DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND H ENGELAND EN EGYPTE . , Teikening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensleh Brittannië 11111111111 \1111111IIII Daar wil me dat kuiken ook al wegloopen" mllllllMIIIMIHlMIIII IIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIMtlllllllllllllllinillllllllllllllllllMIMIIIIIIIIIIIlrllllllMirilllllUIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItllllllllllHII OPLOSSNG DER PUZZLES UIT HET KERSTNUMMER \Vi\ makenin dit nummer een begin met de plaatsing jr oplossingen van de prijsvra gen en puzzfc uit het Kerstnummer. Aan 5e oplossing i?r verschillende puzzles werd .door 2100 teers medegedaan. Hieronder zijn niet be«repn de mededingers, die \oor de I Jsbaanprijf aaag en het Fouten-verhaal inzonden, (nder.de goede oplossers in de . verschillend! ifdeelingen werden prijzen verioot De tia prijswinners worden, met het vervolg deff reeks oplossingen, in het vol* ^end numrrt' vermeld. Van Mdz. 3 ' TVoverrupuzzle. Enkele oplossingen: Figuren uit n lijn trekken : * '* V 12 11 10 Er zijn natuurlijk meerdere oplossingen mogelijk. 3) Gevraagd een speelkaart zoodanig te snijden, dat zij toch nog n geheel is, doch dat het lichaam van een dikken bierbrouwer er doorheen kan, ^w^ / Men maakt eerst eene langssnede en daarna Trek de lijn als volgt : van A-B: B^C; dwarssneden die om beurten uit die langsC-D ? D-A; A-E; -C; C-F; F-E; E-B; B-F; snede en uit den dwarskantvan de kaart naar F-D' en de veelhoek' is klaar. Een tweede' elkander toe loopen, zoöals onze teekening oplossing is te verkrijgen door het volgen aangeeft. Hoe meer dwarssneden hoe grooter der nummers. omtrek de aldus gesneden speelkaart kan * omvatten. 4) Het noemen van een bepaalde kaart. 9 i: i ! 2 6 7 11 5 10 3 8 1 4 ;> Ie rij Van A-B; B-C; C-D; D-B ; B-E: E-D; D-A; A-E; een tweede oplossing vindt ge bij het volgen der nummers. Van bldz. 45. 12 11 14 2 l ? ( 10 1) Bedekken van de vier vijven, zoodat van iedere kaart slechts vier oogen zicht baar zijn. 2) Rangschikking van de azen en poppen uit een spel kaarten in vier rijen, zoodanig, dat er noch horizontaal, noch vertikaal twee van denzelfden rang, of van dezelfde kleur in n rij komen te liggen. 11 15 FO GERS-Rijwielen In nnstrnctie. kwaliteit fwerfein»het BESTE, wat.rerlansd kan worden. Vrart het oordeel van den berfor over eep FOUGERS. Nodorl. Munt Hollmndm bomto fO oent mlgmur FRANKRIJK .TE WASHINGTON Teekening voor de Amsterdammer" vat. Jordaan Mars: Vive la^France . .'. quand même !" IIIMMIMIIIIIIIIIIIIIIIItlllltllllllllmiClllllllllllllllllllllllllllllmillllllllMIIIIHIIIIII RIJM-KRONYCK 4e rij Ie rij 2e rij 3e rij 4e rij We hebben de kaarten eenvoudigheidshalve genummerd en in twee groepen ge legd: A-B. Doordat de kaarten in de Ie rij liggende in figuur A, onder B loodrecht onder elkander komen te liggen, worden zij Ie kaarten van eik der vier opvolgende, dwarsrijen. Zoo worden de kaarten van de tweede dwaisrij van A, de 2e horizontale van B. etc. etc. Heeft A b.v. No. 3 van de Ie rij in zijn gedachte genomen, dan zal deze in de dwarsfij No. l zijn van de 3e dvvarsrij, had B No. in zijn gedachte, in de 2e rij, dan zal deze komen te liggen als No. 2 in de 2e dwarsrij etc. etc. (Wordt vervolgd). DIEREN-EPOS. Opgedragen aan dr. Gorter. Dr. Gorter is een vriend der arbeiders. Dat hij ook een groot dierenvriend is, is van minder bekendheid. Het moge den lezer blijken uit onderstaande regelen, gelicht uit een gedicht dat voorkomt in zijn bundel Verzen", die aan de arbeiders gewijd is: Een zoon van 't volk wil ik zijn en blijven niet hen strijden, en tusschen hunne rijen dringen naar 't voer zooals een mager ft/g". Melis Stoke is door deze poëzie tot een zoodanigen staat van verrukking gebracht, dat hij zijn pen grijpt en op zijn beurt alles wat hem in deze wereld liet' is bezingen gaat in dieren-epos-dichtvorm. Ziehier eenige van zijn gezangen: Mij/i vrouw. Gij zijt mijn vrouw, en u te minnen, dat word ik nimmer, nimmer moe, als ik u zie, dan voel ik mij van binnen als een verliefde, goede, oude hangaroe. Mijn dichter schap. vv anneer ik 's avonds laat, in stille uren, te peinzen zit aan 's werelds wel en wee, en daarbij, plotseling,een spiegel in ga turen, dan zie ik.... schriklijk beeld.... een chimpansee. Zooals een jonge spreeuw. O, warme zon, wanneer ge 's morgens zijt (gerezen. en 'k zie uw stralen, spelend om mijn hoofd dan trilt er levensvreugde door mijn wezen, maar 't is nog vroeg, en 'k geeuw .... als eene jonge spreeuw. Zooals een dolle haan. Vriend Wijnkoop, 'k zie u in de rangen der bolsjewisten dapper schreeuwend gaan, door de politie laat ge u niet vangen, maar ziet op straat, en buiten liet gedrang en in 's lands vergaderzaal zijt g'als een dolle (haan. Aan een verren-vriend. Hoevele jaren duurde onze vriendschap, hoe leeft uw beeltenis in gulden schijn, nog zie 'k u vór mij zitten in den leunstoel in 't oude huis. . . . zoo dronken als een zwijn. Aan een verloren vriendin. Neen, niemand, niemand zal het weten dat gij mijn liefste waart, en eeuwig bent, geen mcnsch zal weten hoe ge hebt geheeten, of dat 'k u dikwijls noemde. ... ven serpent. O zoete drank, ge geeft Aan den wijn mij 's hemels (schoonheid en neemt mij alle aardsche zorgen af. . . . ik leeg de kelk hoe snel zijt ge verdwenen ach, waar' mijn hals zoolang als die van een.. . . giraffe. Aan de maan. (Je schijnt op mij in stille nachte-nren niets roert zich, mijlen om mij in het rond dan wordt liet mij zoo eenzaam en onguur en dan ga ik zachtkens janken als een hond. Aan een kellnere hebt mij stil bediend, en nadert telkens wanneer ik kijk, of ik de keel slechts schraap, ge zijt mijn vriend ge raadt al mijne (wenschen en zijt mij lief als aangekleede aap. Aan dr. Gorter. Waar is de dag, dat ik uw mooie verzen genieten.... telkens weer herlezen kon....? ge waart een nachtegaal.... waar zijn uwzoete zangen? nu brult ge als een leeuw.... in een salon. DE GRENADIERS. Vrij naar Heinricli Heine. Die Grenadiere". Ter inleiding. De kazerne te Deventer heeft geen bewoners meer. Maar nog altijd bestaan de oude reglementen die het avondappèl voorschrijven.' Het avondappèl wordt dan ook trouw gehouden. Eiken avond meldt de eenzame sergeant-majoor dat alles in orde is, en dat er niemand mankeert. In Deventer leefde een Grenadier, de een'ge die niet was ontslagen, en in de kazerne, 't verlaten kwartier, daar sleet hij zijn eenzame dagen. Hij dacht aan den vroegeren, vroolijken tijd. toen zijn makkers bezetten de wallen. Nu zijn ze weer burgers.... uiteen, en (verspreid, en Snijders.... en Snijders gevallen Dan weende hij zachtjes en dacht aanvoorheen, aan de weerbare, dappere natie, aan volle cantines.. . . hoe lang was 't ge Ie n, die prachtige mobilisatie.... Zijn luitenant sprak: Het lied is nu uit, we worden in massa's ontslagen. ... Voorgoed hebben wij, officieren, 'tverbrnid, gén mag er zijn leven meer wagen". Nu scheert hij slechts mij, en scheert hij (slechts jon de barbier eenmaal scheerd' hij ons allen, een prachtige troep, aan het vaderland trouw, en Snijders.... en Snijders gevallen!" Beloof mij, broeder, iets, en wel dat, als ik ben ontslagen, dan houdt ge, heel alleen, appèl tot aan het eind der dagen':. Het dienstkruis op uw borst gespeld, zult gij de taptoe blazen, al komt er niemand aangesneld, al rink'len slechts de glazen...!" Ik zit dan stil op een kantoor als klerk, of brievenweger, maar als ik uw trompetstoot hoor, dan denk ik aan het leger". Dan zie ik mijn Snijders weer hoog in den (zaal, dan hoor ik d' huzaren weer rijden, en, is het straks noodig, dan komen w'alle(maal, om met Snijders, met Snijders te strijden'." MELIS STOKE