De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1923 17 februari pagina 3

17 februari 1923 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

17 Febr '23. - No. 2382 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND' N.V.PAERELS'Meubileering Mi j. ROKIN 128 AMSTERDAM VAN 17 FEBRUARI TOT 10 MAART TENTOONSTELLING van Werken van PIET VAN WIJNGAERDT Gedurende deze Tentoonstelling stellen wij onze voorradige MEUBELEN, PERZISCHE TAPIJTEN etc. tegen speciale prijzen beschikbaar KUHR AMSTERDAM, Heerengraoht 304 Telefoon N. 8060 Dameskleedermaker?Bontwerker Mantelcostuums of lange Mantels naar maat vanaf f 85. Wij bezoeken U op aanvraag zonder eenige ver plichting of prijsverhooging door geheel Nederland. ft. 20 LEIDSCHESTRAAT 12 AMSTERDAM TELEFOON N. 6812 HEMDEN HAAR HU AAI DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts t 10.?per Jaat EENIGE SPECIALITEIT Ka j?o «o KRlMPVRIjE f GEZONDHE1DS- m ONDERGOEDEREN Nederlandsch Fabrikaat TRICOTHUIS REG.BREESTRAAT.35 TEL. 5066 N. HET WHITE DE VRACHTWAGEN Eenig Importeur: N.V. Gebrs. NEFKENS' Automobiel My. AMSTERDAM - UTRECHT JDc Naam 15 Uw T/e zekere Overtuiging firma zicl}bly\ten< lijk Voelen Ooor het hooge peil onzer instrumenten, moet den muziekliefhebber bij aankoop een 4e\fcel V0n ru5t en vtoldoenin ^l)e beste vOaerboró biedt U de nwm onzer bekende 3tAndaardmerken,wiiarVjin een jraaie collectie Piano'5 -Vleuóel^ PJayer-Piano'5 te^en ^emaH^de pryzen in onze magazijnen 15 óeexpojeerd. De Banwezi^he'^ ^&n eentje occajion^ onzer 5töndaardmerken te^en gereduceerde prijzen verdient zeker de d&nd&cnt. Indien ^ewenscht.kan de/inanciëele op de mee5t tegemoetkomende wijie U óere^ela worden. In ruil (e nemen instrumenten worden te^en de Koo^stmo^eliike waarde v UTRECHT AMSTERDAM HILVERSUM CHOORSTRAAT HEIUGEWEG IANGESTRAAT P ond. 99 C*nt fr. len Boekh. en na postw. bij RIËNTS BALT, Den Haag, Daguerrestraat 28. DEGELIJKE OPLEIDING, mond. on schrift, aan bovenstaand adres HET ZUIVERSTE PRODUCT dat distillatiekunst kan voortbrengen; een wer kelijk edel fabrikaat krijgt ge, als ge BOLS vraaqt. Weliswaar een weinig duurder, maar dan ook voortreffelijk! Mosterd WA Spoorjr. culemborg Koop een qoed boek, het heef t blijvende waarde. |TorpedoI10/i5P.K.,4zitpl.f4200.Conduite Inférieure, idem 5500.J. LEONARD LANG, AMSTERDAM. llllttlllmlllmtlllllllllmllllllll imiiiiiuiiiiitiiiimitiiiiiiiiniiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuii, uiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiii verstand ongewijzigd de natuur laat gebeuren al naar zij eens in kiem en beginsel geschapen is, dan betreft het besef hiervan iets zoo ver verwijderd, en bijkans overbodigs, dat men het belang van dit besef nauwelijks vermag in te zien. Beteekenis kan dit besef slechts dan hebben, indien men aanneemt, dat, evenals de menschelijke machinist telkens de hand aan zijn machine legt, evenzoo het Goddelijk Verstand telkens wijzigend in de Natuur ingrijpt. Maar ook afgezien hiervan heeft het besef dat de natuurwetten niet iets zijn op zichzelf, en om zich zelf bestudeerbaar, maar integen deel, een stelsel, dat weer de weerspiegeling is van een ander nog onnaspeurbaarder stel sel waarvan zij afhangen, iets beklemmends. De natuuronderzoeker, die deze opvatting huldigt staat dus in zijn natuurbeschouwen niet onbevangen: wat hij bij de natuurstudie vindt of ontdekt, moet kloppen met zijn godsdienstige overtuiging aangaande de grondbeginselen der door God gestichte wereldorde. Hierbij sterkt hem wel de zeker heid dat, waar hij afwijkingen of tegenstrijdig heden zou meenen te bespeuren, het aan de onvolmaaktheid van zijn bevatting te wijten is, dat hij de eeuwige harmonie voorbij ziet, maar hier ligt toch een beperking der geestesvrijheid, een gebondenheid dooraprioristischen red ed wang. Hoe geheel anders staat dan hij tegenover de natuur, die overtuigd is, dat de wetten der stof onvergankelijk zijn, en bestudeerd kun nen worden onafhankelijk van elke ethische en religieuse opvatting of openbaring! Hoe veel vrijer is hij, die meent, dat zoowel het bekende als het onbekende, het begrijpelijke en verklaarbare zoowel als het onvatbare, en ondoorgrondelijke in de natuur, dit in ge lijke mate en op dezelfde wijze zijn voor den atheïst als voorden pantheïst, voorden Chris ten,den Jood,de Mahomedaan.den Boeddhist en den occultist ! Thuis en in de Kerk: iedereen vrij in zijn geloof; in de werkplaats der wetenschap,iedereen vrij in een neutraal agnosticisme dat Goddelijke en geestelijke onweegbaarhedcn streng scheidt van al wat het DE NOORWEEGSCHE LITERA TUUR IN DE 19e EEUW De Noorweegsche Literatuur heeft even als de letterkunde der beide andere Skandi navische landen een grooten invloed op het Europeesche geestesleven uitgeoefend. Die invloed kwam aanvankelijk zoo onver wacht, dat het pilbliek dien 'tegenstrevend onderging; maar hij was tegelijkertijd zoo krachtig, dat men er zich wel aan onderwerpen moest. En nu duurt hij al sinds tientallen jaren, dringt steeds dieper de gedachtenwereld der West-Europeesche volkeren binnen: de Skandinavische literatuur is op 'toogenblik een element en een hoogst belangrijk element in de vorming van den modernen geest. Maar zooals het veelal gaat: de letterkunde van een volk, dat een weinig bekende taal spreekt, wordt slechts broksgewijze in het buitenland bekend gemaakt en dikwijls is de keuze der boeken, die worden vertaald, toevallig en willekeurig. Zoo kan men de beteekenis dier literatuur niet overzien, men kan er licht toe komen uit die toevallige keuze te gaan generaliseeren en het zoo gevormde oordeel kan verkeerd, in elk geval eenzijdig zijn. Een overzicht van die letterkunde in haren samenhang, eenerzijds met het geeste lijke leven van het volk, anderzijds met de literaire stroorningen in het buitenland, is dus een noodzakelijk correctief. Voor wat Noor wegen bstreft, bezitten wij nu het boek van Prof. R. C. Boer, dat dezer dagen in de VolksUniversiteits Bibliotheek islverschenen: Noorwegen's Letterkunde in de Negentiende Eeuw." Dit werk geeft ons juist wat wij voor ons land noodig hebben. Hier is geen eindelooze opsomming van schrijvers, geen uitvoerig feitenmateriaal, dat den belangstellenden leek niet anders dan verbijstert; hier vinden we uitvoerig en helder geteekend de dichters, die ons volk ai kent en enkele anderen, die het wenschelijk zou zijn spoedig te leeren kennen. Maar wat dit boek tot zoo'n boeiende litera tuur maakt, dat is: de ontwikkeling te kunnen volgen van een paar der voornaamste en meest invloedrijke schrijvers, Juin geest zich te zien ontwikkelen in wisselwerking van eigen aanleg en invloeden van buitenaf; dat is vooral ook, die literatuur te zien tegen den achtergrond van het Noorweegsche leven zelf. Wil men de beteekenis der Skandinavischt literatuur voor het Europeesche geestesleven bepalen, dan is uit den aard der zaak daartoe de Noorweegsche letterkunde op zichzelf niet voldoende. Immers, een belangrijk aandeel had daaraan ook de Zweedsche, in mindere mate en in ander opzicht de fX'ensclie litevatuur. Wanneer men Ibsen en rJjörnsnn roemt, dan heeft men daarmede slechts op enkele uitingen van het Skandinavisme ge wezen; Geyerstam, Selma Lagerlöf en vooral Strindberg wekken weer de gedachte op aan geheel andere dichter-persoonlijkheden, die in aanleg en invloed die der Noren in menig opzicht kruisen.Maar toch zijn in de Noorweeg sche letterkunde wel degelijk de karakteris tieke eigenaardigheden bijeen, die het wezen van den Skatidinavischen invloed bepalen. Toen de golven der Romantiek hoog gingen, werden de gedichten en sagen uit den OudNoorschen tijd in vertaling en bewerking door heel Europa verbreid en gaarne gelezen. Wat een perspectief opent in dit opzicht alleen maar de titel van Han d'Islande; en tevens wat een wanbegrip verraadt elke bladzijde in dit jeugdwerk van Victor Hugo. De nevels van de Ossian-po?zie vervaagden ook het beeld van het oude Skandinavishce heldenleven, hoe raak en scherp dit ook geteekend was in de oude literatuur; en de romantische drift naar gevoelsdweperij kon zich in een aldus aan den tijdgeest aangepaste wereld uitleven. Voor de literatuur van dien tijd levert Noorwegen dan ook niet den inhoud, maar uitsluitend enkele vormen, die bovendien nog zoo werden verwerkt en veranderd, dat ze niet meer te herkennen waren. De letter kunde van Noorwegen zelf komt via Dene marken onder den invloed van de algemeenEuropeesche Romantiek, die hier behalve haar gewone, overal gelijkelijk optredende eigen schappen, in enkele ondergeschikte punten een meer Noorsch karakter heeft. Maar tegen het midden van de 19e eeuw treden de beide dichters op, die weldra Europa zullen dwingen te luisteren, naar wat men in het Noorden te zeggen heeft: Ibsen en Björnson. Maar de jaren, waarin deze talenten rijpen, gaan eerst ongemerkt voorbij; pas, wanneer zij op het toppunt van hun roe/n gekomen zijn, dringt hun werk tot buiten de enge grenzen van hun eigen land. In de tachtiger jaren treden vertalingen van hun tooneelstukken voor het eerst in ons land op; maar dan zien we ook meteen hoe groot de belangstelling voor de Noorsche literatuur is: En Folke fiende, in 1882 geschreven, wordt reeds het volgende jaar in het Nederlandsch vertaald. De beteekenis dezer beide schrijvers is zeer verschillend. Wat dichterlijk talent betreft, is Ibsen stellig de grootste van beiden Prof. Boer heeft dit op nadrukkelijke en overtui gende wijze betoogd. Maar ook is de reden, waarom ze de aandacht van het buitenland trokken, zeer onderscheiden. In Björnson was wel allereerst zijn sentimenteele romantiek in dit opzicht van de grootste beteekenis: Synnöve Sol bakken is een allersnoezigste boerenidylle, die voor menigen lezer en menige lezeres een machtige bekoring had. Ook zijn breedsprakigheid en hoogdravendheid, meer dan eens in bombast overslaande; zijn herhalen van de politieke en andere denk beelden, die in zijn tijd en vogue waren, deden voor zijn stem weerklank vinden in menig argeloos hart. Hij was meer van sensueele bekoring. Ibsen daarentegen was heel anders: in hem viert liet realisme een van zijn schoonste triomfen. En door hem wordt op meesterlijke wijze beschreven en ontleed en gegeeseld, wat toen de hoofden warm maakte en de geesten gevangen hield. Door zijn sociale drama's is met n slag de aandacht van denkend Europa op het Noorden gevestigd. DJ woorden, die de Fransche literator Duhamel dezer dagen in ons land gesproken heeft over het verschil tusschen de Noord en Zuid-Europeesche karakteropvatting, heb ben mij duidelijker dan ooit een belangrijke zijde van zijn beteekenis doen beseffen. De mogelijkheid een karakter op te vatten als een complex geheel, waarin velerlei tegen strijdigheden tot uiting kunnen komen, is eerst door Slavische en Skandinavische schrij vers denLatijnschen geest fel bewust geworden. En juist in dit opzicht heeft Ibsen belangrijk werk gedaan. Ook hierdoor zal'zijn beteekenis grooter en van langer duur zijn, dan die van elk zijner werken afzonderlijk: deze kunnen verouderen, maar hebben dan toch de Eu ropeesche literatuur in velerlei opzicht ver diept en verrijkt. Vaak hoort men noemen als een kenmerk van de Skandinavische literatuur haar drooinerige stemming, of laat ons maar zeggen, haar mistigheid en nevelachtigheid; daar naast haar zwaarmoedigheid, soms zelfs troosteloos pessimisme. Zelfs Ibsen, hoe Europeesch in menig opzicht ook, heeft dezen indruk gewekt vooral met zijn latere dra ma's. Maar toch schijnt het mij toe, dat hier meer schijn dan werkelijkheid is. Vooral moet men bedenken, dat in menige vertaling, misschien onbewust, deze eigenaardigheden sterker aan den dag treden, dan in het origineel het is of men een zekere sentimentaliteit er in wil leggen, desnoods met eenig geweld. Droomcrs heeft Noorwegen inderdaad wel gekend: Sigbjörn Obstfelder, van wien de voornaamste werken nu ook in Nederlandschc vertaling verschenen zijn, isvan deze een merk waardig voorbeeld. Maar had men in Frank rijk niet het Symbolisme? En was er ook niet Maeterlinck geweest? Wanneer wij echter de zuiver-Noorsche schrijvers lezen zij die het landsmaal" ge bruiken en gegroeid zijn uit de gedurende eeuwen in haar nauwe dalen afgesloten boe renbevolking, dan worden we juist getroffen door een ongewone scherpte van teekening, rake uitbeelding, een kristalheldere taal en een zeer zuiver, zeer beheerscht gevoel. Arne Garborg is van dezen de belangrijkste intellect naar gewicht, maat en getal kan uit drukken. Men zal mij tegenwerpen, dat men in maat en getal slechts de feiten en de wetten kan weergeven, maar, dat men, wanneer men iets dieper wil doordringen en naar verklaringen zoekt, evenzeer vast zit aan de ingeboren instinctieve voorkeur voor bepaalde begin selen als de Christen vast zit aan Bijbeltexten. Dat geef ik toe, maar vind juist daarom, dat men zich zooveel als doenlijk is, moet beperken in het volgen der verleidelijke neiging om de eerste oorzaken en de laatste verklaringen te willen kennen. Theorieën over het innerlijk wezen van kracht en stof, over den oorsprong van het Heelal, over den figuur en in ons land ook wel bekend. Maar naast hem staan een aantal andere schrijvers van gelijken aard, hoewel met minder talent, van wie verschillenden de moeite van het vertalen waard zouden zijn. En dan zou men een andere zijde van het Noorweegsche zieleleven kennen. En pessimistisch? Maar mijn hemel, is dan de moderne maatschappij iets, dat tot blijheid stemt? Is de zwaarmoedigheid niet een vast kenmerk van een groot deel onzer hedendaagsche literatuur, en zelfs waar ze schijnt te schertsen, is ze ook dan niet vaak vol bitteren zelfspot? Maar om nog eens het voorbeeld van Garborg te noemen, men kan een donkeren kijk hebben op de samenleving en toch van harte lachen om haar dwaasheden, die heusch niet alle zoo tragisch genomen behoeven te worden. En die ronde, gulle lach, zonder aanstellerij en zonder sentimenteele allures, vindt men op vele plaatsen in Garborg's werk in het boek van Prof. Boer wordt daarvan juist een kostelijk voorbeeld aange haald. Meer nog dan Garborg, is Hamsun beroemd. De Nobelprijs was een bekroning van een mooi dichterschap, maar tevens de aanleiding tot groote populariteit. Hij stelt nu de andere Noorsche schrijvers wel wat al te zeer in de schaduw. In hem vinden we dikwijls een ietwat vage, melancholieke stemming, die den lezer wikkelt in een weemoed zonder tranen, maar van zeldzaam ontroerende werking. In korte, eenvoudige zinnetjes worden simpele dingen gezegd, maar getuigend van zooveel be rusting, dat men daarachter vocii een grow: en ernstig geleden leed. Maar weer de vraag: is dit bijzonder Noorsch? Waarop het antwoord zou kunnen zijn: En de weemoed van Arthur van Schendel dan, die ook een stemming van onverklaarbare, onvatbare droefheid wekt als van een onvervulden droom? Is niet eerder deze hoog verfijnde kunst een produkt van een langzame ontwikkeling, waarbij de invloed juist der algemeen-Europeesche lite ratuur van groote beteekenis is geweest? Wij hooren in Hamsun geen stem uit een ver, vreemd land, maar juist een zeer bekend, na verwant geluid, dat ons zoo wonderlijkvertrouwd is. Wie de literatuur-geschiedenis van Prof. Boer doorleest, zal eerst goed beseffen, hoe fragmentarisch de Noorsche literatuur hier bekend is. In het werk van menig schrijver zijn heel wat gapingen, als wij alleen de ver talingen nagaan. Voor Arne Garborg geldt dit wel heel sterk. En in niet mindere mate van de schrijvers in de volkstaal, die voortreffelijke schetsen van het boerenleven hebben geschre ven, die daarop een anderen kijk geven, dan Björnson met zijn idealizeering, zooals in sommige tijdperken der geschiedenis de stads mensen van het landleven schept. Schrijvers aard van het Leven, zijn ten slotte niets meer dan genoegelijke droomerijen. Nog altijd is mijn overtuiging dezelfde als die welke ik nu voor dertien jaren bij mijn intree als hoogleeraar te Amsterdam neergelegd heb in de aanhaling van het beroemde vers van Dante: Houdt u o Menschen aan het omdat!" Dus: houdt u aan de dingen zooals ze zijn en vraag niet naar oorsprong of oorzaak, die toch voor het menschelijk brein ondoorgrondelijk zijn. (i. VAN R i j N B E R K *) De Joodsche Cabalisten uit de School van de Zohar noemen deze periode En-Soph, wat ongeveer het , .Negatieve Zijn" beteekent. als Peter Egge, Jens Tvedt, Olaf Duun zijn in dit opzicht van beteekenis: zij geven ons niet iets nieuws van fundamenteele waarde, maar wel een anderen kant van het moderne geestesleven door haar specifiek Noorschen vorm. * Daarentegen is Hans Kinck een schrijver van heel ander temperament. Wijl hij op de grens van 19de en 20ste eeuw staat, heeft Prof. Boer hem maar vluchtig geschetst, voldoende toch om te beseffen, dat we hier voor ons hebben een persoonlijkheid van zeer bijzonderen stempel. In hem overweegt meer de algemeen Europeesche kultuur, maar toch in zoo'n apanen vorm, dat hij van een groote beteekenis is. De Nocrsche literatuur is in menig opzicht anders dan de Zweedsche in beide openbaart zich een volk met een ander temperament. De klare bergmeren van Noorwegen, de geweldige gletschers en majestueuze fjor den, hebben in het volk niet aangekweekt de drooinerige stemming van een idyllische natuur. Er is een trek van hardheid en stug heid in dat volk van boeren, die te vechten hadden tegen eenmoeilijk-bedwingbare natuur; ze hebben een neiging tot koppigheid en onverzettelijkheid, die zich op twee manieren uiten kan, in geestdrijverij en in radicalisme. Maar daarnaast als noodzakelijk complement een nuchter, zakelijk verstand, dat let op het naastbijliggend goede, liever dan op het verder verwijderde betere; het is zoo te begrijpen, dat het Noorsche leven zoo sterk veramerikanizeerd kon worden. Dit alles echter zijn eigenschapppen van een vofk, dat een literatuur kan scheppen van diepen ernst en groote bezonnenheid. De deur tot de kennis van deze schatten heeft Prof. Boer met zijn boek wijd open gezet; het is te hopen, dat velen zullen binnengaan. Arnhem. A N D E V K i E s Rugpijn -^-^^ \( Niets bestaat er dat beter is dan Sloan's lyiniment. Stilt de pijn suel en zeker. Houdt het in g-ereedheid voor Kheumatïek, Neuralgie, Ischias, Verstuikinen en andere pijnen. Dringt oor zonder inwrijven. Verkrijgbaar bij alle Apothe kers en Drogisten. Prijs, f-1. SLOAN'S Liniment

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl