Historisch Archief 1877-1940
l April '22. No. 2336
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
BUK OMSTIGHEDEN
XX
Wat God vereenigd heeft. Roman door
Arnold Bertnett. Uitg. J. Philippe
Krusemann. 's Gravenhage.
Het eigenaardige van dezen roman van den
geestigen, ingenieuscn Engelschen romancier
is, dat er telkens momenten in voorkomen,
waarin we ons afvragen : ja maar, wat wïl
de auteur nu eigenlijk?"
Nu is deze vraag aan een romancier over
het algemeen natuurlijk volkomen misplaatst.
Hij wil niets anders, dan onze aandacht ge
durende eenigen tijd hevig in beslag nemen;
hij wil niets anders, dan ons ontroerd laten
meeleven in de wereld van zijn phantasie, en
ons dat kostbare geluk laten deelachtig worden
dat elke diepe belangstelling, die geen ver
band houdt met ons eigen onmiddellijk
voordeel, ons brengt. Een auteur heeft zijn
taak volbracht, wanneer hij op een speciaal
hoekje wereld, het sterke zoeklicht van zijn
kunstenaars-inzicht heeft laten schijnen,
zoodat hij ons die menschen en die dingen heeft
laten zien, zooals we ze nog nooit hadden ge
zien.
Dat nu toch onder het lezen van den roman
van Bennett telkens de vraag naar zijn be
doeling" bij ons opkwam, is te wijten aan het
feit, dat de auteur zelf zich herhaalde malen
tot op het randje van de probleemstelling"
waagt, maar dan zich weer bedenkt, dat hij
toch geen tendenzwerk wil schrijven, en snel
den draad van zijn geschiedenis weer opneemt.
Dat maakt ons, lezers, onzeker: moeten we
iets inzien"; moeten we ons ergens van laten
overtuigen; of mogen we rustig blijven door
lezen, en ons pp iedere bladzij verheugen over
de psychologische ontleding, en de stille,
Engelsche geestigheid? Ik denk, dat we het
beste doen, daar maar toe te besluiten; dan
is het lezen van dit verhaal wezenlijk een genot.
Eigenlijk zijn het twee verhalen, twee
echtscheidirrgs-geschiedenissen, die alleen in zoo
verre iets met elkaar te maken hebben, als de
man Ridware, die een klacht indient tegen
zijn vrouw wegens echtbreuk, op het kantoor
is bij meneer Fearns, wiens vrouw tegen hem
een actie tot echtscheiding op touw zet, om
dat hij, na vele, min of meer openlijke, af
wijkingen, haar nu zelfs in haar eigen huis met
de Fransche kinderjuffrouw heeft bedrogen.
Deze misstap van Fearns krijgt nog iets
buitengewoon pijnlijks, omdat het zijn doch
tertje Annunciata is, een bekoorlijk, kinderlijk
meisje van twintig jaar, dat het feit ontdekt,
en, met de weifellooze zekerheid en de onbe
grensde verontwaardiging der jeugd, onmid
dellijk haar maatregelen neemt: ze telegra
feert haar moeder, wier afwezigheid in zeke
ren zin aanleiding was tot het incident, dat
ze onmiddellijk thuis komen moet; ze neemt
haar twee kleine broertjes onder haar hoede,
omdat ze het als een bezoedeling zou voelen,
als ze de gouvernante ook zelfs maar uit de
verte zouden zien; en deze, die geen verdere
aanduidingen noodig heeft om te begrijpen,
dat alles ontdekt is, pakt in allerijl haar bie
zen. Als de heer des huizes, die zich een dag
lang schichtig schuil heeft gehouden, eindelijk
in zijn woning terugkeert, is echter niet
alleen de geliefde van n nacht, maar ook
de meesteresse van het gezin mét de kinderen
vertrokken.
Zooals Bennett ons de stemming weet te
schilderen van een zinnelijk, zwak en vergrofd,
maar niet ongevoelig man, die in zijn verlaten
huis rondgaat, en weet, dat de ramp zijn eigen
schuld is; zooals hij in een gesprek met den
knecht, die juist de k ffers naar den trein heeft
gebracht, ons de ontveinsde vertwijfeling
weet te suggereeren, is hij een meester.
Terwijl zijn oogen over de regels vlogen
(van het briefje, waarin zijn vrouw hem schrijft,
dat ze scheiding zal aanvragen; A.S.) hoorde
hij 't geknars der wielen van Martin's kar over
het grint en met verwonderlijke
koelbloedigiiiimimiiiiiiiiitiiiiini
HET NAARDERMEER
BEDREIGD
Dit jaar zijn de lepelaars weer op den gewonen
tijd aangekomen, in de laatste week van
Februari, even nadat het ijs verdwenen was.
Ze komen niet allemaal te gelijk, maar bij
troepjes, eerst een stuk of twintig en dan
op volgende dagen weer wat, totdat de
heele populatie van den Zuidoosthoek van
het Naardermeer present ,s. Wij tellen den
troep met groote belangstelling en zijn al blij,
als de helft van de vogels, die ons verlieten,
weerkeert, 't Is ook al wel eens minder ge
weest. Voortdurend hebben wij reden, om het
verloop van onze lepelaarkolonie met bezorgd-,
heid te volgen. Hetzelfde geldt voor den troep,
die huist in het Zwanewater bij Callantsoog,
minder bekend dan die van hef Naardermeer
en minder toegankelijk.
De Gooische forensen doorkruisen het Meer
tweemaal per dag en velen hunner zien met
belangstelling en genoegen uit naar de prach
tige, groote, witte vogels, die sterker dan eenig
andere doen denken aan lang vervlogen tijden
en ver gelegen landen. Ik herinner mij nog
goed, hoe ik als jongen van een jaar of tien
mijn eerste geschiedenislessen te leeren kreeg
uit het boek van Lodewijk Mulder. Wij moes
ten dat woordelijk uit ons hoofd leeren en
ik deed dat met het allergrootste genoegen,
onbewust genietend van den uitmuntenden
stijl van dien aangenamen schrijver. Ik weet
zeker, dat mijn levensrichting vooreen groot
deel is bepaald door pag. l van dat boek,
waar Mulder heel eenvoudig maar treffend
beschreef den toestand van ons land voor
tweeduizend jaar: de zee en de duinen, de
ongetemde rivieren, de wouden en moerassen.
Den lepelaar vermeldt hij niet, maar die vogel
is voor ons de onmiddellijke herinnering aan
heid stapte hij naar buiten onder de portiek,
en sprak Martin aan.
Kwamen ze op tijd aan den trein?"
O héja, meneer. Mevrouw was zóbang,
dat ze 'm zou misloopen, we waren wel twin
tig minuten te vroeg".
Martin glimlachte, zooals de eene man doet
tegen den ander, als ze 't hebben over een
vrouw.
Dat is best, beter te vroeg dan te laat."
Fearns' houding was volkomen argeloos en
onbevangen".
Maar iedere scheiding heeft behalve een
gemoeds-kant en een maatschappelijke kant,
ook een juridische zijde; en het is, alsof, hoe
langer hij doorschreef, hoe meer Bennett er
van begon te smullen, dat hij aangaande de
juridische moeilijkheden en verwikkelingen
bij zoo'n geval zulk voortreffelijk materiaal
verzameld had. Hij, die zelf jarenlang op een
procureurskantoor werkzaam is geweest, kan
niet nalaten, over de preparatieven van een
gerechtelijke actie over de sfeer bij de
rechtzitting, en de dwaas-onverwachtsche keer, die
de best-opgezette aanklacht op het laatste
oogen blik nog nemen kan, uit te wijden, op
een manier, die, altijd boeiend, ons uit de
ontroerde sfeer der gevoelige schoonheid, in
die van het intellectueele debat trekt. Terwijl
we zouden willen lijden met de slachtoffers,
worden we gedwongen te glimlachen over 'n
geestig voorspel, of een formeele spitsvon
digheid.
