De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1922 30 december pagina 2

30 december 1922 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 30 Dec. '22. No. 2375 SYLVESTER-DINER Teekening voor de Amsterdammer" van Jordaan Vader Chrenos: (z'n jongsten spruit verorberend): Hm ! Vroeger smaakten ze naar steenkool tegenwoordig proef je enkel petroleum!" llllllllllllllllltlllllttlllllllllllllMIIIIIIHIIIIIIIMIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIirilllllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII kleine schaal, begonnen en men is bezig, plannen te ontwerpen voor de consolidatie en aflossing dier schuld. ^?Frankrijk, zegt Qarett, schijnt bezeten te zijn door een soort van debiteurenhysterie". Hoewel Frankrijk nog geen dollar te rug betaald heeft, en zeer weinig interest, zegt men daar dat men al het eigen geld reeds aan den oorlog heeft uitgegeven, of dat men niet kan betalen tenzij Duitschland betaalt, of dat men Duitschland niet kan dwingen. Maar ook in Engeland, hoewel de Balfournota er niet direct van spreekt, zinspeelt men op allerlei manieren op kwijtschelding of gedeeltelijke kwijtschelding der Engelsche schuld aan Amerika. Zelfs een zoo ernstig blad als de Economist heeft gezegd dat als de V.S. betaling van Engeland vroegen, dit zou beteekenen het heffen van tribuut van degenen die Kansas en Kentucky voor Duitsche invasie hebben behoed. Trouwens, de Balfour-nota zegt dat ten einde de vreeselijkste rampen van de menschheid" af te wenden, Engeland bereid zou zijn alle schulden van de geallieerde landen aan Enge land, met en benevens Engelands aandeel in de Duitsche schadevergoeding, ten eenen male uit te wisschen en kwijt te schelden maar helaas ! Engeland kan dat niet doen, want Amerika wil betaald worden. Daarom, heeft Balfour gezegd, moeten die landen in ieder geval genoeg aan Engeland betalen teneinde dat land in staat te stellen zijn schuld aan Amerika te voldoen. Nu zegt Engeland wel, bereid te zijn eer) totaal van 17 milliard dollars (/ 3.400.000.000) kwijt te schelden, maar daarin zijn be grepen S 7.250.000.000 Duitsche schade vergoedingen en die zijn toch oninbaar. Engeland doet dus zijn edelmoedigheid uit dijen met een claim zonder waarde, een claim zooals Amerika er geen bezit. Immers Amerika bedong geen enkele schadevergoeding voor zichzelf en kan dus in dit opzicht niet edel moedig meer zijn, of liever niet edelmoediger dan het reeds was. De situatie is als volgt: Engeland is bereid tot kwijtschelding (de boven gemelde 8 7.250.000.000 bui ten beschouwing gelaten) van S 9.750.000.000 Van Amerika verwacht men dat het aan Engeland kwijt zal schelden 4.250.000.000 Netto verlies voor Engeland S 5.500.000.000 Maar Amerika zou in het geheel hebben kwijt te schelden 10 i milliard, of bijna tweemaal zooveel, want het kan Engeland alleen niet loslaten, het moet dan ook aan Frankrijk en Italië en de overige landen alles kwijtschelden dat deze laatste jan Amerika schuldig zijn. De quaestie kan nu in twee deelen verdeeld worden: 1. Behoort Europa's schuld aan Amerika rechtens te worden betaald? 2. Kan zij feitelijk betaald worden? IIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiii RECHT EN ONRECHT IN ATHENE'S BLOEITIJD K. KUIPER, Recht en Onrecht in Athene's Bloeitijd. Haarlem, H. D. Tjeenk Willink en Zoon. 1922. De redactie van De Amsterdammer" verzocht mij een artikel te willen schrijven over het onderwerp van dit boekje en daarin tevens mijne opmerkingen over dit werk in te vlechten. Laat ik dan mogen beginnen met mijn dank te brengen voor de gelegenheid, die het Weekblad mij biedt, hier openlijk uit te spreken, wat ik tot mijn overleden ambtgenoot nitt meer heb kunnen zeggen. Wakker en werkzaam heeft Kuiper in menig geschrift zijne opvattingen over het heileensche geestesleven neergelegd, heeft hij zooals wij allen doen zijn Hellas geprojec teerd met de persoonlijke belichting, die aan elke reconstructie gepaard gaat. In dit werkje nu komt het licht niet van buiten op de stof vallen, maar straalt van het centrum uit: het hart dat voor Hellas klopte wasén vroom hart en het is den schrijver eene rust geweest, toen hij meende te mogen uitspreken, dat k voor de Atheners de oplossing van menschelijk strijden over recht en onrecht gelegen heeft in berustend vertrouwen in dien openbaringsvorm van de hoogste zedelijke wereldorde, die het onderscheid heeft vastgesteld tusschen goed en kwaad. Uit deze confessie leert men Kuiper kennen, rijst ook het beeld van hetgeen hem in zijne laatste dagen heeft bezig ge houden, toen meer dan ooit de vraag moest worden beantwoord: wat is mij die studie der Oudheid geweest voor het leven, wat is zij mij voor den dood. Wie in deze 70 pagina's meent te bespeuren, dat de perioden in sneller tempo aan het oog voorbijgaan, dan waarin de auteur anders geneigd was zijne gedachten te ontwikkelen, hij zal met aandoening het medeleven, hoe een edele geest vór het heengaan nog in afgeronden vorm dit resul taat van lang overpeinzen getracht en gewild heeft samen te vatten. Wie dan de lectuur niet zonder devotie be ëindigd heeft, hij zal zich vragen: houdt deze beschouwing stand voor de realiteit der feiten zooals deze zich voordoen aan mijn oog? Gaan wij dégegevens na. en het antwoord volgt van zelf. Van een minder beteekenend stadje ont wikkelt zich Athene opliet einde der zesde eeuw tot eene bloeiende gemeente en dankt dezen opbloei aan een krachtig adellijk geslacht, dat aan de middeleeuwsche italiaansche adelsfamiliën denken doet. Daarbuiten zetelt een boerenstand, die zich conservatief aan de oud-vaderlijke bijgeloovigheid blijft vastklemmen ondanks wassenden welstand. Werpt dan de burgerij te Athene het juk der tyrannen" af, zoo ontplooit zich een zelf vertrouwen, dat door het land volk gesteund, met lan zich op de Perzen stort en de vrijheid bevecht. Een tijd van daden na lange periodevan partijstrijd. Geen. tijd van bespiegeling en zelfbetrachting. De democratische expansie neemt hand over hand toe, de jonge repu bliek staat als een leeuw naar het buitenland gekeerd. Uit een bond van staatjes tegen den barbaar verheft Athene zich als heerscheresse met schatplichtige onderworpenen. Tegenover dezen geldt weldra onomwonden recht is macht," mededoogen is eene zwak heid, die geen democratisch imperium op straffe van eigen ondergang zich mag ver oorloven. Athene leeft ten koste der omringen de wereld en schrikt voor de ergste geweldmiddelen niet terug. Thuis heerscht nog ontzag voor de ouderen, tucht en eerbied nevens overgeleverde godsvrucht. Daar wordt nog recht en onrecht beoordeeld naar de inzetting der vaderen, bij welker constitutie de wijze Solon met gematigd beleid was te werk ge gaan. Groot was de klove tusschen wat recht heette tegenover den neergeslagen bondge noot en tegenover den mede-Athener. Doch daar kwam de verlichting uit het reeds verder voortgeschreden lonië en lichtelijk vond in eene burgerij, die tegenover vreemden naar eigen belang het recht bepaalde, de leer in gang, dat evenzoo het eigen belang richtsnoer kon, ja moest, zijn bij de beoordeeling van onderlinge moraliteit. De massa thuis, die van daden slechts hoorde, maar de actie der demagogen zag, werd door rhetorisch flonkerwerk gevangen voor het sophistisch proen contra-debat, bij een bestaan zonder arbeid. De aloude godenveneratie brokkelde af onder den spot van tooneel en redekunst. De oorlog met Sparta guerre a outrance sloopte de kracht, sloopte het vermogen. Een jong ge slacht ging rond met den touch of eflrontery op het gelaat en liep de ouderen van het voet pad. In de families kwam deze verlichting der zoons tegenover moeders bigotterie en vaders onervaren ergernis te staan. Bij herhaling wist de conservatieve levensopvatting in mo menten van afmatting de verbanning te be werken van de volksverlichtiers. Maar ver kondigde de regeering zelf niet, bij monde van Perikies, van Kleon, dat dwaasheid slechts den vinger neemt, waar heel de arm te krijgen is? Werd niet meer dan eenmaal VRAAGTi SI-FA-KO s ia ARE n Hot voo De eerste vraag heeft een wettelijke en een moreele zijde. De eerste zijde is onaan tastbaar. Maar de tweede? Behalve wat Amerika aan de geallieerden leende, heeft het 22 milliard Dollar uitgegeven. (Hierbij zou men Amerika kunnen doen opmerken dat de totale som van 32 i milliard dollar dan toch grootendeels in Amerikaansche zakken terecht is gekomen uit hoofde van leveranties, en dat er binnen de V.S. slechts een verschuiving heeft plaats gehad). Toch heef t hèt te Versai lies niets ge vraagd als schade vergoeding. Maar wat deed Engeland? Wilson was nauwelijks na den wapenstilstand te Parijs aangekomen, of Lloyd George begon te spreken over het annulleeren van alle intergeallieerde schulden door uitgifte van Duitsche schuldbrieven waarmede men elkander zou voldoen. Dat zou op hetzelfde neer zijn geko men als hetgeen men nu vraagt, n.l. dat Amerika 5 milliard meer zou verliezen dan eenig ander land. En terwijl men te Parijs aan het praten was, leende Engeland nog een half milliard van de V.S. en ging door met over annulleering te spreken; Frankrijk en Italië leenden res pectievelijk nog 750 en 250 millioen dollars. Dat was wel een zonderlinge wijze van zaken doen: eerst zeggen dat men het geld maar niet terug moest vragen en het tegelijk toch leenen. Doch was Amerika hierin als Shylock? Maar dat alles zou nog zoo erg niet geweest zijn, ware het niet, dat terwijl de geallieerden in Amerika alles op crediet kochten, Amerika coinptant betaalde voor ai hetgeen het in Europa kocht. Bovendien liet men de Ameri kanen huur, havengeld, spoorwegvracht enz. betalen, ook schadevergoeding voor de wegen die men in Frankrijk aanlegde, terwijl Ame rika aan Engeland 90 millioen dollars be taalde voor den overtocht van een millioen soldaten. All right, zeiden de Amerikanen en ze betaalden er maar op los. Maar toen men hen in Engeland en in het geheele Britsche Rijk, aparte, hoogere prijzen liet betalen dan de Britsche regeering zelve betaalde, terwijl in Amerika de prijzen voor alle regeeringen, de Amerikaansche incluis, gelijk waren, werd er een commissie naar Engeland gezonden, om te protesteeren bijv. tegen den hoogen prijs van Jute. Dz Eng. regeering, die juist reus achtige bedragen aan zilver van de V.S. had ontvangen om den Indischen munttoestand te redden, bleef maar beweren dat zij niets over den Jute-prijs te zeggen had, want het Indische bestuur enz. Toen werd de Commissie boos, zeggende: Goed, maar dan ook geen zilver meer. En ziet, plotseling werd het Indische Bestuur als boter zoo kneedbaar en de Jutcprijs daalde. En dan weer waren er allerlei onaangenaam heden over wol en tin, met plotselinge prijsverhoogingen. Ook deze artikelen werden cornptant betaald en buitensporig duur ook. Ook kocht de Eng. regeering de aandeelen der Persian Petroleum Company met geleende looinklijkfl Meubeltransport-Maatschappij IDEGRUYTER&CO. DEN HAAG AMSTERDAM ARNHEM i Verhuizingen per Auto-Trein ook buiten oorlogspsychose om het besluit genomen heel eene gemeenschap uit te roeien, die zich niet wenschte te laten uitpersen? Nadat dit met het eiland Melos was gebeurd en de staatsleider Alcibiades, die tot de executie had aangedreven, zich uit de als slavin verkochte burgeressen eene bijzit had gekozen, heeft wel het publiek tranen vergoten /';; den schouwburg, waar Euripides het droeve lot van zulk eene onderworpen stad op de planken bracht, maar met cynische rhetorica is dezelfde politiek voortgezet - eene politiek door denzelfden Alcibiades later als algemeen erkende krankzinnigheid" ge kwalificeerd. In eene comedie van 423 traden Recht en Onrecht voor de toeschouwers en disputeerden, wie voor de jeugd de verkieslijkste was. Nadat Onrecht lachende de oudvaderlandsche /.eden had gehoond, vroeg zij op den man af aan Recht: uit welke klasse komen tegenwoordig onze rechtsverdedigers voort?" Antwoord uit de schandjonkers !" Bn onze tooneelschrijvers?" Evenzoti !" En onze volksleiders?" Ook al"! En kijk nu eens naar het publiek, wat is het meerendeel?" Mignons ! Zie die daar, en die andere met zijn mooie haren ! Weet je wat, ik sluit me aanstonds bij je aan !" En onder gelach van het publiek loopt Recht naar Onrecht over. Het beeld van vijfde-eeuwsch Athene zou ontstellend zijn, als het slechts deze zijde vertoonde. Maar cabaret, revue en hoogere" politiek plegen zelden juiste maatstaf te zijn voor dt moraliteit van heel een volk en ook toen beaamden velen de later geformu leerde gedachte dat een verstandig man zich slechts noode met gepolitiek" zal inlaten". Hoeveel ernstiger dan in raadszaal of op de meeting klonk de toon van de tragedie? Hoe heeft het treurspel niet geworsteld om te kunnen antwoorden op de vraag: waarom zooveel onverklaard leed hier beneden? Euripides is onder dit zoeken pessimist ge worden. Geen philosophie bracht bevredigende tliendicee. Waren de goden niet slechte bondgenooten voor den mensch, die daarom alleen in ellende hen aanriep, daar zulks goede toon was en houding? Hier was pijnigend zoeken, als in elke periode waarin de menschheid, naar Tennysons woord, reikhalzend uitziet naar a new vision of God". De wijsbegeerte toonde reeds menigvuldige ismen"en isten", maar was ook toen verlegen wat er vór dien uitgangsvorm moest worden ingevuld. Onder hen ..die wetenschap te koop boden" liep toch meer dan een hoogst respectabel man. wiens nihilisme of subjectivisme, op zedelijken ernst dollars op en die Maatschappij verdreef de Amerikaansche Petroleum uit Egypte ! In een rapport van de Br. regeering aan de Amerikaansche werd gezegd dat $ 1.682.000.00 geleende dollars uitgegeven waren voor Cotton and Exchange". Maar hoeveel van ieder, daar is men nooit achter gekomen, en men neemt in Amerika aan, dat het grootste deel, een milliard minstens, ge bruikt is om het ? sterlingop prijs te houden. Bovendien kochf de Engelsche regeering in de V.S. zulke dingen als staal op crediet, terwijl de Eng. staalfabrieken kalm door gingen haar staal op de wereldmarkt in concurrentie met Amerika te verkoopen. Kortom, er was tusschen Amerika en de En ten te geen onderlinge band voor het bekostigen van den oorlog, waarvan toch aldoor verklaard werd dat hij werd gevoerd voor een gemeenschappelijk doel. Maar na den wapenstilstand begonnen Engeland en Frankrijk (die beide op een koopje geweldige voorraden voedsel en allerlei materiaal van Amerika kochten, op crediet natuurlijk) op de wereldmarkt met Amerika te concurreeren. En het / Stg. dat als internationaal betaalmiddel bijna door den dollar verdrongen was, is dank zij de dollarleeningen heel wat beter op peil gebleven dan anders het geval geweest zou zijn. In dit ver band mag ik er misschien aan herinneren dat nog in 1820, dus 5 jaren na Waterloo. het / Stg. heel wat verder beneden pari stond dan thans. Nu zeggen de Europeesche mogendheden dat Europa alleen maar in goederen kan betalen, maar dat Amerika die goederen door hooge tarieven weert. Dan moeten zij hun goederen maar ergens anders verkoopen, zegt Garett. En het nieuwste argument is dat van Mc. Kenna, die in een bankiersvergadering te New-York met een stalen gezicht ver klaarde dat het incasseeren van een groote schuld voor den crediteur aller, aller fataalst is. Daar had men het geval van Duitsch land nadat het de Fransche milliarden had ontvangen ! Zeer ter snede merkt men daar tegenover in Amerika op, dat volgens die redeneering, Europa geweldig rijk zou worden als het Amerika betaalde, en dat Europa dan verstandig zou doen, dit zoo spoedig mogelijk te bewerkstelligen. De waarheid is, dat Amerika uitsluitend uit drang naar zelfbehoud ten oorlog gegaan is. Want zoodra het ideëele doel: de Volken bond, bereikt was, weigerde het toe te treden en liet Europa in den steek. Om Europa en derhalve ook Amerika tegen Duitsche overheersching te beschutten, heeft de En ten te millioenen menschenlevens ten offer gebracht tegen Amerika hoogstens vijftig duizend. De Amerikaansche levens die niet zijn op geofferd, zijn met vijf milliard dollars of zelfs met het' dubbele niet te duur gekocht. H. D L: N L o P KAMER NACHTWERK Op 21 Maart l.l Amerika : Cuba . ? ? Tsjecho Slowakije . Frankrijk . . Engeland . . Griekenland . , Italië . . . . Roemenie .... Rusland . Zuid Slavië . . . Oorlogsvoorraden. Relief administr" . U.S.GrainCorpor. . bedroegen d Hoofdsom S 347.700.HO ) 8.100.000 61.300.000 2 950 80Ü.OO 4.166.300.000 15.000.000 1.648.000.000 23.200.000 187.700.00U 26.200.000 575.000.000 84.000.000 57.000.000 e schulden aan op 31 Dec. 1921 onbetaalde niet gekapitaliseerde S [rente 42.700.000 7.100.000 357.900.000 509.200.000 203.300.000 2.8' 0.000 23.500.000 3.300.000 11.700.000 8.200.000 3.500.000 S 10.150.300.000 S 1.172.200.000 N.B. De Amerikaansche Commissie die met Engeland over de consolidatie der Engelsche schulden zal onderhandelen, is door het Congress gehouden aan een looptijd van 25 jaren en eene rente van 4.V pCt. On:c Tweede Kamerboksers Hebben even door-gepeesd. Zijn ~e ooit zoo onvermoeibaar Aan de stemmerij geweest') Tegen zessen in den morgen Was 't gezelschap nog present. De:e taaie worstelingen Werken voor hun traktement. Die nog smalen op den ijver Van ons zwoegend Binnen/wf, Zullen nu wel moeten komen Mei \vaardeering en met lof. i nder schuimende champagne. Zonder vrouwen, dans en spel Zaten ze maar door te stemmen In hun politieke hel. Hoeden af voor deze braven, Holland wees er mee tevree.. . . Gauw 'n lunch om op te knappen, Bij Royal een knap diner. Al de honderd hooge lieer en Waren wel niet bij de hand, Maar die op hun plaatsen zaten Zijn de redders van ons land. Als hardnekkige fascisten Bleven ze getrouw bijten, Om een kopje thee te drinken Sloop er wel 's eentje heen. Stemmen, stemmen, pitiandorie Tot den lieven morgenstond, Arbeid houdt de Kamerleden Taai, welsprekend en gezond. Maar wat in de Derde Kamer Door hun vrouwen wordt geknord. Vindt men niet in de verslagen Daar dit niet behandeld wordt. J. H. S i' E E N n o F F i ut iiiiiiiimmmiiiimm .iimiiiiiiiiiii iiiuiiiiiiitiiuim UNIE BANK voor NEDERLAND en KOLONIËN AMSTERDAM en ROTTERDAM Agentschappen in Nederland: 's-GRAVENHAGE, TILBURG, LEEUWARDEN, OI8TERWIJK, DENHOUT, LOCHEMenBORCULO. Agentschappen in Indië: BATAVIA, SOERABAYA, SEMARANG, BANDOENG, MEDAN en WELTEVREDEN UMI l IMIIMIIIIMIMIIIIIIHlIIIIIIIMIIHMIIIItlllllllllllllllllllllllllMIIIHIIIIIIIIIII stond geschoeid. Doch zoo iets werd voor eene massa, die te veel wijsheid voor haar verstand kreeg, tot leuze, voor de volksvrienden, die de ladder op wilden, het betrouwbare koord. Er is in die dagen te Athene schrikbarend veel geraisonneerd. Onderwijl --?en hier kom ik tot eene figuur, wiens persoonlijke afwezigheid in Kuiper's schets mij bijkans onverklaarbaar is ging er te Athene een man rond van wie n de bui tengewone beteekenis voor ons in puur licht is opgegaan door het schitterend boek van Heinrich Maier Sokrates" (Tübingen HH3). Hier is er n, die midden in een warreling van begeerten, rustig zijn weg gaat en niet zich zelf zoekt. Eén, die in het re eek' leven staande en geen strijd ontwijkend, zonder bezit, zonder grootheid of eerzucht, blijmoedig en gelukkig is. Het zijn niet de dingen van hier namaals, die hem bezig houden :met zijndoordringend oog kijkt hij dit leven aan en leert de mogelijkheid iu liet diesseits" de eudaimonie te bereiken, onbekommerd maar met goed vertrouwen ten opzichte van wat wij niet kunnen doorgronden aan gene zijde van dit bestaan. Dit leert hij niet door pre diking; zijn persoonlijk leven in strikte recht vaardigheid, in eenvoud en in dapperheid tegenover wat men" zegt, wat men" wil, dat is het betooverende dat van dien rusteloozen zoeker naar het goede uitgaat. Zeker, hij disputeert mede in het discussie-lievende milieu en zijn scherp verstand pakt en klemt en laat niet los alvorens de gegrepcne zichzelf belijdt het niet te weten. Zeker, er gaat ook van hem. ongewild, verkeerde invloed uit, daar zijne ondervragingsmethode aanste kelijk werkt op zucht tot nabootsing bij eene grasgroene jeugd. Maar niet daarom zuilen de- besten der jongeren verslagen staan aan zijn doodsbed, niet daarom zal de meest be kwame onder hen in steeds meer verheerlij kende trekken zijn geestelijk beeld voor alle tijden schetsen. Het is, wijl niemand niet gegrepen wordt door een, die strevende naar het rechte, zijn eigen leven naar de strengste rechtsbeginselen richt. Hier is de leer tot vieescli en bloed geworden en elk opzettelijk getuigen, elke opdringerigheid, alle oslentatie is hier verre. Ja, zedelijke autonomie predikt hij: Geen mensch wil iets anders dan liet goede. Aan 's niensclien niioir verpoozend nadenken de taak liet ware goede te vinden, onder controle van liet nimmer falend geweten. Geen wetten van niensclien, geen geboden van hoogere machten, kortom geen heteronomie - - zelfs niet in den vorm v;:n Sophocies' onge schreven wetteü- geeft richting aan ocrates' leven, wél de begripsverheldering, welker ontluiking door macht van begeerten niet wordt belemmerd. Het volkomen rechtvaardige leven is niet alleen het hoogste geluk voor den mensch, maar het komt hem ook aldus voor, zoodra zedelijk inzicht in hem is wakker ge worden. Wie zich afhankelijk stelt van de aardsche dingen om hem heen, van den waan en de eerbewijzender massa, hij is verloren. De weg der bevrijding uit die afhankelijkheid is tevens de weg tot het hei!. Er is veel leed dat uit verkeerde schatting van het ons om ringende geboren is, dat bij verhelderd inzicht de opgeruimdheid van den wijze niet storen kan. Diep gaat de omwenteling, die Socrates in de zedelijke voorstellingen zijner landslieden wil brengen. Hij breekt met theonome moraal. Zedelijkheid, rechtsgevoel, is zaak der nien sclien, niet der goden. De individueele mensch is aangewezen op dit doel. Het gaat hier niet om metaphysica, logica, ethiek, rhetorica, ook niet om gepopulariseerde wetenschap; Socrates' wijsbegeerte is het zoeken naar het persoonlijk eerlijke leven. Zoo hooren wij hem praten met hoog en met laag om te vinden, wat het eenig wetenswaardige is, de defi nitie van het goede". Zijn tijdgenoot Herodotus moge, als Pascal, deugd noemen eengeographisch begrip, het als ijzer brekend dia lectisch vermogen van dezen man des volks. vergruizelt zulke Blenders tot puin. Als dan onder het schrikbewind hem de opdracht wordt gegeven tot eene onrecht vaardige handeling, wijst hij deze onbevreesd at'. Hem is de dood geen schrikbeeld; wellicht de oplossing van menig raadsel, in ieder geval de rust. Er ligt iets daemonisch in deze figuur. Tegen over dit wandelend geweten van .Athene, tegenover dien buk, die waanwijsheid doet verstommen, tegenover dezen eenling, die het uitsprak, dat onrecht lijden verkieslijker is dan onrecht doen en dat mendankbaarbehoort te zijn voor de straf der zonde, wijl straffeloos heid'nederwaarts voert, ligt eene maatschappij die onderde leuze Recht is Macht uit de hoogste glorie in ellende is verzonken. De wederopbouw kon slechts komen langs de rechtswegen door Sucrates gewezen. Het heeft Athene aan genoeg mannen van dit kaliber gefaald. Wie Recht en Onrecht, in scherp licht, wederzijds, wil doen uitkomen, hij beschouwd Athene in haar bloeiperiode tegenover dezen waarlieidszoeker. Beurtelings vormen zij ei kanders achtergrond. Leiden, Dec. "22. J. V H T n i; i vi

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl