Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
11 Nov. '22. No. 2368
Westminsterklokken
SPILLNER
VIJZELSTRAAT.Ns83.ADAM
Nederl. Munt
Holland* bomto W cent mlgaar
Uit het Kladschrift van Jantje
VERPLICHTE BOEDEL
OVERNEMING"
Toen we vernamen dat de oude mevrouw
Bullenberg overleden was, keken mijn vrouw
en ik elkander veelbeteekenend aan.
Een uur daarna waren wij reeds onderweg,
beiden met kloppend hart, naar de villa
Pamakeesje," dat vriendelijke huisje aan
de andere zijde van onze stad.
In de villa Pamakeesje, zoo lieflijk
verscholen onder hoog opgaand hout, woonde
immers de jonge notaris Bullenberg!
Tien tegen een dat hij thans het ruime huis
van wijlen zijne ouders zou betrekken en de
villa verhuren.
Hoevele jaren reeds hadden wij hunkerend
naar dit oogenblik vooruitgezien, en, hoewel
wij nimmer onze zielen bezwaard hadden met
den openlijken wensen de oude Mevrouw
Bullenberg te zien overlijden, toch hadden wij
honderdmaal tegen elkander gesproken in
den geest van:
Die arme oude Mevrouw Bullenberg..
... .was de stakkerd maar uit haar lijden !"
of wel:
Dat arme vrouwtje van Notaris Bullen
berg zal zich wel zér moeten behelpen, met
haar zestien kindertjes in dat kleine Pama
keesje. ... hoewel het huisje lief gelegen is..
daar gaat niets van af!"
De ontvangst bij Notaris Bullenberg was
allerhartelijkst. Nadat hij ons tot in détails
de laatste dagen en uren van de oude Mevrouw
beschreven had, deelde hij ons zijn voornemen
mede het oude huis, waaraan zoovele herin
neringen van hem verbonden waren, te gaan
betrekken.
Mijne vrouw veegde zenuwachtig met haar
zakdoekje langs haar oogen en gaf mij eenige
vinnige schoppen onder tafel; ik kon niet
nalaten diep te zuchten en mijn vrouw zoo
hard terug te schoppen als ik kon.
Toen vroeg ik, ondanks mijzelf met be
vende stem: en wat dunkt u nu te
doen met Pamakeesje ?"
De notaris keek ons beurtelings aan,
zuchtte toen op zijn beurt.en zeide: Ach
.....we zijn aan het huis gehecht.... het
is een solied n hecht pand, omgeven door
hoog opgaand gewas en kadastraal
geregisstreerd onder No. A. N. 600001.... Wij
bewonen het reeds achttien jaar...."
De huurprijs viel ons tamelijk mee. Deze
bedroeg tweeduizend gulden per jaar, en de
notaris deelde ons mede, dat hij deze voor
ons speciaal geval extra laag had gesteld,om
dat hij het nimmer zou kunnen verdragen de
hectare weiland met opstaand woonhuis
Pamakeesje in handen te zien aan hem, no
taris, bekende en door hem vertrouwde en
geachte comparanten, noch verdeeld in
perceelen.
Een enkele clausule betreffende boedel
overneming deed ons echter schrikken. Wij
moesten voor niet minder dan achtduizend
gulden boedel overnemen.
Het lijkt wat veel," sprak de notaris, maar
ach, weet u, men moet van het een en ander
afstand weten te doen. Het oude huis stelt
andere eisenen van stijl en meubileering".
Toen wij veertien dagen later den door ons
overgenomen boedel in oogenschouw namen,
vroegen wij ons af welke eischen aan stijl en
meubileering het huis van wijlen de oude
mevrouw Bullenberg wel stellen .moest. Al
thans geen hooge!
Want in eigendom bleken ons thans toe te
behooren: een keukentafel op 3 a 3J poot,
n stoel (empire) zonder zitting, drie ge
scheurde kamerschermen, het onderstel van
een wortelnotenhouten cylinderbureau, en
een ons als familiestuk van de Bullenbergs
door d£n notaris speciaal aanbevolen
mahoniemeubel, onder het régime onzer grootouders
bekend als kamergemak" of stilletje".
Dit alles was thans voor de somma van
?8000.?ons eigendom geworden.
Ik wilde protesteeren, desnoods procedeeren.
Wanneer iemand mij op straat staande hield
met den uitroep: gelukkige kerel.... ik
hoor dat jullie Pamakeesje gehuurd hebt?"
lachte ik grimmig en bitter....
Maar ik sprak niet over de verplichte uit
breiding van onzen boedel, eerstens uit
schaamte, en allereerstens omdat mijne
vrouw mij zulks verboden had. Zij scheen een
groot en wreedaardig plan te koesteren; zij
had althans allerlei geheimzinnige conferenties
met het plaatselijk dagblad en eenige heeren,
die haar telkens bezochten.
Tegelijk onderhield zij hoe listig en on
doorgrondelijk is de vrouw toch vriend
schappelijke betrekkingen tot Mevrouw
Bullenberg met wier zeven jongste kinderen
zij zelfs gedurende een der verhuisdagen een
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIl
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIII
wandeling naar een naburig gehucht onder
nam, bij welke gelegenheid zij zelfs zoover
ging het ongunstig misdadigersgebroed op
roode limonade te tracteeren.
Reeds vroeg ik mij af wat uit dit alles zou
voortkomen, en of de roode limonade wellicht
vergiftige, althans voor de gezondheid schade
lijke bestanddeelen bevat kon hebben, toen
op zekeren dag de volgende annonce op de
eerste pagina van onsplaatsel ijk blad verscheen:
Groote Verkooping.
Op 12 dezer zal plaats hebben de
verkooping van eenige meubelen, behoord
hebbende tot den rijken inboedel van den
Weledelgestrengen heer
NOTARIS G. J. BULLENBERG
en welke meubelen door hem voor de
somma van ? 8000,?werden verkocht bij
het sluiten van het huurcontract zijner
villa Pamakeesje.
Kijkdagen 7, 8, 9 en 10 dezer in het
verkooplokaal De Zeeuw".
Entree ? 0.25 per persoon.
Militairen en kinderen half geld.
Catalogus ad ?0.10 verkrijgbaar.
Een redactioneel bericht meldde dat de
verkoop der meubelen wegens bijzondere om
standigheden buiten den wil van den Wel.Ed.
Gestr. Heer en tot ongekende voordeelige
prijzen zou. kunnen plaats hebben.
De verkooping werd een ongekend succes.
Gedurende vier dagen was het verkoop
lokaal de Zeeuw" gevuld met een tierende
en joelende menigte.
Op een met vlaggendoek versierd podium
waren de wankele keukentafel, de empire
stoel zonder zitting, de drie gescheurde
kamerschermen, het onderstel van het
wortelnotenhouten cylinderbureau en het
mahoniekamergemak uit de familie Bullenberg onder
eene rijke palmenversiering tentoongesteld.
Daarboven hing een bord met het opschrift:
van ?8000, voor ieder aannemelijk bod. l
Er was een strijkje en gelegenheid om thee
te drinken.
Men verdrong zich voor het loket. Den
laatsten dag hadden wij ruim ? 12,000 aan
entrees binnen.
Bovendien bracht de verkooping nog
?11,621/;.! op.
Wij zijn thans gebrouilleerd met de
Bullenberg's maar hebben onze huur van de eerste
vier jaren bij vooruitbetaling voldaan.
Wanneer mijn vrouw de zeven jongste
kinderen Bullenberg op straat ontmoet,
gedragen deze zich als echte onopgevoede
vlegeltjes.
Zij schreeuwen haar na: limonadejuffrouw
leelijke limonade-juffrouw!" Wat heeft
men toch een ondankbare en karakterlooze
menschen en kinderen in deze wereld !
MELIS STOKE
iiiiiiiiiiifiiin.iiiiiii iiiimmiiiiiiiiiiiimmiiiiiMiimiii mm
IN DEN WINKEL
O, wat een mooie bandjes; al die nieuwe
Engelsche boeken waren zoo. Detective-ro
mans. Veel zag je die toch tegenwoordig.
Armoede van Ina Boudier-Bakker, Pallieter,
fijn boek.... He, ja, dat zou ze doen, eens
vragen of ze Henk's boek al hadden. Nee,
zou wel niet, was pas verschenen. Maar toch,
zagen ze tenminste dat er naar gevraagd werd.
Prachtige band, dat blauw met goud. Lief
van hem, dat hij haar direkt een exemplaar
had gestuurd en hij had erin geschreven Voor
m'n beste Jo". Wat was het toch een schat
van een jongen, en zoo knap, nog geen vier
entwintig. Maar dat zou ze meteen doen,
eens vragen of ze het al hadden; leuk zou hij
dat vinden, z'n eerste boek in de winkels.
Maar kon je dat eigenlijk wel doen, zóeen
winkel binnengaan en dan niets koopen?Och
ja, natuurlijk; wat kon 'et haar schelen. Ze
kenden haar tóch niet. Maar ja; moest ze
toch eerst effe bedenke. Als ze 'et nou niet
hadden dan zou ze zeggen, dat het haar speet,
dat ze het meteen had willen hebben, nee,
niet kon wachten, tot ze 'et bestelden. Ja,
llllllllimilllllllllllllllllllllllllllllMlllllMIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIII
Vraagt Uw Leverancier;
JUIST U W SMAAK:
JAC. URLUS
HAVANA 12 S? SIGAAR
FABRIKAAT ..FLEVQ"- UTRECHT
dat zou ze zeggen. Meteen maar binnengaan.
O, ja halt, maar als ze het nou misschien
wél hadden, wat moest ze dan doen? Ze had
er toch niets aan om het nóg eens te koopen.
En dan,'et was zoo duur: drie vijftig. Nee,
stel je voor. Wat moest ze dan zeggen, als ze
het hadden? O,ja,wacht, reuzen-idee: vragen
hoeveel of 'et kostte. Hè? Wat? Drie-vijftig?
O, nee, veel te duur. Nee jammer hoor,
speet haar wel, maar nee, drie vijftig.... Ja,
uitstekend, dat zou ze doen. Nu meteen maar
vlug naar binnen.
Wat ging die deur lastig. Akelige bel. Of
je een inbreker was.
Dag, juffrouw. Wat is er van Uw dienst?
Naar weer, vindt U niet, en dat voor begin
November".
Aardig mensch was dat. O, daar had je 'et
al. Wat of ze hebben wou.
,, Ik wou eens vragen juffrouw of U dat boek
al hebt, een boek, In de Verdoemenis" van
Henk Grootman...."
Hoe zegt U? Oroótjan?"
Nee, nee, Grootman. In de Verdoemenis".
Nee, geloot ik niet. Wil wel eens effe voor U
kijke, achtere".
Natuurlijk, ze hadden het nog niet. Kon ook
haast niet. Ze zou zeggen, dat het haar erg
speet, ze niet kon wachten op bestellen, dat
ze het meteen méhad willen nemen, zietU..
Even wachten, totdat die juffrouw terugkwam.
Alïs het maar niet al te lang duurde, ze
moest nog zooveel boodschappen doen
vanmorgen.... O, daar had je d'r al. Gös.
Ze had 'et. «a
Daar hebt U 'et juffrouw. We hadden
'et pas ontvange, ziet U. Is pas verschene.
Heele mooie,nieuwe roman. Kijk U maar eens.
Astublieft. Weer is omgeslage ineens,
vin-uniet?"
Ja, ja".
Ze hadden het. Wat moest ze nu doen?
Wat moest ze ook weer zeggen? Als
ze het niét hadden ; dat wist ze wel.
Maar wat moest ze nu zeggen? Gauw! He
meltje ! Idioot, dat ze het niet meer wist.
Wat moest ze ook weer zeggen ?Stil, even kalm
bedenken. Als dat vervelende mensch haar
mond maar e ven hield. Als ze het niét.... Ver
dorie, dat wist ze nu wel, maar wat als ze het
wél
Ja, lijkt een mooi boek. Heel mooi, heel
mooi".
Maar voor U inpakke, juffrouw?"
Ach God, als ze er nu niet kon opkomen, zoo
meteen wist ze het natuurlijk. Ze kon niets
meer denken. Of ze gek was. Als ze het nu
niét gehad....
Ja; goed.... Hoeveel kost dat?"
Jeminee, daar had je het. Dat had ze moeten
vragen daareven. Hoeveel of het kostte. En
dan.... Kon ze het nu nóg niet doen? Nee,
onmogelijk, het mensch was al bezig, haast
klaar.
Drie-vijftig, zegt U," sprak
zewerktuigelijk, haar taschje openend en de portemonnaie
zoekend. Wat een zonde. Wat een zonde.
Drievijftig. Ze had er niets aan. Verschrikkelijk.
Dank U wel, juffrouw. Vier gulden. Met
vijftig. Dag juffrouw, dank U wel".
Dag juffrouw".
Wat een zonde. Ba, wat een vervelende
drukte in die Kal verstraat altijd. Trapte haar
haast op haar teenen, onbeschofte vlegel. Dat
boek. Wat dom. Woest was ze op zichzelf. Daar
had je meneer De Veer, groette. Aardige
man. Diep had hij z'n hoed afgenomen. Aardig.
Het boek. Och ja, wat gaf 'et ook eigenlijk. Wat
kon 'et haar schelen. Drie vijftig. Wel zonde.
Nou ja. Ze had wel eens een portemonnaie met
vijf gulden verloren. Dat was nog erger. En
nu, ze had er dat boek toch voor .Ja, aan twee
boeken had ze niets. Nou ja, gaf niet.... O,
reuzen-idee. Volgende week was Jeantje
jarig. Die gaf ze het cadeau. Hoefde ze ten
minste niets anders te koopen. Was nog re
clame voor Henk. Wanneer zag ze hem van
avond? Bij tante Lien. Hoe laat ook weer;?
Half tien had hij gezegd. Daar had je Jan Don
ker ook. Vervelende aap. Fixeerde haar altijd
zoo gemeen. Ba, onzin. Wat kon 'et haar
schelen. Wat moest ze ook weer verder doen?
O ja; even naar de Bijenkorf, dat bloesje
ruilen voor Fritsje.
BEN N o J. STOKVIS
Illllllllllllll lltlt llllltllllllllMIMHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII III
RIJM-KRONYCK
De Doornsche bruiloft
H "A laatste Keizerlijke Communiqué.
De hofmaarschalk VON MOLTKE was
bereid Zondagmiddag eenige schrifte
lijke vragen in ontvangst te nemen,
die hem door een dagbladschrijver
namens alle aanwezige journalisten
zouden worden gezonden, doch alles
wat hier bij wijze van sober commu
niquézou worden medegedeeld, zou
onmiddellijk naar Berlijn worden
geseind....
(Al«. Hbl.)
lllllllllllllllllllllltmlll «lIlllHIIIHIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIlmillHIIIIIIIIMIIIIIIIIIHHIIIMIIIIIIIIIIHIIIIIIIHIMHIIIlmlMUIIIIIIUIlr
Binnen vier gesloten muren,
zonder scherp-geslepen zwaard,
ijzeren vuisten en kanonnen,
zonder ee re wacht te paard,
zonder breede-menschenhagen"
door politie wég-gedouwd
is de keizer dezer-dagen
dan toch werkelijk getrouwd.
Zonder gulle amnestien,
zonder brallend manifest,
Leibdragoner, Leibhusaren,
Leibgardisten en de rest
is het ditmaal afgeloopen..
En ge vraagt: Waarom dit vers?
Wel om 't misselijk-goedkoope
praatjes maken van de pers.
Heele drommen journalisten
drongen voor de dichte poort..
Wat ze binnen zouden eten
had de knapste zelfs gehoorcj !
En ze seinden kwart voor tienen
komt de bruid, en, kort daarna:. ..,.
kwart voor achten komt Hermine..
Laatste nieuws: Die Braut ist da !
Dagbladschrijvers, zwoegen, sloven,
/.weetend om de dichte deur.. . .
maar /e zien slechts bloemen brengen
J. H. DE BOIS - PRENTKUHST
HAARLEM, 68 Kruisweg.
Expositie FRANS MASEREEL
en ze ruiken etensgeur..
Telegrafen.... telefonen
tikken, bellen, dag en nacht,
en ze melden hoeveel manden
bloemen er wel zijn gebracht.
Sober meldt de groote Moltke
in een kort communiqu
waar de tafel mee versierd i>
voor het feestelijk déieuner..
Journalisten ! Grootsche dagen
hebt ge in Doorn doorgebracht!
en het laatste der verslagen
van von Moltke afgewacht....
nmaal brachten ons de draden
't brallend Duitsch communiqu
met de nieuwste heldendaden
van Von Moltke en von Spee..
Als het zwakke na-gerommei
van dien donder van de Spree
meldt von Moltke voor zijn keizer
thans 't menu van 't déieunor.
MELIS S T o K \L
iiiiniiimmiiNimimm
lltllllllllUlllllltllllllllllllllllllllllllllMIIIII
DE JONGE HAAN
door A. P. M. MOUSSAULT
De ochtendzon scheen hel op den stillen,
open dorpweg.
Dirk was juist zijn .huis binnengegaan en
voelde als een lafenis de koelte van de mar
meren gang over zich komen. Hij had- zich
's nachts niet erg goed gevoeld, slecht ge
slapen en was nu naar het postkantoor
geweest om een telegram naar de stad te
verzenden, waarin hij meldde, dat hij dien dag
niet op kantoor zou komen. Dezen
zomerochtend was hij wat langer te bed gebleven; hij
gevoelde zich nu veel beter en vond zichzelf
een wijs man door zijn besluit om rustig wat
in zijn tuin te blijven bij zijn kippen. Hij
prees daarenboven het gelukkige toeval,
dat hem zoo een fraaien dag bracht, waarop
het beter zou wezen te liggen in den
lommerrijken tuin, dan te zwoegen in de drukke
benauwenis van zijn kantoor in de warme stad.
En zoo wandelde, rustig, bedaard en te
vreden als een goedig rentenier, Dirk over
het beschaduwde grasveld van zijn tuin,
waar de kippen ijverig pikten in lange gras
sprieten, soms even opsprongen naar een
zoemend insect, met de pooten krabden in
de droge aarde en waar de kloek met tien
kuikens nijver rondzocht naar een vliegje
of een vergeten maïskorrel.
En tusschen kippen en kuikens door
wandelde de nog wat jonge haan, nog z
jong, dat de kippen nijdig hem pikten en
verjoegen als hij haar in den weg liep.
Dit beschouwde Dirk als zijn ideaal: in
den fijnen zomer hier in zijn eigen tuin wat
rond te loopen en te kijken naar zijn kippen,
terwijl Enny, zijn jonge vrouw, in het huis
doende was of soms even bij hem kwam,
prettig met hem praatte over kleine, huiselijke
zorgjes, over de bloemen uit den voorhof
en vooral over de kippen, die hier rond
liepen in den achtertuin.
Want de kippen, de kuikens en de jonge,
kleurige haan waren het meest trotsche bezit
van Dirk en Enny en zij volgden vol belang
telling den groei der kiekens, het aantal
n de grootte der eieren en de belachelijke
pogingen van den jongen haan om de kippen
het hof te maken.
,,De haan heeft vanmorgen weer gekraaid,
terwijl je naar het postkantoor was", ver
telde Enny. Gisteren had hij ook gekraaid
en nu vanmorgen voor den tweeden keer".
Zoo, heeft de haan gekraaid?"
Ja, maar, het was niet mooi", zei Enny,
hij is bezig het te leeren. Het is zó'n gek
geluid! Net een gedeukt, blikken
kindertrompetje. Hij kan er niets van. Hij stond
daar op het hok en probeerde te kraaien;
het lukte maar half".
Deze poging van den haan was een belang
rijke emotie in het stille leven der echtelieden
en Dirk roemde zijn korte benauwdheid
van dien afgeloopen nacht en de slapeloos
heid, die hem hadden doen besluiten dezen
dag niet naar zijn kantoor te gaan en waar
door hij een prachtige gelegenheid had,
ongestoord en langdurig zijn levendige kippen
gade te slaan en rustig aanwezig te zijn bij
de eerste kraai-ocfeningen van zijn haan.
En terwijl Enny haar huiselijke bezigheden
weer ter hand nam, legde Dirk zich gemakkelijk
in de zachte kussens van den ouden, hoogen
tuinstoel onder de boomen van het grasveld,
terwijl hij zijn beenen neervleide op een
lageren stoel.
Zoo lag hij stil te genieten van den vollen
zomer onder het loover; hij liet tevreden zijn
blik gaan over de bewegelijke kippen, die
krabden en pikten of luisterde aandachtig
naar de kloek, die vol zorg telkens de kuikens
met kleine tok-tok-geluidjes tot zich riep.
Hij gevoelde zich eindeloos rijk en grenzeloos
gelukkig, hield voortdurend een blik op den
jongen haan en lag, gansch voldaan over
den loop van het schoone leven, geduldig te
wachten coi het dier weer zou pogen te kraaien.
Maar langzamerhand kwam een gevoel van
loomhdd over hem; de warmte straalde door
de dichte bladeren der boomen neer tot
boven het grasveld, spoedig was Dirk zijn
kippen vergeten en na korten tijd sliep hij
in de zachte kussens van zijn ouden, hoogen
tuinstoel, die met de achterzijde der rugleuning
naar het huis gekeerd stond.
Enny deed in haar kamers met de aandacht
van een jonge huisvrouw haar lichte werk,
neuriënd in blijde, zonnige stemming.
Dirk sliep en hoorde noch zijn jonge vrouw,
noch de drukke kippen, de zorgvolle kloek
en de j iepende kuikens, die rond zijn stoel
liepen.
Maar opeens sloeg hij de oogen wijd op,
een ontzettend benauwd gevoel kwam over
hem, hij greep naar zijn borst, het begin
van een kreet werd in zijn keel gesmoord,
toen vielen zijn handen op zijn schoot. De
aanval van 's nachts had zich :n heviger
mate herhaald: Dirk was dood.
Hij bleef onbewegelijk liggen in de kussen?
van de stoelen, zijn kippen en kuikens liepen
rustig om hem heen, maar met zijn
vergeopende schrik-oogen zag Dirk niet meer,
dat de jonge haan triumphanteüjkopden stoel
was gaan zitten, waar hij zijn voeten had
gelegd. De haan keek even rond. nam een
sprong en fladderde toen naar dt- hooge
leuning van den stoel, waar het doode hoofd
van den man in rustte. Het dier zag gedurende
eenige oogenblikken in de open oogen beneden
hem, rekte toen den hals, opende den bek
en kraaide met alle inspanning van zijn
krachten voor de derde maal in zijn leven.
Het was een onbeschrijfelijk vreemd geluid.
dat leek op de eerste tonen van L'apr
smidi d'un faune, geblazen op een gescheurde
mirleton.
Toen kwam Enny in de achterdeur en riep:
Hoor je wel, Dick, hoe gek 't klinkt !"
Zij liep den tuin in en toen zij bij den hoogen
stoel kwam, vloog de jonge haan kakelend
over Dirk's hoofd heen op den grond en
liep vlug weg, alsof hij bang was voor den
vreemden blik uit Dirk's doode oogen.