De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1922 23 december pagina 5

23 december 1922 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

23 Dec. '22, No. 2374 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND IN HET KORTST|VAN DE DAGEN Als er eens een enquête werd ingesteld over de voorkeur van winter of zomer,?ik ben er zeker van, dat zich dan al vast vele duizenden huisvrouwen aan den zomerkant zouden scharen. Trots de bekoring van sneeuwlandschap en ijsvermaak, is het zoo natuurlijk den winter als een negatief seizoen te beschouwen,tegen over de jaargetijden waarin de natuur ons uitlokt met haar mee te leven. En als 't buiten woedt, moge het binnen zoet zijn, dat is dan ook ten koste van heel wat zorg en geld; winterkou en winterduisternis brengen voor de vrouw des huizes hunne maar al te bekende ongeriefelijkheden mee. Intusschen, de winter behoort nu eenmaal tot het klimaat, op onzen breedtegraad. Zoo veel meJischengeslachten vór ons hebben er zich doorheengeslagen, en ons zal dat ook wel weer lukken. Wij hebben hem te aanvaarden als iets wat vanzelf spreekt, en al zijn eigen aardigheden op den koop toe. Er zijn dames die nog in December een paar kleumerige rozeknopjes koesteren. Daartegen staat mijn herinnering aan een gewezen-koopvaardijkapitem, cue ofschoon op zijn ouden dag een ijverig tuinier geworden, placht te zeggen: zoodra de schorpioen aan 't roer zit, moet je van bloemen-plukken je hart aftrekken". Kruimeltjes zijn ook brood; en korte dagen zijn ook dagen. En ze zijn altijd nog lang ge noeg om gelegenheid te geven tot het scheppen en uiten van gezelligheid en hartelijkheid en verkwikkingen van allerlei aard. En, naarmate wij ons daartoe moedig inspannen, des te eer zaïhet lukken het blijmoedig te doen. GEERTRUIDA CARELSEN PLASTIEK VOOR KINDEREN Zooals een blad zich beweegt op het rythme van den wind, zoo kan een lichaam zich bewegen op cadans van muziek". Dit was de gedachte van Isidora Duncan waarop zij hare plastische dansen baseerde en waarmee ze ongeveer 20 jaar geledea een nieuwe kunstuiting in het leven riep. En deze gedachte gaf zij in haar kunst trouw weer; iedere mineur-passage werd door haar uitdrukkingsvolle hchaamslijnen geuit in weemoed, iedere juichtoon uitgejubeld, uitgeschaterd in vollen overmoed en haar eigen hartstocht in vreugde en leed, deelde zij mee aan het publiek, dat gretig in zich opnam deze nieuwe uiting van kunst. * * * Kinderen, zijn aardigen echt; hoe jonger hoe echter. De beweginkjes zijn f gracieus, f komiek of vierkant, maar met een vierkan tigheid,die aardig past bij het dikke hummeltje e.i nooit hinderlijk of leelijk of plomp is. Kijk eens naar heel-kleine kinderen van 2, 3 jaar; zijn hun trippelpasjes en gebaartjes niet mooier dan alle aangeleerde plastiek? Maar. ... kinderen moeten al heel jong léren ! en daarvoor moeten ze veel stilzitten en verder komt fatsoen" en goede toon" ook een woordje meepraten en dan is het heelcmaal mis, dan verstijven ze totaal. Ziehier de 10 geboden der conventie. l Niet hard loopen, dat is niet netjes. 2 Niet met de armen zwaaien, dat is ongepast. 3 Niet schreeuwen, dat is ongemanierd. 4 Niet stampen, dat is onbehoorlijk. 5 Niet gezichten trekken, dat is onbeleefd. Niet liuile.i, dat is laf. 7 Niet hard;lachen, dat staat grof. 8 Niet op je stoel zitten draaien, dat is hinderlijk. 9 Niet wijzen, dat is onbescheiden. 10 Niet gapen,, dat is oneerbiedig. En ais ze dit allemaal kennen, dan zijn ze murw, d.w.z. stijf en harkerig.... en dan moeten ze weer op dansles of rhythmische gymnastiek om gratie" te lecreu. En deden ze nu maar goede lenighcidsHET KEIENBOEK Heimans' werk begint vruchten te dragen. Het is nu een jaar of vijftien geleden, dat hij tot de overtuiging kwam, hoe noodig het was, om ons ook bezig te houden met de geologie van Nederland en wat daarmede samenhangt. Hij pakte dat dadelijk aan, zooals hij gewoon was te doen, verschafte zich c'.e beste leer boeken, zocht en verkreeg aanraking met bekende geleerden, bezocht onze musea en bovenal reisde Nederland, België, Duitschoefeningen en zuivere rhythmiek, dan zou ik daar niets tegen kunnen hebben, maar ik ken kinderen van plastieklessen, die me ongeveer 't volgende vertelden Ik. Wat is dat: plastisch dansen. Kind. Wel, dan doe je zóen zóop muziek. (Ik kreeg een gemanireerd gezwiep van armen te zien ; geen beweging was echt.) Ik. Kan je dat op alle muziek doen? Kind. Ja, maar de juffrouw let wel op welke muziek. Als die bijv. ernstig is, dan moet je Smart uitdrukken en dan zak je op den grond in elkaar, met je hoofd op je handen. Ik. Hoe meen je? Doe 't eens ! (zonder tijd noodig te hebben orn zich een drama voor den geest te roepen, zeeg het voorwerp der Smart ter aarde.) O juist! En pleizier?.hoe doe je dat? of heb je dat nooit? Knul. Jawel ! Je hebt drie soorten van vreugdesprongen. (ze werden me voorgedaan) en Wanhoop" is zóen met devotie kniel je en strek je zóje handen. Ik. Altijd in elkaar geslagen? Kind Ja, want als je ze los-van-elkaar strekt dan beduidt dat afweren Ik heb eens aan een gewoon kind gevraagd een, dat geen plastiekles had of ze op den grond ging liggen als ze met een slecht rap port thuis kwam of 'n streek had uitgehaald. waarop wel een uitbrander zou staan maar ze keek me aan of ik niet wel bij 't hoofd was. Al dit onware gedoe vind ik gewoon misdadig. Waarom moeten ernstige gevoelens als dansmaaieren worden ingepompt? Wat weet een gewoon kind van Smart en Wanhoop en devotie? Het effect van deze studie kan immers niet anders worden, dan een belachelijk nadoen van groote-menschen, een gemanireerdheid als slecht surrogaat voor Kunst" een ongezonde namaak, waar een eenvoudig, ongekunsteld, gezond kind niets van begrijpt. Ik heb veel kinderuitvoeringen geleid van gewone speelliedjes en andere doodeenvou dige gegevens, d.w.z. ik regisseer, muziek en woorden zijn dan al ingestudeerd en altijd begonnen de kinderen stijf en verlegen, stil en ernstig, waar vroolijkheid gevraagd werd. Ze deden me denken aan sprinkhanen die ik, als kind, in een fleschje opsloot, om ze na een uur weer los te laten. Ze stapten eerst moeilijk, door hun gevangenschap het bewegen ontwend, en wipten dan eerst met kleine sprongetjes, vór ze den slag weer beet hadden van hun eigen groote sprongen. Zoo ook de kinderen, ze durven zich niet spontaan uite.i. Maar dan ook ineens het verrassende verschil, zoodra 't me lukt ze los te krijgen. Ik meen niet door vroolijkheid voor te doen en maniertjes te leeren, maareenvoudig door er pret om te hebben en te vragen of ze met begrafenisgezichten naar een bal gaan en inslapen als ze een jolige grap vertellen. Ditzelfde is ook te bereiken met plastisch dansen. Kinderen zijn veel origineeler en vinding rijker dan menschen en ze hebben rijker fantasie. Ik ga altijd bij de kinderen in de leer in plaats van me in te beelden, dat ik 't beter weet. Ik maak alleen hun gedachten pasklaar voor het tooneel en de uitkomst is meestal voor mij even verrassend als voor het publiek. Met pasklaar-maken voor het tooneel" bedoel ik niet, dat de kinderen alleen moeten weten wanneer zij opkomen of weggaan; ik heb natuurlijk vooruit stand, groepeering en expressie goed overdacht, maar dit weten de kinderen nauwelijks; wanneer ze op de aangegeven plaats staan, mogen ze doen wat hun hart hun ingeeft, bij verkleedpartijen mogen ze zelf bedenken wat ze aan zullen trekken, ik zeg alleen dat ze niets moois mogen koopen en niet bij Ma of Juf hulp moeten vragen en dan sta ik dikwijls verbaasd over zooveel humor en fantasie. Maar ze moeten zich werkelijk ook vrij voelen, hun bewegingen moeten spontaan zijn en niet ingepompt worden. De meeste goed-inge studeerde" kinderuitvoeringen doen me den ken aan een marioiiettentheater, waar de touwtjes door onervaren handen iu beweging worden gebracht; de slecht-verzorgde Kin VRUCHTEffKOESJEëi VAN SIFEES - HAAB.LËM zijn voortreffelijk van kwaliteit en aangenaam van smaak DE MODE IN DEN VREEMDE TANZPALAST DE CLOU" TE BADEN-BADEN Teekening voor De Amsterdammer" van Hanna Lamberts Danstoilet. Zeer dunne zwarte japon niet zwart borduursel. Sjaal van lindebloesemkleurige zijden crépestof. iiiiiiininiHiiitiniiiiiiiiiiiiii PEGMATIET,*met glimmerplaten en -stangen door het heele gesteente! Zweefsteen van Amersfoort, (foto Landré) land en Zwitserland af, om zooveel mogeijk de werkelijkheid te aanschouwen. In de Levende Natuur" en in De Groene" heeft hij van die reizen verteld en bovendien verschenen van zijn hand twee uitmuntende boekjes: Het Geologieboekje" en Ons Krijtland" waarop stellig nog meer gevolgd zouden zijn, indien de dood hem niet had verrast op zijn laatste studiereis in oen Eifel. Maar het doel was bereikt; naast de plan ten en dieren, begon nu ook de bodem van Nederland de aandacht te trekken van wande laars en studeerenden en kregen de studies van Loriée,n van Baren, Dubuis, Tesch, Molengraaff, Waterschoot van der Gracht en anderen ook wat meer beteekenis voor het groote publiek. De oude Staring kwam weer te voorschijn en men verwonderde zich er over, dat een voor zijn lijd zoo voorin: l lelijk en onderhoudend boek niet reeds dadelijk weer klank had gevonden bij alle beschaafde Neder landers. Ons land toch is in geologisch opzicht al even belangrijk en onderhoudend als voor de zoölogen en piaiitkundigen. Hierbij moeten we niet alleen den ken aan het bergenhoek je in ZuidLimburg of het rotsrandje in den Achterhoek van Gelderland, maar aan alles wat de w.!de wateren van Rijn en Ma.is hebben ge wrocht, wat de gletscherstrooinen van Scandinavië en Finland hierheen hebben gebracht en wat er nog dagelijks omgaat langs stranden en rivieren in de Waudenzee en in de vectiplassen. In de laatste jaren breidt de littera tuur over al deze onderwerpen zich al meeren meer uit, zoowel in den vorm van tijdschriftartike len als in dien van boeken groot en klein. Van Baren's Bodem van Nederland nadert zijn voltooiing en middelerwijl hebben we klei nere geologieën van Nederland gekregen van Bernink en Van der Lijn, van Mulder en van Van der Steen. Deze laatste heeft ons dertiitvoeringen zijn doorgaans n onmuzikaal n rommelig om aan te zien, dus verder geen bespreking waard. Dit wat gewone spelletjes betreft. Met plastisch dansen komt nog een groote factor meedoen: de muziek. Want goede muziek heeft een inhoud, drukt gevoel uit, dat weergegeven moet worden. Daarom moet men voor kinder-plastiek zoo voorzichtig zijn in de keuze der muziek, omdat kinderen nog niet alles kunnen weer geven, wil men hen tenminste ongekunsteld houden, vrij van namaak. Makkelijk is dit niet in den tegenwoordigen tijd, want op danslessen, zoo wel op rhythmiek worden veelal maniertjes geleerd, maar met een eerlijk willen van den leider is het mogelijk. Ik nam er de proef van. Ik maakte op heel eenvoudige balletmuziek van Glück een feeërie, die ik Lentes Ont waken" noemde. Ik leerde de muziek volgens de methode van E. Jacques?Dalcroze, omdat deze methode naar mijne meening de eenige is, die beweging en rhythme tot n harmonisch geheel weet te maken?en als de kinderen de muziek dan goed in de beenen" hebben (zooals men haar met pianospelen in de handen" heeft), dan begin ik te vertellen : Zooals 't in den winter net lijkt of alle planten en boomen slapen, zoo verbeeld ik me, dat er wel een sprookjesland kan bestaan, waar alle kinderen ook hun winterslaap doen. Ze liggen overal, hier vór me, maar ook daar in de verte, waar we ze dan hieruit niet kunnen zien. 't Is nog guur en vonker niets gezellig. Maar dan komt, van uit het warme Zuiden de Lente aan ! Van heel, heel ver hoort men haar roep over 't Land: Hallo ! wie slaapt nu nog? En de kinderen worden wakker; maar met in eens, ze lod deren nog wat en sommige slapen dadelijk weer in. Van andere plaatsen komen kinderen -- die ook de Lente gehoord hebben nieuws gierig om 't hoekje kijken en langzamerhand komen ze van overal. Jongens sleepen dorre takken aan, om die met blaadjes en bloemen aan te kleeden en als de Lente dan heiisch komt, wordt ze met gejuich ontvangen en met n zwaai van haar staf worden alle takken en struiken vol bloesem en de kinderen plukken bloemen en probeeren vlinders te vangen en een draagt een korf bloemen, die ineens door een ander wordt afgenomen en dan loopen ze elkaar na om de mand te krijgen en ze spelen.... spelen.... totdat de Lente niet langer blijven kan en verder moet gaan om haar bloemen te brengen en allen trekken mee, een bloementak in de hand en helpen orn den winter te verjagen .... En de kinderen luisteren gaarne en kiezen zich zelf een ambt van: mag ik slapen en snurken? Mag ik haar wakker schudden? Mag ik kapellen vangen? En de jongens voelen zich de sterkeren, omdat ze takken moeten sleepen.... in n woord we hebben pret, allemaal, de kinderen zoowel als ik, neen, ik 't meest, juist om de kinderen. En ik studeerde dit in met kinderen, die nog nooit aan plastisch dansen gedaan hadden, maar daarom juist ging er een charme van hen uit, die aanpaste bij den frisschen lente wind, die over het tooneel moest waaien. Het is jammer dat er geen goede en een voudige feeëriën voor kinderen bestaan met oorspronkelijke muziek. Geleende muziek kan nooit geheel n zijn met den tekst. Zijn er geen componisten die *g%noeg van kinderen houden om hun frissche ongekunstelde me lodieën te geven? Speelfantasieën zijn altijd Ie maken en we leven in den tijd van Plastische dansen ! W. W E s s E L s illllillliliiillllllllllllllllllllillliimi DE ROL VAN DE GETROUWDE VROUW TE OBERAMMERGAU TIJDENS DE PASSIESPELEN (Ingezonden) Met veel belangstelling nam ik kennis van het stuk, onder bovenstaanden titel, in een der vorige nummers. Echter is m. i. niet alles precies juist, wat de schrijfster mededeelt. Ook ik was dezen zomer in Zuid-Beieren en logeerde eenige weken in Partenkirchen. Ik had den hotelhouder geschveven een plaats in Oberammergau voor mij voor een bepaalden datum te nemen. Bij mijn aankomst in Partenkirchen ontving ik dadelijk van den hotel-portier een soort cheque (waarop Mk. 135.?? betaald was), welke inwisselbaar was in het filiaal van de Bayiïsche Vereinsbank" te Oberammergau tegen een plaats Ie rang a Mk. 100.?Hierbij was van gecnerlei geknoei" sprake, want toen ik op den ochtend voor de voorstelling bij genoemde bank kwam, waren daar op zijn minst wel een 500-tal menschen, welke met hetzelfde doel kwamen als ik. Dat men dus bepaald genoodzaakt" wordt een of twee dagen in Oberammergau te wonen om een plaats voor de, passiespelen te krijgen, is m. i. niet geheel juist. Volkomen is het waar, (en ook de Offizieller Führer" geeft dat aan), dat men wel zoo veel mogelijk tracht de bezoekers van de passiespelen voor l of 2 dagen te Oberammer gau te doen wonen. Het publiek betaalt voor de plaatsen zelf zeer weinig en de Gberammergauers willen natuurlijk "gaarne veel aan de Passiespelen verdienen; welaan, dat doen ze door van al hunne huizen tijdelijk pensions te maken. De schrijfster pleit voor vrijlating der gedwongen pension-nering, e n voor hoogere entreeprijzen.Hooger|envenweldaneen zeker bedrag (b.v. Mk. 500.?per plaats) zou men niet kunnen gaan, willen de spelen ook voor de Duitschers toegankelijk blijven. Echter zouden binnenkort dergelijke toegangskaarten in München verhandeld worden voor Mk.1000, in Holland voor Mk. 2000.?en hooger en misschien in Amerika wel voor veel en veel meer, waardoor de groote winst in de zakken van anderen dan die van de Gberammergauers komen. Ik hooide nu reeds van een Engelsche dame, naast wie ik toevallig in de sideseeing-car" op de terugreis naar Parten kirchen zat, dat zij een plaats gekocht had voor Mk. 800.?bij een hotelportier in München ! Doch ook nog een ander bezwaar zou zich voordoen, wanneer niet een groot (naar mijn schatting ruim de helft) gedeelte weikelijk en pension voor eenige dagen in Oberammeigau was. Hoe stelt de geachte schrijfster zich het voor, dat liet mogelijk zou zijn al die bezoekers (totaal ± JOOD) te voeden in de 10 uien, dat men in Oberammergau moet zijn, (ir.r. 2 uren pauze} als niet het grootste deel in een bepaalde woning zijn maaltijd gereed vond? Reeds nu was het vooi het overige gedeelte der bezoekers (dus niet loges) al een bijna vechten" om aan iets te komen en gaf dit soms aanleiding ZOHEI EETKAMER SLAAPKAMER. . HEERENKAMER 525. 590. f 515. Eigen Fabrikaat Speciale Ontwerpen 11 iiiuiiiiii iiiumii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin iiiiiiitiiiiiiiii tot allesbehalve stichtelijke tooneelen. Neen. voor Oberammergau, is beslist geen andere regeling mogelijk dan de tegenwoordige en als men dat begrijpt, zal men ook begrijpen, dat de getrouwde vrouw onder geen mogelijk heid aan de passiespelen kan deelnemen. Zij toch dient te zorgen voor haar huis met de dagelijks veranderende gasten. Dat men overigens in dezelfde streek geen bezwaar heeft, dat getrouwde vrouwen' op het gewone tooneel komen, bleek mij in het Bauern-theater" in Partenkirchen, waar ik 's avonds gehuwde vrouwen zag spelen, welke men overdag in winkels en andetszins in het dorp werkzaam zag. Doch m.i. is dat in Oberammergau waar steeds wtvrfa»gespeeld wordt (en tijden van tevoren gerepeteerd) een onmogelijkheid. Dat niet hetzelfde meisje in Oberammergau tweemaal voor Maria speelt geloof ik evenwel gaarne.M.i. heeft dit echter een meer laag-bijde-grondsche" oorzaak, dan de meer verheven redenen, welke de schrijfster opgeeft. Mij werd n.l. in Oberammergau medegedeeld, dat een Maria" nog al eens huwelijksaanzoeken krijgt. Dit is zeer begrijpelijk, wanneer men bedenkt, dat gedurende 5 maanden elke paar dagen nieuwe gasten uit alle deelen der wereld in het huis van Maria" vertoeven en het mij niet als iets bijzonder voorkomt, dat er tal rijke mannen zijn, die door hun eeloof of anderszins, gaarne de Maria van Ober ammergau" tot vrouw hebben. De Maria" van 1910 is o.a. met een Amerikaan in het huwelijk getreden. Ik geloof dus zeker, dat de Maria" van dezen zomer ongetwijfeld ook wel spoedig in het huwelijk zal tieden of is getreden en wellicht niet in Ooerammergau zal of is blijven wonen. Wat verder de verbinding met de omlig gende plaatsen betreft, waren groote automobieluienstenmetde omgeving georganiseerd. Bovendien kwam in Oberammergau een halt uur vuur den aanvang der spelen een extra-trein uit München met taitiJKe bezoe kers aan. Is de schrijfster misschien in Mei of begin Juni of na half September (dus in het niet-drukke reisseizoeti) naai' Oberammergau geweest? ammergau Z. OVER BOEKEN EN TIJD SCHRIFTEN Voorde huisvrouwen brengen de Vereenigde Drukkerijen Roeloffzen-Hubner eu van Santen en Gebr. Binger te Amsterdam een Wcekkalender, uitgegeven door de Nederlandsclie Verecniging van huisvrouwen, verza meld door de Afdeeling Amsterdam. Er is ruimte voor notities, onderaan staan kleine opmerkingen en raadgevingen betreffende omgang niet huisgenooten en kinderen, terwijl de achterkant practische wenken en recepten geeft. Er zijn 4 deelen van de Kind en Kunst Serie in herdruk gekomen bij de uitgevers Van Holkema en Warendorf, Amsterdam. Velen zullen dit met genoegen vernemen. Deel l Bobo, geschiedenis van een aap, door Mevr. Nan Osselen?Van Delden en Marie Hildebrandt. Deel II Piet Wipneus, door Marie Hildebrandt met platen van Benjamin Rabier. Deel 111 Eppien Toef, door Mevr. Van Osselen -Van Delden enMirie H !debrandt. Deel IV. [Je Kleine Kroot door Marie Hildebrandt met platen van Benjamin Rabier. De boeken in stevigen kartonnen band zijn rijk geïllustreerd met koddige platen van de vele ongeloofelijke kinder-en ditrgevallen, die zeker allermeest tot de prettige lectuur zullen bijdragen. IIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllllllllllllllllllllltllllllllllllllOIIIIIIHIIII iiiiiMiimniiiiiii IIIIIIIIIEII1IIII ook zijn duinen-dissertatie gegeven,en daar naast hebben we ooknog die van Vuyek en van Jeswiet, die echter meer botanisch dan geologisch zijn opgevat. Over Friesland heb ben we het aardig boek van Botke, dat ik hier onlangs besprak en thans heb ik hel groote genoegen een nieuw boek aan te kondigen, dat ongetwijfeld zeer veel zal bijdragen U.t verhooging der belangstelling voor den Vaderlandschen grond.. Ons diluvium is hierheen gebracht door den Rijn en de Maas en door hel gletscherijs. De bewijzen daarvoor liggen letterlijk voor het grijpen in de keien groot en klein, te vinden in onze zand- en grmtgronden. De grootste daarvan treffen we aan in de Hunnebeddcn van Drente. Eeuwen lang zijn op onze heidegronden keien geraapt en gedolven voor be strating en voor ce bekieeding van onze zeeweringen, zoodat er gewoonweg op de hei zelve niei Vt_ci meer te vinden is. Maar langs stramien en onlgravingen lukt het beter. In dien ge eens wandelt langs de Zuiderzee van Naaruen tol Huizen, dan kunt ge daar een zak vol merkwaardige sieenen verzamelen. Heimans bewerkte bij voorkeur de afzanderij tiisschen Bnssiun en Hilversum en heeft daar indertijd uit eigen mio.ueleii een Keienpark" gepacht, als ik mij niet vergis, ue eerste poging lot Benoud van Natuurmonumenten in Nederland. Het Oude Mirduiner klit" is sinds vele jaren een beroemde vindplaats voor aller lei siecnen en in den laatsten tijd is de groote zandafgraverij bij Maarn het Mekka der keien kloppers en kristal/.oekers. Het is een spannende bezigheid. Meer dan veertig jaar geleden deden mijn vriend Willem Suikeranalyse en ik er al druk aan op de glooi ingen van den Zuiderzeedijk bij Amsterdam en ik denk nog met genoegen aan een groot blok wit graniet met glinsterende granaten er in, dat wij daar klopten metnogveei andere granieten en allerlei gesteenten waar wij geen raad mee wisten. Hadden wij (oen maar dit nieuwe boek gehad: liet Keienboek van P. v. d. Lijn, uitgave van W. J. Tilieme en Cie. te Zutplien, prijs mij onbekend, ik zon zeggen een gulden of vier, een boek met een toekomst. Met een verleden trouwens ook, want bij het doorlezen blijkt telkens, dat de auteur jaren lang met groote liefde en vlijt ons land Heeft afgeloopen, zoekend naar keien, en al die jaren het gemis voelend aan het boek, dat hij nu zelf heeft gemaakt. Ook heeft hij niet nagelaten de keienverzamelingen, die reeds in ons land bestaan, door te werken, daarbij hulp en voorlichting genietend van bekwame geleer den zooals prof. Bonnema in Groningen, Dr. Oostingh te Wageningen. Aan dezen laatste is het boek opgedragen; het gaat in zee onder een goede vlag. Wanneer ge nu ergens in Nederland een steen vindt die, niet door meiisclien, maar dooi de natuurkrachten daar gebracht is, dan kunt ge die met Van der Lijn's boek deterniineeren net zooals je een bloem determineert met een flora. D.e determineerlijst vormt hoofdstuk VIII van het boek en ge kunt haar alleen ge bruiken wanneer ge eerst de zeven voorafgaande hoofdstukken hebt doorgewerkt, die u op onderhoudende maar vooral degelijke wijze vertellen van den steenenzoeker zelve, van mineralen en gesteenten en van fossielen. Deze lectuur wordt u gemakkelijk gemaakt door duidelijke overzichten, kaarten, teekeiiingen en reproducties van foto's voor liet allergroot ste deel naar voorwerpen door van der Lijn en de zijnen zelf verzameld. De zeer duidelijke teekeiiingen heeft hij zelf gemaakt, de prach tige foto's zijn door den heer Landrévervaar digd en onovertreffelijk gereproduceerd dooi de firma van Leer. Het is een waar genot, dit boek ter hand te nemen en ik wensch er van harte zoowel auteur als uitgever geluk mee. Ongetwijfeld zullen we nu veel keienver zamelaars in ons land krijgen en wellicht zullen er in de toekomst wel meer treinen moeten stoppen bij Maarn of komt daar een hiitel voor Keienkloppers. Het zou zelfs te vreezen zijn, dat er weldra geen kei meer zal overblijven. Dit is niet lieelemaal overdreven ; sommige beperkte vindplaatsen zuilen licht ie lijden krijgen en het zal wel weuschelijk blijken, om hier of daar bedacht te zijn op het behoud van mooie profielen of merkwaardige steenen. In deze richting wordt leeds sinds eenige jaren gewerkt door de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten, die bij Maarn een aardig stuk grond ter beschikking heeft gekregen, waar onder lekür.g van Dr. Kruizinga de belangrijkste steenen, die bij de afgravingen van Maarn te voorschijn komen, worden opgesteld en geëtiketteerd. Over dit Geologisch Park bij Maarn vindt u bijzonder heden in de jaarverslagen der Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten, die binnen kort zullen verschijnen. De beteekenis van dat Park wordt stellig verhoogd door het ver schijnen van het Keienboek. 't Is nog al aar dig, dat de auteur van dat boek woont in de stad-met-de-kei, dat is Amersfoort. Van een van zijn fraaie steenen geven wij hier de afbeelding, die in De Levende Natuur" heeft gestaan; de platen in het boek zelf zijn ge drukt op kunstdrukpapier en daardoor in alle détails veel nauwkeuriger en mooier. Die steenen hebben voor het meerendeel wel rare namen, maar daaraan wennen we even goed ais aan Geranium en Fuchsia. l A e. P. T n i j s s i: Neoral oorpijn on innt';1;;)] v.x-AiC'.i on middellijk lot bed;.Li\m ^fi'raclit 11 u;,M' Sloun's Lniiiru-nt Mondt 'i'.-t in gereed lu: i d hrt voorkomt uren van foltering en pijn. in wrijven on noodi;;--- het di mg t SLOANS Liniment

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl