Historisch Archief 1877-1940
10 Dec. '21. No. 2320
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
11
BIJ DE 32e RAADSVERGADERING OVER DE BEGROOTING
Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensiek
i. S. MEUWSEN,'Hofl. A'DAH-R'DAM-DEN HAAO
DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND
Illllllllllllllllll
Illlllllllllllllllllllllll
De begrootingspuzzle, een onderhoudend gezelschapsspel voor jong en oud
4IHI»MmMHUIIIIIIIIIIinMlimiMtllltmmMllMllllinilllllimillllllMlllllltllllllllllllllllMIIIIH i
REIS-SOUVENIRS
Voorheen en thans"
Opgedragen aan het reizend Nederland
Al wie er lange reizen doet
kan daarna veel verhalen....
Wat denk je wel, zoo vangt men aan
dat men mij liet betalen,
voor deze' mantel, deze pels....
het was een bagatel,
?en stel je voor , ik leefde in
een eerste-rangs-hótel
voor zooveel Marken, dat is dus
in Holland zooveel cent
je voelt je als een millionair
wanneer je in Duitschland bent '"'
Helaas, de tijden zijn wel ver
dat zij, die huiswaarts keerden
van eene buitenlandsche reis
?de hunnen pateerden
met enthousiasme voor natuur,
beschrijvingen van steden,
of met het aangedikt verslag
van buitenlandsche zeden....
Dat men het avontuur beschreef
van storm en averij
?of hoe de postkoets werd belaagd
in eene woestenij....
Wie brengt er nog als reiscadeau,
uit zorner-Zwitserland
een klinkelend koeienklokje mee
voor vrind of bloedverwant?
Wie koopt er nu nog Leckerli
te Base!. Wie vereert
Oblaten aan zijn huisgezin
als hij uit Karslbad keert?
Wie koopt er nog een
koekoeksklokin 't Schwarzwald, wie zou 't wagen
als souvenir een prul van hout
of snijwerk mee te dragen?
iiiiiimmiiiiiiitmiiiiiiiiitiNiiititiHMifiimiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiilliillitiiiiti
Grand Hotel Fünckler
HAARLEM
-:- LE MEILLEUR RESTAURANT EN VILLE
?:?iiiiriiinmniiiiiMituiiiriiiniiiUHhiiiiinitiilMiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiMiiiiM
FRED. J. ROESKE
1896 H) December 1921.
Thans zijn het prisma-kijkers meer,
een bont om van te droomen,
een reistasch van het kostelijkst leer,
die in de mode komen !
Man brengt zijn vrouw een zware pels
en zegt: het was een bof
die dingen zijn daar haast te geef,
daar heb je nog een mof!"
Een veertig-deelig reis-étui
voor 't kind (zes jaren oud)
en meubels voor zijn heele huis
wanneer het nog eens trouwt!
* *
*
Tien stellen kousen voor de meid
en alle tien van zijde
ze draagt de laatste jaren toch
ongaarne slechts gebreide,
Een auto voor den oudsten zoon,
het ding kost bijna niets!
In Holland, geef je 't zelfde uit
voor een gewone fiets.
De kast qp zolder kraakt en steent
en draagt een reuzenvracht
van linnengoed. Dat heeft laatst oom
uit Weenen meegebracht.
* *
*
De hond zelfs draagt een leeren band
en ieder die hem streelt
hoort: die heeft 20 Mark gekost
of dat in prijs ook scheelt!"
Het eetservies is aangevuld
de boekenkast beladen,
in Hamburg heeft men nog besteld
drie geysers en drie baden,
En, als de huurcommissie wil,
dan gaan w' aanstaande Mei
verhuizen. In dit kleine huis
kan er geen stuk meer bij
* *'
Wat men in Weenen heeft gezien !
Een prachtig meublement,
in kronen leek het wel wat duur
voor ons is het geen cent !
In Leipzig zie je ondergoed
versierd met echte kanten,
in Miinchen schilderen ja,
maar zulke ledikanten !
Voor schoenen gaat de route meer
langs Hamburg en Berlijn,
en op de Drachenfels daar heb
je zér goedkoope wijn.
Zoo bralt het reizend Nederland,
dat met goedkoope Marken
geen schoons of interessants geniet
maar Duitschland leeg gaat harken.
Wat malen z' om een waterval,
om kunst bij Gods genade
wanneer je voor een bagatel
je maag kunt overladen?
Wat heb je aan een dennenwoud,
aan bergen, meeren, daten
wanneer je voor een krats aan wijn
je hart eens op kunt halen?
* *
*
Wat heb je aan een groote stad
musea en historie
zoolang er goeie restaurants
en winkels zijn potdorie !
Wat koop je voor natuurgenot
je loopt voor niks te dwalen !
Dan liever voor een bioscoop
een mark of tien betalen.
Zoo snijdt men snoevend, brieschend, op
van alles wat goedkoop was
en lijkt een handelsreiziger
die zinneloos op de' loop was....
* *
*
De wereld wordt een warenhuis,
en ieder die gaat reizen
ziet nergens meer de schoonheid van
maar overal de prijzen
En d' allerlaatste romantiek,
herinnerend aan de tijden
toen, in de koets met postillons,
men door het land kon rijden :
dat zijn de roovers.... niet de lui
die in de bosschen zwerven
maar die hun onrechtmatig goed
in de hotels verwerven.
MELIS S T OK
luiiiiiiitiimimiimiii HUI. imiiiiiiiitiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiimiii
Voor het Russische Kind
(Inzendingen / 0.50 per regel)
Omdat mijn mooie geit de mooiste is.
Omdat Chris Voorburgh drinkt,
in plaats van Persico.
Dat de kleine, snoezige Willemiek gauw
beter worde.
Omdat Poeloel zoo'n kiene lievert is.
Opdat Nazdar"
nog lang leve !
T R LIST
EN
MAATSCHAPPIJ
Automatisch brengt de trust
onderconsumptie voort,
Of dacht gij dat een kwart der winst
den trustenaar bekoord?
Als de omzet dan slechts drie
of drie en half maal vermeerde?
Hij dankt je wel! en heeft gelijk !
Dus maar een kwart verkocht!
Maar werker en publiek
?,:. . zijn dan gesjocht.
Wie vindt de evenredigheid,
die uit deze impasse ieidt?
E M i E L
Opdat konijn en ezel elkaar steeds lief
hebben.
Opdat zijn ziel vrede hebbt.
Opdat ik voortaan beter de scheiding kan
verdragen.
Ik zie in de ,,Groene" een leeliike plaat
Sinterklaas is geschoren, met een
Giletteapparaat.
Maar Focus", die pocht, U te kunnen
verklaren,
Hij dat apparaat niet bij hem heeft gekocht.
Opdat Wim L. ontschifte d' zooi.
Ter eere van Papa-p-Oók.
Opdat Hub geen boeren meer uitlate !
Dat Hub en August leeren dansen.
Dat August als Sinterklaas voortaan zijn
fatsoen houde.
Dat den ekster" en Beppie in vrede blijven!
A mort les Boches ! Vive la France !
Dat Hub en August getailleerde costumes
dragen.
Dat Emma onzen maintien niet meer
becritiseere.
Dat Fred. v. Eeden barrevoetsch Capucijn
worde.
Dat Hub de burgerwacht verlate !
Dat Do in de les wat rustiger zij.
Omdat Wijk a/Zee zoo'n mooien straat
weg krijgt.
Omdat Wijk a/Zee een mooi fietspad krijgt.
Omdat er veel badgasten zullen komen.
Dat Melis Stoke zijn ruimte nogmaals moet
afstaan !
Opdat Molly's humeur spoedig verbetere !
Opdat Sientje niet dikker werde!
Dat ik spoedig een wederhelft vinde !
Totaal ingekomen f 35.50.
iMiitimmiiiMiiiiiHiiiiiiHiiiiilMiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiii
Nieuwe Boeken van deze Week
De zevende druk van dr. O. S c h m e i l' s
Leerboek der dierkunde, voor Nederland
bewerkt door dr. P. G. Buekers, eerste
deel: Werveldieren, verscheen bij W. J.
Thieme et Cie te Zutphen.
T. J. Bezemer stelde voor de firma
Martintis Nijhoff uit den tweeden druk van
de Encydopaedie van Nederlandsch-Indië een
beknopte encyclopaedie samen.
Voor elk, die omtrent een of ander Indisch
onderwerp op uitvoerige en afdoende wijze
wenscht ingelicht te worden, is de aangewezen
vraagbaak de groote Encyclopaedie van Ne
derlandsch-Indië, waarvan de tweede druk
thans gereed is. Niet ieder echter kan zich
de kosten voor aanschaffing van de groote
Encyclopaedie veroorloven, niet ieder ook
heeft zóuitgebreide en volledige
mededeelingen noodig. Deze overweging heeft de uit
gevers er toe geleid een verkorte bewerking
van de Encyclopaedie van Ned.-Indë in den
handel te brengen, veel minder uitgebreid,
maar even betrouwbaar als de groote ; daar
toe stonden den samensteller dezer beknopte
Encyclopaedie de volledige gegevens, waar
over voor de groote beschikt kon worden,
ten dienste.
Df Zeven broeders is de titel van een
gedicht van Matthias Kemp, waarbij
Henri Jonas houtsneden maakte. Het
vers werd reeds in 1916 gedrukt in den
bundel: Het Wijnroode Uur." De letteren
initialen zijn naar ontwerpen van S. H. d e
Roos en het geheel is op kostbare wijze
uitgegeven door Leiter-Nijpels te Maastricht.
Van de derde serie van Kasteelen en bui
tenplaatsen, tuinen en parken van Nederland,
uitgave van Scheltema en Holkema's boek
handel te Amsterdam, verschenen de num
mers 1?5, omvattende de provincies Fries
land en Groningen. De tekst is van mr. A.
L o o s j e s.
HETBOEK
VANDEWEEK
HUGENHOLTZ'
LEVENSLICHT
UIT DEN NIEUWEN TUD
geheel herzien en bijgewerkt
Zesde druk.
fngenaaid f2.90. fieborden f3.90.
AMSTERDAM,
VAN HOLKEMA k WARENDORF.
Fred. J. Roeske is vandaag vijf-en-twintig
jaar directeur der Koninklijke Liedertafel
Apollo," en hedenavond zal hij in het Con
certgebouw de hulde ontvangen, die hem toe
komt en die men hem zoo gaarne gunt.
Zijn vijftigste verjaardag, 27 October 1918,
is niet in 't openbaar gevierd. De tijdsom
standigheden" waren het voor de hand lig
gende beletsel. Nu wil de zangerswereld
blijkbaar inhalen, wat toen noodgedrongen is
verzuimd.Het jubileum als leider van,.Apollo",
?op zichzelf reeds van bijzonder belang, is
mede aanleiding tot eene huldiging van
Roeske in meer algemeenen zin, namelijk als
figuur van eminente beteekenis op het gebied
der beoefening van den inannenzang.
Roeske, die nu, gelijk de lezer reeds zal
hebben uitgerekend, 53 jaar is, begon zijn
leertijd aan de Amsterdamsche
Toonkunst"muziekschooi, waar Blank en Van der Eijken
hem in pianospel onderwezen en Frans Coenen
hem de eerste harmonie-lessen gaf. Later
.stelde hij zich nog onder de leiding van C.
van der Linden, Henri Viotta en Bernard
Zweers. Ook verzuimde hij niet, zich omtrent
allerlei gewichtige détails van zangkunst te
doen voorlichten.
Toen is de ervaring gekomen, eene ervaring
van vele jaren, en wat Roeske met zijn ster
ken aanleg en zijn breede ontwikkeling als
musicus daaruit aan hoogere
toonkunstenaars-wijsheid heeft opgedaan, men merkt
het aan zijn dirigeeren en zijne composities.
Er is een tijd geweest, dat Roeske met
drukke gebaren zijn zangers leidde. Zijn tem
perament dreef hem toen tot eene techniek
van directie, die onmiskenbare voordeelen
had, maar toch de mindere was van de met
soberder middelen werkende en van nog
krachtiger dwang vervulde dirigeerkunst, die
men Roeske nu ziet beoefenen.
Zijn meesterlijke koorleiding van thans
berust op volstrekte zelfbeheersching. De
met temperament begaafde dirigent, die zich
zelf geheel in zijn macht heeft, voert onbe
perkte heerschappij over het ensemble der
uitvoerenden. Hij kan er mee doen, wat hij
wil. Al wat hij laat doen, vindt zijn oorsprong
in absolute rust, maar die rust bergt een
spanning van ik weet niet hoeveel atmosferen.
Zulk een dirigent is Roeske op het concert,
en gij kunt eruit afleiden, hoe hij te werk gaat
op de repetitie. Eindelooze oefening, die bij
de studeerenden een geduld veronderstelt,
even onuitputtelijk als dat van hemzelf, den
beproefden leermeester der mannenkoren,
die op zijn speciaal gebied steeds hetzelfde
doel voor oogen heeft, als Mengelberg op het
zijne: de volle 100 procent!
Een mannenkoor onder Roeske intoneert
onberispelijk, geeft klare, stevig neergezette
harmonieën, is precies in de rhythmiek, doet
de melodische lijnen zich scherp tegen elkander
afteekenen, spreekt duidelijk en beschaafd,
klinkt vol en rond en warm, vermijdt ieder
ruw fortissimo en ieder bloedeloos pianissimo,
produceert steeds een mooi-afgewerkten
echtmannelijken klank, nuanceert
gezond-muzikaal, slaat acht op elk détail en houdt daarbij
de groote lijn in 't oog, zingt met begrip en
goeden smaak en met liefde.
Wordt ter verkrijging van dergelijke resul
taten ongelooflijk veel geduld en inspanning
van de studeerend'; zangers geëischt,zij kunnen
er zeker van zijn,dat die enorme dosis geduld
en inspanning als een minimum behoort
beschouwd te worden, aangezien immers
hun leider ter bereiking van ieder détail-doel
den allerkortsten weg heeft leeren vinden. Een
? schrale troost voor sommigen, ik geef het
gaarne toe. Het is de vraag maar: wat wil
men, deel hebben aan iets artistieks, dan wel
zoo maar een beetje liefhebberen?
Ook in Roeske's componeeren heeft men
zich een merkwaardige verandering zien
voltrekken. Zijn stukken voor mannenkoor
voor mannenkoor schrijft hij nog steeds bij
voorkeur zijn beknopter geworden, en
strenger van lijn. En belangrijk meer nog dan
vroeger houdt hij bij het concipiëeren van
iedere stem rekening met wat naar zijn
ondervinding die stem met gemak en met
succes doet. Als geheel: een streven naar
hoogeren eenvoud, een verwijderen van al
wat het liedertafel-achtige" nadert, een
nauwgezet aandacht-schenken aan de bij
zondere geaardheid van het mannenkoor
als instrument.
Was veel van wat Roeske vroeger geschre
ven heeft ook reeds voortreffelijk van
gezond\\
De hartelijke vader (lot zijn zoon,
die naar kostschool teruggaat): Ik kan 'r in
komen, wat je voelt, jongen. Precies 't zelfde
gevoel had ik als ik na mijn verlof weer
naar 't front terug moest."J[
De zoon::- Ja, maar dan had u 'n
geweer bij u."
(Punch)
La Danse des Vents.
l
muzikale werking, in zijn nieuwere compo
sities heeft de expressie zich aanmerkelijk
verdiept. Men zingt zijn koren graag, ze
worden met genoegen en bewondering aan
gehoord, en artistiek-technisch voldoen ze
aan strenge eisenen.
Als auteur van verplichte koren" heeft
Roeske tot verheffing van het peil der
zangwedstrijden ruimschoots het zijne gedaan,
en ook als gezaghebbend jurylid bij ontelbare
gelegenheden.
Zijn arbeid in Apollo" is hem bijzonder
lief. En bestuurderen en leden hebben ook
alles voor hem over. Men heeft er hum in
artistieke dingen altijd zonder voorbehoud
de leiding gelaten, ai ging het niet steeds
geheel van harte. Ik denk hierbij aan ge
vallen, waarin Roeske op kunstzinnige gron
den het instudeeren en uitvoeren van com
posities heeft doorgezet, die het koor of
een deel ervan voor een buitengewoon moei
lijke en vrij ondankbare taak stelden, en
daarbij weinig zekerheid gaven omtrent
succes bij het groote publiek.
In 't algemeen is Roeske bij de samenstel
ling zijner programma's immer met de grootste
zorgvuldigheid te werk gegaan, en speciaal
die der ,,Apollu"-concerten mogen anderen
mannenzangvereenigingen ten voorbeeld wor
den gesteld. Ze hebben in den loop der
jaren vele noviteiten gebracht, deze pro
gramma's; verwezen zij hierbij onder meer
naar de introductie van verschillende werken
van den Zwitser Friedrich Hegar. en
daar" naast naar de uiterst zorgvuldig voorbereide
uitvoeringen van tal van koren van
Nederlandschen oorsprong. Verscheidene collega's
van Roeske hebben alle reden om hem en
den zangers van Apollo" hartelijk dankbaar
te zijn voor eerste-rangs-vertolkingen hunner
werken, steeds volkomen getrouw naar de
partituur waarlijk zeldzaam feit en daarom
zeker vermeldenswaard ! en bovendien
ten volle recht-doend aan alle bijzondere
intenties.
Ook van vele solo-voordrachten, die op
O, wat 'n beeldige japon! Net iets voor
mij. vin je niet?
Ja lievert. Maar zósta jij nooit."
de Apollo"-programma's onder Roeske's
toezicht een plaats hebben gevonden, valt
met ingenomenheid te gewagen. Hij heeft
menigmaal jeugdigen, veelbelovenden debu
tanten een kansje gegeven, en bij de keuze
hunner stukken is hun zijn raad steeds tot
groot voordeel geweest. Een mannenkoor
kan nu eenmaal nooit een gansenen concert
avond vullen, men heeft bepaald solisten
noodig, maar het is zeker niet onverschillig,
in de eerste plaats met het oog op de vorming
van het publiek, dat dergelijke concerten bij
voorkeur bezoekt, wat men hen laat zingen
of spelen. En het is wel zér te betreuren,
dat op dit gewichtig punt het uitmuntend
voorbeeld van ,.Apollo" nog altiji zoo weinig
navolging vindt.
Is Roeske primus inter pares" als mannen
koor-dirigent, Apollo" is en blijft nummer
n onder de Amsterdamsche mannenzang
vereenigingen. Heeft het Concertgebouw de
medewerking van een mannenkoor noodig,
het klopt bij Apollo" aan, en het is bekend,
hoe hoog Mengelberg Roeske's
voorbereidingsarbeid in zulke gevallen aanslaat.
Men vindt Willem Mengelberg dus ook
in het Eere-comitévoor het feest van heden
avond, en naast hem een groot aantal
vrienden en vereerders van Roeske, in de
eerste plaats uit het milieu der Nederlandsche
toonkunstenaars, maar verder ook uit ver
schillende andere kringen onzer samenleving.
En de Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, de Vice-president van den
Raad van State (oud-eerevoorzitter van
Apollo"), en de Burgemeester en de Secre
taris van Amsterdam hebben zich gaarne
aan 't hoofd gesteld. Het is wel zeer duidelijk
en ook volkomen verklaarbaar: Roeske's
Apollo"-jubiieum vindt bij talloos velen van
allerlei rang en stand levendige en oprechte
belangstelling.
Den held van het feest, zijn gezin en de
mee-jubileerende Koninklijke Liedertafel mijn
hartelijkste gelukwenschen !
H. J. DEN HERTOG