde Kapelsteeg 1 Brillen - Binocles - Barometers Thermometers, enz. A m el i n g-M e r k es, BINNENWEG 28 GOUDSCHEWE8 168 R OTTERDAM Gero Zilver en Alpacca Op aanvraag gratis toezending van onze Prijscourant CLOSETS .-.- WASCHTAFELS en alle Sanitaire Inrichtingen J. H. VOLKERS, Technisch Bureau, ZWOLLE Kamperstraat ERVEN KRAMER - SINGEL 3£>0 m AMSTERDAH?: TEUEPttOOM N°266 FABRIEK VAN KANTOORBOEKEN Rookt NEDERLANDSCHE MUNT" Hollands meest gewilde sigaar Licht doch vol aroma Alom verkrijgbaar J. C. Henri van IN GEN. BOUWKUNDIG BUREAU. Belast zich met het ontwerpen en verdev uitwerken ran voorgenomen bouwplannen. ;? Wetstraat 8b, Rotterdam " T00r Teiligheids wetzaken DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts f 6.50 per half Jaar Sluit Uw Levensverzekering bij de ALGEMEENE FRIESCHE" k grootste ZUIVER ONDERLINGE Lrasvetzetoim Maatschappij in NEDERLAND Hoofdkantoor te LEEUWARDEN, BURMANIAHUIS, Telefoon 145 Kantoor te: Kantoor te: AMSTERDAM, Willemsparkweg 46, ROTTERDAM. Nieuwe Haven N.Z. 137 Telefoon 9518 Zuid; Telefoon 1OO91. fllustratfodnik-papler van de Ffrma C. O. A- CORVEY, Keizersgracht 285f Amsterdam, Tel. ft 1202 en 555 Typ. Amst. Boek- in SteendiukkerU, vierbeea Elleraura, Hanni d Ci.j "»*.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl