Historisch Archief 1877-1940
23 Juni
No. 2400
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
DE NEDERLANDSCHE
VROUWENCLUB
Zal Amsterdam nu werkelijk zijn
vrouwenclubgebouw krijgen? Hoe menigmaal hebben
wij Den Haag benijd, waar in zoo korten tijd
het clubgebouw verrees, dat nu het middel
punt vormt van de vrouwenbeweging in
Nederland. Hoe verbaasden we ons ook,
toen wij verleden jaar in Freiburg het bordje
Frauenclub" zagen, genageld aan een niet
zeer voornaam huis waar wij ondanks die een
voudige behuizing hoorden van het opgewekte
leven en genoegelijk samenzijn der leden
onderling. Mocht de hoofdstad van ons land,
csntrum van zooveel vrouwenwerk en
vrouwenvereenigingen, daarbij achterstaan? Be
stond dan in Amsterdam niet de behoefte
aan een vereenigingspunt waar vrouwen
elkander kunnen ontmoeten en elkanders
werk kunnen leeren kennen en waardeeren,
waar kunnen gehouden worden: vergaderin
gen, congressen, tentoonstellingen en gezel
lige bijeenkomsten, waar gelegenheid is tot
ontwikkeling, ontspanning en verpoozing, tot
het gebruiken van maaltijden, tot logeeren?
Zeker, dit gemis werd in de hoofdstad reeds
lang gevoeld, vooral door haar, die van buiten
D.' twee huizen, waarin de Nederlandsche
Vrouwenchib gevestigd zal worden.
komen, haar werk in de stad hebben of daar
voor haar werkkring te ochtend, te middag,
te avond, soms enkele dagen achtereen moe
ten zijn.
Doch nu komt liet, 't Clubgebouw voor
Vrouwen, zelfs binnen af/.ienbaren tijd!
Het Bestuur verhaalde er ons van 1.1. Zaterdag
in Parkzicht. Twee huizen op de Keizersgracht
Nr. 580?582 tusschen Leidschestraat en
Spiegelstraat zijn reeds voor dit doel aan
gekocht, l November kan met de verbouwing
worden begonnen, dan zal alles geriefelijk
worden ingericht, de kamers zullen worden
doorgeslagen, er zullen vergaderzaaltjes zijn
voor 50 a 00 personen, ook 10 logeerkamers,
een eetkamer, conversatiekamer en andere
vertrekken, 't Klonk alles zoo veelbelovend
prettig ! Maar. ... 't kan eerst dan geschieden
wanneer het Bestuur gesteund wordt en on
finantieele hulp mag rekenen van allen,
die bij de oprichting van het clubgebouw
belang hebben.
Het voorloopig bestuur van de
Nederlaudsche Vrouwenchib met Mevr. A. J. Tellegen
Fock als voorzitster, heeft de laatste jaren
hard gewerkt. Het ondervond veel mede
werking hier en ginds. Uit Twente, het gewest
waar de vrouwen altijd zoo krachtig tot
steun bereid zijn, stak men het beide handen
toe. 't Was Mej. terKuile, van wie de bezieling
voor het Amsterdamsche plan in het Oosten
van ons land uitging.
Zouden dan zoovelen in Amsterdam, die
in de oprichting van het clubgebouw het
meeste belang hebben bij de Twentsche
vrouwen willen achterstaan? Nog ongeveer
? 50.000 zal noodig zijn, dan zal ook de groote
vergaderzaal er wezen, die eigenlijk onont
beerlijk is.
Hoe men kan helpen? Wel men kan deel
nemen aan een obligatielening, met stukken
van / 100, / 500 en / 1000. Men kan giften
schenken. Men kan ook lid worden van de
club. Het lidmaatschap is ? 20 + ? 5 entree
voor Amsterdam en omliggende plaatsen.
Er kunnen ook een beperkt aantal buiten
gewone leden zijn en begunstigers.
Het komt ons voor dat deze contributie voor,
zooals wijze zouden willen noemen
stedelijkebiiitenlcden (want plaatsen als: Haarlem,
Bloemendaal, Bussum o.a. worden tot Am
sterdam gerekend) wat hoog is.Ze zal de draag
kracht van de meeste beurzen der werkende
vrouwen te boven gaan. Voor het niet dage
lijks in Amsterdam vertoevende buitenlid,
dat behalve de ? 20, resp. / 25, tevens reeds
reiskosten te betalen heeft, zullen de voor
rechten van het genoegelijk onder dak zijn
in dit clubgebouw, waar natuurlijk maaltijden
logies enz. toch ook weer kosten meebrengen,
niet opwegen, tegen den druk der contributie.
Het in den aanvang opvoeren der prijzen
van lidmaatschap staat, naar 't ons toeschijnt
de ontwikkeling van het ledenaantal in den
weg en weder juist van dat der buitenleden;
deze toch zijn geneigd het pro en contra
scherp tegen over elkaar te stellen.
Indien men een reglemcnteering heeft voor
buitenleden, zou 't dan niet consequenter
zijn, om alle leden buiten de gemeente Amster
dam als buitenleden te beschouwen en niet
de grens (rondom naar ik vermoed) zoo breed
uit te rekken, dat plaatsen als Haarlem en
Bloemendaal daarbinnen vallen, terwijl bijv.
het op eenigen afstand gelegen Hillegom of
Lisse er wellicht buiten valt? Waar trekt men
de lijn?
Hoe het zij: wij staan op 't oogenblik voor
het verheugende feit dat d« Nederlandsche
Vrouwenchib de beschikking heeft over 2
mooie, groote perceelen. Wij twijfelen niet
of de Amsterdamsche vrouwen in de eerste
plaats zullen voor de inrichting raad weten
te schaffen gelijk zij het meermalen voor
een vrouwenbelang zoo kranig wisten te doen.
Alle inlichtingen worden o.a. gaarne ver
strekt door Mevr. A. J. Tellegen -Fock,
Presidente, Krugerlaan 3, Baarn. Mevr.
J. Tweer?Westerman, Vice-Presidente,
Vondelstraat 78, Amsterdam. Mevr. 1. G. S.
Boll?Bonman, Secretaresse, De
Lairessestraat 10G, Amsterdam. Mej. A. Lenting,
Penningmeesteresse, Meeuweniaan 33, Amster
dam-Noord.
!?: i. is M. R o <; (i i:
iimiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
BIJKOMSTIGHEDEN
LXXVIII
Ik heb het vereerend verzoek" gekregen,
(en nog wel van iemand van de sterrewaclu,
die dus allicht meer van de gesteldheid van
hemel en dampkring afweet dan ik, die op
de aarde en vooral op het blad van mijn
bureau pleeg te staren,) eens iets te berde
te brengen over de abnormale temperatuur
van dezen (sit venia verbo,) zomer.
Nu zijn er aan bespiegelingen over het
weer in een weekblad eigenaardige bezwaren
verbonden. Ik herinner me, dat ik verleden
jaar op den Zaterdag vóór Paschen een
enthousiast artikeltje lanceerde over de over
rompelende verrassing van die overstelpende
|ente,dat, toen ik dtie dagen later bij mijn
behagelijk baardje er de proef van kreeg, mij al
eanigszins katterig stemde, en dat den
Zaterdag erop bij een publiek in bonten
mantels en met winterhanden niet anders
dan een schandaalsucces behalen kon. Dich
terlijke waanzin". Aberraties van een vol
komen overspannen brein". Want geen
indruk is in schijn absoluter en in wezen
vluchtiger dan de sensatie van warmte en
kou. Wie in de warmte leeft, kan zich nauwe
lijks meer realiseeren, hoe naar het is om het
koud te hebben; wie de kou moest trotseeren,
vergeet in zekeren zin, dat hij het ooit warm
heeft gehad, leder heeft deze waarheid kun
nen controleeren bij het koffers pakken.
Ik geloof, dat men aan den inhoud van een
koffer altijd zien kan, of hij in de hitte of
bij lage temperatuur is gevuld. Al spant
men zijn fantasie nog zoo in, om zich te
reaiiseereu, wat men hij een geheel andere weers
gesteldheid, aan kleeren en kousen zou kunnen
waardeeren, voor het oogenblik schijnt het
ons toe, alsof we tot het einde van onze
dagen altijd zoo stik-warm of altijd zoo
steenkoud zullen blijven, en in de mogelijkheid
van een andere situatie, kunnen we ons niet
in-voelen.
Nu is een auteur (zelfs als het een auteur
van maar bijkomstigheden" geldt,) over
het geheel een altruïstisch wezen, dat bereid
is een gek figuur te slaan, als hij daarmee
zijn medemensehen een dienst kan bewijzen.
En nergens is het bijgeloof, dat men met een
klein verlies soms een groote winst kan
binnenhalen zoo algemeen verspreid, als waar
het regen of zonneschijn betreft. Er zijn
menschen, die bij alle feestelijke gelegenheden
een parapluie meesleepen in de overtuiging,
dat ze met die geringe opoffering heel Neder
land aan een moeien dag helpen; anderen
loopcn in onweer en regenvlagen met een
stroohoedje, alsof ze niets van den orkaan merken,
om het weer te forceeren", zooals ze het
noemen. En ik wil dan vandaag, nu ik, met
een dikke jersey aan en in een plaid gewikkeld,
huiver onder de rukwinden, die mijn ramen
rameien, mijn reputatie als actueel" kroniek
schrijfster in de weegschaal vwerpen, en
uitvoerig over de kou en derzelvergevolgen
jammeren, in de stille hoop, dat de natuur,
om mij dwars te zijn, zich dan deze
week zal bedenken, zoodat u a.s. Zaterdag,
puffend in uw tuinstoel gelegen, onder het
genot van een verkoelenden drank, mijn bij
komstigheid terzij zult schuiven en smalen:
Copy-nood ! Wie zeurt er n» midden-in
den zomer over de kou." Welke miskenning
van mijn edelmoedigheid ik, als zoovele
andere, getroost zal aanvaarden, te
gcreeder, omdat ik er een zonnigen dag
voor onze vereeniging van letterkundigen
mee zou hebben verdiend", die juist bij
het verschijnen van dit nummer haar
jaarlijksche vergadering in Utrecht hoopt te hou
den, bij welke gelegenheid er zooveel zware
en. harde woorden gesproken plegen te worden,
dat de compensatie van wat zomersene
warmte onontbeerlijk is.
Nu is het fnuikende van den abnormalen
toestand van het oogenblik, dat liet nog niet
eens een record blijkt te zijn. Anders hoeft
het maar 5 minuten te hagelen, of maar
n nacht te vriezen, en we krijgen dadelijk
een opgetogen verhaal in de .courant, dat er
sinds honderdnegenenzestig jaar in die maand
niet zulke groote steenen waren gevallen,
of dat deze vorst alle zomervorsten van de
laatste eeuw overtrof.... Maar nu we ons
triestiger en misdeelder voelen dan ooit,
haasten de kranten zich ons te verzekeren,
dat er heelemaal niets hizonders is in onze
narigheid, dat liet voor acht jaar nog kouder
was, en voor twaalf jaar nog natter, en dat
we er ons heelemaal niet mee moesten vleien
een exceptioneele Jiinimaand te beleven.
Zelfs het plezier van onze buitengewone
misère gunnen ze ons niet.
Dan zijn de winkels menschkundiger, die
adverteeren, met reusachtige plakkaten, dat
ze wegens het ongunstige zomerweer"
10, 15 of 20 pCt. reductie geven, zeker in
de hoop, dat iemand, voor een verzet je, op
een regenachtigen middag, dan maar eens
een heelen stapel kousen, of theedoeken, of
badpakken ! ! zal koopen, om op al die dingen,
die hij niet noodig heeft, dan tenminste de
reductie te verdienen ....
Brandstoffenhandelaars en bont-winkels floreeren; de schouw
burgen maken in liet zomerseizoen goed. wat
aan liet winterseizoen ontbroken mocht
hebbeu: iedereu avond volle zalen; maar o,
de verlatenheid van de winkels, de
restaurantsmet-strijkjes, de Pier op Selieveningen; de
leegheid van de open trams, dje
gewildfleurig over het Kurhaiis-plein slingeren;
liet desolate van de bankjes op de boulevard,
de fladderende tentjes, de bij elkaar kleu
mende badkoetsen. . . . En dan in Gelderland,
in Utrecht, in liet Gooi, de kleine
buitenhötels, die leven van den gaanden en komen
den man, waar, in mooie zomers van den
vroegen morgen tot 's avonds laat fleurige
fietsers neerstreken, om limonade en broodjes
en spiegeleieren met ham: waar de auto's
's middags den toegang tot den gezelligen,
ouderwetschen tuin bijna pleegden te ver
sperren; - en waar nu, heel den treurigen
Zondag lang.de ober met zijn servet in de hand,
op zijn teenen staat te wippen en voor zich
uit te staren.... En dan de booten met
muziek, vroeger vol wuivende menschen, die
zuurtjes aten en elkaar eau de cologne presen
teerden; nu zóó leeg, dat de conducteur
zijn landziekigheid ligt te verslapen in de
kajuit. Want iedereen zit thuis, met soliede
gesloten ramen, en de beklemmende stilte
die, terwijl lu-t buiten nog licht is, en terwijl
de bloemen overvloedig bloeien, in plaats
van de rumoerige joliglieid de r normale zomer
avonden, nu om onze huizen staat, is misschien
wel het ondragelijkste, van deze vreemde
bezoeking.
Rectificatie. Een trouwe lezer "maakt er mij
opmerkzaam op, dat ik in de vorige bijkomstig
heid, waar ik over de huwelijksfeesten" van
den Noorweegschen Koning heb geschreven,
een ernstige en gevaarlijke vergissing heb
begaan, en dat, al sneed ik er zoo over op,
dat, na zooveel jaar, mijn herinnering nog
niets van haar scherpte had verloren", e.r
aan mijn weergave van het gebeurde heel wat
ontbrak, n.l. dit: dat naast de sympathieke
portretten van het vorstenpaar" er nog
een stond en wel dat van een aardig jongetje
van ongeveer drie jaar, het zoontje van
Mand en Haakon, Kroonprins Olaf". Nu
kan het zijn dat dit voor u eene bijkomstig
heid is, die niets beteekent", hoont de trouwe
lezer"; maar het is in de geschiedenis bekend,
dat er om mindere redenen wel een oorlog is
uitgebroken en uwe beschuldiging, als zou
Koning Haakon pas met Prinses Mand ge
trouwd zijn, toen hun zoon al 3 jaar vvas,
kon voor hofkringen wel een ernstige reden
zijn tot een zeer scherp protest."
Inderdaad peccavi; maar wat vierden ze
dan in vredesnaam voor zeventien jaar?
Was Haakon dan rst getrouwd en daarna pas
koning geworden? Vielen we dien nacht in de
kroningsfeesten; o ja, had niet juist de af
scheiding tusschen Noorwegen en Zweden zijn
beslag gekregen? O Professor Kernkamp,
niet ten onrechte hebt u mij indertijd allen
historischen zin ontzegd ! !
A. S.
Illlllllllllllllll IIIIIIIIIIIIIHI
iimmiMiiiiiiimiimiiiaiii
BABBELTJE
ZEI.FBEIIEFRSCHING IN GEZELSCHAP
De tijd, waarin wij leven, is er een, die bui
tengewoon veel van onze zennwtjes" vraagt.
Nietwaar? wij weten allen van Coué, en zijn
,,ik-gevoel-mij-dagelijk.s-beter"-systeem?
Hngelsche schoonheids-spccialisten hebben
Coué's wijsheid reeds tot een onderdeel van
hunne behandeling gemaakt, en raden de da
mes aan, dagelijks eenige malen tot zich zelf
te herhalen: ik word van uur tot uur
mooier".... Hetgeen zeer schoonheids bevor
derend zou zijn. Tnans heeft in Amerika eene
doctoresse speciaal voorde zenuwachtige
vrcu\ven van dezen tijd een kleine verhandeling
geschreven. En haar voorschriften lezen, is
n oogenblik kalm zijn.
Vooral voor de vrouw, die haar brood nviei
vcrdienen,i$ zenuwachtig zijn,de grootste ramp
on haar weg naar succes, verklaart Dr. (udith
Snowski.
Oe nerveuze vrouw lijdt onzegbare kwellin
gen. Maar het zijn voor 't meerendeel. . . . zelf
kwellingen.?Weg met de verbeelding- en
die 7.g. overgevoeligheid harer natuur, welke
haar parten spelen. Waarom vertelt de ner
veuze vrouw u, dat zij zoo vreeselijk zenuw
achtig is, dat zij 't vrei-si'lijk vindt, om andere
menschen tv ontm"eten?". . . . Zij vergeet, dal
haar voortdurend met zich zelf bezie; zijn, ?
haar rerlci/cnlicid.ctin vorm van ijdelheid is.
Laat zij hei denkbeeld van zich afzetten.dat de
belangstelling van iedereen om haar persoontje
heendraait.
Waarlijk, mevrouwije, dit is niet het geval,
en de dame, wier critische blik in de tram u
zoo hoogelijk irriteert, en u in den
grondkruiperige-aspiraties geeft," denkt au fond
waarschijnlijk maar a?n r ding.... en dat
ding" bent u niet, maar is zij ze!!. Wees nooit
verlegen. De persoon, voor wien ge het
zijt, denkt meestentijds voornamelijk aan den
indruk, dien hij of zif, persoonlijk op il maakt.
Nog een uitspraak van Dr. Judit'i: Wanneer
de z.g. zenuwachtige vrouw eens wist, dat zij
door die onnoodigc belemmeringen" welke zij
in haar gedachten rond zich oproept, juist de
aandacht op ha;ir zennwachtiglicid vestigt,dan
zou zij misschien minder. . . . menschenschiiw
zijn, en zich minder opsluiten. Zeer zeker:
nervositeit bi! veie vrouwen kan overgeërfd
zijn; maar het is een bekend feit, dat
wilsontwikkeling een der grootste factoren der ge
nezing is. - is de zenuwichtigfieid de oorzaak
van een schok, een ongeluk, overwerken of
vermoeidheid, of van een leven van te veel
kunstmatige genoegens" - (gelijk mrs. Judith
het uitdrukt), welnu ook in die gevallen
moet en kan de wil ingespannen worden, om
de gezondheid te herkrijgen. De vrouw die
toelaat, dat haar zenuwachtigheid tot en
obsessie" wordt , de vrouw die de slavin
wel ;ijn wil, van hare zenuwen, die kweekt een
grofst 'gevaar. - Mrs. Judith geeft schrikwek
kende voorbeelden van vrouwen, die op jeug
digen leeftijd, eenvoudig zich niet wilden in
spannen tot net bestrijden van haar nerveus
euvel, en die later ernstige lijdsters aan neuras
thenie en hysterie werden, ja zelfs tot krank
zinnigheid vervielen. Den boozen geest"
van de zenuwachtigheid vroegtijdig de deur
wijzen, nf hij wurgt den mensen op rijperen
leeftijd" verk'laart de Japansche dokter Haini
Zweedsche Vitrages
in verschillende typische teleurstellingen
vanaf Fl. 1.20 per Meter.
Mrs. Judith nu wil, dat zenuwachtigheid
erkend worde als eene kwade gewoonte, die ge
nezen kan worden. Voorwaar een nieuwe op
vatting men zou welhaast zeggen: een
kinderlijke opvatting, onder de zienswijzen
der vele zenuw-geleerden, die in de mode
zijn". - Kijk de dingen ferm onder de oogen,
decreteert zij.?Is er waarlijk een reden, waar
om wij ons zenuwachtig zouden voelen tegen
over andere menseden? Heb een hart vol
van liefde in je borst, maar wees op je vierkante
meter, een vorst" zong Dirk Witte. In dien
trant ook redeneert onze Amerikaansche doc
tores: Hebt ge eigen opinies? Wees dan niet
bevreesd, er van te getuigen. Maar boven alles
.... kweek sympathie aan. Zenuwachtighcid
volgens mrs. Judith, komt (en zij heeft het
ongetwijfeld bij het rechte eind) zeer dikwijls
voort uit gebrek aan sympathie met de
medemenschen. De patiënte is zóó vervuld van haar
eigen bezwaren en moeite, dat zij er niet toe
komt, zich te bekommeren om die van anderen.
Inderdaad .dit feit maakt haar tot het tegen
deel van een beminnenswaardig persoon.Zelden
werd gezonder waarschuwingswoord tot de
zenuwachtigen gesproken !
Zenuwachtige juffrouwtjes of
mevrouwtjes...., begin met 't vaste besluit, zooveel
menschen als maar mogelijk is, te ontmoeten,
stap onverschrokken een kamer binnen, met
't bewustzijn, dat ge evenveel recht hebt daar
te zijn, als wie ook. En kom niet binnen, alsof
ge verwacht, dat iedereen u voor de een of
andere begane misdaad" een strop om den
hals zal leggen. Geef uwe persoonlijkheid een
kans.
Beproef de uitwerking van uwe persoonlijk
heid eens op kinderen en dieren, en let op, hoe
zij er op reageeren. Een hond weet altijd, wan
neer iemand bang voor hem is, en zet een
geweldige basstem op, of zet koers na?r uwe
kuiten. Hij herkent daarentegen ook onmiddel
lijk de stem van ,,iemand die hem aan kan."
(Luid schreeuwen is zeker in dezen geen
vereischte !) Kinderen houden precies op de
zelfde manier van personen, die vriendelijk
en jliii/; tot hen zijn. Wees vriendelijk en flink
ook tegen volwassenen, zenuwachtig
vrouw-niénschje. Ge weet het: de persoon,
die respect afdwingt, is degene die moed heeft.
Zenuwachtigheid is lafheid. En... de meeste
mannen hebben een afkeer van zenuwachtige
vrouwen !....
Geeft het bovenstaande eenige punten weer
van mrs. Judith's zienswijze aangaande de
moreele zijde der zenuw-genezing: dan laten
wij hier nóg gaarne eenige beschouwingen vol
gen aangaande de physieke geneeswijze:
Overgevoeligheicr is een verschijnsel van ziekzijn,
zoowel van geest als lichaam. Leid een ge
zond leven, neem een lauw of een koel bad in
in de ochtenduren. Het kwikt 't gestel op en
heeft moreel een uitstekenden invloed.
Vermijd oververmoeidheid, maar neem
veel ope'nluchtbeweging. Sta vroeg op, en
ga op een behoorlijken tijd naar bed. Alle
overdreven opwinding en alle
zenuw-overprikkelende genoegens, dienen vermeden te
worden. Eet"eenvoudig voedsel, en denk be
halve aan u zelf, ook aan andere menschen...
Vergeten wij ten slotte niet dat een groote
Grieksche zielkundige, Dr. Marapoucos,
zennwachtigheid de ziekte van onzen tijd ge
noemd heeft, omdat zenuwachtigheid een
gebrek aan geloofsvertrouwen insluit. Hij wilde
zelfs, dat het woord: Wanneer God met mij is,
wat zal mij een mensen doen?" alle zenuw
achtigen ....op slag diende tot genezing te
brengen, en hen rustig tusschen de andere
menschen over deze wereld zou doen gaan.
Y v o N N E
IHIIIIH* Illlllllllllllllll
S \ i, o M o \ s
VRUCHTENKOEKJES
VAN
SIPKES - HAARLEM
gijn voortreffelijk van kwaliteit
en aangenaam van smaak
iiiiiiiiiiiiffiiiiiiiiimiiiiiii i
Mlllllllllllllllll"
REGENTIJD
Die man met zijn alles schon dagewesen"
sloeg de plank toch wel deerlijk mis. Zijn
opmerking sloeg dan ook alleen op enkele
beperkte gevallen van maatschappelijk en
menschelijk gebeuren. Wie de natuur beziet
en wel eens wat van den cosmos merkt, weet
wel beter. Geen enkel oogtnblik kan gelijk
zijn aan een voorgaande. Zoo heel diep be
hoeven we niet eens te gaan, want we zijn het
er allemaal wel over eens dat een voorjaar
als dat van 1023, een zoo langdurige en haast
onafgebroken periode van regen en koude,
stellig bij menschenheugenis nog niet heeft
bestaan, bok is er geen kans meer op, dat
we, zooals gewoonlijk liet geval is, omstreeks
l Juli weer alles normaal hebben, in bloei wat
bloeien moet en heel het dierenleven in over
eenstemming niet de plantenwereld van het
seizoen.
Het is hier de plaats niet om een opsomming
te geven van alles, wat dit jaar niet gebeurt!
is zooals we gewoon waren, vlinders en vliegen,
die niet of in zeer gering aantal zijn ver
schenen, vogels, die zich niet hebben laten
hooreu en die misschien reclitsomkeerd hebben
gemaakt, toen ze merkten, dat hier alles zoo
deerlijk van streek is, bloemen die bloeien
ver na den normalen datum en heel anders en
trager, dan ze gewoon zijn, vruchten, die zich
niet votmen. Doorgaans houdt de wilde na
tuur zich beter dan de cultuurplanten, thans
echter zijn de ingeboren Nederlanders nok
onder den druk van de zeer abnormale om
standigheden erg in 't gedrang geraakt.
Afgezien van schade en ongerief zijn deze
klimaatschommclingen zeer leerzaam en on
derhoudend, vooral op de woeste watervlak
ten en heiden en in het wilde duin, waareen
groot aantal planten en dieren er bij betrokken
raken. Vooral de duinen hebben in de laatste
vijf jaren velerlei afwisseling vertoond m
verband met droogte en wind, stortregens,
vorst en sneeuw en daarbij dan nog m
onmiddellijk of middellijk verband daar
mee groote wisseling in het aantal van
bepaalde soorten van dieren, in de eerste
plaats der konijnen. Al deze oorzaken
hebben er toe meegewerkt, om in het
voorjaar van 1922 den rijkdom van de
iiinwere'ld te doen slinken tot een bedenkelijk
minimum. Het leek wel, alsof sommige
planten en dieren voor goed verdwenen
waren.
Maar met de Meimaand begon toen
het herstel, en daar gebrek aan water de
voornaamste oorzaak van den achteruit
gang was, hebben tot op heden de regens
dat herstel bevorderd, en als we nu nog
bijtijds een flinke stijging van de tempera
tuur kregen, dan zouden we nog wonder
mooie dingen kunnen beleven.
Merkwaardig was het, hoe bepaalde
planten op eens in massa's op den voor
grond traden. Dat waren in 1022
hootdzakelijk de driekleurige viooltjes.de
reigersbekken, de hitterzoet en het stalkrmd.
Heek' hellingen zagen blauw van de viool
tjes, heele valleien, vaak de. minst schilder
achtige waren rose van de mooie
vlmderhloempii'S van liet stalkrnid. De Bitterzoei
ontwikkelde zich op menige plaats tot
struiken van meer dan manshoogte,, indien
zij een steuntje konden vinden. In zulke
omstandigheden wordt de Bitterzoet tot
een slingerplant en wel een van zeer on
vaste neigingen, want aan een en dezelfde
plant vindt men twijgen, die rechts en
andere die links winden. Ontbreekt de
steun, dan wordt hij een kruipplaut die
vele vierkante meters oppervlakte kan
beslaan. Ook de reigersbekrozetten
waren buiten gewoon groot en in menig op
zicht interessant.
Tiians, in l I.i23, treden naast viooltje,
reigersb-'k en biUerzoet weet' andere veroveraars op
den voorgrond, en wei in de eerste plaats een
groen plantje met witte bloempjes, dat niet
Hondstong in bloei
Bosch)
eens een goeden Hollandschen naam heef t en in
de boeken drienert'niuur genoemd wordt naar
zijn wetenschappelijke!! naam Moehringia
trïnerva. Dit plantje lijkt veel op het gewone
onkruid, de vogelmuur, het is in bosschen en
hagen wel doorgaans aanwezig, maar nooit
zag men het in zoo'n groote menigte als
thans in het duin. Alle duinboschjes zijn er
letterlijk mee bevloerd, behalve op de
allerdonkerste plaatsen en de andere planten,
die er laat ons zeggen vóór 1917 groeiden,
moeten nu nog maar een poosje wachten
totdat die drienerfmuur is uitgeraasd. Hoe
liet nu komt, dat juist dit plantje in dezen
tijd zoo'n overwicht krijgt, weet denkelijk
niemand.
Een andere, die nu veel te vertellen
heeft is de houdstong. Die had verleden
jaar ook al veel verloren terrein herwonnen,
maar treedt nu al bijzonder krachtig op,
vooral aan kale hellingen en op stuif vlakten
en daar mogen wij wel zeer dankbaar voor
zijn. De plant is niet bestendig, maar sterft
in zijn tweede jaar af, na de merkwaardige
vruchten gevormd te hebben, die u altijd
even bestraffen, wanneer ge in het duin
buiten de paden gaat. Ge weet wel, die
harde grijze stekelige dingetjes, die zich
met mooie scherpe haken vasthechten aan
uw kleeding. Eigenlijk is deze hondstong
een plant, die in innig verband staat met
de jacht. Als er geen jagers, drijver? en
konijnen waren, dan zou de hondstong lang
zoo algemeen niet in liet duin voorkomen.
't Is een zeer mooie plant. De donkere,
fijn behaarde stengel wordt wel een nieter
hoog, zelfs hooger en is bezet niet mooie
zilver-glanzende bladeren en uit de oksels
daarvan komen de bloeitakken te voor
schijn, de bloemen geschikt in een
opgerolden bloeitop, die zich langzamerhand
ontrolt, juist zooals bij het vergeetmijnietjc,
dat trouwens tot dezelfde familie behoort.
DJ bloemen zijn donkerpurpiir en vallen
in 't eerst niet bijzonder in 't oog, maar
bij n-i'.lcr to..zii:n blijV;.:) .?!. al ;;u.-r mooi
te zijn. De hommels weten ze zeer goed te vin
den en zelfs op deze gure, trieste dagen ont
breken ze niet; altijd zie ik er nog we! een half
dozijn van bloem tot bloem gonzen. Het eenige
wat tegen de plant in te brengen zou zijn, is
zijn geur, die tegelijk herinnert aan doode
muizen en aan een minder goede kwaliteit
van kaas en dat is eigenlijk heel jammer, want
anders zette ik er nog wel wat in mijn tuin.
Zij hebben een heerlijke groeikracht en als ze
eenmaal goed geworteld zijn kunnen ze ook
heel wat droogte doorstaan, want hun stevige
penwortels dringen wel meer dan een halven
meter diep den bodem in. De afgestorven
planten blijven nog wel een jaartje staan en
blijven dan nog de helling beschermen tegen
verstuiving, terwijl op de rustige
ttisschenruimten zich alweer nieuwe planten van andere
soorten kunnen vestigen.
Behalve de hondstong treedt dezen zomer
ook de wilde reseda in groote hoeveelheid op
en helpt het duin in den ongelijken strijd tegen
de Haarlemsche waterleiding, die nog maar
altijd oppervlaktewater zuigt en daartegen
is helaas geen enkel kruid gewassen. Tocli
geeft zoo'n regentijd als deze wel eenige ver
ademing.
Nu loer ik nog op eenige planten, die ik ver
wachtte na al dien regen, maar ze blijven weg
want die verstaan de kunst niet, om beneden
de 12 gr. Celsius tot bloei te komen. Als nu de
barometer en de thermometer eens tegelijk
de hoogte in gingen. Dan zong de
nachtzwaluw ook nog.
Itederl. Munt
be*«e to cent «I0aar