De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1922 25 februari pagina 7

25 februari 1922 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

25 Febr. '22. No. 2331 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND OUDE PARODIEËN OP HET CLASSICISME Onverwachts vertelt ons de Nederlandsche spotprent soms allerlei opmerkelijks. Zoo is er bijvoorbeeld bij mijn weten nog nergens op gewezen, dat zij lang voor Daumier met zijn Histoire Ancienne en Offenhach met zijn operettes het classicisme op hare wijze heeft bestreden. Aan Cornelis Troost en de beide dichters van het Hollandsche en het Fransche versje onder zijn prent Didoos Dood" komt de eer toe van de bombastische en larmoyante namaak-klassieke treurspelen van dien tijd in het zonnetje te hebben gezet, zoo goed als Buckingham met zijn Rehearsal en Fielding met zijn Torn Thumb the reat" het in Engeland deden. Didoos Doot" was in 1668 door Mr. Andries Pels gedicht. Dr. J. A. Worp zegt in zijn Geschiedenis van hét Drama en van het Tooneel in Nederland," dat het vol onge wilde grappigheden is, en dit hebben blijk baar Troost en zijn beide medewerkers ook gevoeld; wat stellig voor hun geest pleit, waar men in dien tijd nog tamelijk critiekloos tegenover het gezwollene stond. Op het papier, dat op het bordes is aan geplakt, leest men: ,,te Amsterdam den (?) Januari 1758 zal men ten voordeele van het wees- en outmanhuis-fons. ... Didoos doodt Treurspel" en even daaronder Julfus". Dit bewijst dat hier het treurspel var Pels bedoeld is, want deze had het blijspel Julfus geschreven, waarvan 3 bedrijven moesten dienen om achter elk der drie actes van zijn treurspel te worden opgevoerd, een manier, die overeenkomt met die der Spaansche dramatische dichters" Met woord do;/d, door Pels geschreven Doot", heet op het aanplakbiljet Doodt", boven liet vers dood", en is dus op alle manieren gespeld. Het medaillon-portret, dat op den brand stapel gehecht is, zal misschien dat van Mr. Andries Pels zijn, het draagt liet devies bemind aanhont". Het stuk was, zooals men zal hebben opgemerkt, in 1758 lang niet nieuw meer. Een bijzonder geestig teekenaar, in dien zin, dat zijn trant op zich zelf scherp of ver makelijk zou zijn, vind ik Troost ook hier niet, maar de vinding is alleraardigst, de satire raak. De Dido die in haar nachtjakje op den DIDOOS DOOD, Bcrrtitrin HcIl.iTiiLfche kleedy nfoebeeld r^^c^.^ -ïiï&^f- /ïsr/t, run ft<[<:."'&;/annv/T'aa&ff. L. P. Cornelis Troost. Spotprent op Mr. HIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIÉIIIIIIIIIM LA M O R T DE D ID O TV , Reprefentee en biirlèsnue, a la. Hollamtoife . ' r ^ C .. Andries !'e!s' Treurspel Uidoi s Dood SCHILDERKUNST-KRONIEK HET BORDUURWERK VAN ,MEVK. C. Di: NEREE TOT BABBERICH- VAN HOTTEN, IN DEN HAAGSCIIEN KL'NSTK KINU. Er zijn soms moeders, die liaa" zoon shcgny' pen. Ze lic f te hebben is ha ar natuur, eneindeloos instinct; ze daarbij te lx grijpen is een be wijs van intellectueele voortreffelijkheid, van schranderheid in en bij het Bevoel. Mevrouw de Nerée is zoo'n begrijpende moeder, en de liefde voor haar zoon. Karel, den scherpen en sclwillen teekcnaar, wordt voortdurend gesteund door een begrip van het wezen van dien kunstenaar, die haar zoon is. Ik weet, dat ze in dit geval een groot voordeel heeft op vele moeders; zelve is ze niet onbegaafd; een paar pas geschilderde Heilige Families, en wat gephantaiseerde koppen (beeldhouw werk) bewijzen dat. De liefde van deze begrij pende moeder heeft zich gezet tot een werk, dat alleen zulke liefde kan voltooien. Zij is aan het borduren gegaan van iets, dat haar zoon in omtrek teekende; ze heeft in kleurige zijde willen realiseereu, wat de zoon. die stierf, voor zich zag. Eén exempel daarvan vindt ge in den Haagschen Kunstkring, het biiniiinrverk ,,de Zeven Maagden" genaamd. Ik laat de juistheid van dezen naam daar; dat een andere beter zou passen weet Mevrouw de Nerée even goed, zoo niet zekerder dan ik. Het werk is nog niet geheel gereed gekomen; de zeven maagden, die den grooten onderrand van dit werk vormen, zijn echter zoo goed als klaar; de twee hoornen, heel-en-al vlak gegeven om de middenfiguur van de bovenhelft zijn, voldoende aangeduid om een oordeel te kunnen vormen. De vraag is dadelijk te stellen, of de fijne, toch rijke kleur van het werk den aard van Karel de Nerée ganschelijk geeft. Misschien ware de opmerking te dezer plaatse niet onjuist, zoo ge zoudt zeggen, dat CADILLAC Het Meesters^ der Autotechniek r: K. IANDEWEE», UTRECHT een man forscher, heviger, grooter, was ge worden. Maar wanneer we elit ook \oor ons /.elven moeten erkennen als een /ei r ver moedelijke waarheid, dan blijft toeli, daarna, genoeg over ie waardeeren. Hei is e e u bor duurwerk, deze groote lap, zoo als ge' :-r meer zoudt willen zien ontstaan. De techniek hier is niet dadelijk tevreden met een schijnbaar gevuld oppervlak, maar dat feitelijk slecht' losse kleuren eu wat losse lijnen \vrti"'nt. Hieris zijden draad na zijden draad 'ngewerkt ; hier is een nobele stof met eerbied, v:i!!i:u'.i;ug en volhouden aangebracht op den ondergrond: hier ontstond een ouderwetse!1, sl'ik \\\rk in technisch opzicht, en een modern stuk werk, wat den geest van de voorstelling Ixirtii. Hei lijkt me dat we niet beter soms kunne u wal senen. Ik hoop elan ook, dat Mevrouw eie Nerée, de begrijpende Moeder, in staal zal zijn, dit en een ander groot werk ten einde te brengen; de plaats voor deze stukken -?.?'! e' n Museum wezen. TOOKOP'S Pra.uKiM. Ik heb laatst reeds n de noodzakelijkheid gewezen, dat 'i'norop's Pelgrim naast den Zaeharia van W. \an Konijnenburg in liet .\msterelanisch Museum komt. Ik herhaal hier deze mecning. De Pelgrim van 'l'oorop, ontstaan na den Zaeharia, in onbewustcn wedijver we l naar ik meen, vertoon! op belangrijke wijze 'l'norop's begaafdheid, zijn kracht, zijn neiging tot styleeren, zijn gave in zulk gestvleerel werk een aantal realistische eleeleu op te nemen, zonder groote stoornis voor hei geheel. Het lijkt mij om dit alles billijk de/e groot.' teekening, eie weerpartij van den Zaeharia naast, of in de buurt van dit aangekochte w. rk te plaatsen. Zó/ouden toch wij en eie lateTcn in de gelegenheid worden gesteld vergelijke n d te waardceren, wat twee \erschillenei-g.. aarde kunstenaars, d'een rijker van inventie, d'andcr van meer toeleg en constructie, ongeveer in den zelfden tijd maakten, l oen hun ga \ e n ze kei lot rijpheid waren gekomen. MONNICKENDAM (AMSTENI)AM). H; t is e e l! ieder met eenig zicht op schilderkunst einde lijk, dat Monniekeiielam een schildei' is van meer kunde, kennis en kracht elan \\ 1. ;'r<,ie ren. En toch is eie waareke rii'.g van elit w, rk onzeker. De fout ligt in dit geval n:.! ,iM< i n bij eie heschouwcrs. Monir.cke oei; in ^ n Oosterseh romanticus, maakt hei e!./,n vii t gemakkelijk, niet altijd gemakkelijk. Hij i-, in staat naast werken, die v..e l v..rtoou.n. ij,!t N. V. PRAKTA Heerengracht 563 hoek Torbeckeplein ENORME PRIJSVERLAGING KANTOORMEUBELEN en VERTICAALKASTEN Bezoekt onze showrooms, VRAAGT CATALOGUS iiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiii ui IMIIII HUI IIIIIIHII i brandstapel ligt, met de trou-belofte in de kwijnende hand, de schikgodin die haar levensdraad afknipt, de amor, die zijn boog eu pijlen aan den brandstapel hing, en die het vuur staat te blusschen, de flauwvallende of verschrikte of meewarige juffers, waaronder zus .Anna, de zerk met de gebeeldhouwde dood-bidders, de gemeenzame artikelen die aan den stoel zijn gehangen, alles is grappig bedacht. Ook dat Dide> ter wille van den comfort ecu matras en een kussen tusschen zich en de takken bossen van den brand stapel heeft. Do kostuums, de armen en .handjes van de vrouwen in haar néglig hebben, zooals Troeist dat kan, eenige gratie, haar overige wezen is nogal burgerlijk, wat hier wel bijdraagt tot de grap. De maker van het onderschrift wijst er nog op, dat Dido eerst, heel ordentlijk, tasch en sleutels heeft afgeleid. Wij vinden hier, oneindig minder mooi en komisch, maar toch zeer bewust en tref fend, het zelfde middel toegepast, dat Daumier honderd jaar later zou aanwenden om de plechtigheid van het classicisme te ont luisteren : alles in het burgerlijke eu al te gemeenzame iransponeeren. Een halve eeuw later heeft de veelschrijvende A. Fokke Simonsz in zijn half-weten schappelijke, half satirieke geschriften, die altijd naar den trant des tijds zeer omslachtig zijn, zelfs in het grappige, menigmaal goedige aardigheidjes over goden en godinnen ver kochten malle anecdoten verteld van klassieke helden en heldinnen, doch wel meer uit een gevoel van gemeenzaamheid, dan om het classicisme te hoon en. Hoewel hij de verdienste heeft gehad, de rethoriek vaak ferm te lijf te gaan. Jacob Smies, elie zijn werken dikwijls illustreerde, teekent de antieke figuren eveneens heel burgerlijk en huiselijk, maar erkend moet worden, dat hij, met zijn aard, moeilijk anders had g-kniid. Zoo stelde hij in een histuricscb-charakteri^tie'éc titel plaat" bij Iets over Alles, eeue menippésche satire", eie verschillende wijsgeereu van het oude (jt iekciiland voor. Ziehier een gedeelte van de verklaring. Vooraan, op den voorgrond, een ton, waaruit e!e Cynische Diogencs klimt, ten einde met een l naar meoselien te zoeken. In het midden des Taferecls ziet men Sokrates, in hevigeu twist met ziji;e Eehtgenoote Xantippe, welke eene, hem door zijn leerling Alkihiades ten geschenk gezondene pastij, uit spijt en versmaading, met den voet trapt. Diogencs schijnt hi het bijzonder dit paar in het oog te hebben, en hun beide hunne zwakheid te verwijten, daar Sokrates, onvoorzichtig, zijne, door toorn-ontroerde Eehtgenoote met een koelen lach teigt. en Xantippe zieh geheel redeloos aan de \voeeleiulste gramschap over geef I." In dit exposévan Smies en l'ukke ligt stellig een bijna parodistische familiariteil. KUNSTHANDEL JACK HIEKERK *>h Chof Goupil & Ca. 23 & 25a Langa Houtsfr. 's-Gravonhage KEESTERWERKEN VAK DE 17a EEUWSCHE, HAAGSCHE EK FRANSCHE SCHOOL n Beloof mij tocli door kuur met Sanatcgen je zenuwen te herstellen Wanneer Uw /cnmve'M oye'rsp.inncii en Uw krachten uitgeput 7.ijn, zal Sanato^eMi een keerpunt brengen in Uw leven en U voeren naar volkomen herstel en volmaakte gezondheid. De lijfarts der Koninsjin-MoeJer van Italië Dr. E. PERSICHETTI, schrijft: Ik heb Sanatogcn gebruikt in verscheidene gevallen van Neurasthenie en liet resultaat was, dat bij elk geval de nerver,>e svinpteiinen sterk veimiiieleien. Hij /\val\ke kinderen, zoowel als bij hetstelleneleii van langdurige ziekte, heb ik Sannlogen met even gunstig gevolg voor geschreven en kwam /oo'iociule lot de over tuiging, dat het een waardevol xcnuv.'stcrkend voedsel is om verloren krachten te herwinnen". Stel niet uit om Saiiatogcn te gaati gebruiken en begin nog vandaag. Het is verkrijgbaar in n 11 e Apotheken en Urogistcrijcn iu verpakkingen vanat t !??? SANATOCEN *tffi* STERKT ZENUWEMENLICHAAM ? Teekening voor i Ziehier hoe Arend Fokke Simonsz de bruiloft van Perseus en Andromeda ver telt. Maar ziet, terwijl men heel lief en vrien delijk aan tafel zat, komt Phineus, de eerste minnaar van Andromeda, met eenige zijner vrien den, gewapend de bruilofts/.aal in stui ven, en hakt en slaat zoo geweldig in het honderd, dat mejuf frouw de bruid en beide haie ouders, althans vooreerst, ge raden vonden om on derde tafel te kruipen. Pej'scus en de ove rige mannelijke gas ten, trokken daarop mede van leer, en hoezeer zij zich dap per l ij k k wet en, zei uden zij het te kwaad ge kregen hebben, indien het Perseus niet in gevallen was, dat hij het hoeifd van Medusa zoolang in de keuken, in de turfkist, geborgen had. Hij vliegt daarop de zaal uit, en komt er met de tronie van Medusa, omgekeerd, weer invliegen, roe pende tegen zijn vrienden, die terwijl druk bezig wat en met vechten : ,, Btandt je niet, bergt je ! hier heb ik zoo iets, dat al dat hondengoed gauw tot staan zal '"" ................................... " brengen, laat mij er maar eens even door !" " Zoo gaat het door. De vijanden versteenen op liet ge/.icht van Medusa, ,,zoodat elie heele pret in eene stomme pantomime ein digde", en de bruid met een nuchter gezicht van onder de tafel kroop, vragende met eene bevende stem: zijn ze al kapot?" Dit is een staaltje van r-okke Simonsz' manier in het ovei vertellen van de klassieke mythen, en de prenten van Jacob Smies, den gemoedelijkcn teeketiaar, staan hem , ___ hierin braaf bij. Zoo behandelt hij ook eie geschiedenis van Midas, Pan en ! ?. , \pollo, van Daedalus en Icaius, enz. A. Fokke Simonsz, zooals de schrij ver van eie inleiding tot een van zijn Verhandelingen" het zegt: in het r vak der ironie van eene guusiige zijde '-' bekend," schreef ook ecu V'aderlaneisehe Historie, vermakelijk vooigesteki" die erg uitvoerig en niet heel vermakelijk is, ze kwam dan ook niet verder dan een eerste deel, tot de gra felijke regeering van Holland. Als hij met Roeland, den paladiin, klaar is, ?/egt hij Ook hebben wellicht som migen on/er nog heugenis van het steen en standbeeld dat weieer te Amster dam over den Kolk gestaan heeft, en, alhoewel ten onrechte, zijn naam droeg, daardoor gelegenheid gevend, dat men somtijds, op den eersten April, sommige lieden, met een handbriefje omme den heer Roeland van den Steen, over de Kolk, liet zoeken, rond dolen, en eindelijk Dit is het soort mee de geleerde VASTHOUDEN Amsterdammer" van Georgt van Raemdonck uitlachte." van grappen, waar zijn kke Sim.insz populaire verhandelingen kruidde. Niet zoneier belang is het evenwel, dat iu woord en beeld juist in dien classicistischen tijd, dergelijke aardigheden in ons land zeer gesmaakt werden. Ze waren dau toch een tegenwicht tegen dat classicisme. C o K N i: i. i :. V r r u te waardeeren is, een ander tegelijkertijd te laten zien, dat den onwil Wekt; door de tech niek, door te zwaar opgebrachte ven, door kleur, elie verfijning mist. Hel i,; de oude fout, waarop 'k lang geleen eens wees in hem: gebrek aan k'cschen smaak, nu en dan. En weinigen weiischen dezen krachtige n schilder meer de/e smaak tue, dan i k ; het zou zijn naam zekerder maken. Pu.I WlEliMAN (lit.l \ \N m.i< Sl.l YS, 1)!.\ ll\\o). Er zijn op deze te utoonstelling van P. Wiegman een aantal werken,die u onmiddellijk eie zekerheid geven, zoo ge dat niet wist. dat hier ('c/i tulen! bezig was; niet ieuninil, ttn' /'-'>t>..'/, iiiiiui' nul; iemand, tlie l;nn. Wiegman is een moderne in el'en zin, dat hij zoo zuiver mogelijk vlak wil blijven, met andere woor den, eiat hij door eie versiering; (eie kleur) liet \ lak te u ee rste wil doe n hlijve n, w:l eloe n laten gevielen. Hij heeft daarenboven de moderne (en ook oude) neiging het détail /oo min mogelijk sturend te doen optreden; hij houd! de vormen giaag groot e n eenvoudig. Hij is daarenboven niet ten eerste uit op eie natuur lijkheid van het uur \ au den dag; als /oovclcn der jongeren vertoont hij een geestesgesteld heid van ragischen aard. IK' kleur is bij voor keur diep, zóniet zwaar. Tut de beste werken van deze tentoonstelling behoort het bekende' interieur met het meisje, zittend bij een taici (vlak vooraan dat meisje) met een spiegel, elie eie figuur eu hei stilleven van al eie voorwerpen, polten, bloemen enz. weerkaatst. Ik heb inder tijd gewezen op het verschil van dit strenggedefiniee rel interieur met die der Haagschc school, eu Wicginan's werk geprezen. Verder noem ik lik r eie Xotehnum bij 't huis (i\o. U teekening), een Stilleven (Nu. lé>) en de Witten": eie waterval, met liet witte1 water als witte bloemen tusschen de rotsen; een schets van een aanbouw; een bloeienden boom. van Medusajop de en Andromeda. Jacob Smies. liet hoofd bruiloft van Perseus J. S. MEUWSEN, Hofl. A'DAM-R'DAM-DEN HAA« DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND dat hun kleinere inzendingen het van de, grootere winnen. Wie den langen adem mist kieze de korte baan. Op zich zelf is dat geen schande en aan liet betrachten van deze wijsheid dankt de tentoonstelling haar rela tief prettig karakter. Niet dikwijls zag ik van Monnikendam een zoo helder, zoo kleurig en toch zoo ingetogen schilderijtje als zijn Poggenbeek-achtige kermiswage-ns; in het dieren-genre iets zoo fijns als de papegaaien van Mensiou; Dooijewaard zoo goed als in een klein gezicht op een Oostersche stad; Krabbézoo genietbaar als in het minst omvangrijke van zijn niet groote stukjes. De dames Snrie, van den Berg, Ritsema, van Regieren Altena, Peters, be palen min of meer het karakter van deze expositie en houden haar zeer wezenHjk op pijl. Van Ritsema zou ik bij uitzondering het grootere harer inzendingen kiezen: den zonnewijzer in het zonnige gras. Als ik W. Roelofs, Hnlshoff Pol, Zon, Rastert (om zijn kleinste producten), Van Duimen, Paul Arntzenius, Paul Bodifée, Bolding, Wolter noem, ben ik onrechtvaardig tegenover anderen die evengoed vermelding verdienen. Er is niet al te veel verkocht. Voor Benjamin Prins echter zijn nog steeds koopers. H EN N US KM MAAS, VARHOND IPADOX P L Al<ïI E.XTKA-TENTOONSTEI.LING De oproep tot een extra-tentoonstelling heeft bij de leden weerklank gevonden. De wanden van groote en kleine zalen hangen vol. Opmerkelijk is het bescheiden formaat van bijna alle inzendingen. Dit getuigt van een juist inzicht, liet is nu eenmaal kans rijker binnen enkele centimeters iets goeds te bereiken da:i binnen even zoo vele deci meters. En er zijn er onder de exposanten van wie men met de stukken kan aantoonen LtVCKT Ot/VLH.ANCO \MZ*!f XWf T'JO ALLE HOUTCON/TRUCnC./ ',,:?'.;-..? ' '. ?*«?/'.???;??, .-..:i^-;, \ ' ;j. ?*. ?? '?-:? - : L A NDHUrZEN , *::, V j JACHTHUIZEN * ZIEKENHUIZEN -INLICHTINGEN OP AANVPAAC,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl