Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
3 Maart. '23. - No. 2384
DE NIEUWE KOERS IN DE VEREENIGDE STATEN
Teekening vuvr ,,de Amsterdammer" van Jorduan
Anno 1923 : Amerika ontdekt Europa
eerlang zonder het Ruhrgebied geen voort
gang hebben kan; door de industrie af te
snijden, de kolen vast te houden, enz., zou
het Duitschland eerlangop de knieën kunnen
krijgen. Maar wie weet, of zulke stoffelijke
motieven nog geldigheid houden, en of 't uit
houdingsvermogen der Duitsche natie niet
veel verder gespannen kan worden?
Directe stoffelijke redeneerfngen gelden ook
voor Frankrijk niet meer. Wie met Duitsch
land daarop rekent, rekent alweer te vergeefs.
Het idee, aanstonds met de Ruhrbezetting
geldelijke voordeden te behalen, is sinds eenige
weken opgegeven. Kolen, betalingen, panden,
zij blijven op het oogenblik verre; maar het
Fransche publiek vraagt er niet meer om.
Het vraagt er ook niet meer om wat het
beteek«nt dat de bezetting dagelijks bijkans eeni
ge millioenen kost. De Fransche natie heeft
er zich volkomen in gegeven, dat zij de onder
neming doorzetten moet, teneinde Duitsch
land voor de toekomst tot voldoening en tot
nalevi ng van het tractaat te dwi ngen. Poi ncar
heeft een overgroote meerderheid achter zich.
Aan oppositie waagt niemand zich, ook al
omdat niemand op het oogenblik de verant
woordelijkheid voor eene verandering van
politiek zou aandurven. Daarom is zijne positie
sterk, en Bonar Law moet gefantaseerd heb
ben toen hij onlangs in het Lagerhuis ver
klaarde dat de tusschentijdsche verkiezingen
in Frankrijk tegen Poincaré's politiek uit
vallen. Men heeft hierin niet anders dan een
misverstand te zien. Binnenkort zal Frank
rijk zijn eigen burgers een groote leening vra
gen tot dekking van de kosten en uitgaven. De
boeren staan reeds klaar die leening te nemen,
en daarmede de regeering nog verder te steu
nen. De kritiek, die het buitenland op Frank
rijk oefent, het gevoel van isolement waarin
UTEN1UK i FOLMEI
SPEC IALITE IT;
Vorhuizingtn ondtr Garaniio
Bergp/aatten roor lnto»t/a/t
II IIIIMIIIIIMMIIIMIIMMIMIMIIIIlmil U1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIII
de natie geraakt, maakt haar nog resoluter.
Zij wordt prikkelbaar, en wijst alle idee op
bemiddeling terug.
Zoo staan de zaken over en weer, en over
en weer ziet men er nauwelijks verwrikken
meer aan.
Twee mogelijkheden doen zich, zoo er niets
anders bizonders gebeurt, voor. Of, na
geruimen tijd, van wellicht meer dan ettelijke
maanden, moet Duitschland ten slotte het
hoofd in den schoot leggen, en beleeft het ten
tweeden male een echec van zijn nationalis
tische leiding, een echec dat dan wel nog veel
meer versterking aan de linkerzijde brengen
zal, die nu veel meedoen moet dan haar
eigenlijk lief is.
Of, over ongeveer een maand, is de span
ning en de' gisting onder de Rijksbevolking
zoo hoog geloopen, de strijdlust tegen den
Franschen zoo sterk en de nervositeit onder
de bezettingstroepen zoo groot, dat het daar
tot een uitbarsting van de arbeiders komt.
In een zoo dichtbevolkte streek, aan sterk
opzweepende propaganda'onderhevig, is dit
allerminst uitgesloten. Wat van een dusdanige
uitbarsting de verdere gevolgen zouden zijn,
vraagt men zich met huivering af.
Beide mogelijkheden worden door de re
geeringen in Europa ernstig onder de oogen
gezien. Ook de eerste zal veel verlies met zich
meebrengen, en zooveel verder wantrouwen
en verbittering, dat zij alles behalve een
idiaal is.
't Is evenwel duidelijk, dat zonder
derdentusschenkomst voorloopig er wrikken noch
wegen aan is. De wereld staat machteloos.
Staat zij inderdaad? Zijn wij waarlijk weder
terug in de phase, waarin de omgevende
mogendheden lijdelijk hebben aan te zien wan
neer twee harer te zamen aan het worstelen
zijn?
Men zou toch zoo denken, dat wij nu juist
dat tijdvak heeten voorbij te zijn, en dat zulk
een vernietigend conflict als aan Ruhr en Rijn
wordt afgespeeld, aller zaak moet worden ge
noemd, die allen gezamenlijk behooren te ver
helpen !
Waarom er dan geen poging gedaan wordt
teneinde tot eene regeling, tot eene oplossing
te geraken?
Omdat, zegt men, het toch niet geven zou.
Omdat Frankrijk er slechts meer door geprik
keld zou worden, en Duitschland er alleen
fUlllffffflffffll
niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiu
DE SCHUTSPATROON VAN
HET SCHRIJVERSGILD.
Wanneer morgen de Nederlandsche Jour
nalistenkring haar jaarlijksche algetneene ver
vergadering houdt, zal de heer Hans in zijn
openingsrede er aan kunnen herinneren, dat
ten overstaan van zijn gildebroeders een
verzuim is hersteld. En Dr. Boutens zal,
wanneer in den zomer de Nederlandsche
letterkundigen weer samen gaan dineeren,
dezelfde opmerking niet achterwege laten. .
Het is een teeken yan toenemende maat
schappelijke waardeering dat de schrijvers en
journalisten thans ook hun schutspatroon
hebben. Heeft.men er wel eens opgelet, hoe
zeer de intellectueelen in dit opzicht steeds
-bij de handwerkers ten achter stonden?
De schoenmakers bezitten hun Heiligen
Chrispijn, de jagers hun Hubertus, de smeden hun
Eligius. Waarom moeten de intellectueelen
het zonder beschermheilige doen?
Men huldigt wel eens de meening, dat de
godsdienst slechts" iets voor het volk is.
De vertegenwoordigers van kunst en weten
schap hebben van ouds her met de vertegen.
woordigers van de kerk min of meer op ge
spannen voet gestadn. Kennis blaast op en
kunst maakt hoovaardig; auteurs en artisten
kunnen het in hun schuldig zelfbewustzijn
zonder den Hemel stellen.
Zou dit de oorzaak zijn, dat er onder het
geschrevene en gedrukte in de wereld zooveel
goddeloosheid schuilt? Maar mag men dit
den schrijvers verwijten, die niet als de smeden
en schoenmakers weten, tot wien zich te
moeten richten, zoo hun geweten in nood ver
keert? Waarom komt de kerk thans eerst met
zijn beschermheilige, nu er reeds zooveel is
bedorven?
De kerk heeft, als religieuze openbaring
van maatschappelijke verhoudingen, rekening
te houden met de sociale beteekenis van de
geestelijke beroepen. Eerst wanneer deze
in de oogen der menigte van voldoende
belang blijken om Kerkelijke sanctie te recht
vaardigen, is de tijd voor het schutspatronaat
aangebroken.
Welke groepen onder de intellectueelen
genieten van oudsher populariteit? Het zijn
de geneesheerenen de advocaten. En wat is het
populaire beroep onder de schoone kunsten?
Het volk kent den schilder het best. En zoo
is het geen toevalligheid, dat juist deze drie
vertegenwoordigers van wetenschap en kunst
zich in de bescherming van een schutspatroon
mogen verheugen. Sinte Cosmas en Damianus
belichamen de populariteit van den arts;
Sint Ivo bewijst, dat het volk naar den
advocaat loopt en Sint Lucas brengt in her
innering, hoe onze klassieke schilders zich
onder de menigte plachten te bewegen.
Zoo zal dan de heilige Salesiër de algemeen
heid van het boek en de krant personificeren.
Inderdaad is, als men de zaak zoo beziet,
de encycliek, waarmee paus Pius XI op 20
Januari 1.1. den H. Franciscus van Sales op
plechtige wijze tot schutspatroon der jour
nalisten en schrijvers verhief, een stuk van
beteekenis ook voor de niet-Roomsche wereld.
Misschien doe ik mijn confraters, die niet
in de gelegenheid zijn geweest, reeds met hun
beschermheilige kennis te maken, een dienst,
hier een en ander omtrent hem te vertellen.
Franciscus van Sales is in 1567 geboren en
in 1622 als bisschop van enève gestorven. Hij
behoort met de allergrootsten uit vroeger eli
later tijd, waaronder Athanasius,
Cluysostomus, en Augustinus maar ook Thomas van
Aquino en Alphonsus van Signori tot de
doctoren der kerk en geniet derhalve groot
gezag. Zijn doctoraat dateert uit 1878 en is dus
nog slechts van betrekkelijk korten duur.
Tijdens zijn leven heeft hij zich als
tegenreformator en ketterbestrijder onderscheiden;
hij heeft belangrijke domeinen voor de kerk
heroverd en bezat grooten invloed in hoofsche
VRAAGT BEKNOPT PROSPECTUS
van zou profiteeren zoo het onbillijk bevoor
deeld worden kon....
Het is zeker waardat pogingen tot
tusschenkomst of bemiddeling geheel te ontraden zijn
indien zij geen redelijk uitzicht bieden cp eenig
resultaat. Men kan 't volkomen begrijpen,
indien eene enkele regeling, al wordt zij daartoe
aangezet, niet het moreele echec wil riskeeren
van een volkomen mislukking. Daarom is de
houding van den Zwitserschen Bondsraad
volkomen te verklaren, toen die weigerde op
den aandrang om den Volkenbond aan te roe
pen, in te gaan. En hetzelfde kan worden ge
dacht van de wenken die nu tot den heer Van
Karnebeek worden gericht, om hem te
animeeren op te treden als bemiddelaar. Het is
moeilijk te denken dat zulk eene poging van
den Nederlandschen staatsman veel uitwerken
zou.
Maar is er dan geen macht denkbaar, aan
welke betere uitkomst voorspeld worden kan?
Wij schakelen aanstonds Noord-Amerikauit.
leder weet, welk prestige de Unie zou kunnen
uitoefenen. Maar ieder weet ook, dat zij niet
wil, en niet kan. Zij wil niet, omdat zij ver
bluft en gechagrineerd verklaart den
Europeeschen verwikkelingen verre te staan. Zij
kan niet, omdat de naïeve democratie van
over den Atlantischen Oceaan niet over de
capaciteiten, niet over de staatslieden be
schikt, die in dezen de leiding zouden kunnen
nemen. De pogingen der Engelsche liberalen
om Amerika voorop te schuiven, zijn onprak
tisch. Zij doen beter te blijven kijken in eigen
huis.
Indruk zou alleen kunnen worden uit
geoefend door een groep van Europeesche
regeeringen, wier gezag zou liggen in hun
collectiviteit, en die zon moeten worden voor
gegaan door Engeland.
Inderdaad treft op het oogenblik
rootBrittanniëeen zware verantwoordelijkheid.
Het voert een soort onbeholpen onthoudings
politiek. Het laat Duitschland stikken, maar
Frankrijk wurmen. Het houdt zich stil, deels
uit traditie, want Engeland laat altijd gaarne
begaan", en komt daardoor o zoo vaak te
Iaat. Deels ook wegens het gemis van eenen
scheppenden staatsman, gelijk Disraëli ge
weest zou zijn. Engeland wordt op het oogen
blik geregeerd, wanneer men Curzon uit
zondert, die een sterke doorvoerende, maar
geen scheppende geest is door een goedwil
lende middelmaat. Deze middelmaat is blijk
baar niet in staat te doorzien welk een macht,
geweldlooze, redelijke macht, Engeland zou
kunnen uitoefenen wanneer het zich d la tête
stelde van een optreden, waaraan verder
Italië, Spanje, Zweden, Nederland, Zwitser
land, Denemarken, Noorwegen en andere
zeker wel mee zouden willen doen, indien
eenmaal het Engelsche prestige, en een goed
doordacht plan, hun steun gaven.
Het collectieve eener dusdanige démarche
zou haar kracht en hare rechtvaardiging
tegenover beide partijen zijn. Het Engelsche
initiatief zou haar uitvoerbaar maken.
Frankrijk staat ongetwijfeld op het oogen
blik zoo, dat het eiken aandrang afwijzen zou,
ook den bovenbedoelden, zoo daarin voor
Duitschland de mogelijkheid lag, zich gemak
kelijker aan zijne verplichtingen te onttrek
ken of er zich van af te maken. Men zou dit
van Frankrijk ook niet anders kunnen vergen.
Bijna iedereen ziet tegenwoordig wel, hoezeer
de geallieerden op het stuk der betalingen door
Duitschland bij den neus zijn genomen, en hoe
misleidend de Duitsche betuigingen van on
macht zijn; men heeft slechts te denken
aan wat het land in dienzelfden tijd binnen
lands aan subsidiën heeft betaald. Met veel
recht zou Frankrijk overigens voortgaan den
intervenienten toe te voegen: gij hebt mij tot
dusverre alleen voor de moeilijkheden laten
staan, en ik erken alleen uw recht, u met
de zaak te bemoeien, wanneer gij daarbij te
vens toont iets uwerzijds te willen doen, om
mij mijn recht te verzekeren.
Ook zou elk voorstel tot mediatie in beginsel
op de naleving der tractaten moeten staan; en
dit zou ook tegenover Duitschland duidelijk
moeten zijn. Dit eischt het Europeesche be
lang evenzeer.
Waarschijnlijk zou dus, bij wijze van inter
nationalen waarborg, een internationale con
trole voor de Duitsche vergoedingsbetalingen
moeten worden voorgesteld; een voorstel
kringen. Voornamelijk onder de vrouwen telde
hij zijn aanhang; zijn voornaamste stichting
is die van de Zusters der Visitatie in 1604; in
dat genootschap, dat zich door gemakkelijke
orderegelen onderscheidt, en dat volgens de
pauselijke encycliek gematigdheid en zacht
heid" ademt, vinden maagden en weduwen,
zwakken en zieken" en ook zij die door den
ouderdom nedergeworpen zijn, in n woord,
allen wier krachten een voortdurende
geestesinspanning niet schijnen toe te laten," een
toevlucht. Zelfs zeer zwakke kloostervrou
wen" vinden er een taak.
In verband met het schutspatronaat is het
wel merkwaardig, dat de Salesiërs, er is
ook een mannelijke orde aan den Doctor ge
wijd zich voornamelijk bezighouden met
jeugdwerk, voornamelijk onder den hand
werkersstand. Evenmin als de quietistische
mystiek van Franciscus en zijn vaak met
geweldmiddelen gepaard gaand bekeeringswerk
schijnen de door hem geschreven Brieven,
predikatiën en zijn beide geschriften
Philothea" en Traite de Famour de Dieu" hem tot
beschermheilige inzonderheid van auteurs te
hebben voorbestemd.
Ik geloof niet zoo ver mis te zijn, wanneer
ik het een bloqte toevalligheid noem, dat juist
nu de Paus aan een schutspatroon voor schrij
vers was gaan denken, Franciscus van Sales
het derde eeuwfeest van zijn sterven vierde".
Was Anselmus of Livinus aan een eeuwfeest
toe geweest, allicht hadden de journalisten
een anderen patroon gekregen. Van laatst
genoemde zou paus Pius dan met een beroep
op (ihesquierus kunnen hebben getuigd dat de
fraaie letteren zijn bizondere belangstelling
genoten.
De beweegredenen tot de benoeming van den
Salesiër tot beschermheilige van de auteurs
omschrijft de encycliek, waarvan wij in de
Maasbode van 31) Januari een vertaling lezen.
Omtrent het J werk van den journalist zi'gt
paus Pius XI daarin:
waaraan Duitschlaiid zich niet met fatsoen
zou kunnen onttrekken, en dat eene amendee
ring zou zijn van het indertijd zoo ongelukkig
voorgebrachte schema van Bonar Law.
Aan den anderen kant zou een redelijke,
definitieve vaststelling van het schadever
goedingsbedrag moeten worden aan de hand
gedaan. Voor Duitschland een levenseisch,
zou dit ook voor Fraiirkijk een voordeel zijn.
Dit land heeft meer belang bij een redelijk
bedrag dat betaald, dan bij een fictief bedrag
dat bij voortduring ontdoken wordt.
Hoe hoog dat bedrag zou moeten worden
bepaald, is een vraag waarover aanvankelijk
de Fransche, de Duitsche, en de
bcmiddelingsopinie's uiteen zouden loopen. Maar men mag
aannemen, dat het ten slotte doenlijk zou zijn
een algemeen accoord te vinden.
Nog meer zou het bemiddelingsvoorstel
moeten omvatten: in de eerste plaats een
plan tot regelingderiiitergeallieerde schulden;
in de tweede plaats een internationale mede
werking tot het reorganiseeren der Duitsche
financiën, met eene leening incluis; en in de
derde plaats een duidelijke erkenning, door
Duitschland, van den bestaanden internatio
nalen tractaatstoestand, hetgeen misschien het
beste door zijne toetreding tot den
Vrlkenbond zou worden gemanifesteerd, 't geen
tevens bijzondere garantieregelingen over
bodig maken zou.
Een dergelijke bemiddelingsvoorstel zou tot
uitvoerige onderhandelingen met de beide
partijen leiden moeten, gedurende welken tijd
de Fransche Ruhrbezetting aanvankelijk niet
opgeheven, rnaar wel gereorganiseerd worden
zou, en meer tot hare oorspronkelijke af
metingen teruggebracht.
Het is te voorzien dat een dusdanig voor
stel in Duitschland, na eenige teleurstelling,
aanvaard worden zou. De grootste teleurstel
ling is daar geleden, sinds men ziet dat noch
Engeland, noch Amerika, noch de andere,
de neutralen", het voor Duitschland willen
opnemen. Alle eerlijke en goedwillende ele
menten in Duitschland zouden er mede ac
coord gaan.
Voor Frankrijk zou het eene behoorlijke op
lossing brengen, zijn belang waarborgen en
ook zijn veiligheid, zonder Duitschland te
ondermijnen.
Een feit blijft in elk geval, dat hoe dan ook,
in den geest als uiteengezet, voorstellen te
doen zouden zijn; en dat de Londensche re
geering de aangewezen macht is, die de mede
werking van anderen zou kunnen verkrijgen
om in dien geest een collectief beroep te doen.
In de Engelsche onthoudingspolitiek van
het oogenblik ligt een geweldige verantwoorde
lijkheid, welke aan dit land niet ten zegen
strekken kan.
B R A N D A R i s
BRIEVEN UIT AMERIKA
Het is altijd moeilijk politieke briveen te
schrijven in een tijd waarin elke nieuwe
editie van het namiddagblad weer verdere
dwaze Europeesche verwikkelingen kan
brengen. Wat ik u heden schrijf is morgen al
weer niet meer waar en overmorgen oude kost.
Daar zond ik zoo tegen Kerstmis een lang
relaas over de afschafferij en over het drin
ken van ons vrije volk. Die brief was nog niet
weg of het geheele land zonk in een dergelijk
moeras van dronkenschap, dat het om te hui
len was. Ik heb in Holland en in Rusland en in
Skandinaviëen in Beieren gewoond en heb
van mijne dagen veel dronken menschen ge
zien. Maar iets dat ook maar in de verste verte
geleek op wat er hier in de kerstdagen aan
beschonkenheid vertoond werd, is mij nog nooit
onder de oogen gekomen.
Een oogenblik had ik het gevoel een
telegrammetje te sturen en te zeggen druk dien
brief niet". Maar ziet, de prophetische gave
die alle journalisten eigen is werd ook dezen
keer niet verloochend. De drank-kwestie
werd zoo schandalig, begon zoodanig de
aandacht te trekken, dat de gerechtshoven
eindelijk ernst van de zaak maakten.
Gisteren gingen vier heel bekende jonge
mannen uit de beste kringen van New York
voor twee maanden naar het gevang. Verleden
week zonden wij hier een bekend politicus
(candidaat voor het Congres van den
geheelonthoudersbond) voor dertig dagen naar het
cachot,voor openbare dronkenschap. De
drankvloot die tot nu toe rustigjes een paar meter
buiten de drie-mijlen-grens dobberde, wordt
verontrust door de anti-drank
kanonneerbooten. En de strijd tusschen wet en dronkenschap
wordt op serieuze wijze ondernomen. Een paar
boetetjes van een paar dollar, daar gaf de
goede burgerij niet veel om. Men betaalde en
dronk. Maar twee maanden houtzagen is geen
kleinigheid en men bedenkt zich twee keer
voordat men nu een distilleerderijtje inricht
in zijn kelder en de vrienden inviteert voor
een avondje met bier uit de eigen brouwerij.
Bovendien hebben we alweer zoo veel an
dere dingen die ons vervelen.dat we de drank
kwestie beginnen te vergeten. De vrome
gemeente ziet hoe de wereld met den dag
redelijker wordt en vecht een hevig achter
hoede-gevecht tegen alles wat onze planeet
iets vroolijker wenscht te maken.
Concerten op Zondag en sigaretten rooken
op de weeksche dagen zijn zoo kleinigheden op
ons programma. De echtscheiding, die in
sommige staten heelemaal niet bestaat en in
andere staten voor alles en nog wat gegeven
wordt, is weer op de agenda gebracht. Overal
weerklinken de bazuinen die de vrome ge
meente oproepen om den Duivel en alle zijne
booze werken nu maar opeens met behulp
van een dozijntje nieuwe wetten van dit aard
rijk te verbannen.
Ongeloofelijke dwazen van het
Bryangenre werken dag en nacht aan nieuwe be
palingen die het allen onderwijzers verbieden
zullen de kettersche leer van Meneer Darwin
aan de kindertjes te verklappen.
Onze Zaterdagsche kouranten zijn van het
eene end tot liet andere gevuld met annonces
van nieuwe Propheten die ieder op hun manier
het menschdom zullen redden van den ko
menden ondergang.
Zelfs de broeder van onzen geliefden Presi
dent doet mede en geeft den volke kond, dat
de wereld op drie April van het volgende jaar
zal vergaan opdat de Hemel mag weten welk
obskuur punt uit de Openbaringen tot waar
heid, zal worden gebracht.
De paar menschen, die er hun hersenen bij
gehouden hebben, zijn zoo beu van de heele
boel, dat zij maar zitten en wachten totdat
deze na-den-oorlog-dwaasheid tot een einde
zal zijn gekomen.
En dan is het werkelijk een genoegen mede
te deelen en te schrijven, dat een deel van de
vuile internationale wasch ten minste schoon
en wel aan het lijntje hangt:
Engeland zal zijn schuld betalen.
En algemeen vindt men de wijze, waarop
Engeland die schuld betalen zal, goeden rede
lijk. Men weet hoe hoog de belastingen in
Engeland nu al zijn en heeft respekt voor de
eerlijke koopmansdaad, die zegt we houden
ons aan het kontrakt en gij krijgt uw geld".
Om het geld is het eigenlijk niet zoozeer te
doen.
We hebben genoeg en ik geloof dat heel veel
menschen het gevoel hebben, dat we inderdaad
het best zonder die schuld konden doen. Maar
men is dankbaar dat ten minste een enkele
Europeesche natie het feit erkent, dat de
Amerikaansche duiten iets te doen hadden met
het winnen van den oorlog. Engeland heeft
zijn eigen zaak hier meer goed gedaan niet
dezen politieken zet dan met iets anders dat
dit wereldrijk ooit had kunnen doen. En het
heeft dit gedaan op het juiste oogenblik nu
Frankrijk ons laat weten dat de Zuster-repu
bliek er niet over denkt ons ooit een enkele
centime terug te betalen.
De Fransche pers heeft het ons heel duidelijk
gemaakt wat het Fransche volk voelt.
Frankrijk heeft door zijn zelf-opoffering
de wereld van het juk der Hunnen bevrijd.
De gierige Yankees, die alleen nog maar aan
het eindje van den oorlog mee deden, moeten
nu maar zien hoe zij hun penningen terug
krijgen".
Nu weten wij het ten minste.
Men is er niet eens boos over.
Men troost zich met de gedachte, dat men de
Latijnsche rassen nooit heel goed begrepen
heeft.
Maar langzamerhand komt men tot de
conclusie, dat alleen een samenwerken met
Engeland tot eenig redelijk resultaat kan voe
ren.
En Frankrijk verliest de glorie van Jeanne
d'Arc en wordt weer de oude Marianne, die
kousen breit $n een eerlijk duitje tracht te ver
dienen en als dit niet gaat, de oogen dicht
knijpt en het met een oneerlijk duitje even
lief neemt.
Men vindt haar nu eenmaal een aardige
vrouw en vergeeft haar veel.
Maar als het op ernstige zaken aankomt, dan
laat men het meisje alleen zitten en zoekt
andere compagnons, die minder phantasie
hebben, maar waar men zich beter op verlaten
kan.
H K N U K I K W I L L E M VAN L N
_
voor NEDERLAND en KOLONIËN
AMSTERDAM
en ROTTERDAM
Agentschappen in Nederland:
TILBURG LEEUWARDEN,
OISTERWIJK DENHOUT,
LOCHEM en BORCÜLO.
Agentschappen in Indië:
BATAVIA, SOERABAYA,
8EMARANG, BANDOENG, MEDAN en
WELTEVREDEN
Wat zij (de journalisten) zelf moeten
doen, leert de H. Kerkleeraar hun door
zijn voorbeeld duidelijk: dat zij n.l. de
christelijke leer zoo diep mogelijk door
gronden en volgens eigen krachten door
hnu ervaring kennen. De waarheid zullen
zij niet verminken, noch haar, om de gevoelig
heid der tegenstanders te ontzien, verzachten
of bemantelen. Zij zullen hun zorg besteden aan
den vorm zelf en de bevalligheid van hun taal
en zich beijveren hun gedachten uit te druk
ken in helderen en sierlijken stijl, opdat de
lezers door de bekoorlijkheid der waarheden
getroffen worden.
En indien zij dwalingen moeten bestrijden,
moeten zij deze dwalingen neerleggen en de
kwade bedoelingen der slechten weerstaan,
zoodanig echter, dat zij tegelijkertijd toonen,
dat zij zelf volkomen rechtschapen zijn en dat
bovenal de liefde hen inspireert."
Afgezien van de vraag of de deugden, die
hier inzonderheid aan den Salesiër worden
toegeschreven, als stereotiepe heiligendeugden
niet evengoed van eiken anderen heilige kun
nen gelden, is hetgeen de Paus hier den
auteurs en journalisten tot eisch stelt
navolgenswaardig ook voor die confraters, die zich
niet tot de Katholieke mannen" rekenen.
Al mogen wij zonder eenige chauvinistische
bijgedachte en in volkomen objectieviteit
verklaren, dat de vermaning voor de
buitenlandsche pers meer belang heeft dan voor
die binnen onze landpalen, de hardnekkige
aanvallen op de integriteit van het
schrijversgild maken van lieverlede ook ten onzent een
schutspatroon dringend noodzakelijk.
In n opzicht Is het voorbeeld van onzen
Beschermheilige bepaaldelijk aanbevelens
waardig. Het vergt steeds meer van den jour
nalist en van den auteur, tegenover de ver
drietelijkheden van het vak en de ongunst
der tijdsomstandigheden" zijn kalmte te
bewaren. Franciscus behoort in zoover niet
tot het stereotiepe heiligendom, dat hij prat
kan gaan op onbestreden deugdzaamheid.
Van huis uit een driftige natuur, leerdehij zijn
gemoedsbewegingen beteugelen.
Hoezeer hij in deze zelfoverwinning een
held is geweest, wordt", aldus de encycliek,
schitterend bevestigd door hetgeen aan de
nagedachtenis is overgeleverd, dat n.l. de
geneesheeren die zijn lichaam na zijn sterven
verzorgden, bij het afleggen hebben bevonden,
dat zijn gal bijna versteend was en tot kleine
steentjes vergruizeld; uit welk wonderbaar
geval zij hebben opgemaakt, hoeveel kracht
en hoe groote inspanning het hem moet ge
kost hebben om gedurende vijftig jaren zijn
aangeboren driftigheid in toom te houden."
De gal van den schutspatroon der journa
listiek moge tegen den inwendigen strijd niet
zijn opgewassen geweest, zijn hart - en dit is
toch het voornaamste, niet waar? - is intact
gebleven. Men bewaart het te Trier en wanneer
er nogmaals een internationaal
journalistencongres wordt belegd, zie ik de confraters,
inplaats van naar Honolulti, derwaarts ter
bedevaart tijgen. Zij zullen de keus hebben
tusschen Trier, waar het hart, en Amiecy,
waar de ziel van hun schutspatroon rust.
Spoedig zie ik het portret met den mooien
weiverzorgden baard; den gladden, edelen
schedel, de starende heiligen-oogen en de
gezette gestalte, op de schrijftafel der
gildebroeders prijken.
'? De Parijsche uitgave van de Oeuvres clwisies,
(A. Roger et F. Chernoviz 10! 0), die met
dit conterfeitsel is verlucht, bevat ook een
facsimile, waaruit blijkt, dat onze bescherm
heilige bij al zijn deugden toch in ne hoofd
ondeugd der broederen heeft gedeeld: zijn
pootje is voor den zetter haast niet te lezen.
Het is een verbetering dat we tegelijk met
den schutspatroon ook de schrijfmachine
hebben gekregen.
Haarlem. H. U. C \ N N i: <; i r. T i; K