De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1922 25 november pagina 10

25 november 1922 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 25 Nov. '22. - No. 2370 RUIZE-RIJMEN DE DOODS-ADVERTENTIE IN GROOT FORMAAT. Wie zielloos op de sponde ligt, Maar extra deftig heet, Die krijgt een dubbel doodsbericht Van twee kolommen breed. De ridder van het blauwe bloed Is, als hij grafwaarts gaat, En 't bloed gestold is veel te goed Voor 't middenstands-formaat. d'Annonce van den burgerling (Voor mij al erg genoeg!) Past riiet voor wie een zegelring Met aadlijk wapen droeg. Hoe droef de nabestaand' ook is, De wanhoop soms nabij, Hij denkt bij al zijn droefenis Aan pronk en pralerij. En toch wat helpt het, hoog te zijn, Of deftig, groot of rijk? Het doodskleed maakt ons allen klein, En allemaal gelijk. De Dood 't is zonde da 'k het zeg Is eiglijk een proleet, Die Magere Hein" eenvoudigweg Niet Henri maigre" heet. Wat baat u 't chicste doodsbericht, O ijdle edelliên? Als eenmaal 't lijk in d'aarde ligt, Geen worm, die 't zal ontzien. Ook heeft de ziel geen schreefje voor Daarginds, in 't Beetre Land, Want Onze Lieve Heer, naar 'k hoor, Die leest geen enkle krant. CH A R i v AR fu~s " fo (D fl) ft dl) u fl) ffl /D o 5 $ (J CD /D JD tu *> $ J) (P 0 CHARIVARIA , cut§cbf.cmb ueber 3Ufe$! De keizergetrouwe generaals." (Tel.) De leiding is gevuld met pers lucht." (Tel.) hebben de bezorgers dier onderscheidene drukken loffelijke pogingen gedaan zijn werk op de hoogte van hun tijd te brengen." (N.R.C.) J. H. DE BOIS - PRENTKUNST HAARLEM, 68 Kruisweg. Expositie FRANS MASEREELJ Als spr, dan heeft gewaarschuwd: spring ook in dit opzicht niet verder dan uw stok lang is, dan noemt men De gezondheidstoestand van den dood Zonder bepaald ziek te zijn duch langzaam achteruit gaande maakte de .onverbiddelijke dood een einde aan zijn zoo nuttig en welbesteed leven." (O.H.C.) De bioscoopzaal was ingericht tot dansvloer." (O.H.C.) Nog lastiger lijkt het ons de dansvloer na dat een nieuw geluid ! (Rumoer en afloop van het bal weder tot bioscoopzaal interrupties)." (Verslag U K.N.R.C.) j?te richten. Algemeen geniep: ,, |e vergeet de nieuwe lente ! ! !" ' St. Nicolaasgeschken Zending franco na ontv. v. Postwissel REISWEKKERS SPILLNER VIJZELSTRAAT.Ns83.ADAM Verzilverd, Verguld, Emailrood ? 9.?. |Echt perlemoer Radium 10.?. SPORTHORLOGES Taylop stopwatch$s SPILLNER VIJZELSTRAAT.t«83. ADAM NIKKEL- OF STAAL-ANKERWERK Aanwijzing '/* seconde ? 20.?. Aanwijzing '/,(, seconde ,,'_25.?. Gouden Ankerhorloges met schriftelijke garantie SPILLNER VIJZELSTRAAT.N?83.ADAM MODERNE KASTVORM ?60.?. NIKKEL ANKER-HORLOGE Chronomètre Eterna" ? 20.?. Chronomètre Eterna" Extra plat ? 27.?. De herdrukte, nagedrnkte bezorgers Herhaaldelijk herdrukt, nagedrukt, uitgebreid, vermeerderd en verbeterd tot in het midden der negentiende eeuw Nng een langste dag Vandaag werd het aantal van de genen, die jaren achtereen onafgebroken behulpzaam zijn geweest bij liet doen samenstellen van het Handelsblad wederom met twee vermeerderd." (WW.) iiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiimiiiiiiiiiimiiimiii uu immuun iiiimiimmii IIIIMIIIIIIIIIII iiimiiiiiiiimiimiiiiiiiiiiimiii Overzichtfoto van de Fransche Tentoonstelling. SCHILDERKUNST-KRONIEK ons; later aan 't algemeen, en aan die toe komst BERLAGE, VAN KONIJNENBURG EN ROLAND HOLST IN ARTI. Door twee dingen heeft Berlage mij altijd getroffen; door zijn volhardende hou ding als bouwmeester, en door zijn zachte beschroomdheid, door zijn afkeer van laat ik zeggen bruuskheden als mensen. Over deze laatste eigenschap kan ik beter spreken in een psychologisch, geschreven, portret ik wil het hier over den bouwmeester hebben. Berlage is als zoodanig, vol arbeidslust (te weinig gunnen dwazen hem te verwerkelijken, wat hij ziet) en vol zuivere stiptheid, die tot het te theoretische kan gaan. Deze overmaat van het theoretische vindt ge in zijn meubels (de Bazel is veel beter meubelbouwer); de zuiver-gehouden stiptheid vindt ge in zijn bouwwerk. Hij is met de Bazel, de reeds klassiek geworden architekt van omen tijd. Hij staat in soms nuchtere soberheid (zijn gevoeligheid is niet altijd even groot als zijn zuiverheid) tegenover de latere, begaafde of bizarre romantici der architekten. Hij is de bouwer van gebouwen, aan wiens eerlijkheid allen wat te danken hebben al willen zij dat niet altijd erkennen. Hij heeft het noodelooze, het uitdrukkinglooze doen mijden, hij voelt de bouwkunst niet als schilderkunst (zooals de romantici), hij voelt het bouwwerk als de wanden, die, vol van de noodige waarheid, een beperkt deel der groote ruimte omsluiten, en hij wil tevens, dat die muren etc., het doel, het wezen van die ruimten uitdrukken. Hij wil dat in soberheid, en wat is anders -klassiek zijn, of het worden? Natuurlijk (waarom zou hij niet menschelijk blijven?) is alles niet even wel gekomen, als we dat in onze zucht naar voortreffelijkheid altijd hopen (hij is nu en dan te zwaar, te Duitsch, zooals in zijn museumontwerp),maar hij nadert tot grootheid in zijn bouwsel, dat,met zijn voor hoven van bepeinzingen en andere voorhoven, vol spiritualiteit is, vol smetteloosheid, zooals hij tot een blijvend bouwwerk kwam in zijn Beurs; zooals hij uit leelijks schoons verzon, i toen hij een viaduct een te loven deel maakte van een gebouwencomplex, van een stadsdeel; hij kan klassiek zijn in een kantoor en hij is klassiek in het moderne Het is dan ook een durende blaam, die raad en burgemeesters van steden zal blijven treffen, wanneer deze lo. uit belachelijken hoogmoed (zooals te Rotterdam) en 2o. uit angst om belastingpenningen (zooals in den Haag) Berlage kansen ontnemen, die geen kansen moesten kunnen zijn, maar zekerheden. Feitelijk zijn dit misdaden tegen de gemeen schap, en tegen de toekomst, en het fel gericht over deze wandaden is nu reeds aan Ge vindt hier van Berlage, naast de bouw kunst, de reisschetsen, schilderkunstig teekenwerk. In het plotseling uitscheiden van de geteekende lijn erkent ge wat een mijner fransche vrienden (hij was wat ironisch) Ie fameuxcoupde crayon"heette der architekten, maar te bedenken is eveneens, dat in deze stadsgezichten uit verschillende steden een aangenaam talent zichtbaar wordt om het geval" uit te drukken. W. VAN KONIJNENBURG. Wat in het werk van Willem van Konijnen burg in den latercn tijd zeer zeker tn zeer sterk te, waardeeren blijkt is de lust tot groot heid in de figuur, het psychologische steeds, en een geestelijk element, dat hij (zoo afzonder lijk !) kan geven aan zijn achtergronden. Van Konijnenburg is een zielvindend portret schilder bij uitstek. Hij kan daarin het meest volhardend zijn werkelijken aard doen blijken, die, eer dan vinden, verdiepen is, en zich verdiepen. Het psychologische in het portret is bij van Konijnenburg altijd van goede, dikwijls van bizondere hoedanigheid. Hij is een schilder van figuur, maar van een figuur vol modelèbij voorkeur. Hij is daarin een hardnekkig realist in de détails), terwijl hij in de algemeenheid der voorstelling neigt (zooals de renaissance dat deed) tot het heroïsche, tot het hoogste moment van den bizonderen aard eener persoonlijkheid ; in 't kort: hij schildert in Boutens, den dichter; in van He me Ie den steilen, ijlen aristokraat. Hij is daardoor geneigd tot het verwerkelijken van wat hij ideeën heet, maar dat is zijn kracht: hij schildert ze, teekent ze; hij is niet litterair. Hij is voorts een schilder vol intellectualiteit, en de oud-eeuwsche d room (we l mogelijkheid!), die vele vroegere schilders beving: het mathematische te maken tot drager, fundeering der voorstelling, heeft ook . hem bevangen, 't Gevaar daar is de verstarring, het verstijven, het levenlooze. Dit kan van Konijnenburg mijden, doordat hij romantisch-zwocl genoeg is, en een algemeene, alles levengevende adem bij hem steeds te erkennen blijft. Deze romantische aard, en dat maakt van Konijnenburg meer complex dan ge zoudt meenen, is dikwijls feitelijk zinnelijk. Als zoo danig vindt ge hem in Arti Ge vindt zijn intellectueel inzicht in het Christendom in zijn: Het is volbracht" (uit 1918); zijn zin tot rhythme en zijn mathematisch-gegevc'n ondergrond in een krijgsdans (uit 1910); zijn j/ioot-gehouden vorm (ontstaan uit ruimschootsche detailkennis), in zijn kraan vogels; zijn zich herinnerende phantasie in een werk als Praedestiuatie. Zijn Heksendans is mij niet vol genoeg, met te geringe intensiteit, gezien tegenover zijn Praedestinatie; zijn Noodlot is daaren tegen wel vol. Er k ;-.n in van Konijnenburg een daemonische levendigheid zijn (die bij hem uit de intelligentie komt); ge vindt die daar. Aarde en Zee zijn hier als ontwerp. Ze geven de macht niet van het veel-kleurig schilderij met de vele perfect-geschilderde détails zij doen het schilderij niet vergeten, maar eeren. In den nieuwen Sint Joris (bij van Konijnen burg een symbool van d'eigen strijd tegenover zijn weerstanders) is de hoek mij te scherp, die gevormd wordt, door den ruiter en door den draak. Eenvoudig-groot zijn de insecten (twee boktorren); teeder is Overgave, de schets voor het groote schilderij. En, zoo ge vragen zoudt, wat bindt de deelnemers dezer tentoonstelling? dan is dit: lust ;t()t het decoratieve op mathematischen grond, niettegenstaande hun verschei den natuur, die in Roland Holst het meest eklektisch is... maar de bespreking daarvan is voor een ander artikel. KORT IN HET BINNENHUIS (RAADHUIS STRAAT). Niet om de nauwkeurige teekeningen (die soms aan de fel-detailleerende werken doen denken van Floris Verster), niet om de duingezichten (waar Le Beau hem overtrof) is Kort te waardeeren (en hij is dat soms),maar om de teekeningen van de cactussen, bloeiend of niet, van andere vreemde plant, en van boomen in de sneeuw. Daar is de kleur bij blijvend, daar zijn de vormen gul en breed geteekend, daar is Kort, wiens werk ik reeds kende, meer zekere persoonlijkheid, dan hij in het overige zijner uitingen u zou kunnen toeschijnen DE FRANSCIIE TENTOONSTELLING IN HET PALEIS VOOR VOLKSVLIJT. Ai.GEMEEN i; INl.F.IDIMi. De Fransche kunstnijverheid is een tijd lang verdrongen geweest door het goedkoope massa-artikel der Duitschers, of door de bizarre, zwoele moderniteit dezer Duit schers. Hi>t is te begrijpen, dat deze over macht ingewerkt heeft op de fransche kunst nijverheid (zij moet, en moest concurreeren), maar het is goed, niettegenstaande dezen invloed (die te verwerpen is) het hoofd koel te houden, en niet bijgeloovig zich over te geven . **' 2* r % '*.?'?' '??: \ '\ / : :* ?;;??. ";? f. \) W*TÏ ?'??**. 'l i ' ?. ;."'? v-, / v ' ?> \ T*«'« ^'M;*^ J'"V" ^V-f-V;?'* 'W v*,v/; ; i" '?<'? '1 ?-! - ? ^ Meeinuuksels Nog de vorige week heb ik daarover een grooten twist meegemaakt." (H.D.) Men moet dat meemaken, als ingr. Nolens zoo op dreef is als van middag". (Tel.) Toen D. dezer dagen naar hun dorp reed", schrijft de Gooi- en EernL, kwamen zijn belagers eensklaps te voorschijn en sloegen hem op een stille plek bont en blauw." Bij welopgevoede lieden is dit inderdaad een stille plek. De Fransche Tentoonstelling. Antieke meubelen. Monnikendam, Herder uit Ruthenburg. aan 't prijzen van dezen te bespeuren invloed. En dan is dadelijk te zeggen : deDuitsche kunst nijverheid heeft der fransche alles behalve baat gebracht. Want typisch-franscli is sober te zijn, tot het nuchtere toe; en typisch-duitsch is overdreven te zijn, te zwoel, uit machtsIx'toon.En niets verdraagt minder overdrijving, zwoelheid, moedwil dan de voorwerpen van kunstnijverheid die dagelijksche gasten zijn in onze huishouding; die, meer dan gasten, dagelijksche huisgenooten zijn ! Een meubel, een glas, een vaas, een gordijn moet met alle tact versierd zijn, zoo het dat is, wil het niet storen; het moet zich nooit opdringen, want elk opdringen wekt hier onwil en weer streven. Dat sluit geen rijkdom uit; helsluit alleen overtolligheid uit, gebrek aan rust, aan evenwicht Voor mij zijn op deze tentoonstelling (die nog niet geheel klaar was, toen ik haar zag) daarom ook al die dingen te verwerpen, die niet met kieschheid zijn versierdjdieniet kiesch zijn van vorm of van kleurensemble; die in hun rijkdom niet den zeer noodigen smaak en terughouding vertoonen, die den franschen geest kcnmerkend-eigen zijn. En deze ver werping is niet zonder kennis van de ware gesteldheid in Frankrijk. Het bizarre, Duitsche, Weensche meubel, of wat daarop geïnspireerd is in l;r;.nkrijk, vindt ge niet in het zuiver fransche binnenhuis, (ie vindt.dat bij inter nationale kunstenaars soms, bij mondainen, en bij die het maar half zijn; bij wie een meubel wisselt met den smaak of het vermogen van een nieuwen minnaar? (ie vindt het niet in de provincie; ge vindt het daar niet bij de intellcctueelui, ge vindt het daar nooit bij de kunstenaars. Daar vindt ge het fransche meubel van vroeger uit de stad of van het land. n zelf moet ik onmiddellijk bekennen, dat hoe modern ook gezind en hoe lovensreêvoor het moderne, ik dat volkomen begrijp, en volkomen eer biedig. De meubels uit die tijden hebben rust aan zich; een durend blijven vele der moderne meubels in Duitschland, of onder duitschen invloed ontstaan, ziet ge in uw kamers zich gebaren als brute manspersonen, of kakelbonte liefjes.... van vulgairen aard En die interesseeren ons te nauwernood bij anderen. P I. A S S C K A E R T TEEKENINGEN UIT ROTHENBURG (O.) TAUBER DOOK M. MONNI KENDAM. (Tentoongesteld bij Bernard Houthakker, N.Z. Voor burgwal bij het Spui). De heer Houthakker heeft zich op geworpen tot apostel van Monniken dam. Niet van den geheelen Mon nikendam, maar van den stedcschetsenden, den topografisehen. Hij kon een slechter keus gedaan hebben. Monniken dam is niet alleen een knap, maar ook een snel werker. En die snelheid benadeelt hem niet. Integendeel, als hij voor een week of zes naar Rothenburg gaat, brengt hij tientallen aquarellen mee naar huis. Deze aquarellen beter: teekeningen met krijt en waterverf -- zijn niet af, zijn geen ver doorgevoerde kunstwerken; maar het zijn zeer spontane, zeer montere, zeer vrijmoedige notities, vrijmoedig van teekening en zeer vrijmoedig, haast expressionistisch, van kleur: zonderlinge mengsels van de stille reserve van het lang vergeten stadje en de bijna brutale visie van den klnderachtigen tcekenaar. Wij hebben geen drukker, geen uit bundiger, geen heviger colorist, geen sneller, nerveuser, vermeteler teekenaar. Maar deze eigenschappen worden nog juist in bedwang gehouden dooreen vaste hand en een geoefend oog. Hij is nooit saai, nooit duf, nooit vervelend. Maar hij is meer dan dat. Hij heeft durf, phantaisie. Hij pakt een stadsgezicht, knipt het uit, zet het neer holderdebolder, in een roes. Zijn coloristische luidruchtigheid is daarbij noch aanstellerig, noch bluf. Er is een volkomen harmonie tusschen het blauwe blauw van zijn slagschaduwen en het rood e rood van zijn daken. Hij ziet anders dan de meesten, maar hij ziet harmonisch. Verdieping, verdrooming, verteedering \\il hij niet. Wel een s te rk,fel,roezemoezigle ven; tegenstellingen, licht en schaduw, beweging en rust. Ik heb bijzonder op met zijn stoffage. Nooit aarzelt hij tegenover de figuur. Al deze snelkieken, zijn vol van vlug opgezette menschjes, even aangeveegd, even gekleurd. Ze mogen wat groot uitvallen, daartegenover staan ze prachtig op hun plaats, zijn soms van een fijne humor en een fijne kleur; of van een oudhollandsche légance zooals die drievrouwen, groot gezien tegen het stadje op den achtergrond. Niet alle teekeningen zijn belangrijk genoeg; maar de tien of twintig compleetste vormen een kostelijk bezit, up to date topografie die de kern geeft, veel laat zien, veel laat raden, maar altijd de persoonlijke visie blijft van een licht, druk, bewegelijk, ongegeneerd maar sterk en eerlijk artiest. H K N N t' s 12 cent Surnotra 12 cent Sigaar

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl