De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 15 oktober pagina 3

15 oktober 1921 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

15 Oct. '21. No. 2312 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND R> E. S T J\ U RJ 5\ NT A BE &EBVE 4-<lVi. rf^/G/1?J75.V !_/ OEMBRANDTPLEIN -44 EENIGE SPECIALITEIT | KRlMPVRIjE " GEZONDHEIDS_ ONDERGOEDEREN B* Nederlandsch Fabrikaat "HRICOTHUIS1 AMSTERDAM Ref. 8r««straat 36 TSL. «OORO 6O6O. HAARLEM Or. Houtstraat 143 w« TELEFOON MO& 2 olalgiaaclilcEJD? LUXE- EN VRACHT4c/ro's B ENZ & Cie., Amsteldijk 10, Amsterdam. riANOr COMPLETE 5OETEERING NIEUWSTE - MODELLEN ZooWEL IN HET EENVOUDIGE ALS LUXE CENRE KJSTTNEU AMJTERPAM UTUfCHT ME.ILtC.EWEG CHOOCtfTR/\AT HILVERSUM STATIONSPLEIN Fi. 20 LEIDSCHESTRAAT 22 AMSTERDAM TELEFOON N. 6812 HEMDEN HAAR HAAT Verschenen bij N. V. UitgeversMaatschappij VAN .LOOHUM SLATERUS & VISSER, Arnhem: Over Hedendaagsche Duitsche Letterkunde door HERMAN WOLF ing. f3.25 Geb. f4.50 Herman Wolf heeft een zeer verdien-' stelijken arbeid verricht door eenige studies over hedendaagsche Duitsche Letterkunde in een bundel te vereenigen,' en ik hoop hartelijk dat het in ons vaderland het onthaal zal vinden, dat; het verdient. j Het was hoog noodig dat iemand ons' aan zulk een kleine handleiding voor belangstellenden in de moderne Duitsche Litteratuur, hielp." FRITS LAPIDOTH. Wie iets voelt voor onzen bewogen tijd moet dit uitstekend geschreven boekje lezen; het is van groot cultureel belang en geeft een buitengew'oon helder inzicht." Dr. K". F. PROOST. Motor- en Zeiljachten TE KOOP, in diverse grootten en prijzen. Lijst van in commissie staande vaar tuigen gratis en franco toegezonden. BINGH/tft & LUGT AFD. JACHT AGENTUUR Slepersvest 1 Rotterdam CHENARD&WALCKER N A S H M. A. N. Automobielen en Vrachtwagens I.V. JutomibiBl Mij. HET CEITRDr Parkstraat 91a - 's-Gravenhage Tel. Haag 3569 Spoors Mosterd WA spoörjr. Culemborq SIGAREN DE HIEUW MODEL MICHELIN CABLÉ" Buitenband DE SNELSTE. DE STERKSTE. Bij alle Rijwielhandelaren f G. minimin iiiiiiin minimin m nut iim umi m n iiiiiniiiiiiiiniiin inniiiinniiiiiinimiiiiiiiiiiii de Magna Charta van het Joodsche Volk. Aandringen op de spoedige onderteekening van het Mandaat. Aandringen op verbetering der voorloopig vastgestelde grenzen. Een groot succes viel hierin tijdens het Congres te boeken: Transjordanië, een korenland dat vooral om zijn graanuitvoer voor de scheepvaart van belang is, is onder het Mandaatsgebied gevoegd. De Noordgrens echter van Palestina, naar den kant van het Fransche Syrië dus, is nog zeer onvoldoende. Met de politieke vertegenwoordiging in En geland, blijft Dr. Weizmann belast, die zich in deze kringen veel gezag heeft verworven. In Frankrijk en voor het Vaticaan blijft Sokolow de vertegenwoordiger. " . ? Veel moeilijkheden baart nog de Arabische politiek. Weizmann zeide, in zijn groote rede die hij als antwoord op de critiek der Algemeene Beschouwingen gaf : In de drie punten van den driehoek Bagdad, Mekka, Damascus, waardoor het Arabische Cultuur gebied omsloten is, moesten wij onze menschen hebben zitten die met die cultuur vertrouwd zijn en die invloed zouden kunnen uitoefenen ' om tot een wederzijdsch begrijpen en tot samenwerking te geraken. Want op samen werking van die tweeërlei semietische elemen ten, de Arabieren en de Joden, is de toekomst van het Oosten aangewezen. Dit is Weizmann's politiek. Er is ook een andere houding: die van Herbert Samuel, in zijn eerste Verslag aan de Engelsche Re geering dat als witboek is uitgegeven. De Arabieren moeten vór alles gerustgesteld worden. Hun moet beduid worden dat de Balfourverklaring automatisch ophoudt daar waar strijdige belangen der Arabieren be ginnen. Waar de Balfourverklaring dan begint is niet heel duidelijk. Maar zooals Weizmann geestig zeide, om critiek op den Joodschen Landvoogd op het congres te bezweren: bedenk dat Samuel High Commissioner is van Palestina, maar dat wij High Commissioner zijn van Eretz Israël. Ten slotte, welke houding men ook wil aan nemen, de moeilijkheden blijven voor allen even groot, want de zaak blijft dezelfde: de Joden willen er in, en willen tol eiken prijs de meerderheid worden. Het geheele Hezalsche Zionisme is daarop gebouwd. En de Arabieren willen zelf de meerderheid in het land houden. Maar ze gevoelen, tiat ze tegen de Joden niet opgewassen zijn in ijver, in intelligentie en in die stuwkracht, die het Ideaal geeft. Daarom zijn ze bezig zich te organiseerèn, en daarom willen ze de Joden liefst buiten het land houden.' En daarom weer is de beste Arabische politiek voor de Joden: mannen in 't land brengen, zooveel en zoo spoedig mogelijk, met alle macht de immigratie bevorderen. En verder inderdaad vertrouwen op de eigenschappen die de Ara bieren in de Joden vreezen: ijver en door zettingsvermogen; en op het gezond .verstand en ook wel de winzucht der Arabieren, die hen reeds nu hun land om winst doet verkoopen aan de Joden. Het Palestina-werk, de Opbouw omvat alles wat in een land door de gemeenschap pleegt gedaan te worden (scholenbouw, openbare werken enz.,) en nog langen tijd veel wat elders door particulieren betaald wordt (schoolonderhoud enz.); n heel veel om de bevolking in het land te brengen, te helpen nederzetten, enz. Het land is arm. Haast alles dat.in een oud land als Nederland vanzelfsprekend is, moet nog worden opge bouwd, ingevoerd, ontgonnen. En het volk dat dit alles doen moet en allén doen moet, want in Engeland is anti-waste troef en Enge land steekt in Palestina geen geld het Joodsche volk, dat alles alleen doen moet, is arm. De enkele rijke Joden in het Westen doen .meestal niet mee. De .Duitsche Joden, vroeger meerendeels welgesteld, zijn nu arm. De Rus sische Joden, waaronder vroeger veel rijke, zijn nu straatarm. Al put dus deze generatie zich uit, en dat zal zij wel moéten doen, wil het volk dezen inzet op leven en dood niet verliezen, dan nog zullen de geldmiddelen zeer beperkt blijven. Wat, dan, moet vórgaan: de immigratie? of de versterking van het reeds bestaande? Uit politiek oogpunt: de immigratie. Inderdaad is op het Palestinabudget, door het congres voor dit jaar aange nomen, een millioen uitgetrokken voor kosten van immigratie. Merkwaardig is, dat voor Onderwijs toch hetzelfde bedrag is aangenomen. De scholen, het Hebreeuwsche schoolwezen, is een veel omstreden punt. Elke normale bevolking betaalt de ouders aan schoolgelden, de Regeering aanvullend uit belastingen zijn eigen scholen. Palestina niet. Belastingen durft de Regeering nog steeds niet noemenswaard te heffen, en de Jischoew", de bestaande kolonisatie, is nog te weinig gewend zijn eigen schoolgeld op te brengen. Toch zijn de scholen het beste instrument ter Hebraïseering van het land. En de Hebraiseering van het land is voor de Joden, behalve van cultuurstandpunt, ook politiek van het grootste belang. Zie Vlaanderen. Dus betaalt de Zionistische organisatie de scholen, waar zij dan ook over het leerprogram te zeggen heeft en die dus nationalistisch en Hebreeuwsch zijn. De schooljeugd in Palestina is fervent nationaal en fervent Hebreeuwsch. Het geheele Palestina-Budget bedraagt 18 millioen (pd.st. 1.506.000);-het bevat nog: voorlandaankoop pd.st.300.000. Dooraankoop van uitgestrekte stukken land in het Emek Jisreel is het nationale grondbezit zeer ver meerderd. Arbeiders die reeds gewerkt hebben in Kwoetsoth (= arbaidersgroepen die Regeeringswerken hebben aangenomen en uit gevoerd), zullen dit jaar op deze landen worden ge settled". Voor dit en ander kolonisatiewerk is uitgetrokken pd.st. 225.000. Verder bevat de Palestinabegrooting o.a. posten voor gezondheidswezen, voor het begin van uitvoering van een irrigatieplan, landbouwproefstation enz. Het Opbouw-fonds. Als grondslag daarvoor is de Maasser(= tiende)nogeens nadrukkelijk vastgesteld; van eiken Jood, Zionist of niet, wordt n tiende van vermogen of inkomen gevorderd. Er zijn bij zulk een algemeen Joodsch fonds groote moeilijkheden. Hoe het in te richten dat der Zionistische organisatie de controle en de macht over het geld behouden blijven, hetwelk- haar toekomt, omdat zij alleen de ervaring heeft en zij bovendien verantwoordelijk is voor het groote werk, als zijnde de Jewish Agency" van art. 4 van het Mandaat. Men heeft de oplossing ?gezocht door aan het hoofd te stellen een Coundl waarvan de helft in 1922 te benoemen is door de deelnemers aan het fonds, de andere helft door de Zionisten, deze met zitting in de Executive" der wereldbeweging.?Verder. van het groote grondkapitaal zal een zeker deel bestemd zijn voor improductieve uitgaven (scholenbouw, drooglegging van moerassen, bebossching enz.) een deel aan productief werk, als huizenbouw, een deel tot dekking van loopende uitgaven, (immigranten-ver zorging, keukens, enz.). De vraag is hoe de onderlinge verhouding dezer deelen moet zijn. Waarbij komt dat de terminologie nogal willekeurig is, en de zelfde uitgaven soms productief, soms improductief Zullen zijn. Een der voornaamste "geschilpunten bij de Amerikaansche afscheiding was de ver deeling der inkomsten van het Keren Hajesod in investments" en donations". Brandeis c. s. wiens standpunt op het congres door Julius Simon werd ingenomen, meende: wan neer geld als investment wordt geaccepteerd, dan moet ook rente gegarandeerd worden, en dat kan men niet. De andere partij heeft intusschen bij de inrichting van het K- H. toch doorgezet dat investment" zullen worden geaccepteerd en daarvoor certificaten uitgegeven. Deze strijd zal wel theoretisch blijven.Hetkan moeilijk anders of in een arm land, een aan hui zen, industrieën, openbare gebouwen schaarsch land zal alle geld nog langen tijd fond perdu gestort moeten worden. Al het opgehoopte kapitaal, de rijkdom aan geld en energie die generaties lang in een oud-gecultiveerd land als b.v. Nederland gestoken zijn, moeten in enkele geslachten worden ingehaald. Maar de gevers weten dit wel, en zullen zich van hun investment" wel geen illusies maken. De Joden begrijpen wel dat er een haast bovenmenschelijke krachtsinspanning van hen gevorderd wordt. En dit is van dit Congres wel de hoofdindruk: het volk begrijpt dat zijn eer op het spel staat. Het ziet dat Engeland weinig helpt en veel verwacht en dat is goed. Zoo alleen wordt de energie geprikkeld tot het uiterste. Wie zichzelf niet helpt, dien helpt God zeker niet. J. O R N S T E I N?H O O F I N. iiiniiiimnniiiilmniiiimmiinlimmitiiiNnmiiiimiililiimi minimum iiiiniiuiiiiniiHiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiinmHiiimmiiimi iiiiiinnitimniiimiiiiilinmmiiminniimimiinmim nniii iiimmim MARA Uitvoering van Het Schouwtooneel in den Stadsschouwburg te Amsterdam op 7 Oct. 1) Het is een heuchelijk teeken, dat dit stuk kon worden opgevoerd en door het publiek vriendelijk is ontvangen. Er was geen groote geestdrift, maar er was die waardeering, die een zeekere onderwerping en eerbied van het publiek toont. Dat is in dit geval van hooge beteekenis. Nu is 't een dubbeltje op zijn kant. Wordt het publiek in die waardeering ge steund door de pers, dan kan het stuk zich houden. Wordt er hard gespot en veel aan merking gemaakt, dan bedenkt het publiek, dat het zich zoo werkelijk een beetje verveeld heeft, en dat het niet heevig is ontroerd en gepakt. Wie onze Nederlandsche dramatische kunst liefheeft, neeme hier dadelijk en krachtig: stelling. Dit is een goed stuk. Wie er zich bij verveelt, toont eenvoudig, dat hij door sterk gekruide en luchtige kost verwend is, dat het strenge, sobere, ernstige de gezonde drama tische kunst hem niet meer smaakt. Nie mand late zich dus misleiden, niemand meene, dat alles waarbij een gewoone schouwburg bezoeker zich verveelt, ook werkelijk niet deugt voor 't theater. Dat is niet waar. Ik heb k het onderdrukte geeuwen wel gehoord in de zaal, bij scènes die toch zeer goed waren. Maar waarlijk, die geeuwen zijn geen juiste teekénen van de dramatische onwaarde van een stuk. Een bewonderaar van het meer frivoole genre waarmee de directies hun publiek trachten te lokken, door geldzorgen bedreigd en teegen beeter weeten in die zal dit werk van Middendorp niet bijster waardeeren. En als een kritikus er dan wat bijtende ironie oover giet, dan is het spoedig er mee gedaan. En dat mag niet, want wij koomen verre te kort aan ernst, en aan schoone, zuivere dramatische taal en dramatisch gevoelen. Het drama Mara &PAANSOH, EN Q ELS O H, FR A M S OH, OUITSOH oto. Berlitz-School Hoofongi-moht 4-B1 H. 3288 Pract Onderwas door buiten!. Leeraren 1) Er verscheen van Mara", in boekuitgave, een waardeerende bespreeking door N. C. S. in dit weekblad heeft de groote kwaliteiten, die een drama maken tot een zaak van nationaal belang. Ooveral, waar onze geliefde taal gesprooken wordt, behoort men zich voor dit werk te in teresseeren. Hoe lang heb ik nu al naar mijn beste vermoogen gestreeden voor het goede, groote, verheeven drama, dat ondanks stren ge wreedheid en ontzettende tragiek, toch verheft en verkwikt.- Omdat het ons brengt in die zuivere dramatische sfeer, waarvan Hebbel zegt, dat ze door haar heldeiheid en klaarheid ons sterkt en gelukkiger maakt. Geen der gevierde drama-schrijvers van onzen tijd voldeed mij daarin. Ook'Heyermans niet, ondanks al zijn verdienste, ook Shaw niet, noch Ibsen, noch Strindberg. Hun stukken zijn pakkend maar dat is de voornaamste vereischte niet voor een goed drama.. Aan dat werk ontbreekt juist wat voor mij de hoofd zaak is in een tooneelstuk: de verheevenheid, die toch natuurlijk en niet pathetisch of rethorisch is. En de zuivere verheeven taal, die een schatkamer behoort te zijn voor de uitingsmiddelen van het geheele volk. Dit trof mij in de Duitsche theater-waereld, ?dat het tooneel daar werkelijk de bron is, voor de leevende, schoone, Duitsche taal. Wie goed Duitsch wil hooren, ga naar het theater. En och arm! hoe treurig was het daarmee in <ons land gesteld ! Wat al rare accenten en diaJekten hebben er op 't Leidscheplein geklon ken, waar men toch schoon en zuiver Neder landsch zou verwachten te hooren. Laat ons dit dan allereerst dankbaar vast stellen, dat in Mara schoon, en nu en dan zelfs prachtig Nederlandsch gesprooken wordt, en dat er goede verzen worden gezegd. Dat ze ook goed gezegd worden, kan ik er niet bij voegen.Alleen Ko van Dijk blonkin dit opzicht uit. In hem moet men den echten, geroutineerdenacteur en verzenspreeker bewonderen. Hij verstaat het vak, zooals geen der anderen het deeden. Men spreekt dikwijls oover di lettanten alsof zij het eigenlijk beeter doen dan de beroeps-acteurs. Maar Ko van Dijk toont hoeveel het beteekent, als men werkelijk het verzen-spreekcn -?dat is toch de hoofdzaak in een drama met volle beroeps toewijding verstaat. Hij geleek de eenige beroeps-acteur, die zijn vak liefheeft en tot volkoomenheid zocht te brengen. De anderen deeden hun best, naar het scheenen dillettanten.Zij beheerschten noch hun verzen,noch hun tooneel, noch de zaal. Het zijn acteurs van talent en goeden wil, maar voor dit werk niet bereekend. Voor een spel als dit, met zulke soobere, groote lijnen, en met zoo strenge, diep-gaande taal, moet men spreekers van den eersten rang hebben, in alle rollen. De titelrol Mara werd gegeeven door een zeeker veelbeloovende jonge vrouw, maar eene die de eerste graden van groote tooneelkunst nog niet heeft bereikt. In een goed georganiseerd volk, waar de tooneelkunst door de gemeenschap zou wor den beschermd en verzorgd, als kostbare schat en verheffende macht voor 't volk sa mengaande met hetethisch religieuze leeven, daar zou aan de actrice, die voor Mara speelde, nog niet geoorloofd worden in zulke rollen op te treeden. Daarvoor zou ze veel zwaarder en langduuriger studie achter zich moeten heb?ben. Maar het komt mij wel voor, dat zij ge noeg in zich heeft om dien hoogen graad van dramatische wijding te bereiken, die eevenmin als het religieuze priesterschap gemakke lijk bereikbaar mag zijn. Van de twee jonge mannen-rollen kan ik dat niet zeggen. Zij brachten hun rollen er uit zonder dat er veel van terecht kwam. Zij waren hun taak niet volkoomen meester. Met een eigenaardige weemoed zag ik deeze voorstelling. Hier waren juist die bizonderheeden te vinden, waarvoor ik zoo lang en zoo vaak heb gepleit, in kritiek en in eigen productie. Hier was de Proloog, die ik ook altijd bij mijn eigen werk gewild had, en desnoods zelf had willen spreeken, maar die ik nooit in de geleegenheid was ten tooneele te brengen. TRIPLE SEC. COMBIE1" Inportépar SCHMITZ & Co., Utrecht Hier was de muziek, die nooit behoorde te ontbreeken in een ernstig drama, en die ik ook altijd bij mijn stukken wenschte aan te brengen. En hoe heerlijk was de werking er van, in dit stuk, waar het koor meespreekt, zooals ik dat steeds bedoelde, en haar ernsti ge melodische taal laat klinken tot bekrach tiging en verdieping van het dramatische gesprek. Zóbehoort muziek en drama samen te gaan. Niet door het drama tot een zangspel of opera te maken. En eindelijk, hier was het uiterst eenvoudige maar dramatkch machtige gegeeven, en de weigebouwde structuur. Het groote motief, de sfeer der onreinen en uitgebannenen, en het jonge leeven daarin. Geen pooging tot pakken" of boeyen" maar een grootsch en voor ieder mensch verstaanbaar en belang rijk thema, met veel waardigheid uitgewerkt. Op 't moment, dat de twee schipbreukelin gen den muur en de poort vinden en begrijpen, dat ze voor een verblijf van melaatschen staan begreep ik, dat hier een schrijver aan 't woord was, voor wien het theater is, wat het voor mij is. Hij wil het hebben, eevenals ik: groot, soober, eenvoudig, schoon en zuiver van taal,klaar van bouw en structuur zonder truukjes en complicaties, zooals Ibsen ze zoekt om de menschen te pakken" -ook onder verrassende verwikkelingen en spannen de handeling neen l machtig teegen elkaar gezette toestanden en aandoeningen,zonde r n trivaal of banaal woord. Zoo was het hier. Wat is eenvoudiger dan dit gegeeven: het melaatschen-huis met de jonge vrouw eriri en de twee schipbreukelingen, in dit vreeselijk oord gestrand? Dat een zoo eenvoudig en zuiver werk door een Nederlandsch poëet werd geschreeven en een directie vond die het wilde opvoeren, dat is een heuchelijke gebeurtenis, die we met alle macht moeten steunen. Niemand kan er zich meer om verheugen dan ik. Maar voor mij is het weemoedige niet van die vreugde te scheiden. Ons volk doorleeft een langsamen tijd van opvoeding en cultuurontwikkeling. Daartoe behoort een beeter begrip van het theater, als een nationaalreligieuze instelling, die staats-zorg en staats hulp in de eerste plaats verdient. Aan die opvoeding heb ik naar mijn beste weeten meede gearbeid, met de beginselen omtrent het theater, die ik zooeven noemde. Het drama Mara" zou niet geschreeven kun nen zijn, noch vertoond zijn geworden ??zon der die opvoeding en haar resultaat. Middendorp oogst waar veele anderen ge zaaid hebben. Misschien zelfs verkrijgt hij een blijvende positie in onze, tooneelwaereld, een macht teegen het ellendig bioscoop-euvel in zijn slechsten vorm, en teegen de niet mmder miserabele flirtcomedies. Het weemoedige voor mij is nu dit bedenken, hoe anders mijn arbeid had kunnen werken als ik onder de theater-directies warme vrien den en meecle-standers had gevonden. Hoe heerlijk is het zijn arbeid vertoond en verklankt te zien. Hoe bitier is het wee ten van het moois, dat had kunnen zijn, en dat nu in de kasten der directies verstopt is gebieeven. De Breederveete," Lioba", Minnestral" Ysbrand" ??ze zijn niet zoo eenvoudig en soober als Mara, dat in dit opzicht beeter nog voldoet aan hetgeen ik eisch voor een tooneelwerk, ??maar ze hadden toch iets kunnen bijdragen tot onzen schat van theater werk, dat beeter, wil zijn dan het frivoole genre. Een dozijn stukken liggen ervan mij; vijfen dertig jaar heb ik serieus voor het to'oneel geschreven maar de voldoening om ze vór mij te zien, in goede uitvoering," die werd mij weinig, of in 't geheel niet ge gund. Dit is weemoedig te bedenken. Ik weet we!: ik behoorde alleen maar blijdschap te voelen omdat er iets goeds is gemaakt en waarschijn lijk als zoodanig zaïaanvaard worden. Maar toch is het niet meer dan menschelijk, dat ik weemoed voelde bij een zoo gelukkig feit. FREDERIK VAN EEDEN Walden, 8 October 1921.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl