Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
14 April '23. No. 2390
RIJM-KRONYCK
ROTTERDAMSCHE COLLECTANTEN
De Rotterdammer beklaagt zich over
het optreden van het werkloozen Agi
tatie Comité: Zij trekken de
schellen bijna uit de deuren wanneer
ze huis aan huis.. aanbellen" om een
gift in hun bussen. En menigeen geeft
uit angst voor de dreigende blikken en
en brutale woorden TERRO
RISME..?'
De ledigheid, het is al vaak geschreven,
strekt Satan zelf als kussen voor zijn oor.
Dus, mannen, óp.. ! We moeten allen leven
en Wilton-Werk, daar voelen wij niet voor
Wij wenschen niet maar wat te lanterfanten,
neen, wij zijn militante-collectanten,
FraternitélibertéCHARIT
Wij rennen rond, als Trotzkys fiere Russen
en zwaaien dreigend de collecte-bussen
van 't werkloos' Agitatie-comit
En niet voor niets.. Geen deur blijft ons ge
sloten ..
Wij sparen niets: geen huisdeur en geen bel..
Wij rukken., bonken, trappen, slaan en
stooten..
Ha.... de weldadigheid gehoorzaamt wel..
Wij toonen dat wij heusch wel willen werken"
dat zullen ze aan hunne gevels merken.... !
die 't teeken dragen van de kracht van de
Idee.."
Wij smeeken niet.. Wij zijn geen laffe slaven..
weineen: wij dreigen.. vloeken om de gaven
voor 't werkloos' Agitatie-Comité....
Is 't onze schuld dat wij geen werk meer
vinden.. ?
Wij hebben kracht., maar niemand stelt ons
aan.
Hoe kunnen wij dien spierkracht in gaan
binden....?
Weineen wij moeten rukken, bonken..
slaan..
Slechts actie kan die arbeidskrachten'.blusschen
dus, mannen., op., en zwaait" collecte
bussen
..maar niet als jonge-meisjes bij een thé..
Neen: brullende, met rauwe, woeste stemmen:
la charitécommence par soi-même
voor 't werkloos' Agitatie-Comit
MELIS STOKE
ntiiiniiiniiiim
BURGEMEESTER VAN
ROTTERDAM
Zal de Geer de hamer krijgen;
Zal de Geer de leider zijn?
Zal hij onze schipper wezen;
Stippelt hij voor ons de lijn?
Ketwich werd er reeds gefluisterd,
Hier en daar ook-de Monchy....
Wie is nu de ware Jozef....
Wie de beste van die drie?
Rotterdam kan niet meer wachten,
Zonder stuurman kan het niet,
Uit de koers gaan we dan loopen
En we schieten in het riet,
Nu vooral is iemand noodig:
Onverzettelijk van wil.
Iemand die zich niet laat drukken,
Door een luid partij-bedil.
Rotterdam maakt zware tijden,
Over-zware zorgen mee,
Werkeloosheid, armoe, staking,
Weinig schepen op de ree,
Voor de toekomst, die we wachten,
Vragen we een sterken man,
Die kan heerschen en bevelen,
Die zich laten gelden kan,
Zeker is die man de Geer,
Rotterdam begeert niet meer.
J. H. S P E E N H o i- i-'
iiiiimiiiiiiiiimiimimi <
HET GROENE BOEKJE *)
(Een
Gebeurtenis).
Tot en met het jaar 1922 had alleen Amster
dam zijn Groene," zijn oude, trouwe groene,
die vergroeid is en vastgeworteld in het
*) La Haye Diplomatique et Mondain
(lère Année) 1923. Sous la rédaction du
Baron W. Snouckaert van Schauburg. La
Haye, L. J. C. Boucher.
UNIE BANK
voor NEDERLAND en KOLONIE»
AMSTERDAM
en ROTTERDAM
Agentschappen in Nederland:
TILBUBG LEEÜWABDEN,
OISTEEWIJK UDENHOUT,
LOGHEH en BOBOULO
Agentschappen in Indië:
BATAVIA, SOEBABAÏA, SEMA
RANG, BANDOENG, M E DAN er
WELTEVREDEN
Amsterdamsche leven, gelijk zulk een stevige,
oude, groene iep aan de Heeren- of Keizers
gracht.
Nu heeft den Haag óók een Groene
Schrikt niet, uitgevers en vrienden van dit
blad. Gij hebt gemeend dat den Haag niets
anders voort had te brengen dan een
bleekroselachje en nu moet ge dit vernemen....
Neens schrikt niet de Haagsche groene
is niet de Amsterdamsche ! Het is geen forsch
groen blad van enorme afmetingen (zie dit
nr..!).. neen het is een klein groen
jaarboekje.... een schuchter maar fel-groen
deeltje, dat te voorschijn komt piepen,
niet als een stoere iep, maar gelijk een jeug
dig knopje boven de aarde.
Het is een smal, précieus almanakje, met
gouden lettertjes er op en gedrukt op kostelijk
dik, glad-glanzend-gesatineerd-luxe-papier.
Het is intusschen een klein groen lootje dat,
in zijn allerbescheidenst verschijnen, mér
beroering verwekt heeft dan ooit allegroene
knopjes tezamen van alle bloembollenvelden
tusschen Hillegom en Leiden.
La Haye'Diplomatique et-Mondain" staat
er, in gouden letters, boven een gouden
bloempje, sierlijk op gedrukt, en, wanneer
men het openslaat vindt men, tegenover het
portret van S. M. Ia Reine des Pays-Bas, ge
drukt:
Ie. dat het de eerste jaargang is, die vóór u
ligt.
2e. dat de samensteller is: Baron W. Snou
ckaert van Schauburg.
De schrijver moet gedacht hebben aan het
bekende dichterwoord dat het leven een
Schouwburg is, waar elk zijn rol te spelen
heeft.
Die rolverdeeling nu heeft hij zoo getrou
welijk mogelijk te boek gesteld, en van een
inleiding in de Fransche taal voorzien.
Het is dus een soort programma.
Het is het programma van de mondaine
voorstelling die dit leven is.
De medespelers zijn opgenoemd, gesorteerd
in groepen en gequalificeerd met enkele letters
achter hun naam, letters die voor eiken Hage
naar een diepere beteekenis hebben en luiden:
N. L. S. P. R. B. K. H. C. C.
A. C. G. C. - St. H. R
Iemand die al deze letters achter zijn naam
heeft (maar zoo iemand bestaat er zelfs in den
Haag niet) is lid van: de Nieuwe of Littéraire
Sociëteit, Plaats Royaal, Besogne Kamer,
Haagsche Club, Casino, Automobiel Club,
Golf Club, St. Hubert en Retraite. Het
spreekt van zelf dat er geen mensch is die tijd
heeft voor zooveel beslommeringen. Het
lidmaatschap van een vijftal dier clubs in
tusschen is voor velen blijkens dit boek nog
wel een dragelijke taak.
Om nu tot den inhoud over te gaan: Het
boekje bevat allereerst een inleiding, en een
kalender, vervolgens gegevens voor de Konink
lijke Familie, zooals trouwens iedere
respectable almanak, dan de samenstelling van de
Huizen der leden van de Koninklijke Familie,
van het Corps Diplomatique, de ministers, de
ministers van Staat en den Raad van State,
de Staten Generaal enz. enz. enz.
Voorts vindt men van alles op het gebied
van magistratuur, sport, kunst en wetenschap
... .en dan eindelijk....
Ja, lezer, wat denkt ge wel dat er dan
eindelijk komt?....
Ik houd u nog heel even in spanning om u
iets te vertellen van deze bladzijden 171?287.
Het zijn, welgeteld, 117 bladzijden of wel
ruim 2 7/10 gedeelte van het boekje.... !
Het is dus een belangrijk hoofdstuk. Maar het
is nog vél belangrijker dan ge wel denkt !
Het .is zóó belangrijk, dat dit groene knopje
ongetwijfeld zal opschieten tot een plant..
wat zeg ik? tot een boom.... een populier
....een enorm hoogen populier die zuchtenen
steunen zal op de stormen van
Scheveningsche en Haagsche wind.... Het is....
Neen.... neen.... ik zeg nog niet wat het
is.
Eerst moet ik u zeggen dat duizenden en
duizenden nerveuse vingers hebben getast
naar bladz. 171 van dit boek, en, dan, verder,
tot en met bladz. 287.... en weer terug tot
bladz. 171 en wér tot bladz. 287.
Daarbij hebben zuchten geklonken: zuch
ten van bevrediging.... van jalousie, erger
nis, ontsteltenis, ironie, haat, bitterheid,
vreugde, wanhoop, hartstocht....
Deze bladzijden....
Neen.... nóg niet over de bladzijden zelf
.... rst nog iets over het boekje.
Ik zeide u al dat het boekje fel-groen is.
Welnu dan, ge zult het op taliooze bureaux
in den Haag vinden.
Op schrijf-bureaux wel-te-verstaan.
Op keurig-opgeruimde glanzende diplo
maten bureaux-ministres vol sierlijke
damesportretten en statesmens' yearbooks....
Op coquette Louis XV dames bureau'tjes,
tusschen snuisterijen en óók-weer-portretjes.
Tusschen staatsalmanakken en adresboeken
op de lessenaars van struggelende artsen en
advocaten....
En dan zal het ook in veel laden verborgen
liggen....
Het zal verborgen liggen, bitter in 't duister
in de laden van hen. . . . die niet voorkomen
op die bladzijden 171?287
Want nu zal ik u verraden, geduldige lezer,
wat die bladzijden bevatten, aan wier hoofd
staat het tooverwoord dat al die zuchten ont
ketend heeft.... dat al die duizenden vingers
zoo nerveus deed grabbelen.. .. dat.... enfin,
lezer, ik kom er dan maar mee voor den dag..
.... er staat gedrukt:
Le Monde....
Niet Ie monde in philosophischen of
geologischen zin.... neen /c monde, de wereld..
de wereld die in dit trieste ondermaansche in
aanmerking komt, die zuchten doet en harts
tochten, vreugden en smarten opwekt.... die
pennen in beroering brengt, die goudstukken,
visitecoupétjes en tranen rollen doet: de
wereld. ... de uitgaande wereld ! ! Ja. ... in
deze 171?287 bladz. heeft de schrijver een
onderwerp behandeld dat teerder is voor een
auteurspen dan welk psychisch conflict ook..
dat meer gemoederen in beroering te maken
vermag dan welk schotschrift, dan w
lkjnfaam-gemeen of lasterlijk werk ook....
Het is zulk een teer onderwerp dat de schrij
ver er een voorrede voor heeft over gehad,
zooals in de geschiedenis der letterkunde
trouwens alle anderen gedaan hebben die zich
waagden op pernicieus, dubieus en glad terrein.
-:- J. H DE BOIS
TT A ATtT.TinVr _ 68 KKTJISWE
UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE
Het is zóó moeilijk en zóó gevaarlijk 'geweest
voor den schrijver, dat hij bij voorbaat zijn
excuses aanbiedt aan hen allen die ten on
rechte niet in deze bladzijden 171?287
vermeld mochten staan met hunne telefoon
nummers, echtgenooten, H. C. 's, B. K-'s>
P. R.'s en adressen.
fe Hij heeft iets heldhaftjgs verricht.
" Neen, waarlijk lezer, lach niet: deze schrijver
heeft iets zér dappers gedaan.
In tegenstelling met een collega die óók
een mondaine almanak samen gaat stellen,
en de rubrieken daarvan a raison van ? l,
open stelt voor inschrijving," heeft hij zijn
boek kant- en-klaar de wereld in geslingerd..
als een J'accuse.... als een libel als dat van
den baron van de Capcllen, eertijds, ander
stadhouder Willem V. aan het volk van
Nederland".... als Voltaire's Lettres
Anglaises als Rivarols Actes des Apötres als
PaulLouis Couriers Lettres d'un Vigneron ja,
... .hemel, als welke schrijvers niet die wat
durfden.
Hij is n dier heldhaftigen die hun
oordeel en materiaal ordenden en vaststel
den buiten ,,de wereld" om, en die der
wereld dan het resultaat van hun persoon
lijke studiën en overpeinzingen in het gelaat
slingerden.... Tot vreugde van enkelen..
tot ontsteltenis, haat, bitterheid, droefenis of
verontwaardiging van anderen....
Rondom de groene loot juicht, knersetandt
of blijft-rustig de wereld van den Haag....
Ik noem geen namen, lezer.... ik heb niet
den moed van dezen auteur, en ik mis de
zedelijke kracht om mij, zooals hij dat doet,
bloot te stellen aan ontzettende veeten, bloed
wraak, achtervolgingen of erger.... Ik zwijg
maar. Ik zwijg maar.... ik constateer alleen.
Ik overpeins slechts de gevolgen die deze 117
gesatineerde glad-dikke, smalle bladzijdjes
zullen hebben in huiselijk en maatschappelijk
opzicht....
Ik kijk alleen waar ik het groene boekje,
het Haagsche groentje, ontmoet: als achteloos
neergeworpen op een bureautje of tafeltje hier
... .daar weer verscholen in een hoek.... el
ders in het-geheel niet....
Ik bespreek het boek maar ik wijs niet'op
feiten ik betuig slechts mijn oprechte
hulde, vermengd met deelneming aan den
schrijver....
Rest nog alleen te melden dat het boekje
aardig en coquet is uitgevoerd, keurig verzorgd,
en fraai verlucht met een groot aantal
druktaal- en andere fouten.
M i: L i s S T o K E
illlliiiiiifililimiiiiiiiii Miiitirilim minimum i m
RECLAME BANKBILJETTEN
Eenigszins smakeloos en wat protsig komt
me de reclame voor die we thans in sommige
sigarenwinkels aantreffen, n.l. de toegift van
een Duitsch bankbiljet bij den aankoop van
een doosje sigaretten.
Want van welk een schavnelen schoonen
schijn zijn deze bankbiljetten die zoo over
moedig tusschen die doosjes in de
winkelkasten liggen. Het zijn deerlijk vervallen
grootheden, kellnersfooien met millioenairsair,
vodjes papier met een grootsch verleden.
Als keukenmeiden in een baljapon zijn ze,
als het klatergoud uit een revue-decor, als
bordpapieren koningskronen, als valsche dia
manten in de haardos van een draaiorgelmeid.
We kennen allemaal de berekening, met het
belachelijke resultaat van 1UO voor een cent.
Ieder die er zaken in doet heeft het respect
voor al die nullen reeds verloren. Een mede
lijdend glimlachje voor degenen, wier leven
naar die zonderlinge schaal is ingericht, is
al wat we er voor over hebben. Van het eens
zoo geweldige begrip millioen is voor ons
de eerbied verloren. Het lijkt een wreede
spotternij, in de prijslijst bij de wisselkoersen
de oude waarde in het laatste kolomnietje
vermeld te vinden. In het land zelf spot
men zelfs met de zondvloed van papier,
die dagelijks van de drukkerij komt.
tin \vat beteekenen ze nu als toegift bij een
pakje cigaretten? Al even weinig!
Deen enkel inenscli zal probecren er een
kapitaal mee bijeen te rooken. Het is niet
anders dan een openbare minachting voor de
belachelijke koers, en de sigaretten fabrikant
of handelaar doet een beetje als een geld
patser die centen te grabbel gooit. En wie
er voor een laffe aardigheid sigaretten om
gaat koopen, is al niet beter, speelt ook het
spelletje van den goedkoopen prots, frommelt
het papier met het groote getal in zijn vestzak,
kan er mee poseeren of liij liet aardsche slijk
veracht, stopt het in zijn portefeuille bij een
paar ansichten en een paar visitekaartjes,
koopt er niet mee en verkoopt niet, en heeft
iets dat het altijd nog aangebeden begrip
duizenden vermeldt. Het is de trots misschien
van een H.B.S. jongen, of een slagersknechtje,
mogelijk zegt de een 'of ander kwajongen,
als het ding hem verveelt en hij er minder
mee heeft kunnen epateereu, dan hij zich
heeft voorgesteld, tegen het Dtiitsche dienst
meisje, dat zij het krijgen kan als ze er nog
iets aan heeft. Een hoogst misplaatste
geldprotserij zonder inhoud is het. Een
goedkoope domme speculatie op heb/ichtige in
stincten.
Want hoe de koers ook zijn moge, voor
sigaretteuplaatjes lijken me deze bank
biljetten, wier lage waarde een bron is van de
grootste ellende van dezen tijd, me nog
steeds te goed.
Het wil me voorkomen, dat de oiiderwetsche
reclame met plaatjes van «enigszins pikante
vrouwelijke gedaanten, als zwaar
gedecolteerde danseressen, waarin de precoce jeugd
een heimelijke behagen schept, ten slotte
veel minder onzedelijk was, dan die der
gedegenereerde bankbiljetten, waarmede je
zonder groote schade je sigaret kan opsteken.
A R L
IIIIIIIIMIIIIHIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIII
Oplossing puzzle's
u. 5 centen te leggen, zoodat ze elkaar
allen aanraken.
lu. Men legt op n cent drie andere
en plaatst de vijfde rechtstandig op haar
kant daarop.
2°. Men legt een cent op ta'el en daar
overheen twee andere tenten, die elkaar
juist in het midden van de eerste cent ont
moeten.
Nu neemt men de derde en vierde cent
en maakt daarvan een soort dakje, steu
nende op de eerste cent en tegelijk de
tweede en derde cent op zijde aanrakende.
b. Hel touw van de geit is circa 16
Meter lang.
c. In het midden legt men drie fiches
op elkaar en verder links l, rechts l, en
boven en onder ieder 1.
Puzzleprijswinnaar: de heer Ter Haar,
Verspronckweg 87r te Haarlem.
Boekennieuws
In Leiden is weer een groote
boekverkoo;"ing op handen bij de firma Burgersdijk
en Niermans. De veiling zal gehouden worden
van 23 April?3 Mei in Templum Salomonis.
De catalogus bevat een keurcollectie op het
gebied van genees- en natuurkundige weten-.
schappen, rechtsgeleerdheid, godgeleerdheid,
geschiedenis, taal- en letterkunde, enz.
Typ. Atnst Boek- en Steendrukkery, voorheen Ellerman, Harms & Co.