Wel blijft de auteur natuurlijk artiest genoeg
om, bij momenten, van die tegenstelling
tusschen het persoonlijk verdriet van het indi
vidu en de automatisch verder-maaiende
machine van het recht juist iets bizonder
schrijnends te maken, maar over 't algemeen is
zijn eigen aandacht te gespannen bezig, ons
van de wreedheid en dwaasheid van allerlei
Engelsche instellingen te overtuigen, om overal
zijn zelfgeschapen menschen recht te doen
wedervaren.
Het slot is, dat geen van beide eisenen tot
echtscheiding wordt toegewezen, de eene
niet,omdat de r,~an, eischer, eigenlijk een Schot
blijkt te zijn, en dus niet dooreen Engelsch
hof berecht kan worden; de tweede niet,
omdat het dochtertje, eenige getuige, als het
er op aankomt, voor een volle zaal al de
vreeselijke dingen omtrent haar vader te herhalen,
geen woord kan uitbrengen. Waarop de auteur
in een gesprek van twee bladzijden zijn
spreektrompet laat toornen over de openbaar
heid der Engelsche huwelijksprocessen, de
uitvoerige verslagen in de bladen, enz.
Maar behalve deze hobbey's, deze
te-opzichtig-gedragen meeningen, is er van den
roman niets dan goeds te zeggen. F.en oor
spronkelijke geest heeft van een
niet-alledaagsch gegeven iets gemaakt, dat soms ont
roert, soms vermaakt, en altijd-door boeit.
A N N l E S A I O M O N S
KLEEDING VAN DE MAAND
Teekenlng voor ,^te Amsterdammer"
van M ar iet j e Heyligers
M.H
Voorjaarsmantelpak van gabardine, ver
sierd met veeren franje
UIT DE PARIJSCHE
INTELLECTUEELE- EN KUNSTWERELD
Terwijl hier het theaterseizoen in vollen
gang is en avond aan avond vrij wel alle
schouwburgzalen, van de grootste tot de
kleinste, van de klassieken tot aan het een
voudige (toch in Frankrijk bijna althans
fijngeestige) lach-succes geheel zijn uitverkocht,
worden daarnaast tal van intieme soirees
georganiseerd, die minder bekend, daarom
niet minder interessant zijn. Zoo hebben een
paar weken geleden verschillende Hollandsche
couranten reeds melding gemaakt van de
soiree in de Sorbonne georganiseerd door de
sociétédes amis de l'Universitéde Paris"
en de association France-Hollande", waar
de jeugdige M. Saudemont op zoo geestige en
pakkende wij/e cle indrukken weergaf van
«»*Miiiiininv*i
Vraagt:
SIPKES'
Dessertwerken
dien voor eiken rechtgeaarden jongen zoo
bewonderenswaardige!! jeugd-toestand van
deze streken.
Eerst de negentiende eeuw heeft ons land
sne! beroofd van zijn romantische schoonheid
en nog al dikwijls zonder dat het algemeen
belang" er mee gebaat werd. Honderd jaar
geleden broedden de lepelaars nog op verschil
lende plaatsen tusschen Maas en Vlie, maar
langzamerhand zijn de broedplaatsen hun ont
nomen, eerst bij Zoeterwoude, dan bij Rotter
dam, dan de Horster meeren eindelijk ook de
prachtige duinvalleien op Texel, die behoord
hebben tot liet allerschoonste, wat de wereld
kon bieden. Daar heeft haast niemand ooit
iets van geweten. Van Zoeterwoude en het
Schollevaarseiland hebben wij tenminste nog
goede beschrijvingen van landgenoot en
vreemdeling, maar dat Texelsch Paradijs is
verloren gegaan zonde1' dat Hollands geleerden
De lepelaar in het Naardermeer
l(Jit Bnrdct's stereoscoopplaten)
hem en zijne medestudenten, over hun be
zoek, verleden najaar aan Holland, en de ont
vangst die daar hun te beurt viel. Men voelde
dat niet alleen fransche hoffelijkheid hier aan
't woord was, maar dat die indrukken wer
kelijk uitstekend waren geweest, dat de jonge
lui hun uitstapje hadden genoten en met
bijzondere opmerkingsgave gedurende hun
kort verblijf land en volk hadden bestudeerd.
Er is zeker geen beter middel denkbaar om
de toenadering tusschen Frankrijk en Holland
te bevorderen, dan dergelijke persoonlijke
bezoeken, juist van de jongeren, die met al
de ontvankelijkheid, al de onbevangenheid
der jengel, scherpe en vee hl juiste indrukken
in zich opnemen.
De jonge conférender behaalde met z'n
voordracht veel succes en werd door Fran
schen zoowel als Hollanders hartelijk toege
juicht. Eenige muzieknummers o.a. 'n
zeer mooi vioolconcert van Hekkmg, en 'n film
over Holland besloten den avond. De laatste
scheen mij niet gelukkig gekozen. Uit com
mercieel oogpunt mogen deze projecties be
langrijk zijn we waren hier niet in een
commercieel miiieu en mij dunkt dnt voor den
fijnen, franschen smaak die overvloed van
weldoorvoed vee, van kaas, van groenten en
vruchten een te uitsluitend materieelen in
druk moet hebben gemaakt en dat 'n paar
karakteristieke stads-, zee- en riviergezichteu
of vriendelijke landschappen, waaraan toch
werkelijk ons land rijk genoeg is, mér den
lust zouden hebhen opgewekt om kennis te
maken met 't kleine lage land aan de zee dan
al deze overvloed van melk en honig".
Verheugend is het bij dergelijke avonden
steeds onzen Gezant, en veelal ook Mevrouw
IHIIIIIIIIIMIIIIMIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIl IIIIIIIHIIIIHIIIIIIIIIIII Illllll HUM
en poëten er de heugenis aan hebben kunnen
bewaren. Of, indien zij het gekend hadden,
zouden ze clan hebben kunnen verhinderen
dat de Staat der Nederlanden het vernietigde
door het graven van de Moksloot? Toen ik
in 1SOI) op Texel kwam.woneu, was het kwaad
reeds geschied, Thorbecke had het moeten
verhinderen, maar wat waren deze dingen
voor Thorbecke?
Doch ik dwaal af. Laat 'k weer eens vertel
len van onze lepelaars van het Naardermeer.
Als ze pas teruggekomen zijn, ziet men ze
altijd eerst eenige dagen ten noorden van de
spoorlijn in de omgev ng van cie Eendenkooi.
Dat is nm zoo te zeggen hun landingsplaats
en waar zou een trekvogel veiliger kunnen
belanden dan in het ontoegankelijk kooirecht
van een onaantastbaar natuurmonument. Ze
maken dan elkander het hof naar des lepelaars
manieren, die zeer wonderlijk zijn. Dan gaan
zij uitzien na?r een broedplaats en in die
dagen heerscht er groote spanning op het
kantoor der Vereeniging tot Behoud van
Natuurmonumenten. Onze lepelaar? toch
zijn bijzonder onrustig en prikkelbaar. Ze
hebben daar in het Naardermeer ook reeds
van alles te verduren ge-had en zijn nog niet
de verschrikking te boven van 1S80 toen
het meer voor het grootste deel is droogge
legd. Wel is waar bleef de Zuidoosthoek buiten
de drooglegging, maar toch daalde het aantal
der broedende paren tot eventjes boven het
dozijn. Na dien tijd herstellen zij zich langzaam,
doch zij zijn er nog niet toe kunnen Komen,
zooals toch de gewoonte van deze vogels is,
een vast broedgebied te kiezen. In de oorlogs
jaren gedroegen ze zich zeer onzeker en wissel
den driemaal van woonplaats, verontrust
door de militaire bezigheden langs den
oostwand van het meer en langs cis spoorlijn in
het meer. Ook ziin ze geschrokken van de
eL'ctrische hoogspanningsleiding langs den
zuidrand en er is zelfs een jaar geweest, dat
wij vreesden dat zij liet meer verlaten zonden.
Het duurde toen twee maanden eer zij einde
lijk durfden blijven. Wij hebben ze toen met
groote voorzichtigheid behandeld en den Zuid
oosthoek zoo rustig mogelijk gehouden door
er geen bezoekers toe te laten, er niet te laten
visschen en alles te vermijden, wat de vogels
zou kunnen ontstellen. Gelukkig komen zij
Loudon, niet allén tegenwoordig te zien,
maar ook zoo hartelijk er in te zien deelen.
Zoo ook pp den Rembrandt-avond, kort hier
na, waar ds. Pierson uit Groningen was uit
genoodigd een voordracht te houden over
,,1'art religieux de Rembrandt"
Ook hier 'n goed bezette zaal en 'n aan
dachtig publiek.
Ds. Pierson sprak met innige bewondering
en bijna hartstochtelijke sympathie overonzen
grooten zoo niet grootsten nationaien
kunstenaar en toonde een schitterende serie
projecties, die hij toelichtte; bij
oogenblikken zichtbaar ontroerd door -/'n vereering voor
den grooten Meester.
Feu werkelijk mooie interessante avond ?
hierover waren wel alle aanwezigen 't eens.
De Franschen toonden opnieuw welk een
uitverkoren plaats ze, naast hun eigen groote
meesters, toekennen aan Rembrandt. Ons
Hollanders was 't goed w-" e r eens ons reken
schap te geven hoe subliem, hoe op zichzelf
staand de Kunst is van dezen begenadigde
onder de artisten aller eeuwen. Het is ons
duidelijk in zulke oogenblikken waarom men
hier als er van Holland sprake is - z
spontaan-enthotisiast kan zeggen: ,.Ah, Ie
Pays de Rembrandt".
'n Derde avond van intieme kunst was die
in het Maison de Balzac": concert a la
chandelle, zooals de invitatie luidde. Ook dit
was 'n avond zóeigenaardig, zóafwijkend
van 't gewone, dat het me waard schijnt er
even bij stil te staan.
De woning van de Balzac is gelegen rite
Raynouard en gebouwd aan den voet van
den hoogen rechter Seine-oever, nabij Auteuil
en is allengs geheel ingebouwd geworden,
zoodat men nu van uit de straat, door een
ander huis, 2 trappen afdaalt om dan te komen
<>p een binnenplein dat toegang geeft tot de
woning met tuin van de Balzac. Men heeft tot
nu toe gas en electridteit verre gehouden van
deze refiquie, zooda"tmen bij 't onzekere schijn
sel van eenige kaarsen zich afvroeg
waarHeen deze mysterieuse tocht wel ten slofte
leiden mocht. Uit de verte klonk muziek, die
blijkbaar ook al op de verschillende tages van
't binnenplein de bewoners aan de vensters
had gelokt.
De genoodigden voor 't Maison de Balzac
zagen 'elkaar eens aan met vragenden glim
lach, en traden, ten slotte, geleid door de tonen
der muziek, door de openstaande deur naar
binnen. Inderdaad was hier de woning van
den grooten denker alles onveranderd nog
-- intakt gehouden als museum met een con
servator. Eetzaal, slaapkamer, muziekkamer,
werkkamer. Groote eenvoud overal. In de
schoorsteenen een houtvmirtje, da! flikkerend
lichtte in de inderdaad door k'iarsen slechts
zwak verlichte ruimten. Het publiek zeer
gedistingeerd doch eenvoudig, blijkbaar
hehoorend tot intellectueele en artistieke
milieus.
'n 70 a 80 personen circuleerend door de
verschillende vertrekken, waarin tal van
herinneringen aan den schrijver o.a. een
groote verzameling bas-reliefs, waarop voor
komen de personen uit z'n verschillende wer
ken. Zoo b.v. uit de Comédie humaine.
Dezezelfde personen (voorgesteld door kleine pop
petjes) worden bewaard in eene vitrine, 't
Schijnt dat de Balzac in rustige uren gaarne er
zich mee bezighield en ze voor zijn geest liet
defileeren.
Ook vindt men er een bijzonder mooi af
gietsel van zijne hand. En als curiositeit wordt
bewaard het komfoortje met de koffiekan
waaruit hij kracht putte in uren van
nachtelijken arbeid. Op 'n bijschrift wordt zelfs be
weerd dat die koffekan stellig er toe heeft
bijgedragen om zijn leven te verkorten. De
geheele omgeving treft door haar groote
soberheid, en wordt daardoor te indrukwek
kender haast. We zien vór ons den de Bal
zac van Rodin", machtig en overweldigend..
en we voelen hoc deze geweldige denker,
ZOMEN
SPECIALE INRICHTING
voor
Maikiezen en Zonneschermen
tegen concureerende prijzen
levend liter als 'n eenvoudig burger, heeft ge
arbeid aan de groote gedachten die hij als
geestelijke erfenis zou laten aan 't nageslacht.
't Is 'n sympathieke gedachte dergelijke om
geving in eere te houden en in onze dagen van
materialisme en genotzucht even te her
inneren nan den stillen eenvoud van 't waar
achtig genie 'n sympathieke gedachte ook
om juist in deze omgeving een concert te
organiseeren als dat van den fijn beschaafden
talentvullen artist, M. de Flagny, wiens in
tieme kunst zoozeer spreekt tot het gemoed.
M. de Flagny is ook in ons land geen onbekende
kort vór den oorlog daartoe uitgenoodigd
heeft hij in Holland enkele muziekavonden
gegeven die veel succes hadden. Hij toonde
met voldoening ons de zeer gunstige
beoordeelingen onzer pers en noemde ons de namen
van meerdere bekene landgenooten. Hij heeft,
vooral als artist, aan Holland eene zeer sym
pathieke en waardeerende herinnering be
houden en zou, dunkt me, gaarne bereid
worden gevonden om b.v. voor een volgend
seizoen opnieuw eenige soirees daar te orga
niseeren. Ik dacht aan onze oude patricische
huizen met hun ruime vertrekken, hun
stempel van geschiedenis en traditie, die
zoo bijzonder zich zouden leenen voor derge
lijke intieme kunst, 'n kunst die zeer zeker
za! spreken ook tot 't Hollandsch gemoed. In
de waardeering van 't fijn intieme is daar
veel overeenstemming tusschen 't fransche
en 't hoüandsche karakter.
De heer de Flagny is niet alleen een ver
dienstelijk gevoelvol componist -- maar ook
'n zeer ervaren pianist, die op uitnemende
wijze wordt bijgestaan door een niet minder
verdienstelijk fluitist, en door eene aller
liefste chantcuse, die op de meest innemende
wüze -'t fransche chansonnette vertolkte:
Haar si j'avais tin netit jardin" werd her
haalde malen gebisseerd en ik geloof dat
allen die 't voorrecht hadden deze soiree bij
te wonen aan dit trio artisten een uitnemende
en dankbare herinnering /uilen behouden.
Op 'n tijdstip dat ook in ons land zooveel
wordt gedaan voor de ontwikkeling en de be
vordering van 't Volkslied, kan 't niet dan
nuttig zijn voeling te houden met Frankrijk dat
wei bij uitnemendheid nog immer is 't Land
van de eenvoudige f'jne chansons populaire?.''
A. L O \' l S E VAN Eli V E R V O O R t)
EV A N R A I' P A R I)
Verbetering. De Muziekbespreking
op pag. 5 van 18 Maart j.l. over Stigtenho.st
Meijer's, Veltdeuntjes van Hooft en Noske's
tien bagatellen voor klavier moet de
onderteekeniiig dragen : M. Berdenis van Berlekcm.
In de eerstgenoemde bespreking moet verder
inspiratie voor inpasierti worden gelezen.
VERZOEKE ALLE STUKKEN VOOR DE RUBRIEK
VOOR VROUWEN" IN TE ZENDEN AAN HET
SECRETARIAAT VAN DE AMSTERDAMMER"
KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM.
llllllllllllllltlllllllllllllllJM iiiimiiiiiiiiiitiiiiimiiitiitliiiiimiMiiiimtiiiiiiiiiiiiiti
OELOF pITROE
KALVERSTRAAT 1
Amsterdam
OPGERICHT 1850
TELEFOON 658 N.
DEN HAAG - PLAATS 23
firma M. J. 60UDSMIT
PAARLPN, BRILLANTEN
Goud, Zilver en Horloges
en
Ultsiultand eerste kwaliteit
Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllllllllllll II1IIII1IIIIIIIIIIIIIIIII II HllllllllllllllllllllllltlllllllllHIIIIIIII
weer op dreef en in den atgeloopen zomer is
h-jt broeden hoewel alweer op een nieuwe
plek zeer voorspoedig verlonpen. Wij
mogen er trotsch op zijn, dat wij onder den
rook van de hoofdstad en onder velerlei
bedreiging dit resultaat hebhen weten te
bereiken. En wij hopen dat dit heerlijk erf
deel voor altijd behouden zal kunnen blijven,
indien het menschelijk gewoel en bedrijf maar
niet te dicht aan de Meerdijken komt.
Maar nu hebt ge in den laatsten tijd wellicht
in de couranten telkens het een en ander ge
merkt vrm^ plannen van de Gooische tot
aanleg van nieuwe Iticaaltrein- en tram
lijnen naar en door het Gooi. Daar is al over
gedebatteerd en geïnterpelleerd en er is ook
een Commissie aan het werk geweest, om te
heoordeelen in hoeverre die plannen liet
mtiuirsehoon bedreigen, in hoeverre de aanleg
van d i'.' lijnen gelijk zon staan met het slachten
van de kip, die de gouden eieren legt. Het
verslag van die commissie is nog niet openbaar
gemaakt, maar ge kunt begrijpen, dat wij er
met verlangen naar uitzien, indien ik u vertel,
dat nu reeds blijkt, dat de hoofdlijn naar
Hi'versuin geprojecteerd is door den Zuidoost
hoek van het Naardermeer. Eerst gaat
dehaan door het kooirecht, nota bene cVnir de
landingslants der lepelaars, a's ze terug
komen in Februari en dan langs de broedplaats
zelve. Ge weet wel, dat onze voorvaderen eens
doodhedaarcl een strook van Renibrandts
Nachtwacht hebben afgeknipt, omdat de
schilderij een beetje te breed was voor de
plek waar ze haar wilden ophangen. We zijn
na dien tijd wel vooruitgegaan, want onze
generale heeft een heel praal-miiscum ge
bouwd om aan de Nachtwacht een waardige
plaats te ge.ven. I-".n nu hoop ik, dat duizenden
zich niet ons er teiien zullen verzetten, dat er
een strook van het Naardermecr zon worden
afgesneden, want het is reeds voor duizenden
een even dierbaar bezit als de Nachtwacht
zelve. Hef gaat er echter mee, als met die
mooie valleien op Texel. Voor velen is de
beteekenis van het behoud van natuurschoon
nog niet recht duidelijk. Anders zou de inge
nieur, die de spoorlijn ontwierp, het nooit
gewaagd hebben zijn liniaal op de kaart van
I'et Naardermeer te leggv.ii. Ook gaat het hierbij
niet alleen om de lepelaars.
(Wnrdt vervolgd).
A c. P. T ni .1 s s i:
i N.V. Koninklijke Kweekerij l
!?MOERHEIM'I
S te DEDEMSVAART l
! HEEFT l
! 40 H.A. I
lepelaar met Jongen | KWEEKERIJEN. !
(Uit Rurdei's stereoscoopplatcn) f,?,?, r , ,=