De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1922 21 januari pagina 5

21 januari 1922 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

21 Jan, '22. No. 2326' DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND MOLIÈRE EN DE VROUWEN EMANCIPATIE Het klinkt op het eerste gezicht misschien eenigszins vreemd wanneer we Jean Baptiste Poquelin, die het pseudonym Molière wereld beroemd zou maken ate een pionier, een vurig strijder voor de emancipatie der vrouw beschouwen. Zeker Molière dacht niet aan vrouwenkies recht, noch passief noch actief, maar hij sprong in de bres voor een zeker niet minder belang rijk en zelfs in onze hedendaagsche maat schappij nog ten deele actueel brandend vrouwenvraagstuk: namelijk het recht van het jonge meisje op vrije huwelijkskeus. Bij onze moderne technisch volmaakter en soepeler wetten kimnen wij ons moeilijk in de eigenaardige psyche der zeventiende eeuw meer verplaatsen. Toch is dit noodig om zich een eenigszins volkomen beeld der beteekenis valt Molière's werken ook voor het huidige geslacht te vormen. De opvoeding van het meisje was steeds gericht op onderwerping en stipte gehoor zaamheid aan haar ouders of voogd, later aan haar heer gemaal. Een eigen inzicht bij de huwelijkskeus mocht het meisje niet hebben, vader of voogd beslisten, vaak tegen haar wil, voor haar. Niet zelden bevoordeelen zij daarbij hun eigen belangen, hetzij wereldlijk materialistisch, hetzij geestelijk. Typische vorbeelden hier van teekende Molière in twee zijner beste werken Le malade imaginaire" (Argan de vader die zijn dochter aan een onwijs arts wil koppelen ten einde deze steeds bij de hand te hebben om zijn ingebeelde kwalen te cureeren) en Orgon de vader in Tartuffe, die vrouw en dochter in de armen drijft van den huiche laar, die voorgeeft zijn ziel te zullen redden. Laten we het kindje maar bij den naam noemen, het meerendeel der huwelijken in dien tijd gesloten, verdienden niet beter dan den naam koppelarij. Moet het verwondering wekken dat de zeden en dë~ huwelijkstrouw zeer. tos waren, al wil men dit niet billijken, "psychologisch te verklaren is het toch zeker. Molière's eenvoudig rechtsgevoel kwam daartegen in opstand, hij zag dit verschijnsel als een kanker der samenleving, dat dringend verbetering eischte. Hij koos natuurlijk niet den meest gebruikelijken weg van het schrijven eener droge dissertatie of pamflet, maar de doordringender succesvoller manier van in geestige theater stukken de misstanden door dezen toestand in het leven geroepen, aan de kaak te stellen. Het jonge meisje moet uit haar toestand van geestelijke isolatie bevrijd worden, zegt de schrijver van l'école des maris: Je veux qu'une femme ait des clartés de tout: Mais je ne lui veux point la passion choquarite De se rendre savante afin d'être savante Femmes savantes eerste akte. In hetzelfde stuk beweert Arnolphe, de voogd die zijn pupil tegen haar zin trouwen wil: En un mot- ,qu'elle soit d'une ignorance extreme, Et c'est assez pour elle a vous en bien parier, De savoir prier Dieu, m'aimer, coudre et filer. L'école des femmes moeten we tot op ze kere hoogte zien als een tendenzstuk, waarin de beide stroomingen, zoowel voor de vrij en onafhankelijkheid der vrouw en die de vrouw nog steeds als de slavin van den man blijven beschouwen, scherp tegen elkaar inbotsen. Molière koos den juisten middenweg, hij achtte noch de would be geleerde vrouw, die haar huisgezin verwaarloosde, noch het huissloofje dat voor niets anders oog of oor had, een begeeringswaardig ideaal, L'école des femmes werd voor het eerst vertoond drie maanden voor Molière's hu welijk, hij was toen ruim veertig jaar, met de zeventienjarige Armande. Naar alle waarschijnlijkheid heeft hij juist in_dit_werk MIIMUIIIIMMIIilltlllllllllllltlllllllllllllllllttHIIIMIIIIlmillllllllllllllllllll veel van zijn eigen hoop en verwachtingen gelegd, luchtkasteelen bouwend voor zijn toekomstig geluk. Maar geheel blind voor de gevaren aan deze ongelijke verbintenis ver bonden kon hij toch niet zijn, in vorige werken had hij reeds de oude tyrannieke echtgenooten gehekeld die de pretentie hadden een jonge vrouw tot echtelijke trouw te dwingen. Zijn sympathie stond dan steeds aan de zijde der jeugd, wier voorvechter hij tot zijn dood bleef. In l'école des maris vinden we de karak teristieke uitspraak: Sommes nous chez les Turcs pourenfermer les femmes?" De liefde kan niet met geweld verkregen worden: Je trouve que Ie coeur est ce qu'il faut gagner." .... Les verrous et les grilles Ne font pas la vertu des femmes ni des filles. Molière begreep dat de beste opvoedings problemen niet uit lijvige paedagogische verhandelingen geput konden worden, doch dat het leven zelf de wijste lessen gaf voor wie de kunst verstond te kunnen luisteren: Et l'école du monde, en l'air dont il faut vivre, Instruit mieux a mon gréque ne fait aucun livre. Door het onvermoeid ijveren voor de eman cipatie der vrouw, haar onbetwistbaar recht op algemeene ontwikkeling en volkomen on afhankelijkheid zoodra haar heiligste rechten op het spel stonden, waaronder toch in de allereerste plaats wel de huwelijkskeuze gerekend moet worden, heeft Molière reeds tijdens zijn leven belangrijke tastbare resul taten bereikt. Het is zeker aan zijn invloed te danken dat een kentering Jen goede in de huwelijkszeden intrad, het jonge meisje zelfbewuster, sterk in eigen kracht en waarde zich niet meer leende tot willoos werktuig in handen van ouders of voogden. Zoo legde Molière den eersten kostbaren steen voor het grootsche monumentale ge bouw der algeheele vrouwen-emancipatie, dat thans zijn voltooiing nadert, en waarin eens de huwelijksformule in gouden letters ge schreven zal worden die vrede en harmonie in het huisgezin verzekert. MAX VAN W E s E L FRIESLAND Ein freies Leben führen wir Ein Leben voller Wonne. Dat zijn de Friezen. Hun nachtkwartier is in den regel echter niet het woud, maar het vaartuig of ook wel een kostelijk droog plekje in het weelderige rietland. Eigenlijk zijn er drie Frieslanden: het land aan de zee ^n de terpen, de streek van de meren en de lage venen en de streek van de wouden en alle drie zijn ze mooi en belangrijk. Maar ik geloof, dat het leven het meest en het innigst genoten wordt in de middenstrook, in het land der meren, n grootsch waterpark van Stavoren tot voorbij Bergum. En als het neusje van den zalm wordt dan weer beschouwd het stuk, dat ligt in Idaarderadeel en Smallingerland, de wijde wateren tusschen Orouw en Eernewoude. De meren en plassen liggen in het land in Stille eenzaamheid, honderden kilometers oeverland, haast onbetwist eigendom van de vrije dieren en de vrije planten. Alleen hier en daar, zooals aan den Oostrand van Sneekermeer en Qoingarijpster poelen een begroeide kade, die nauwelijks afsteekt bij struikgewas en hooiland. Slechts heel enkele dorpen liggen aan de meren, het meest indrukwekkend Qrouw op zijn schiereiland. Verder overal verspreid soms aan 't water, soms een eindje terug, de groote boerderijen, maar zoover BIJKOMSTIGHEDEN ?x. Voor eenige jaren werden de tienduizenden in ons land, die het tot een zekere beroemdof beruchtheid hebben gebracht, telkens bekocheld met circulaires, die de bedoeling hadden een enquête in te stellen, aangaande de schoolherinneringen van de meerbegaafden". De vragen waren meestal zoo gesteld, dat ieder besefte, dat een mensen, die zich res pecteerde, moest verklaren, dat hij aan die ,,ouderwetsche" instelling de meest deplo rabele souvenirs meedroeg; dat hij er zich geknot, gewond, gefnoken, en dag aan dag diep-rampzalig gevoeld had. Maar, ik zal mijn banaliteit maar eerlijk opbiechten; als ik terugdenk aan dien verren leertijd, dan komen er allerlei lichte beelden in m'n hart op; dan denk ik aan de eerste vriend schappen, aan de eerste heftige vereeringen van m'n leven; en de zorgelooze regelmaat der ingedeelde dagen lijkt mij omgeven van een sfeer van vrede, die later zelden meer m'n deel geworden is. ? Deze week meer dan ooit is die sfeer voor mij herleefd, nu de Ie Hoogere burgerschool voor meisjes in Rotterdam op Zaterdag 21 Januari haar vijftigjarig bestaan gaat vieren, op welken datum vrouwen uit het heele land bij elkaar zullen komen om de vijf jaren te gedenken, die zij in het oude gebouw in deWitte deWithstraat hebben doorgebracht. Vijftig jaar.... Wat toen als een gevaar lijke nieuwerwetsheid werd uitgekreten, als het alleruiterste van emancipatie, is nu al weer op het tweede plan geraakt, nu gymnasia, lycea en jongensburgerscholen de meest onder nemende meisjes tot zich trekken. Maar toch zijn er al weer genoeg teekenen van reactie te bespeuren, om met vrij groote zekerheid te durven verklaren, dat de meisjesscholen hun slechtsten tijd al weer gehad hebben; de overschatting van de hersen-opvoeding, van het volstoppen met exacte wetenschap van de vrouw is al weer aan het iuwen, en wie zich de weelde kan veroorloven zijn dochters een prettige jeugd" te bezorgen, zonder in de eerste plaats op een waardevol diploma aan te sturen, hij zal ook in de toe komst wel de meisjes H. B. S. kiezen. O, het oude gebouw, met de breede, statige trappen, met de gangen, waar het onder de les zoo beklemmend-stil kon zjjn, en het bruine bord met meedeelingen" op de eerste verdieping. Ik denk aan de lichte teekenzaal, waar je zoo heerlijk onder je werk kon zitten droomen; aan het natuurkundelokaal, waar, ais er ijs was, je, als je op de bovenste bank zat, net de vlaggetjes van de ijsclub op de tram kon zien staan; aan de leeraressenkamer, het heiligdom, waar je maareen enkele keer, even, iets mocht gaan halen, en dan de tuin, de tuin, die als een geheimzimnige verrassing achter de school zich uitstrekte, met lieve-vrouwebedstroo en jasmijn, en roode wingerd om een oud prieeltje.... Denk toch eens, dat er zomermorgens waren, of gouden middagen in September, als de school pas weer begonnen was, en iedereen nog vol was van vacantieherinneringen, dat we daar aan lange tafeis zaten, met een bloem en een Heukels, en dat dat dan les in de Natuurlijke historie" heette. Het was immers te heerlijk om waar te zijn: je zag een spin zijn net weven, er stonden dezelfde viooltjes, als in den tuin thuis, en als er een onze-lieve-heers-beestje op je hand vloog, kon je het in de zon houden.... Dan was er de vreugde van de leesles en van het opstellen-maken; de eerste openbaring van de schoonheid, het eerste vleugje zelfvertrou wen door een aanmoedigend woord, (later door vele gevolgd, tot op dezen dag; dit mag ik, juffrouw de Ooeie, hier wel in dankbaarheid gedenken) het ligt voor mij alles binnen de mu ren van dat gebouw besloten. Helene Swarth en Jacques Perk, Multatuli en van Eeden hier spraken ze het eerst tot ons. Heb ik niet op de bank bij de deur m'n eerste tranen vergoten over de kleine Mei, die sterven moest vór ze de volle zomerzon kende ! En de boeiende geschiedenislessen: Napoleon, Bismarck, hoe leefden ze voor ons. En de moderne talen ! Schiller en Goethe, Shakespaere, Byron en Tennyson, Racine, Corneille en Hugo, zijn we ooit meer zoo dag aan dag met de allergrootsten in contact geweest, als in |die gezegende hoogste klas, toen ik m'n brieven doorspekte met citaten, en bij elk groot" oogenblik in m'n leven een passend woord van een dichter klaar had ! Neen, ik wil dien tijd niet idealiseeren; natuurlijk waren er ook uren, dat we ons ongelukkig voelden; er waren repetities, z onoverkomenlijk, dat we ze wel met een jaar van ons leven hadden willen afkoopen; er iilniTmiiiitmtiMlMMlmiiiiiminmiii imiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiniii 111111111 Beloof mij toch door 'n kuur met Sanatogen je zenuwen te herstellen Wanneer Uvv zenuwen overspannen en Uw krachten uitgeput zijn, zal Sanatogen een keerpunt brengen in Uw leven en U voeren naar volkomen herstel en volmaakte gezondheid. De lijfarts der Koningin-Moeder van Italië Dr. E. PERSICHETT1, «chrijft: .Ik heb Sanatogen gebruikt in verscheidene gevallen van Neurasthenie en het resultaat was, dat bij elk geval de nervcuse symptomen sterk verminderen. Bij zwakke kinderen, zoowel als bij lierstellenden van langdurige ziekte, heb ik Sanatogen met even gunstig gevolg voor geschreven en kwam zoodoende tot de over tuiging, dat het een waardevol zenuwsterkcnd voedsel is om verloren krachten te herwinnen". Stel niet uit om Sanatogen te gaan gebruiken en begin nog vandaag. Het is verkrijgbaar in alle Apotheken en Urogisterijen in verpakkingen vanaf / 1.?. SANATOGEN ^J* STERKT ZENUWEMENÜCHAAM "l waren zulke beangstigende beurten", dat het hart ons het heele uur lang in de keel klopte Maar toch, wat bond die angst en die spanning ons aan elkaar, hoe deden zij juist die esprit de corps" geboren worden, die de zeer heterogene elementen van een klas tot een hartelijke eenheid samenbond. Nu gaan wij elkaar dan weerzien: al die klassen, die uit elkaar zijn gesprongen, het heele land over, gaan trachten op dezen eenen dag elkaar weer te vinden in gemeenschap pelijke herinneringen. Er is ontegenzeggelijk iets pathetisch in zoo'n réunie: want ieder jaar, als de eere-diploma's" zijn uitgereikt, trekt er eene schare meisjes de wereld in, die nogailes van het leven kunnen verwachten; het zijn vragende oogen en open handen, die ze meebrengen op hun tocht naar het onbekende; er is nog niets met hen gebeurd; ze staan nog als kinderen voor gesloten poorten en daarom lijken ze allen op elkaar, ondanks oppervlakkige verschillen. Maar nu we nogeens tot het oude verband terugkeeren, nu is de teerling voor ons geworpen; ons leven heeft zijn richting genomen; er kan nog wat bij komen en er kan nog wat afgaan; maar in groote lijnen hebben we onze toekomst toch uitgestippeld; als we nu elkaar terug zien, zullen we in elkaar's oogen lezen, dat de jaren ons heel verschillende dingen hebben geleerd. Want ze zullen er komen, de blije, en bloeiende moedertjes, die de portretten van hun kinderen in een portefeuilletje meedragen, als de triomfantelijke oogst van hun leven; maar we zullenerookde bleeke, verkommerden vinden, voor wie het bestier van een gezin in dezen moeilijken tijd een te zware last was; en ook de indolente mevrouwen, wier fleur in verslappende weelde is ten onder gegaan, en in wie we nauwlijks meer het aardige kind kunnen terugvinden. Verlegen, stugge meisjes zullen we verrassend opgebloeid vinden door werk, dat hen bevredigt en waarin ze iets bereiken; anderen, die bij ons zoo knap" heetten, zullen toch niet hun weg hebben gevonden, omdat van de 1001 dingen,«die noodig zijn, om te slagen in de wereld, hun toch n onbelangrijk onderdeeltje ontbrak.... En telkens opnieuw zullen we kunnen mijmeren over de wonderlijke wegen, waar langs de mensen wordt gevoerd, en over het gevaarlijke, ooit iets te profeteeren over een leven, dat nog in knop staat.... En dan de velen, die we niet^zullen weerzien, omdat ze niet langer hier op aarde rondgaan; of omdat hun kracht, nog in den opgang, gebroken werd .... Zoo zal onze hereeniging niet allén vroolijk zijn; maar het zal ons toch weldadig aandoen, ons nog eens in de sfeer van onze jeugd terug te droomen, en nog eens tot onze oude leeraressen te kunnen zeggen: ,,U hebt ons een pre.ttigen tijd bezorgd." A N N I E S A L O M ONS IHMItMIIMIIIIflIIIIMIIIMIMIIIMHIIIIIIIMIIIIIIIIIMIIIlnlIIIIIII HMHIMII OVER BOEKEN EN TIJD SCHRIFTEN Lies en Loeks Bakvi-sclitijd dooi TIN E BRINKGREVE (Alkmaar, Kluitman). Wat een alleraardigst verhaal over en voor dat zeker soort van vischjes, dat geen vischjes zijn, maar toch algemeen als zoodanig be kend staan ! Lies en Loek zijn daarvan recht sympathieke exemplaren. Zij hebben het geluk van op te groeien in een beschaafden, intellectueelen kring, onder de hoede van een lieve moeder en een verstandigen, jovialen vader. Thuis gaat alles nogal glad. Op de Meisjes-H.B.S. waar zij, een jaar in leeftijd verschillend, in verschillende klassen zitten, mankeert het niet aan plagerijen, piquanteriën en kleine insinuaties. Geestig, zijn zij nog niet harer geestigheid meesteres, en doen daar ook geen moeite toe. Zij flappen er alles uit wat haar voor den mond komt; maar dat blijft per slot steeds nogal onschuldig en vooral steeds bereid tot goedhartig medelijden, zoodra ergens werkelijk geleden wordt. In de laatste hoofdstukken komt ook het mannelijk ele ment ten tooneele, in den vorm van een paar reeds van ouds bevriende jongelui. En dan ontstaat er weer een schat van grappen, en een kruisvuur van plagerijen; en er wordt ge zongen en gedanst; maar er wordt, (wat zeker menigeen met mij ook een hoofdverdienste van 't verhaal zal vinden) nog in het geheel niet geflirt". Ik stel mij voor, dat menig bakvischje, die dit boek cadeau mocht krijgen, het op haar eersten besten vrijen middag zal ver slinden," en, aan het einde, noode scheiden van de zoo sterk op haar zelve gelijkende Lies en Loek. GEERTRUIDA CAREI. SEN EN Wit Uzere* Ledikanten MET MATRAS 90 x 190 PI. 19.50 iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniii Miiiiiiitmiimutiiimiimiiiiiiiiiimniw VAN ALLES WA T HANDENARBEID Afb. l WERKTASCHJE «r- 7 -».*- 15 -».«- 7 t Afb. 2. UlTSLAGTEEKENING VAN HETTASCHJE Dit taschje is heel gemakkelijk zelf te maken. Men neemt twee lappen van verschillende stof van de afmeting op afb. 2 aangegeven en voegt er van dunne voering nog twee dergelijke lappen aan toe. Die twee gevoerde stoflappen haakt men rondom met vastesteken, waartusschen ronde houten kralen gevoegd zijn, aaneen, stikt ze langs de stippellijnen op elkaar en knipt in den bovensten lap een midden kruisinsnijding, die men met kralen afwerkt. Een kralen kwast en koord voltooien het taschje. Men kan op deze grondgedachte vele variaties toepassen, waardoor men telkens een ander geheel krijgt. E. M. R. Huize J. ZOMERDI1K BUSSINK IIIIIIIIIHIIIIIIIMIIIIIIIIIIIItlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllll llllllllIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIllMIIIMIIIIIIIIIIIttllllllllllllllllHIIII uiteen, dat ieder op zichzelf een vestiging lijkt in een vreemd werelddeel. En dan verheffen er zich gelukkig nog hier en daar de groote wiekenkruisen van flinke molens. Maar ove rigens kunt ge uren lang varen en als je de paadjes kent, ook wel wandelen in vol komen en ongestoorde gemeenschap met het water en den hemel en niet al het rijke leven langs den waterkant. In Mei krioelt het er van vogels. Ik deed dat tochtje nog al onsportief in een motorbootje, rnaar demotor maakte gelukkigweinig geruisch en nu was het toch wel prettig, om zoo rustig voort te glijden, haast onopgemerkt en dan alle aandacht te kunnen geven aan wat er voorviel links en rechts en in de hoogte. De dotterblocrnen bloeiden nog, want het was nog al een laat voorjaar e n op een hooi land, dat haast vlak op het water lag, weidde nog een groote troep van wilde ganzen, die de reis naar het Noorden nog wat hadden uit gesteld. De lucht was voortdurend vervuld van het gezang der leeuwerikken en telkens zag je er een omhoog gaan den schrillen aan vang van zijn lied uitgierend, of nederdalend met liefelijk gekweel. Er waren haast evenveel graspiepers als leeuwerikken, maar hun weinigindrukwekkende zangvlucht trok weinig aandacht te midden van al het gejoel. Want waren daar niet de kievitten, de grutto's, de tureluurs, in April van hun eieren beroofd en nu nog altijd in volle voortplantingsdrift? De tureluur op zijn roodc beenen staat te buigen en te knikken op een kluitje aan den wallekant, vliegt op met helder tuut, tuut", dat overgaat in een liefelijker! triller, daalt met hangende vleugeltjes, strijkt neer en heft dan de vleugels even loodrecht omhoog, een mooi gebaar, dat vele vogels hebben. Ondertusschen buitelen en joelen de kievitten en komt in razende vlucht de groote grutto aanzetten met langen rechten snavel en rossen nek en de gestrekte achterpooten even uit stekend buiten den zwarten staart. Ook die laat zijn krijgsroep van grutto, grutto" overgaan in vleiender geluid en stapt straks dansend rond tusschen de glanzende vossestaarten. En wanneer we langs de jonge graspluimen kijken, dan mist het haast nooit, of daar wapperen de bonte kuiven en kragen van de kemphanen, die hier overal hun toernooivelden hebben. Wij zagen dien dag hon derden kemphanen, hetzij kampend, soms vlak aan het water, hetzij overvliegend en dan .zijn het stille dieren, dik aan hals en kop door al de sierveeren. Nog een anderen kijk krijg je op die kemphaantjes als ze later de wacht houden in den omtrek van het nest. Nu rammelen blikken kannen. We zijn bij een boerderij. We hadden het laag geboomte ai eerder kunnen zien. Vroolijke menschen groeten. Er is een aardig tuintje met bloemen en zware vlicrstruiken, waar kleinere vogeltjes huizen. Een groote kat ziet er uit, alsof hij den weg door de hooilanden kent, waar misschien al jonge vogeltjes zijn en waar hij wezel en hermelijn concurrentie aandoet. Een klein steenuiltje kijkt even uit een hollen iep. Een troep kalveren houdt ons een poosje gezelschap, maar dan zijn we weer spoedig alleenen met een half uurtje zien we ook niets meer van de graslanden, want het gele riet dat 't vorig jaar niet is gesneden, en wilgen en elzen, die al zijn uitgebloeid en nu in blad komen, belemmeren ons het uitzicht. Hier kunnen we het opnemen tegen jouw Naardernieer, zegt mijn metgezel en wer kelijk, behalve lepelaar en roode reiger is hier alles present: het fijne trillertje van de snor, de luide zang van rietzangers en karekieten, het gestamel van de rietgors, ook wel het getjink van baardmannetjes (maar niet zooveel als bij ons) en dan ook koeten bij de vleet en kapmceuwtjes en kiekendieven, futen, zwarte sterntjes, pas aangekomen en alles en nog wat. Ja hij stoft op tafeleendjcs en kuifeenden die wij gindsch nog niet ge vonden hebben. Al de bloemen zijn er en ook alweer een paar, die niet in 't Naardermeer staan: de galigaan en de gagcl, maar ze kunnen er nog wel komen. Het is hier werkelijk nog echt oorspronkelijk, misschien niet in den allerstriksten zin des woords, want we hebben hier te doen met oude uitgeveende plassen, die weer dichtgroeien, net als die plassen in de Vechtstreek, maar deze Friesche rietlanden zijn stellig veel ouder en daardoor rijker. Onwillekeurig beginnen wij er over te spreken, of deze ontwikkeling ongestoord zal kunnen voortgaan en hebben er zorg over, dat Leeu warden nu ook al met zijn vullis plassen wil gaan dempen. Gelukkig, dat de Friezen van hun land houden en niet alleen ideëel maar ook mate rieel meeleven met hun waterland. Nog eer de kievit op zijn broedplaats is aangekomen, zoekt de jeugdige Fries (al naar geschikte slieten en gaat hij zich-zelf instinctmatig oefenen in het polsspringen. Van begin Maart tot eind April gaan ze eieren zoeken, jong en oud, en dat heusch niet alleen uit winzucht, maar in hoofdzaak wel, omdat ze het niet kunnen laten, omdat het noodig lijkt voor hun levensgeluk. De Texelaars hebben dat net zoo, ik heb er wel gekend, die te eizoek" gingen met den dood in hun schoenen. Al eierzoekend zien ze hun land op zijn mooist en als ooit het natuurschoon van de Friesche meren in het gedrang komt, dan heb ik het vertrouwen, dat de eierzoekers het zullen redden en in de eerste gelederen verwacht ik dan de eierzoekende dominé's, die de gave hebben van het woord, het liefdevol inzicht in rnenschelijke natuur en menschelijk leven en het geloof aan alle goede dingen. Restaurant a la carte Lunch,Afternoon-tea,Diner8enSoupers Dagelijks muziek door hot Huls-orkest IIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIMHIIIIIIIIIIHtllllltllllllllllllllllllllHIIHIIIIIIIIIIIIIIIJMIIItlllU Een zoo'n dominéheeft ons begiftigd met een boekje, dat ik eigenlijk nu reeds aldoor bezig ben aan te kondigen. Het heet Glin steringen van het jaar, natuurschetsen uit Friesland" door R. J. de Stoppelaar. Er staat niet bij, wat het kost, maar zoo op het oog schat ik het op een gulden of twee. Het bevat een keur van schetsen, die reeds verschenen zijn in het dagblad het Vaderland en ze vertellen van het rietland en de greiden, de meren en de vaarten, de vogels en bloemen, de boerderijen rnet hun bewoners zoo menschelijk als anderszins, van molens en klokken en de markt te Bergum, van de pracht van het Kruiswater, (daar heb ik ook gedreven, Augustus, volle maan) van het in de lijn loopen om 't bootje voort te zeulen waar 't niet zeilen kan (neb ik ook gedaan in de buurt van Warga) en nog honderd andere dingen meer, die voor mij samenhangen met schoone herinneringen en innig verlangen. Dit boekje krijgt een eereplaats. JAC P. T H ij s s E IIIIIIIIKIilllllllltltllllllHIIIIIIIIIIIIIIII IHIIilHIIIIIIMIIIIIMIIIIIIIIIIIIinill «iiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimimiiiiiliiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiltimiiiiiiiii ASSA PRODUCTIE AAKT ~-=:^=^ OEUHEIM AT'GE PRIJZEN OQELIJK t .t tlltHHliHHIIIIlltlllllllMllltlll

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl