Historisch Archief 1877-1940
8 April '22. -^ No. 2337
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VUUR NEDERLAND
MASKERSPEL: VROUWE EMER'S GROOTE STRIJD
Teekeningen voor de Amsterdammer" van B. van Vlijmen
Koningin Emer (Louise Kooiman)
De Geest van Cuctuilain (Albert van Dalsum)
Eythne Ingubu (Sara Heyblom)
hun religieus innerlijk beleven der regionen
en krachten boven de zichtbare wereld, steeds
in meerdere of mindere mate het masker a!s
middel tot expressie gebezigd. Goden en
daemonen, goede en boozc geesten, satyrs
en gnomen waren er beteren geloofwaardiger
mee te verbeelden zonder hun verschijnen tot
het alledaags.cn menschelijke van den
akteur te profaneeren. Overal waar ge/00/ en
kunst nog verband hielden of houden, waar
het Mysterie-spel in zijn meest verschillende
en uiteenloopende vormen het tooneel
beheerschte of (als bij de Japanners en enkele
wilde volken) nog beheerscht, heerschte of
heerscht ook het masker. Zij het dan ook niet
steeds alleen of oppermachtig.
Doch bij ons zal het groote publiek m.i.
de waarde van het masker eerst weer ten
volle beseffen en waardeeren, wanneer het
den weg zal hebben teruggevonden niet
alleen naar een algemeen geloof in de
krachten en regionen, naar het mysterie",
boven onze zichtbare voor velen [énige wer
kelijkheid" doch ook naar het vermogen
om in zijn verbeelding de verstoffelijking
dier krachten weer te aanschouwen en door
voelen.
Daarom is alle gepraat en geschrijf over
het herboren drama", 't Mysteriespel der
toekomst" of ,,'t opnieuw vergeestelijkt
tooneel" alleen in zoover nuttig, dat het wel
licht in velen de onbewust-sluimerende ver
langens naar een nieuwe bezieling oproept.
Niet alleen, niet speciaal en niet vór alles
naar een aantal nieuwe vergeestelijkte
tooneelwerken". De wereld-litteratuur van alle
tijden heeft er voortgebracht. Het is maar hoe
wij deze beleven en begrijpen, en als gevolg
daarvan vertolken. Per slot heeft iedere peri
ode den Shakespeare, den Goethe, den
SofoNieuwe
Engelse Boeken
OVER MINIATUUR-DRAMA
The Dramas and Dramatic Dances o j
Non-European Races: In special
Reference to the Origin of GreekTragedy. By
SIR WILLIAM RIDGEWAY, Professor of
Archaeology in the University of
Cambridge.?Cambridge. 1015. 18/6 net
The NöPlays of Japan by ARTHUR
WALEY. London, Allen & Unwin.
1921.?18/- net.
Four Plays jor Dancers by W. B. YEATS.
London, Macmillan. 1921?10/6 net.
M'n algemene titel deugt eigenlik hier niet,
en m'n ondertitel evenmin. Want Professor
Ridgeway's boek is al zeven jaar oud, en gaat
niet alleen over miniatuur-drama. Maar het
verscheen tijdens de oorlog; veel van wat er
in die tijd verscheen is aan 't grote publiek
voorbijgegaan. En het leek me wenselik, bij
'n bespreking van de beide andere boeken, de
lijnen waarbinnen die bespreking zich zou
bewegen, niet te eng te trekken, 't Zou
trouwens niet gaan ook. Eerder zou ik m'n
lijstje moeten uitbreiden, en waar Yeats in
z'n laatste boek teruggaat tot primitieve
methodes, kunnen wijzen op de cirkelgang,
het eeuwig wederkeren" van kunstvormen,
mooi in 't licht gesteld door de Frans-Zwitserse
archaeoloog Deonna in Les Lois et /«s Rytlimes
dans l'Art (Flammarion, 1914).
O, dood, ouwe kaptein, laten we 't anker
lichten: dit land verveelt ons !" Aldus de
stervenskreet van Baudelairc. Dat Yeats
wereldzat is, geloof ik niet. Daarvoor blijft
zijn geest te lenig, z'n pen te vaardig, z'n
artisstiek zoeken en experimenteren net als
dat van Rembrandt te rusteloos en te fel.
Maar, verstokt romanticus in dubbel opzicht,
hij kan noch de alledaagse werkelikheid
aanvaarden, noch wat, in litteratuur en kunst,
die alledaagse werkelikheid te zeer tracht
nabij te komen. Zelf ervaren
schouwburg-direkteur, kent ie alle foefjes van 't vak. Voor
hem straalt het voetlicht geen glorie uit. Hij
kan niet in argeloosheid genieten van 'n
toneeldécor. Hos meer het zich als realiteit wil
voordoen, hoe meer hij zich bewust blijft
van het aangewende bordpapier en klater
goud. En aangezien hij in de eerste plaats
schrijft om zichzelf te plezieren 'n stand
punt, dat ik kan waarderen, maar dat ik
volstrekt niet deel, ligt het voor de hand,
dat ie zegt: Weg met die rommel ! Laat
kunst, kunst blijven, en als niet-werkelikhuid
worden genoten. Terug naar primitievere
vormen. Als 'n handvol simpele rekwisieten,
'n paar eenvoudige muziekinstrumenten,
enHuize J. ZOHIJK HIK
Restaurant a la carte
Lunch-Afternoon-tea,LMners en Soupers
Dagelijks muziek door het Huis-orkest
kies of den Euripides die het verdient,' d.w.z.
voor zoover het die in zich opneemt. Voor het
huidige groote schouwburg-publiek is een
goede opvoering van Midzomernachtsdroom"
een bron van vreugde en amusement gebleken.
Maar ook meestal niet van meer. Omdat het
Puck en heel zijn elfenwereld slechts van den
buitenkant af bekijkt en in zich opneemt.
Het begrip, voor de bovennatuurlijke krach
ten, het aanvoelen van het mysterie van
het woud is grootendeels verloren gegaan.
Een verstoffclijkte werkelijkheid", zooals
Shakespeare die ongetwijfeld wilde ge
ven, is het voor de meesten niet. Daarom
zou, geloof ik, een opvoering van Midzomer
nachtsdroom" met (gedeeltelijk althans)
maskerfigtiren, voor de groote menigte heden
nog niet mér kunnen zijn dan een curieus
experiment. Eerst werkelijk directe waarde
Zal' een diergelijk pogen hebhen wanneer voor
het auditorium het begrip woud-elf" niet
alleen, zooals nu, zal wezen enkel een fantas
tisch, dichterlijk-bedacht woud-figuurtje, of
slechts een aardig dékoratief dansend
tooneelmeisje maar de dramatische verwerkelij
king van wat als werkelijk" wordt aange
voeld. Vór alles moet het publiek weer
gelooven aan wat het ziet en het is dit
gekelc maskers en 'n stuk tapijt hulpmiddelen
genoeg zijn bij m'n pogen om mijn kijk op ge
beurtenissen, personen en omstandigheden
op te dringen aan anderen, en mijn ontroe
ringen door hen te doen delen, waarom
zou ik dan moderne, grootscheepse en vaak
zo pietluttige rompslomp aanwenden? Waar
toe 'n imponerende zaal, wanneer ik het
kan stellen met 'n flink-foimaat kamer?
En waartoe 'n ingewikkelde intrige, 'n gecom
pliceerde bouw van 't stuk? Waartoe vijf, of
vier, of zelfs maar drie bedrijven? Eén is
genoeg, zooals de Mormoon zei, die wegliep
van 'n kijfachtige huisvrouw. n dun liefst
een met zo weinig mogelik woorden; n be
drijf of tooneel, dat z'n suggestieve kracht
voor 'n aanmeikelik deel dankt aan litmies
getrommel en expressieve ansfiguivn."
En Yeats heeft het niet bij rebelse over
wegingen gelaten. Na kennis genomen te
hebben van de Japanse Nö-spelen, heett ie
zich de vorm daarvan naar eigen behoefte en
inzicht gefatsoeneerd, en de/.e l-our Plays ]<>r
Dancers geschapen. Twee hebben betrekking
op de oude Ierse heldensage, l ven is getiteld
Callvary, Golgotha. En een, m.i. liet beste
en (toevalligerwijze?) liet strengst in de Ja
panse stijl heet Tlie Drcaining ui tlic Haiits,
en geeft de gevoelens weer van 'n vaderlands
lievend Ier in Hl l(5.
Gemis aan oorspronkelikheidV De waaiT'k
groten, 'n Chaucer, 'n Shakespeare, 'n
Rembrandt, zijn altijd overnemers en assimilalors
geweest, 7.0 van stof als van vorm. Ze Heten
d'r oorspronkelikheid zorgen voor zichzelf,
en die VOLT d'r wel bij. Want oorspronkelik
heid vertoont zich overal waar, bij genoeg
zaam talent, eerlikheid en oprechtheid pen
of penseel, tekenstitt ot beitel besturen.
En Yeats zegt terecht, op blz. l(i van het
besproken boek: in literature if we would
not be parvenus we must have a model."
Zelfs de vcrguizers van metrum, en rijm,
en strofenvorm, de anarchisten van het
vers libr?, zelfs zij kunnen niet /.ouder imitatie.
Ze imiteren mekaar, of Walt Whitman. En
7.iïleveren ook wel 'ns iets uitstekend*, waar
om ook niet?
Arthur Waley heeft niet geïmiteerd; hij
heeft vertaald, en z'n boek is verdienstelik in
dubbele zin, als 't werk van 'n geleerde, met
kennis-uit-de-eerste-hand, en ook, in ruime
mate, uit zuiver letterkundig oogpunt.
Wat is 'n Nó-spel?
'n Fluitspeler begint, en brengt m^t z'n
eenvoudige muziek de toehoorders tot kalmte.
Naast hem zitten twee trommelslagers, waar
van d'e een z'n instrument bespeelt niet de
blote hand, de ander met 'n op
kleermakersmanie i' beschermde vinger. Soms is er ook
nog 'n gi'ote trom. Het hypnotiese etfekt,"
/.egt Arthur Waley, van tiomgerollcl JN
welbekend. De tamhoeis hebben de zenuwen
der aanwezigen ,,,,in bun handen."" Door 'n
plotseling accelerando kunnen zij 'n
atmosloof, en niet het op de planken vertoonde, dat
bij aüe tooned-evolutie de leiding zal hebben.
Zoo zal ook slechts een op
innerlijk-vcrdieptbeleven gerichte menigte de sfeer kunnen
scheppen van waaruit veel wat nu dood en
verloren lijkt - van waaruit ook de waarde
van het Masker als dramatisch hulpmiddel
ten volle gewaardeerd en begrepen kan
worden.
Daarom ligt het in.i. op den weg van allen
die zich serieus met maskers en m as kers pel
bemoeien, zooveel mogelijk zich te richten
niet naar lv:t aestetisch-speciale, het (als
bij Yeats) van-de-wereld-afgekeerde," maar,
integendeel, juist naar het algemeen elemen
taire, naar dat wat 't spoedigst binnen het
bereik van het collectief begrijpen valt.
Daardoor zal het masker, beter dan j.1. Zondag
""?^ ? «aTSk x
>~U?'^' PvV.
?J S~?' _~, ^-ï\i\
Masker van den Watergeest
(Hans van Meerten)
NEERLANDS WAPEN"
Sigarenfabriek te Utrecht
levert direct aan particulieren drie
concureerende merken SUMATRA Sigaren.
Rood etiket f6.5O per l'M», Groen etiket
f S. per 1OO, Bruin etiket f lü. per 1OO
Franco leveringtegen remboursof vooruitb.
Niet goed, geld terug!
nog 't geval was, meer middel en minder doel
schijnen.
Ik hoop dat van Dalsum en de zijnen eens
aan het bekende Elkerlyck" zullen denken,
waarvan het symbolische bovenzinnelijke
gebeuren door zijn eenvoud zooveel dichterbij
ons ligt dan de lersch-mythologische ver
beeldingen. Begrippen als deugd," schoon
heid," geloof en kracht" spreken ook
tot den minder ontwikkelde. Welnu, beproeft
deze dan eens door maskergestalten te ver
beelden, latend aan den menschelijken
ElkerIvck zelf het menschelijk gelaat van een
(s.v.p. grót) akteur.
't Is nu nog winter, maar misschien zal tegen
Juli of Augustus er toch wel iets van zomer
of althans van voorjaar in de lucht zweven.
En clan komen, mét de muggen en korte
nachten, natuurlijk ook weer de onvermijde
lijke openlucht-spelen. Laat daar het masker
toch direct de waaiende haren en rare
dagschmink-tronies, de vervlakte gelaatsuit
drukking en zoo onguur aandoende realiteit
verjagen !
H o1.1 ook, iedere proefneming op het gebied
van Maskerspel heeft, als die van Albert van
feei van bijna onduldbare spanning scheppen."
Maar de muziek heeft geen afzondcrlik bestaan
als zodanig; ze verschaft enkel 'n
aehlergiond aan liet dansen en reciteren, net zoals
de muzikanten zelf, mét het koor, de achter
grond van het toneel vormen. In hun buurt zit
ot staat de Slutc, de danser, of piotagonist. Aan
die rand van het toneel, dicht bij de eerste
rang" bevindt zich de \vuki, deels medespeler,
deels explicateur.
Laat ik tot meerdere duidelikheid het ge
wone motief verh'jllandsen ... De waki, ge
kleed als '11 middeleeuws pelgrim, vangt aan
met 'n galmende spreuk. Bijvoorbeeld:
Is bloetl vergoten door dolk of zwaard,
Hoe lang zal 't kleven aan drempel en haard?
Hoe lang zal de ziel, beroofd van woning
De mooi denaar diijven ter bedevaart?
Vervolgens, parlando:
Ik kom van het vette land van Pruisen.
Ongaarne heb ik het verlaten. Maar daar
was iets, dat me geen rust liet."
Nu loopt ie langzaam in 'n kring over h>.t
toneel, en beschrijft z'n tocht.
Langs de nieren van Pommeren,
En ovei de woeste velden van Mecklcnburg,
V'ooi t, vooi t, altoos voort....
En over de Lunebin gei H.ide,
Waar de zonneweg twee maal zo lang is als
elders....
Slaap iu liet heidekruid, pelgrim, waar de
krekels sjii p. n als niessegekias op 'n slijpstecn.
Dur, dor is het Satei land.
En 'l Buei tatigev-moeras loeit, en slokt, en
slorpt.
Dvvaallichtcii, weerwolven. . . .
Jezus-Maria-Jozet, sta bij.... Sta bij de
zondaai in z'n wioeg'ng!. . . .
Vooi t weer, voort, altoos voort....
De ijsel is gezwollen; de wind raast; de
veerman dm ft niet.
Steek over allén, pelgrim, in 'n wrakke
boot, die zinkt, twintig vaam van de oever. . ..
Kruip bibberend aan land....
Vooit, de Veluwse hossen in.
In het donker gloeien de ogen van lynxen
tussen de takken....
Grijp vaster je staf. Daar spiingt er een !. .
Wolven huilen ovei de Veluwse hei. De
Woldbergen lommel-en aldoor van onweer..
Vooi t !
Waar hen ik nu? Ha, daar is 'n kluizenaar.
Hij zal me wel helpen . . . ."
De S/iitc nadeit hem en er ontspint zich
'n gespiek. Het blijkt, dat de pelgrim zich
bevindt in de buuit van het kasteel van
Muiden. En langzame i hand heikent de klui
zenaar iu de pelgrim -? Gijsbrecht van Amstel,
terwijl de h.ilige man zelf de schim van
l'ioiiS V blijkt te zijn. Bij 't weüi-et/ijds her
kennen woi uit de geest hoe langei hoe woeden
der. Hij lijkt volstrekt iriet meer op 'n klui
zenaar liet koor giijpl in en bischrijtl z'n
gevnelens, en middeleiwijl vciwisselt hij z'n
klui/.enaaismasker en das, voor het maskeren
de uitrusting van 'n ridder. Gewapend met
'n zwaard komt ie in 'n woeste dans op de
waki af en bedreigt 'm. Maar deze kruist z'n
armen en verweert zich niet. Razend gaat nu
de trom ; Floris houwt en steekt naar Gijsbrecht
dat men ieder oogenblik vreest voor bloed
vergieten. En het koor verhaalt van de moord
gepleegd aan der Keerlen God, en van Floris
z'n doggen, en van de wraak van Witte van
Haamstede, en van de ton met spijkers van
Geraart van Velzen. En hoe ijsbrecht balling
moest worden.
Verdedig je !" schreeuwt l-'loris tegen
Gijsbrecht. Ik vermoord geen weerlozen!"
Stoot toe !" is 't rustige antwoord. Ik wil
wel sterven."
Je hecht niet meer aan 't leven? !"
Neen."
Waarom niet?" (Gijsbrecht zwijgt) Waar
om ben je hier?.... Waar is Badeloch?"
Dood".
En de jonge Gijsbrecht?"
Gesneuveld tegen de Litauwers."
Had je dochters? Ja? waar zijn ittc'r"
Dood. Ontvoerd dooi de Polen."
Terwijl de muziek al stiller speelt, komt
Eloris ziender ogen tot bedaren. Ten laatste
weipt ie z'n zwaaid neer.
H.'b je berouw?"
Diep berouw."
Ik ook. Laat ons samen bidden."
Na 't gebed, dat stil in z'n werk gaat, maar
dat medegedeeld wordt door het koor ?
trouwens, het laatste gesprek van Floris en
Gijsbrecht, tussen de dans door, zou in de
meeste gevallen ook door het koor zijn verteld
verdwijnt de schim van Floris, en Gijs
brecht vestigt zich in de kluizenaarshut.
Overalls het drama van religieuze oorsprong.
Wij modernen zetten grote ogen op, wanneer
we vernemen, dat de medeburgers van
Pericles gratis de opvoeringen van Aeschylos
en Sophocles konden bijwonen. Maar het
aanwezig zijn ter plaatse was buigerplicht, en
men noodzaakt bij ons toch ook 'n
landweerman niet tot het kopen van 'n toegangskaartje,
wanneer ie in de Militiezaal inspektie mag
maken ! De godsdienstige oorsprong van zo'n
treurspel-opvoering blijkt onder meer uit het
feit, dat de voorste lij zitplaatsen uitsluitend
bestemd was voor priesters, welke priesters
allen staatsdienaren waren, terwijl de ere
plaats werd ingenomen door de priester van
Dionysos Eleuthereus. Hij blijkt verder uit
de tijd van de opvoeringen, die alleen plaats
hadden op hoge feesten ter eeve van Uionysos
waarbij het theater openging met zonsonder
gang, en de geheele dag verliep in gespannen,
religieuze aanitailit. De hele stad was taboe
en ijeeti schuldenaar mocht worden gemaand.
Eeuwen en eeuwen heeft men in Europa,
bij 't vele dat men van hen leeide, de oude
Grieken misveislaau. Eerst in onze dagen
hebben geleerden zich ernstig en noest er toe
De Sidhes-vrouw (Lilv Green)
Dalsum, recht op de waardeering en dank
baarheid van allen die belang stellen in niet
zoozeer alleen een meer vergeestelijkt tooneel
maar vór alles in een meer algemeen
vergeestelijkt begrip van wat het tooneel
boven de gewone emoties uit kan bieden.
H E K M A N R O E L V l N K
1) Een vroegere poging op het gebied van
maskerspe! was de opvoering van Plautus'
Mciiaechmi met copieén der historische
Romeinsche maskers, door de Kon. Ver. Het
Nederlandsen Tooneel" te Amsterdam en
den Haag en later ook ais Openluchtspel
in het (jooi.
iliiiiilimililiiiliiillllliiiiiiilllliii .jtinmt;tmil*i
iiiiiiiiiiiiiimiiiiii
gezet, de mooie produkten van de Griekse
geest te leren beschouwen met de ogen van 'n
oude Helleen. Dus bestudeerden ze het ont
staan der verschillende kunstvormen, en
van het een kwamen ze op het ander. Was
vroeger de Griekse geest beschouwd als 'n
Ding-an-sich, tans gooide men dat
dwaalbegrip overboord, en tot recht verstand der
Hellenet! ging men het zieieleven na van Bos
jesmannen, Saniojeden en Australiérs. Schit
terende resultaten zijn ermee bereikt en koene
hypothesen geformuleerd en uitgewerkt. Maar
eenheid van inzicht is niet verkregen, 'n
Autoriteit als Jane Harrison zie haar inte
ressant en niet duur werkje Ancient Art
and Ritual aanvaardt de theorieën van
Frazer betreffende het ontstaan van koren-en
akkergoden: de god ontstond uit de magiese
ritus, die diende om vruchtbaarheid te ver
zekeren aan 't gewas. En evenzo ontstond uit
die ritus het drama. Si r William Ridgeway is
'n fel en hardnekkig bestrijder van deze
zienswijze. Hij herleidt alle primitieve gods
verering tot de aanbidding van de schimmen
der voorouders. En het oudste drama ont
stond op het graf van de voorvaderlike held.
Ik voor mij kan Ridgcway's inzichten niet
delen. Evenals Volney van De Ruïnen"
overal sterreverering zag, evenals Max Muller
niets ontwaarde dan zonnemythen, zo ook
ziet deze professor niets dan cnltiire-heroes en
schimmen van voorvaderen, *) die gaandeweg
grotere afmetingen aannemen, en ten slotte
als goden tronen op kruinen van bergen
en in harten van mensen. De werkelikheid is
te gekompliceerd om niet telkens in botsing
te komen met simplicisticse theorieën. Ruim
twintig jaar geleden schreef 'n man van talent,
de Oostenrijkse professor en litterator Emil
Reich: Simplex sigillum veri: wie viel
Unfug wird mi t diesem Spruch getrieben !. . . .
An sich ist es eine ganz willkürliche und
keineswegs deiiknotweiidige Annahme, dass
den Erscheimingt-ii liufaehe Prinzipien
zugrunde liegen müssten, aus denen sich alles
erkl;ircnlasse,sobaldsie erst aufgefundenseien.
Diese a priori feststehende Ueberzeugung hat
oft dazu geführt, falsche Ansichten zur
Geltung zu bringen, wei l sie so verlockend
einfache Erklaïungen boten." En Reich heeft
gelijk. Ridgeway's boek blijft niettemin
interessant, uithoofde van het veelsoortige
materiaal dat hier verwelkt is, en de talrijke
en mooie illustraties.
En dus kan ik eindigen met 'n drievoudige
aanbeveling, voor 'n recensent 'n aangename
taak.
W I L L E M V A N D O R N
*) Zelfs bij de Australiérs. Daai tegen
over de Franse geleerde Emile Durkheim:
L'Australien n' eiitretient avec ses morts
auctm commerce." (Les Formes Elémentaires
de la Vie Religieuse. 1912. Page 89).