Historisch Archief 1877-1940
19 Nov. '21. No. 2317
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
BIJKOMSTIGHEDEN
l.
(Het is ons aangenaam te kunnen berichten,
dat Mejuffr. Annie Salomons voortaan
geregeld aan ons blad zal mede
werken. Red.)
Neen, schrikt u maar niet, omdat alweer"
een vrouw alweer" een nieuwe rubriek opent:
ik kom niet, omdat ik meen iets te hervormen,
te verbeteren, te leeren of te verbieden te
hebben; ik ben er diep van doordrongen, dat
de man bedoeld is als de leidende geest, de
wegbereider, en de vrouw als het behoudende
element, het verzorgende, het bindende; ik
?weet, dat de man het geheel ziet; dat hij de
abstracte ideeën denkt, terwijl de vrouw op
de details let; en het concrete voorbeeld
uitwerkt Een vrouw onthoudt een wereld
revolutie aan den datum, waarop ze een paar
nieuwe schoenen kocht; eeji vrouw ziet het
dreigende bankroet van Duitschland onder
den hoek van Wat zou je daar nu een koop
jes kunnen halen!" Als de man bespiegelt
over de neergaande lijn in de prijzen der
zuivelproducten, heeft zij al gezien, dat je
op den hoek Australische boter van ?1.40
kunt krijgen; maar als ze, op haar beurt
den man nabespiegelen wil, en ook een eigen
wijs gezicht trekt, en doet, alsof ze liever
in de hooge politiek zweeft, dan de practische
belangen voor de gemeenschap te behartigen,
dan wordt-ze vervelend.
Neen, ik wil me bij de bijkomstigheden"
houden, die lieve bijkomstigheden, waareen
man overheen kijkt; maar waar wij onze over
tuigingen aan toetsen; die bijkomstigheden,
die soms zoo belangrijk kunnen zijn, dat we
den man, die daar bovenuit leeft, soms bijna
zouden uitlachen, omdat hij daardoor niet
vermoedt, wat wij allang hadden begrepen.
Op het terrein der bijkomstigheden voelen wij
ons superieur; is het dan maar niet beter
-om op een klein veldje zorgeloos rond te
grasduinen, dan opgeblazen en bnnoozel
iets over het groote leven en de groote wereld
in het midden te willen brengen?
Daar is nu b.v. de liquidatie van den
grooten oorlog: de horden van werkeloozen in
alle landen, en het door-elkaar-raken van
de waarde der verschillende valuta, zoodat
het internationale ruilverkeer zoo onhar
monisch gaat, als het loopen van een
zwaarmank man Hemel, wat een problemen,
en die arme, arme hersens, die trachten moe
ten daar weer eenigszins bevredigende op
lossingen voor te vinden!
Maar nu is er een heel klein onderdeeltje,
een onbelangrijke bijkomstigheid, als u wilt,
en daar heeft juist mijn aandacht zich gretig
van meester gemaakt: dat zijn de ambte
naren van de crisisbureaux, van de pass
nmartelkamers, die jaren-lang over ons heb
ben geheerscht als absolute tyrannen, van
wier goedgunstigheid het geluk van ons leven
afhing, en die nu binnenkort aüen weer als
gewone menschen door de straten zullen
loopen, en net zoo goed rechts" zullen
moeten houden, als de verkeersagent wijst,
als welke andere burger ook....
Denkt u nogeens terug aan den tijd, (we
vergeten zoo snel onze diepste vreugden)
toen het bezoek van de kolendragers een
evenement was, dat het heele gezin in de
voorkamer samenbracht, om met verteederde
'oogen elke zak, die naar binnen werd gedragen,
in bezit te nemen.. ( Toen dit najaar hun
wagen voor de deur stilhield, bleef ik gewoon
doorwerken; en het meisje beklaagde zich
over hun vuile voeten !) Maar als die simpele
uitvoerders-van-een-wil-van-boven toen al
zówerden vereerd, hoe aanbiddend moeten
we dan tot de godheid der distributie zelf
hebben opgezien, al verborg hij zich onder de
bescheiden gedaante van een langen jongen,
die nog nauwelijks de H. B. S. was ontgroeid.
Ik herinner me, als een van de belangrijkste
dagen in mijn leven, nog den mooien
herfstmorgen, dat ik hem in zijn somber bureau
/7
V
ging bezoeken, om een extra-rantsoen Teekening voor ,.De Amsterdammer" van B. van Vlijmen schilderij is, gelukkig, zonder te veel
?,. m>?.?..i,!,,..*,,,, f *?K?,I?I?K, afleidend détail gebleven. De lijn tegen
de lucht is groot (de lucht zelve
met de maan is teederrijk); vór
het donkere deel van den achtergrond
beweegt zich de Rattenvanger, meteen
waaiende lap om, met een witten
nauwsluitenden broek, met op den
grond de optocht, gedwongen door het
spel en bedwongen door het spel,
van de ratten. Een andere eigenschap
hier te waardeeren, is, dat zonder veel
vorm schijnbaar, de' donkere partij
waarvór de figuur heentrekt, aller
lei insinueert" Er is in deze
poppenschilderijen, zooals ik schreef nog
iets nieuws te constateeren. De poppen
zijn meer menschelijk dan vroeger; ze
treden meer in het leven. De vraag
is te stellen: zal dat zoover gaan, dat
ten slofte de poppeschilderes haar pop
pen door menschen vervangt (ze deed
het wel eens) of is het enkel een be
wijs van innerlijke intensiteit?
De schilderessen Jacoba Surie en A.
van den Berg stellen tegelijk met Lizzy
Ansingh werk bij Kleykamp ten toon.
Van deze twee is Surie de meest
for'sche, Van den Berg de meest .vrou
welijke. Surie heeft stillevens en figuur
(een ziek kind; een zelfportret) soms
in een fleurige, soms in een meer in
toom gehouden kleur. De kleur van
Van den Berg is meer vrouwelijk, in
derdaad; de bouw van het werk is niet
altijd voldoende verzorgd; er zijn leege
plekken. Een der innigste is het
schilderij met het roode kistje en met
den pot; te noemen is 'dat met het bal
schoentje (om de witten) de Zinnia's om
de kleurigheid.
Mevrouw Woutersen-van Doesburgh's
werk is het werk eener dame, die
zich
voor m'n werkkamer af te bedelen. Ik
had me zorgvuldig voor de audiëntie
gekleed, en stond in een lange rij wach
tenden, die allen popelden van span
ning Om geestelijk op de hoogte
van het groote oogenblik te zijn, las ik
in Dostojewski.
De afwikkeling der gevallen ge
schiedde meestal met bekwamen spoed:
zóer in zóer uit geweigerd.
En daardoor stond ik, nog maar
nauwelijks voorbereid, plotseling voor
den assistent van den almachtige, en
verklaarde, dat ik cursussen
prepareeren moest, en dat die cursussen hon
derden menschen samenbrachten in
n zaal, en dus het rijk zooveel gas
en kolen van al die diverse huiska
mers spaarden, dat het eenvoudig een
kwestie van oeconomie was, mij aan
m'n rust-om-te-werken te helpen.
Ik moet ook artikelen schrijven,"
zei ik en passant; en toen keek de
groote man van achter zijn bureau mij
aan, en kwam naderbij; hij schreef
k artikelen. Ik stelde me voor : hij
kende m'n naam. Hij had zelfs weieens
iets van me in een voetbalkrant ge
lezen. We schudden elkaar de hand,
en ik mocht gaan zitten. We spraken
over den toestand"; het was met
de kolen heel slecht; Duitschland kon
niet leveren, Amerika lag' zoo ver,
en ondertusschen vulde hij met een
keurig handschrift een blauwe kaart
voor me in, verontschuldigde zich
nog even, dat hij me niet mér toe
staan kon, en, na nóg eens
handenschudden, begeleidde hij me naar de
deur.... En terwijl ik, beduusd en
overweldigd, de nog volle gang door
liep, hoorde ik plotseling een plechtige
stilte achter me aansuizen; alle
menTOHANMA
JUH/UNINA
PLASSCHAERT
HAAGSCH KUNSTLEVEN
en vertwijfelde zielen, die in de gangen van ligt onder een gelen deken. Het Meisje,
een vies passenbureau hun noodlot verbeidden? deze zieke, is niet erg braaf, en evenmin is de
Als het jongetje zei: Ge moogt er niet in" dokter een exempel van openbare deugd;
aanzag, dan waart ge den koning te rijk;
maar dat gebeurde uiterst zelden. Want
werk verwant aan Molière's inzicht. Het
andere het pootje" is eveneens als anekdote
de vreugde van het heerschen bestaat voor te zien, maar deze anekdote is opgelost in
den onuitgegroeiden geest vooral .hierin: schilderkunst. Het gevaar van deze soort
hondsch te kunnen zijn, zonder dat het on
middellijk gestraft wordt.
kunst is hier vermeden; ze is niet-litterair
geworden, of litterair gebleven. Meer
moraliWat moet er nu van dit ventje worden, als seerend in den gewonen zin van dat woord Mad. Jane Setnpéten gehoore kregen. Aan
zijn geestelijke O.W. weer op is; als hem de is haar drankwinkel," een paraphrase,. de liedjes ging een rede vooraf, door den
conmacht weer is ontnomen vlak voor den neus
van een deftigen, ouden meneer de deur
férencier gehouden, waarin geheel het ver
leden van Frankrijk, door zijne liedjes, voor
ons herleefde. Zoo kregen wij historische,
politieke,satirieke liedjes,,,chansons d'amour"
volgens haar inzicht, van de zaak Wijnand
Fockink in Amsterdam. Naast de figuren
dicht te gooien, of een juffrouw van de trap te (twee achter den toonbank, vier erbij, een
duwen met het koninklijke woord: Ik heb weggaand) is hier de ruimte in het werk te
gezegd: vijf te gelijk" Hij vindt zich waardeercn, en het stilleven van al de fles- uit de 12de tot de 19de eeuw, met veel charme
i :* .u..:. =_ ^ .,.,.. ..M ...... ...... ,_ ........ .......... gezongen door Mad. Sempé, en met groote
aantrekkelijkheid van eene geimproviseerde
zeker niet van minder belang is dan d8 stem
ming in de figuren.... Eerbetoon aan de
overleden schilderes Thérèse Schwartze vindt
ge in de groote, langwerpige ,,uitvaart", een
stoet poppen, zich naar links bewegend,
treurend, f het palet-dragend, f het pen
seel rechtop houdend als een spies. Het
werk is een geheel, waarin verscheidene
partijen treffen, als zeer goede schilderkunst:
de maskers, het muziekinstrument, enkele
VIER SCHILDERESSEN (KLEYKAMP, DEN HAAG) der P°PPen> met de volledige stofuitdrukking.
immers nooit meer thuis in de wereld, als hij schen, langs de muren opgeborgen. Er is in
een gewone jongste bediende, of een gewone dit stilleven een stemming gebracht, die
piccolo moet worden.... Zou deze zeer speciale " " '
kategorie van Kriegsbeschadigten" ook geen
recht hebben op nationale ondersteuning?
ANNIE SALOMONS
SCHILDERENDE VROUWEN
In deze stofuitdrukking vindt ge een der
Twee dingen zijn dadelijk op te merken merkwaardigheden van dit toch romantische en diens populair liedje: Le Roi d'Yvetöt",
bij de belangrijkste dezer vier schilderessen, talent. Het openbaarst is van de beste wer- het bekende: Le beau Danois" (door
kobij Lizzy Ansingh. Het eene, en dat is niet
nieuw, is dat zij alles wat haar in haar leven
ken, dit romantische in den Rattenvanger",
een figuur met rood haar, die veel keer in
ningin Hortense getoonzet) en niet het minst
charmante: ,,Malbrough," allergeestigst door
overkomt (tenminste dat, wat haar innerlijk het werk van Lizzy Ansingh weerkeert. Het den componist begeleid, en door de diseuse"
PRIMA KAPOKMATRAS
9O x 190
va "af f 31.5O
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiimniMi'. iiiiiiiirii
gezongen. Liedjes als: Nous tions dix filles '
a marier," het droeve Pauvre Jacques," van
Rousseau, Le Roi Dagobert, Lasans-gêne,"
en het lieflijke: Verduronette," hetwas
een avond, die ons, in dezen zwaren,
tragischen tijd, het verrukkelijke van Frankrijks
geest bracht. Wij ? hopen de beide artisten
spoedig hier terug te mogen zien.
Als noot voor het eerste gedeelte van Haagsch
Kunstleven stond oorspronkelijk ter aanvul
ling van den titel De verzoekingvan Boeddha:
Gedichtin Proza van Rient van Santen, Muziek
van B. van den Sigtenhorst Meijer naar soli,
vrouwenkoor, strijkorkest en celesta.
M. BERDENIS v. BERLEKOM
II IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIMIIII IIIIIIII1IIIIIIIII
Eenzaamheid
ansuzen; ae men- c 11 i net ma^en van miniaturen,
schen weken opzij; ik keek om: daar Spraakleerares te Amsterdam v.erde deze week haar gouden jk schree{ bjjna oneerbiedig; den jd'
stond de schincker alles goets" zélf jubileum ver-drijft. Maar laat ik met meer
achter me, en glimlachte, en bood me ....... "" .......... ?«??????«m»........... ? ........ mm»..... ...... ? ..... mmm.mmmmnmi respect hier noteeren, dat ik niet tot de
een boek: ik had in mijn consternatie Dosto- aakt) neerschrijft in haar schilderijen-met- werkelijke waardeering harer conterfeitsels
jewski op de bureau-tafel achtergelaten ____ poppen. Deze voorstellingen krijgen daardoor kan komen, en tevens de vrees uitdrukken
De portier groette me met verbaasd ontzag voor wie ze lezen kan, de kracht van een ver- dat ik niet zie, wanneer zulke waardeering
omdat ik blijkbaar iets bizonders was. haal van haar leven. Natuurlijk worden bij zal komen.
Maar nu we onze kachels weer zonder deze schilderes met phantasie de
gebeurtebuitengewone démarches snorrende kunnen nissen niet getrouw-naar-het-uiterlijk weer
houden, wat is er mr van den machthebber gegeven (wat beteekcnde anders haar
vergeworden, die met zoo beminnelijken eenvoud, beeldingskracht?), maar zij worden verwerkt.
zijn onvergelijkelijk belangrijke taak vervulde? Het Innerlijke, dat de gebeurtenissen voor
En wat werd er van die andere potentaten, haar hadden, komt onomwonden uit haren
die dikwijls heel wat minder nobel van hun ironischen, soms agressieven geest naar voren.
vermogen om gelukkig of rampzalig te maken Een voorbeeld daarvan zijn de twee schilde- ________
gebruik maakten? Wie denkt in dit verband rijen met de zieke en met den zieke, die ,,de
niet met een zeker leedvermaak, gemengd diagnose" heeten en het pootje". Beide . .
met mededoogen, aan het potsierlijk hoog- werken zijn ontstaan na Lizzv Ansingh's 'n "et vorige nummer is m kolom drie
moedige kereltje van een jaar of vijftien, dat operatie, en zij bevatten haar ironische of onderaan de ondertitel, voor het tweede
gemet z'n mooi, onaandoenlijk gezicht, zijn agressieve beschouwingen over deze zieken, deelte, weggevallen. Zonder deze was het
Schillerkraag en z'n bloote knieën, de schrik De eene is een vrouw, die in een ledikant ligt dfn volgende gedeelte onbegrijpelijk ; wij
was van de arme, slaafs-onderdanige, getrapte met een korten vierkanten hemel, en de zieke plaatsen het thans in zijn geheel.
De wind huilt klagend door de takken
En rammelt aldoor aan mijn raam.
De wind huilt en ik hoor in 't klagen
Den heelen nacht alleen jouw naam.
Mijn ziel weent in de lange nachten
En weent den grijzen, grauwen dag.
Ik zit maar stil en droef te wachten
Tot ik je stem weer hooren mag.
O u u s M.
VERZOEKE ALLE STUKKEN VOOR DE RUBRIEK
VOOR VROUWEN" IN TE ZENDEN AAN HET
SECRETARIAAT VAN DE AMSTERDAMMER"
KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM.
LUCIEN DE FLAGNY en JANE SEMP
Deze Parijsche artisten gaven voor de leden
dan was er geen hooger beroep mogelijk, beidenzijnze niet zonder een iets, dat erger der alliance frangaise," in den Haag, eene
conAls het jongetje u met een goedgunstig oog is dan enkel ondeugend. Hierdoor wordt het férence over Le Passéde la France, a travers
ses refrains" (het verleden vanFrankrijk, door
zijne liedjes.) Een avond vol geest, charme,
vroolijkheid en distinctie, waarin wij het beste
van Frankrijks leuke liedjes, toegelicht en
begeleid door Lucien de Flagny, en
allerbekoorlijkst gezongen en voorgedragen door
Een keur van delicieuse
Si tiico'aas Geschenken
begeleiding voorzien door M. de Flagny. De
conférencier sprak over Henriette d'Angeville,
die de liedjes uit haar tijd bijeenbracht, over
Le caveau" en zijne zangers en dichters,
over la Reine Hortense", en de romancen
uit dien tijd, die onze grootouders zongen,
over Béranger en Desaugiers. Zoo kregen wij
beelden van typisch fransch leven: Paris
a cinq heures du inatin" (Desaugiers), zeer
rad voorgedragen, de aardige Roi.de a
tricoter" (?Veillée d'une petite ville"), het
ontroerende ,,la Grandmère" van Béranger,
SIPKES'
FIJNSTE DESSERTWERKEN.
Sipkes' Geconfijte Vruchten
Sipkes' Borstplaat
Sipkes' Fondants
Sipkes' Drops
Sipkes' Marsepein
Sipkes' Vruchtenpates . . .
Sipkes' Frambozenkoekjes.
rijn verkrijgbaar in luxekistjes bij alle
winkeliers in fijne consumptie-artikelen.
Fabrikante:
Sipkes'Jamfabriek - Haarlem
HOFLEVERANCIERS.
«mimiiiimiiuiiiiiiiutiiiiiiiiiiiimirtiiiiiimuiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiittiu
NATUURSGHOON
Het ontwerp Boschwet bevat een bepaling
dat bosschen onteigend kunnen worden
wanneer dat wenschelijk is voor het behoud
van natuurschoon. De juiste redactie heb ik
op het oogenblik niet bij de hand. Deze
bepaling komt dan in de plaats van den
noodmaatregel van het kapverbod, dat in
de laatste jaren over het algemeen zoo
heilzaam heeft gewerkt en waaraan wij het
te danken hebben, dat een paar van de
mooiste boschlandschappen van Nederland
nog juist onder den bijl vandaan geglipt
zijn. Het was een noodmaatregel, zonder
eenige voorbereiding en meestal wat dilet
tantisch toegepast. Het kwam er maar on
aan, of de een of andere liefhebber en kenner
merkte dat mooie boomen of mooi bosch
bedreigd werd. Die berichtte dat dan mid
dellijk of onmiddellijk aan de Directie van
het Staatsboschbeheer te Utrecht en dan
was de zaak spoedig in orde, al«kwam dan
soms het kapverbod pas, nadat een groot
deel van het woud reeds was gevallen. Ook
is nog al veel natuurschoon vernietigd zonder
dat er een haan naar gekraaid heeft, want
ons land heeft al veel bosschen en boom
landschappen van groote schoonheid, die
slechts bij weinigen bekend zijn.
Als de Soerensche bosschen gekapt werden
of indien men den Dassenberg ging
ontwouden, dan zou er een kreet van veront
waardiging opgaan door het heele land. De
meeste Nederlanders kunnen zich niet voor
stellen, dat men ooit zoo snood zou kunnen
wezen, om de. Middachter Allee te vellen.
Maar er zijn bosschen in ons land, die heel
wat meer natuurschoon bieden, dan die
Middachter Allee en waarvan men liet
verlies niet zou voelen, omdat men ze niet
kent. Wie van mijn geduldige lezers heeft
wel eens rondgedoold in de bosschen van
Vennevertloo? Zij behooren tot de schoonste
n Kederland en zoo zijn er nog
wel meer, vooral in den nog lang
niet genoeg gewaardeerden Achter
hoek van Gelderland langs de
Duitsche grens. Vennevertloo is
gelukkig ongerept gebleven, maar
in den zomer van 1918 vonden wij
vlak in de buurt langs een van de
vele klare, kabbelende beken heerlijk
beukenbosch in vollen bladerdos
geveld. En niet alleen in Gelderland,
maar ook in Twente, Brabant, Lim
burg, Westerwolde zijn prachtige
boschpartijen, die slechts bij en
kelen bekend zijn, en die in de
laatste jaren een zeer kwade kans
hebben gehad.
Dat zal nu allemaal vaster en
veiliger worden, want indien het
aangehaald artikel wet wordt, dan
moeten de uitvoerders van die
wet wel zeker een legger maken
van de Nederlandsche bosschen,
die van belang zijn om het
natuurschoon. De toepassing van
het kapverbod geeft mij de hoop,
dat het begrip nog al ruim zal
worden genomen, wat in zake van
smaak wel altijd het veiligste is.
Werkelijk schoone wouden hebben
wij in Nederland maar zeer wei
nig, maar er zijn er genoeg, die
het bij een goede behandeling kun
nen worden en die dan ook al heel
aardig onder weg zijn. Sommige
hellingwouden in Zuid-Limburg
zijn onovertreffelijk en worden
misschien alleen geëvenaard door
enkele partijen uit de wouden van
den Jansberg, Hoog Soeren, het
Winterswijksche en het
Dinkelland: gemengde bosschen van
velerlei houtsoorten en van veler
lei leeftijd, met rijken ondergroei
van jong opgaand hout en
heeftergewas en met een dichte en
iiiiiimmmmHiiM MMIIII i iiiiiiiiiiiiuiiiii iiii.iiiiiiiiiiiiiiimiuiiiiiiiii m»miiiiiiiiiiiimiiiiiit
dikke levende laag op den grond, waar niet
alleen de mooie bloempjes van het bosch
tieren, maar ook de lagere sporeplanten
Natuurschoon in den Achterhoek
(Uit de Levende Natuur)
in al haar noodzakelijkcn overvloed aanwezig
zijn. In zulke bosschen is ook plaats voot
herten en reeën, voor vos en das en edel
marter, voor eekhoorns en
grootoogige slaapmuisjes, voor havik
en boschuil en alle woudvogels,
voor wecrschijnvlinder,
ijsvogelvlinder en glasvleugelpijlstaarten
en allerlei ander gedieite, dat ge
buiten zulke gezegende plaatsen
nooit te zien krijgt. Ge voelt,
dat we van zulke bosschen er
maar zeer weinig hebben, maar
ze zijn er toch in Limburg en
den Achterhoek en het is wel een
inbreuk op het bezitrecht waard,
om er meer zoo te krijgen. De
heerlijkheid van zulke dingen kan
ons" verheffen uit veel armoedige
beslommering en de beschaafde
Nederlander zal zich in het bezit
van dergelijke bosschen wel even
zeer verheugen als in zijn aandeel
aan de Staalmeesters of het
Straatje van Vermeer. Het feit,
dat die mooie bosschen bestaan,
pleit voor hun bezitters en wettigt
het vermoeden, dat van ontei
gening ook vooreerst geen sprake
behoeft te zijn. De maatregel
zal eerder toegepast moeten wor
den op bosschen van den twee
den rang, die door bekrompen
behandeling niet tot volle ont
wikkeling zijn gekomen, maar een
goede belofte inhouden voor de
toekomst. Tot deze categorie be
hooren de meeste bosschen van
den Veluwezoom.
Er is nog een groepje, waarop ik
de aandacht wil vestigen, n.l. de
bosschen, die botanische merk
waardigheden bevatten van den
hoogstcn rang: het bosch van
Appelscha, waar de Linnaea
borealis groeit, de Drentsche en
Westerwoldsche bosschen met de
Ze\cnster en de Zweedsehe
Kornoelje en de Bergbraarn. Sommige
van deze bosschen zullen voor den mid
delsoort tourist niet veel waarde hebben
als natuuischoon". De ingewijde ziet ze
echter met andere oogen en vindt in dit
geval laag eiken kreupelhout, doorspekt
met berk en den, wel even belangrijk, zoo
niet belangrijker dan Spanderswoud of het
Zeister bosch. Het zou met het oog op deze
omstandigheid wel gewenscht zijn, dat het
artikel geamendeerd werd en naast natuur
schoon ook gewagen zou van wetenschap.
Ieder zal zich van harte er over verheugen,
dat de Staat nu misschien onze mooie bos
schen zal kunnen behouden. Moge zij ook
middelen vinden, om hetzelfde te doen voor
beken en beemden, plassen, rivieroevers
en de mooiste gedeelten van het wilde land
schap van heiden en duinen, hooge en lage
venen , al was het alleen maar, dat zij
daar rekening mee hield bij het aanleggen
van kanalen en wegen en bij het bevorderen
van ontginningsplannen. Het is uit een
oogpunt van natuurschoon wel eens gewenscht,
dat sommige streken nu eens niet beboscht
worden.
J A C. P. T H IJ S S E.
MiiiiiiiMiii»iiiiiiiiuimmiim»iiiiiuiiiiiiiiiiiiiimiiiim iiiiimiiiitiiiu
UloERHEIJVrl
l DEDEMSVAART |
i Omstreeks 40 Hectaren met: |
| Vaste planten |
| Rozen f
i Coniferen ;
l Heesters |
| Catalogus op aanvraag. l