De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 8 oktober pagina 5

8 oktober 1921 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

8 Oct. '21. No. 2311 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DE AMSTERDAMMERDIENSTKLEEDING Een flink succes! Honderden aanvragen van abonnees kwamen in, om n der patronen van onze figuurplaat uit het vorig weekblad te mogen ontvangen. Daaronder waren er van rijks- en gemeente instellingen, van handelskantoren en bank instellingen "uit verschillende streken van ons land. Indien op al deze inrichtingen de werkende jonge meisjes onze'Amsterdammer-Dienstkleeding dragen, dan wij zijn er van overtuigd zal de kleeding" geen oorzaak meer van ontslag kunnen zijn. 'Integendeel, dat werkkleed zal invloed oefenen op den arbeid, op het zich n gevoelen met de omgeving en menig meisje zal zich met meer ernst wijden aan het werk dat aan haar is toevertrouwd. Indien wij dit door de AmsterdammerDienstkleeding" mochten bereiken, dan zijn zeker alle moeite en kosten die administratie en uitgever zich getroostten, ruimschoots be loond. Nog eenige opmerkingen: Vele abonnees lazen het onderschrift der plaat niet aandachtig en bestelden twee pa tronen in plaats van n patroon. Zij ont vingen alleen afbeelding A. Vele abonnees zonden een briefkaart, waarbij dus geen 15 ets. port was gevoegd. Die aanvragen bleven onbeantwoord. Vele abonnees vroegen een andere maat, dan was opgegeven. Aan dezen wensch kon niet worden voldaan, WHITE" Vrachtautomobielen hebben DE wereld-reputatie. Vraagt ons om adressen van Whlte"bezitters. De verstrekte Inlichtingen geven U direct aanleiding een White" aan te schaffen. Kostenberekening wordt gaarne vrij_ blijvend verstrekt. IFirmaGebr.NEFKENS, Amsterdam JAC. OBRECHTSTRAAT 26 Tel Z. 3507. tlllllllllllllMIIIII IIIIIIIIIIIIIIIIIIM Illlllllllllllllll 't Kunstnijverheidshuys. E. RAPPARD-BROESE VAN GROENOU. Vele abonnees vergaten dat na 5 October de patronen ? l + 15 ets. port kosten. Aan deze aanvragen kon dus niet meer worden voldaan. De administratie der verzending en niet het minst de coupeuse der patronen, die met groote zorg de samenstelling in handen nam, hebben volop werk. In deze week konden niet alle patronen verzonden worden. Alle aanvragen tot op 8 October worden naar tijd van inkomen behandeld. De Amsterdammer-Dienstkleeding"achten wij dan genoeg verspreid en staken verdere patroonzending. ELI s. M. ROGGE Een Aanwinst 't Kunstnijverlnidshuys. Vaas Pierrot van Danseres Vaas van Jansen van van Zwollo van Galen H. F. Bieling J. Kriege Theetafcl van Chris Teders. Ontwerp van B. Duyts. 't Kunstnijverheidshuys" opiegelgracht 9 is een Amterdamsche inrichting van zeer jongen datum, het heeft in 't laatst der vorigemaand zijn deuren voor het publiek geopend. De direkteur, de heer J. J. N. Exter heeft met de stichting van dit huis een goed doel voor oogen. 't Kunstnijverheidshuys wil n.l. een vast afzetgebied vormen voor Nederlandsche kunstnijveren. Het wil de gelegenheid geven aan jonge kunstenaars om hun werk ten toon te stellen en te koop aan te bieden. Daardoor wordt hun ar beid niet alleen bekend maar ook van de hand gedaan, hetgeen aan de ontwikkeling van de hun eigen kunst ten goede komt. 't Kunstnijverheidshuys is niet groot, men zou het vei lig een huisje kunnen noe men. In dezen tijd zijn groote huizen voor een jonge zaak onbereikbaar. De ruimte echter is evenredig aan den bouw en zoo zien wij 't huisje overvol met gebruiks- en toegepaste kunst. Te vol wellicht! Van elke denkbare ? gelegenheid tot expositie is partij ge trokken. Dit schaadt wel aan een rustige beschou wing, toch is 't niet bepaald storend, door de takt waar mede de voorwerpen in de benedenruimte en bovenkamers zijn bijeengebracht. Men voelt 't, de kunst van etaleeren, zeker niet gering te ach ten, is hier in goede handen. De beste onzer kunstnijveren zijn door hun werk op deze eerste tentoonstelling, die een maand intakt blijft, vertegenwoordigd: Berlage, Van den Bosch, Gerbrands e.a. met mooie meubelen. Bert Nienhuis met aardewerkschalen bijzonder gevoelig van kleur, het echt paar Hobbel-van Harten met die genoegelijke, eenvoudige keuken-potterie, zonder pretentie en toch met karakter. Jaap Gidding en Dirk Verstraten hebben er hunne groote vloerkleeden. Gidding's ontwerpen doen fel-forsch aan, prachtig van brutale kleurtegenstelling ; Verstraten is soberder van opvatting, zijn tapijten voegen zich beter in een bestaande omgeving. Decoratieve paneelen en wandversiering vindt men er van LeoVisser en Mien Visser-Diiker, van Christine van Zeegen. Theo van Doesburgh e.a.; Wilh.A. Kinyken heeft enkele van zijn cloisonné's tentoongesteld. Er zijn van die fleurige glas-in-lood ruitjes van Jo Daemen, lampen van Schelling, groote glastifreelen van Joan Collette, die aan het vertrek waarin ze geplaatst zijn een intieme beslotenheid geven. Het fijne damasten tafellinncn motief hulst met besjes" van de firma Van Dissel en Zonen, Ontwerp van Chris Lebeau prijkt op den gedekten eettafel. Daarop staat het mooie glaswerk van De Bazel en houtwerk van Hero De Groot, dat in coromandel kelkblaadjes, ranke kandelaars en andere purperhouten gebruikstukken iets eigens en aantrekkelijks heeft. Het is bovendien voor kleine beurs bereikbaar. Kleinkunst en Sieraden vindt men in 't Kumstnijverheidshuys veel en van distinctie, ook naald-,weef- en kantwerk zijn goed ver tegenwoordigd. Een opgespannen haute lisse weefstoel, en kantkussen met begonnen kloskant, doen den loop dezer beide hand werktechnieken zien. Een merkwaardig bor duurwerk mag heeten: de Christuskop met doornenkroon," van mevr. Verhagen-Hollestein. Moge de uitbeelding van den Christus voor velen zeker niet zuiver [gevoeld zijn, als naaldteekening is het toch een werkstuk van beteekenis. Zoo biedt 't Kunstnijverheidshuys iets voor allen. Het veelzeggende devies ,,Si Deus pronobis, quis contra nos" zal den jon gen direkteur de kracht geven de inrichting te doen groeien, zoodat zij vooral de jongere kunstnijveren tot grooten steun zij. Allereerst is daarvoor noodig de belangstel ling van het Amsterdamsche publiek. E L.IS. M. R o o a E. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiii Met Stille Trom HIIMIIIIIIIIIIIII ,,Met stille trom" is een uitdrukking, die wij ons uit de dagen van Olim nog flauw herinneren. Wij hoeven ze tegenwoordig niet iiiiiiiiiiiimiiiiniiMi in iiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiinliiiiiiiiiiiiiiiiiiuiii nog slechts op een enkel ei, zoo groot, dat ze er tot vijf weken toe op te broeden hebben. Er is maar een uitleg aan te geven en dat is, dat deze vogels volmaakt aange past zijn aan het leven aan en in de zee en dat de zee nog vol is van onuitputtelijke levensmogelijkheden. Dit vogeltje is een vischverslinder en in het water minstens DE OVERBUREN T''De meeste vogels van den overkant, die wij in den loop van het jaar en het meest in den winter hier te zien krijgen, behooren tot de Alkenfamilie en het merkwaardigste vogeltje van deze groep is zeker wel de papegaaiduiker. Hij is voor ons niet de meest algemcene, maar toch verre van zeld zaam en vooral in October en Maart hebt ge kans onder de aangespoelde olievogels" ook deze grappige diertjes te vinden. Een nieuw begrip in onze Natuurlijke Historie, deze olie vogels, een buitenkansje voor den verzamelgragen onderzoeker; doch laat ons hopen, dat er spoedig een eind aan komt. De vorige week uitte ik de vrees, dat de hondeidduizend Jan van Gent-paren wel eens niet tegen deze nieuwe bezoeking bestand zouden kunnen zijn. Voorde papegaaiduikers behoeft deze bezorgdheid voorloopig niet te bestaan, zij vormen op het oogenblik een der meest talrijke vogelsoorten ter wereld. Gurney, die de Genten telde, kreeg inciden teel ook veel van de broedplaatsen der pa pegaaiduikers te zien en kwam tot de uit spraak, dat er wellicht evenveel, misschien zelfs meer van deze vogels op de wereld zijn, dan musschen. Professor Alfred Newton berekende in 1893 het aantal papegaaidui kers op een enkele broedplaats in de Hebriden en kwam voor dat eéne eilandje tot een totaal van drie millioen, wat bevestigd werd door Henry Evans. En toen zij het volgend jaar de broedplaats weer bezochten kregen zij den indrnk, dat er nog veel meer wa.en. Nu zijn efHergelijke broedplaatsen bij honderden, niet alleen in het hooge noorden, maar zelfs tot aan de Fundybaai en den mond van de Taag op de Berlenga eilandjes bij Kaap Carvoeiro. Hoe komen die dieren zoo talrijk? Van onze musschen is zoo iets gemakkelijk te begrijpen, die broeden drie of'meer malen in het jaar, telkens op vier of meer eieren en de heele menschheid slooft zicli af, om hen van voedsel te voorzien. De papegaaiduikers echter broeden maar eens in het jaar en dan Waaier van^K'oskant veel meer te gebruiken, omdat iedereen nu liever de trom roert". De stilte van de huis kamer heeft plaats gemaakt voor het rumoer op de markt, waar ieder zich verdringt om een plaatsje te krijgen, liefst wat vooraan. Toch zijn er verecnigingen, die in alle stilte gewerkt hebben, en heel wat hebben bereikt. In Zwit serland is dat de Vereeniging voor Vrouwenbelangen. In 1885 kwam ze voor 't eerst bijeen, de mannen en vrouwen om te beraadslagen hoe zij de problemen voor de jeugd zouden oplossen, die ontstonden, door den snellen vooruitgang van de industrie in dat land. Scholen voor fabrieksarbeidsters, vakscholen voor opleidingen van bij de industrie werkzamen, het leerlingwezen, het werden alle brandende vraagpunten. Elf jaar later, in 1896, had het eerste Congres plaats te Genève, waar op behandeld werd : betere opleiding voor vrouwen, toelating op middelbare en hoogere scho len, coè'ducatie, opleiding van de vrouw voor sociaal werk, verbe tering van den wetstoestand voor de] vrouw. Gevolgen van het Congres waren: de opleiding voor verpleegsters, het verplicht herhalingsonderwijswijs met huishoudonderricht, nog niet overal in Zwitserland doorgevoerd?, de stichting van den Bond van Zwitsersche Vrouwen vereenigingen. 3446 vrouwenvereenigingeii, op sociaal gebied werkzaam, tra den toe. Ook uit Zürich namen velen deel aan het Congres door inzending van referaten of per soonlijke opkomst. Nu'heeft er van 2?6 Oct. een tweede congres plaats in Bern. De onderwerpen in behandeling genomen, toonen aan, hoe de vrouw zich in die jaren een eervolle plaats heeft weten te verwerven in de samenleving. Wij noemen slechts: de vrouw in de landbouwhuishoudkunde, de vrouw in het gemeenschaps leven, de vrouw als bestrijdster van tuberculose, alcoholis me, onzedelijkheid, nieuwe vrou wenambten, de vrouw in 't pre dikambt, in de wetgevende en besturende lichamen, in de vre desbeweging, in de jeugdvereeigingen, tetwijl een sectie ge wijd zal worden aan de bespre king van: nieuwe richtingen in het handwerkonderwijs, en beteekenis en problemen van het moderne huisvrouwcnberoep. De groote raadzaal is voor de ontvangst van het congres aan geboden, het eerwaardige kerk gebouw, de Munster, opent zijn deuren voor de feestelijke, godsdienstige in wijding. Tijdens het Congres zal er een jeugdavond zijn, ook een bijeenkomst van nietleden, waarop de belangrijkste vraagstukken van het congres zullen worden besproken. Als Congrestaai zullen fransch, Engelsch en lialiaansch dienst doen. De zittingen van het Congres zullen in het academiegebouw plaats hebben. Er zal hard worden gewerkt; de eenige feestelijkheden zullen zijn: een gemeenschap pelijke maaltijd, en een avondbijeenkomst op de Schanzli. Nog enkele van de oprichtsters van de vereeniging voor Vrouwenbelangen in 1885, zijn in volle actie, o.a. Frau Boos-Iegher uit Zürich, fraulein v. Mülin-en en Frau Pjeczynska-Reichenbach uit Bern, en Frau Chaponnière-tHt Genève. Zij zullen zeker met voldoening terug zien op haar werken met de stille trom, en dankbaar zijn voor het groote succes, dat zij daarop mochten verkrijgen ! S. G. F. M E-Y B o o M. C. Verhagen?Ho 11 es t e in. Naaldwerk. Christuskop met doornenkroon. Pape'gaaiduikers^op den RassJRock (foto Burdet). evengoed thuis als de visschen zelve. Even als de meeste alken beweegt hij zich onder water voort met zijn vleugels, hij vliegtonder water met groote snelheid en stuurt zeer handig met zijn roode pooten. Ook in de lucht kan hij zich opperbest voortbewegen, met zeer snellen vleugelslag en alweer stuurt hij dan met de pooten, die zichtbaar zijn als roode vlekjes aan weerszijden van den korten zwarten staart. A! vliegend toont hij dezelfde kleuren als de scholekster: zwart en wit lichaam, roode pooten, rood oog, roode snavel, blauw aan zijn basis en met gele streepen. 's-Winters is de snavel minder sterk geklemd, dan vallen heele gekleurde platen van den snavel af, die dan meteen veel minder kolossaal wordt. Ook de een jarige vogels, die wij op het strand vinden, hebben een kleiner snavel, dan men in ver band met hun naam verwachten zou. Oponze foto is die snavelteekening niet duide lijk te zien, daarom heb ik er neg een vignetje bij geteckend. Maar n ding geeft de foto dukelijk aan, n.l. dat de papegaai duiker flinker ter been is dan de andere alken. Hij staat doorgaans evenals de meeste vogels behoorlijk op zijn tcenen en loopt zoo ook vrij vlug, terwijl de alken en zeekoeten steunen op den heden voet tot aan het hielgewricht en zich ook zoo vrij moei lijk voortbewegen. De papegaaiduiker maakt zijn nest in holen tusschen de rotsen en ook wellicht zelfs veel meer in holen, die hij zelf graaft in den grond of die hij erft of steelt van de konijnen. Sommige eilanden zijn in den broedtijd haast onbegaanbaar door dat die duikers ze heelemaal hebben ondeimijnd. Zoo is het op de Scilly-eilanden en ook op de Farne's, een beroemde, tegenwoordig be schermde vogelbroedplaats voor de kust van Noithumberland. Op de Bass-Rock zitten ze zoowel tusschen de rotsen als onder het gras. Nu zou men zoo zeggen, dat ze dan ook wel in onze duinen zouden kunnen broeden, want daar kunnen ze toch holen krijgen in overvloed, Of ze het ooit gepro beerd hebhen, zou ik niet durven zeggen. Er spookt in onze ornithologische litteratuur een klein, jong papegaaiduikertje rond, haast nog een dousjoiig, in Juli gevonden op het strand te Egmoncl en thans een sieraad vormend van de collectie van Artis. Groote verwachtingen zijn op het beestje gebouwd; je kunt het nooit weten. Maar de kansen zijn ook groot, dat hij hier gebracht is door een windhoos of zoo iets. In ieder geval, laat ons niet wanhopen. Op Helgoland hebben tot nu bijna honderd jaar geleden ook papegaaiduikers gebroed, n enkel paartje. Maar toen was er een schoenmaker, die heette Koopman en was misschien de eerste Hclgolander,die aardigheid had in het verzamelen en opzetten van vogels. Die heeft toen in den broedtijd de dieren heel gemak kelijk gevangen met een netje voor de ope ning van het hol en daarmee was het uit, hoewel er altijd nog ieder voorjaar papegaai duikers komen rondvliegen om het eiland. Nu zullen we dat Koopman maar niet kwalijk nemen, want ten slotte zouden de vogels toch wel het slachtoffer geworden zijn van de booze jaren die Helgoland heeft doorgemaakt onder de handen der vesting bouwers. Overigens doen de inenscheii den papegaai duikers weinig kwaad. Er zijn er, die ze eten, met name de bewoners van de St. KHda groep, doch doordat daar eenige tienduizen den malen meer papcgaaiduikers dan menschen zijn, hindert dat niet erg. Een handels artikel zullen ze wel nooit worden, daarvoor zijn ze niet lekker genoeg. Van September tot Maart zwerven'zéop de wijde zee, nie mand weet precies waar en hoe. Soms ziet men ze in groote troepen, soms eenzaam en wat wij in ons land er van te aanschouwen krijgen is om zoo te zeggen slechts een kruimeltje toeval. JAC. P. TIIIJSSE N.V. Koninklijke Kweekerij l MOERHEIM" | te DEDEMSVAART \ kweekt jaarlijks meer dan [ 80.000 Struikrozen l Catalogus op aanvraag. l

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl