Historisch Archief 1877-1940
N°. 8403
Zaterdag 14 Juli
A°. 1988
DE AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Onder Hoofdredactie van G. W. K E R N K A M P
Redacteuren: H. BRUGMANS, TOP NAEFF, G. NOLST TRENITÉen H. SALOMONSON
Secretaris der Redactie: C. F. VAN DAM
UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF
[ Prijs per jaargang 10.?bij vooruitbetaling. Per No. f 0.25. | Redactie en Administratie; Keizersgracht 333, Amsterdam Advertentiën 10.75 per regel plus 20 cent dispositiekosten |
INHOUD: 1. De taal van Utopia, doer
Prof. Dr. O. W. Kernkamp. Tijdgenooten
door Dr. W. G. C. Byvanck 2.
Amerikaansche brief, door Dr'. H. W. van Loon, met
teekeningen door den schrijver Astrono
mische fragmenten, door Aërobates 3.
Spreekzaal Vol au Vent, door Hans
Ludificor 5. Voor Vrouwen: Vrouwenarbeid,
door Elis. M. Rogge Bijkomstigheden, door
Annie Salomons Iets nieuws, door Mart.
Wittop Koning Uit de natuur:
Parnassia, door Dr. Jac. P. Thijsse 6. Uit het
land van Ronsard, door Prof. Dr. J. Salverda
de Qrave Boekbespreking, door Dr. S. A.
van Lunteren 7. Financiën en Economie,
door Paul Sabel Indische glimwormpjes,
door H. Veersema Hittegolfcaricaturen,
door B. van Vlijmen 8. Het verkeer langs
den hofvijver, door Prof. Dr. W. Martin
Schilderkunstkroniek, door A. Plasschaert
Een gedenkbordje, door Discipulus
Appollinis Ententef, teekening door Oeorge
van Raemdonck Nieuwe Engelse literatuur,
door Willem van Doorn.?9. ,,De Dag" die
niet opging, teekening van Joh. Braakensiek
Charivaria, door Charivarius
Ontcijferkunst, door Frima 't Schietgat, door
Melis Stoke Buitenl. humor, door Chari
varius 10. Uit het Kladschrift van Jantje
Krekelzang, door J. H. Speenhoff Klaag
zang van een Amstelaarj door S. J. van
Embden Hondjes en Beentjes, door Jan
van Ees en Eduard Veterman.
Rijmkronyck, door Melis Stoke. Omslag:
Bridgerubriek, door B.M.
Bijvoegsel: Frankrijk's isolement, teeke
ning door Joh. Braakensiek.
DE TAAL VAN UTOPIA
Nabetrachtingen overeen congres, zou
ik ook hierboven hebben kunnen zetten
Maar dan over een congres, waar ik
zelf niet bij ben geweest.
Want de phytopathologie pas op
dat je er niet over struikelt, zetter!
*is een wetenschap, waarvan ik alleen
de practische resultaten kan waar
deeren. Zelfs ben ik er niet zeker van,
of ik haar wel recht doe wedervaren,
wanneer ik, ten gerieve van hen voor
wie het woord abacadabra mocht zijn,
phytopathologie vertaal door: kennis
der ziekten van planten.
Maar als een deskundige die ver
taling te eng of te wijd vindt, kan ik
er mij altijd nog mee redden, dat zelfs
de mannen van het vak het niet
heelemaal met elkaar eens zijn over
het terrein, dat hunne wetenschap
bestrijkt en dat het woord phyto
pathologie bv. in Engeland en in
Frankrijk nog verschillende begrippen
dekt.
(/ Tj/ÖGENGOTEN;\J
i, 111 «?' i f, * i i. /1"
MYSTERIES VAN AZI
VII.
LOT EN LEVEN.
Hoe lang Ossendowski en de zijnen in
Oerga zouden verblijven, daarover had hij
zelf niet te beslissen; eenmaal getrokken in den
kring van den fantastischen Baron
UngernSternberg moest hij zijn gangen laten bepalen
door zijn niets ontzienden wil. De oogen
van den man zagen alles, zelfs wanneer hij in
snel tempo met zijn automobiel door de stad
reed, en onze vluchteling kon niet lang on
opgemerkt blijven. De Baron stopte toen
hij hem zag en noodde hem mee te gaan naar
zijn yoerta,
Daar herinnerde Ossendowski hem aan zijn
belofte; hij rekende er op voor zich en zijn
lotgenooten de vrijheid te krijgen van een
haven aan de Stille Zuidzee. Zijn gastheer
stelde hem gerust, maar hij gaf.een voorwaarde
op: weldra, in negen dagen, zou zijn werk
in Oerga zijn afgeloopen en hij zou in
Transbaikaliëden strijd tegendeBolsjeviki beginnen;
die negen dagen moest Ossendowski hem
geven; zoolang was hij buiten beschaafd
gezelschap geweest, alleen met zijn gedachten,
hij had noodig te luchten wat in rem stak en
de gedachten van anderen te kennen. Voor
uw tocht daarna zal ik alles schikken."
Ossendowski stond hem zijn verzoek toe,
hij kon moeilijk anders en bereidde
zich tot een lang gesprek. Maar vertel mij
eerst over uw eigen avonturen", zeide von
Ungern; het bleek echter dat zijn hart volwas
van mededeelingen over zichzelf en zijn
plannen.
Dat ging op tot heel oude tijden. Voorouders
waren er geweest onder de Hunnen van Attila,
en later in de Middeleeuwen hadden zij
met de Duitsche orde te vuur en te zwaard
Die wijsheid dank ik aan een
nabetrachting" in de N. Rott. Cour. van
heden morgen over het internationale
congres voor phytopathologie enz., dat
onlangs te Wagenirigen en te Baarn is
gehouden.
Internationaal" in de werkelijke
beteekenis van het woord: de
Duitschers waren er niet geweerd; de
officieele welkomstgroeten werden dan ook
achtereenvolgens in het Fransch en het
Engelsch en het Duitsch uitgesproken.
Op dit congres heeft de Nederlandsche
wetenschap zich dus ook gekweten van
de taak, die haar juist in deze tijden
ten deel valt: de bemiddelaarster te
zijn tot het weder aanknoopen van de
betrekkingen tusschen mannen en
vrouwen van wetenschap uit alle landen.
Circa 25 landen waren er op
dit congres vertegenwoordigd. Toch
heerschte er geen Babelsche spraak
verwarring. De voordrachten werden
gehouden in n van de drie talen, die
wij de moderne" plegen te noemen.
Kwam er eens misverstand, omdat niet
elk buitenlander alle drie deze talen
verstaat, dan waren de Nederlanders
er terstond bij om het misverstand uit
den weg te ruimen; immers bij ons,
zoo leest men in het straks genoemde
artikel, ,,is ieder de drie talen min of
meer machtig".
Jawel: min of meer"; soms is het
meer min dan meer; maar in eik geval,
we redden ons er mee. En zullen dat
moeten blijven doen, zoolang we onze
gedachten niet kunnen uitdrukken op
de wijze, zooals dat in Utopia ge
beurt.
Een nieuw Volapük of Esperanto?
Neen, een heel wat volmaakter
middel tot het overbrengen van ge
dachten. Ik had er nog nooit van ge
hoord. H. G. Wells heeft het me leeren
kennen. In zijn jongsten fantastischen
roman Men like Gods": uitstekende
vacantielectuur maar niet zoolang
deze hitte duurt; want je moet er
wakker bij blijven.
De hoofdpersoon in dit boek, Mr.
Barnstaple, neemt ook vacantie. Deze
journalist heeft het hard noodig om eens
weg te komen van zijn krant, van zijn
hoofdredacteur en van zijne familie.
Telegrafeert daarom aan zijne vrouw,
dat zijn dokter hem heeft voorgeschreven
onmiddellijk rust te nemen, wegens
neurasthenie in acuten vorm ; verzoekt
geen brieven op te sturen en kondigt
aan, dat hij zelf voorloopig niet zal
schrijven: geen tijding, goede tijding
enz.
En zoo trekt hij er dan uit, in zijn
kleinen, gelen auto, die bij zijne familie
bekend staat onder den naam het
de Lithauers en Esthen bekeerd tot het
Christendom, monnik en krijger waren zij
geweest, der asceet en den militair hadden
zij in zich vereenigd. Maar zij sloten zich niet
op in hun burchten van Lijfland, ofschoon
er in de familie legenden waren van alchi
misten, die in hun torens verboden onder
zoekingen pleegden en hun ziel aan Satan
verkochten; zij zwierven over de zeeën, de
grootvader van von Ungern was zeeroover
in den Indischen Oceaan en na zijn gevangen
neming in Trans Balkaliëgedeporteerd.
Daar had hij, von Ungern, z'n jeugd doorge
bracht, krijgvoerend en het Boeddhisme
bestudeerend, want sinds de grootvader het uit
Indiëhad meegebracht, waren zijn vader en
hij overtuigde Boeddhisten geworden en zijn
jeugddroom reeds was geweest er een militaire
orde van te maken, uitgerust om te strijden
tegen het groote Beest der Revolutie, waar
van Johannes op Patmos het visioen had
gehad en dat ook nu als de Vijand de wereld
orde wilde vernietigen.
Hij was aan een beschrijving van het
monster gegaan en haalde in een mengsel
van talen zoowel Leonardo da Vind als
Bergson aan, toen zijn adjudant hem stoorde
met het melden der gevangeneming door de
buitenposten van een afdeeling Bolsjeviki.
Breng hen voor het fiont van de Yocrta !"
commandeerde von Ungern. Daar vond men
hen geschaard, zes man, Ossendowski had
den Baron gevolgd. Hij zag hen eerst scherp
aan, verdiepte zich in zijn gedachten eenige
minuten, en ging daarna resoluut op de
mannen toe, verdeelde hen in twee groepen,
vier en twee, gebood de eersten zich te laten
inlijven door den commandant in zijn leger,
en verklaarde streng dat de anderen com
missarissen der roode garde waren wat
juist bleek te wezen door de papieren op hen
gevonden. Ransel hen dood met stokken !"
vonniste hij.
Het verdere onderhoud wilde toen niet
vlotten.
Het werd den volgenden avond voortgezet
toen von Ungern Ossendowski met zijn
automobiel kwam afhalen om hem Oerga
en omstreken bij avond te toonen. De Baron
was trotsch op de verbeteringen in de stad
aangebracht ten behoeve van de orde en vooral
op het elcctrische station met zijn booglampen
voetbad", alias Colman's mosterd"
alias het gele gevaar". Niet op zoek
naar avonturen, maar alleen met .het
doel om zijn werk en zijn omgeving een
poos kwijt te zijn.
Hij is nog geen half uur op weg, of
hem overkomt een avontuur van de
eerste orde: met auto en al wordt hij
overgewipt in een andere wereld, op
een andere planeet: Utopia.
Hoe dat in zijn werk gaat, kunt u
bij Wells nalezen; de vierde dimensie
en Einstein komen er bij te pas: ik heb
u al gewaarschuwd, dat het geen
lecteur voor een strandstoel is.
En niet alleen Mr. Barnstaple wordt
overgewipt naar Utopia, maar nog twee
andere auto's, met inhoud, waartoe o.a.
twee beroemde Engelsche politici
behooxfen, die ge gemakkelijk herkent,
want al verdraait Wells hun naam, aan
hun karakter en hun hebbelijkheden
verandert hij niets.
Bij de eerste ontmoeting nu van dit
gezelschap met de Utopiërs, blijkt dat
deze volmaakt Engelsch spreken. Zoo
meenen althans de Engelschen. Maar
een Franschman, die ook tot het
gezelschap behoort, houdt bij kris en
bij kras vol, dat de Utopiërs Fransch
spreken.
Meen nu niet, dat de Utopiërs na
tuurlijk alle drie de moderne talen
onder de knie hebben. Neen, dat is de
oplossing niet. Als een Utopiër spreekt,
hoort een Engelschman hem Engelsch
en tegelijk een Franschman Fransch
spreken. Maar ik mag eigenlijk niet
schrijven: als een Utopiër spreekt",
want een Utopiër spreekt in den regel
heelemaal niet.
Hoe dan?
Laat het u uitleggen door een Uto
piër zelf:
Vroeger, eeuwen geleden spraken
wij. Wij brachten onze gedachten over
in klanken en bij den hoorder werden
die klanken weer omgezet in gedachten.
Maar langzamerhand begonnen de
menschen te begrijpen, wat een ander hun
wou mededeelen, voordat hij zelf nog
zijne gedachten in woorden had geuit.
Zij begonnen in hun geest te hooren,
zoodra de ander zijne gedachten had
gevormd en voordat hij zelf de
correspondeerende woorden nog in zijn geest
had gevormd. Zij wisten wat hij hun
wou vertellen nog voordat hij het ge
zegd had. Deze directe overbrenging
van gedachten werd langzamerhand
algemeen; met eenige moeite bleek
iedereen het te kunnen; en nu is het bij
ons reeds een gewoonte geworden."
Wij denken nu direct tot elkaar.
Wij brengen onze gedachten aan elkaar
over, als ten minste de afstand niet te
l HUI l l llllllllllmlllllllllllllllllllllllll
op een hoogte, die de verspreid liggende wonin
gen bestreek. En hij begon weder te spreken
over zijn ideeën, hoe hij door de vestiging
van een orde het bederf in Rusland had hopen
tegen te werken, en later, toen Duitschlandde
macht kreeg, er aan had gedacht om Azi
tegen Europa te mobiliseeren en China met
zijn oude beschaving tot het centrum te maken
waaruit het roode Beest der Revolutie werd
bestreden. Maar nu was het eerst te doen om
den burgeroorlog te beëindigen in Rusland,
later konden de Pan Aziatische plannen
weer worden opgenomen. Al zag hij de vol
tooiing niet van zijn werk, omdat hij er binnen
kort van zou worden afgeroepen, hij was
toch gelukkig den grondslag te hebben gelegd..
Zijn verklaringen eindigden op een noot van
droefgeestigheid en van spijt over den roep
van wreedheid, aan zijn naam verbonden.
Men wil niet begrijpen dat ik vecht tegen een
secte van moordenaars, de eenige straf die
ik, als afstammeling van kruisvaarders en
Duitsche ridders, hun kan opleggen is de dood
straf."
Bewijzen van Ungern's hardheid zou Ossen
dowski nog genoeg tegenkomen.
Men leefde in Oerga onder een regime van
schrik.
Toen onze vluchteling op een avond bij
officieren van den staf was genood, want als
vriend van den chef der cavalerie-divisie
werd hij overal graag gezien, kwam daar
neuriënd alsof hij zich geheel thuis gevoelde
de commandant binnen van de stad, de be
faamde en gevreesde Scpailoff, de man met
het zadelhoofd. Bij zijn komst vertrok de
eene officier na de andere.
Hij bracht papieren aan den chef van den
Staf en Ossendowski opmerkend sprak hij
hem vriendelijk vleiend toe: Ik heb iets voor
u dat voortreffelijk zal smaken; een
vischpastei en een tomatensoep zal ik straks hier
laten bezorgen."
-Met zulk schuim moeten wij hier samen
werken", gaf de chef van den staf hem na,
toen hij afscheid nam, en als Scpailoff's
ordonnans de beloofde spijzen bracht, liet
hij hen zoo spoedig mogelijk verwijderen.
Men eet niet wat uit dat huis komt", ver
klaarde hij; het eten is waarschijnlijk vergif
tigd", en hij legde uit hoe voor Ungern's roep
van wreedheid inderdaad was te danken aan
groot is. Klanken gebruiken wij in onze
wereld alleen als wij het mooie van
menschelijk geluid willen hooren, of in
oogenblikken van emotie, of als wij
elkaar op verren afstand iets willen
toeroepen, of als wij tot dieren spreken,
maar niet meer in den dagelijkschen
omgang, voor het gewone overbrengen
van gedachten van mensch tot mensch."
Wanneer ik tot u, niet-Utopiër,
denk, wordt die gedachte in uw geest
gereflecteerd, voor zooverre zij daar
overeenstemmende ideeën en passende
woorden vindt. In uw geest kleeden
zich mijne gedachten in woorden, die
gij schijnt te hooren en dan natuur
lijk in uw eigen taal en uw eigen gewone
woordvorming. De leden van uw ge
zelschap zullen waarschijnlijk wat ik
tot u zeg allemaal verstaan, maar elk
zal het hooren metindividueele verschil
len van woorduitdrukking en klank."
Dit blijkt inderdaad het geval te zijn;
en ook zijn er gapingen in het gesprek"
tusschen een Utopiër en een
nietUtopiër, wanneer de eerste en dit
komt nog al eens voor, want de Utopiërs
zijn ons eeuwen vooruit in ontwikkeling
gedachten wil overbrengen, waarvan
de laatste niet het flauwste begrip heeft.
In dit laatste opzicht bestaat er
groote overeenkomst tusschen de Uto
piërs, die hunne gedachten direct over
brengen, en ons, die de bemiddeling
van woorden en klanken noodig hebben.
Wanneer bij ons een schrijver of een
spreker gedachten uit, die bij den
lezer of hoorder geen overeenstem
mende ideeën aantreffen, die niet in
slaan bij hem, dan legt de lezer het boek
neer of houdt de hoorder op met
luisteren, en ontstaat er dus, net als in
Utopia, een gaping in het geestelijk
contact.
Zoo ver hebben wij het ook al ge
bracht.
Maar het direct overbrengen van
gedachten, zonder klanken welk
een perspectief. Reeds nu hebben ook
bij ons enkelen dat vermogen; maar als
het eens bij iedereen in latenten vorm
aanwezig was, als het door oefenen kon
worden gekweekt: welk een toekomst
gingen wij tegemoet! Vreemde talen
zouden wij alleen moeten kunnen lezen,
maar ze niet meer behoeven te kunnen
spreken, want tot elk vreemdeling
zouden wij slechts behoeven te denken,
en het zou hem, als den niet-Utopiër
in Utopia, toeschijnen dat wij tot hem
spraken in zijn eigen taal, in zijn eigen
patois, in zijn individueele manier van
spreken !
Wij zouden dan den lof niet meer te
hooren krijgen, dat wij de drie
moBERICHT
Bij verandering van adres ge
lieven de abonnés te vermelden
of de wijziging tijdelijk of blijvend
is, en tevens zoowel het oude als
het nieuwe adres op te geven.
Losse nummers van De Am
sterdammer" worden alleen toe
gezonden wanneer een bedrag
van f 0.31 voor elk exemplaar is
bijgevoegd.
miiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiilliiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiii
derne talen" machtig zijn, want wij
zouden ons in alle talen zonder uit
zondering even goed kunnen uitdrukken
en hoeveel beter dan nu ! We zouden
de vreemdelingen ook van onze grapjes
kunnen laten genieten hoevelen van
ons hebben dat niet als een belemmering
in den omgang met buitenlanders
gevoeld: er ons door heen slaan kunnen
wij wel, als we Fransch of Engelsch of
Duitsch moeten spreken, maar
hoevelen beheerschen elk van die talen
zóó, dat zij er zich geheel in kunnen
geven zooals ze zijn?
Neen, ik voor mij ben glad voor het
directe overbrengen der gedachte. Als
Wells ons nog maar eens precies wou
vertellen, hoe ze het in Utopia hebben
aangelegd om die kunst te leeren !
In afwachting daarvan zullen we
onzen roem ais meesters van de drie
moderne talen" moeten trachten te
handhaven.
En alvast er voor moeten zorgen,
dat onze kinderen, als een van de goede
dingen die ze op hun levensweg van
ons hebben meegekregen, althans n
van de drie even goed spreken als hunne
moedertaal.
Zóó goed, dat ze er ook grapjes in
kunnen maken !
KERNRAMP
de onmenschelijkheid van Scpailoff en van
zijn beiilsknechts waarvoor zelfs de Baron
zijn vrees koesterde, want hij was blijkbaar
krankzinnig, maar hij kon niet van hem af.
Ja, dien avond zelf ontsnapte Ossendowski
alleen door zijn tegenwoordigheid van geest
aan een val hem door Scpailoff gelegd.
De Baron moest tusschenbeide komen om
Ossendowski te redden, woedend sloeg hij
den jaloerschen commandant tegen den
grond en verzocht den vreemdeling zijn gast
te wezen. Zoo alleen kon hij voor zijn leven
instaan.
Hem zelf joeg de dood.Met groote bitterheid
ontgleed het zijn mond, toen zij alleen waren.
Nog honderd dertig dagen, dan was alles
gedaan, het Nirvana nam hem op. Hoe ziek
maakt mij al het wee, het verdriet en de haat !
Laat ons naar den grooten goeden Boeddha
paan !"
Het was twee uur in den nacht, de automo
biel bracht hen bij den grootsten tempel
van Oerga. Op den gongslag van den Baron
stortten de verschrikte priesters naar voren
en geleidden hem naar het altaar, waar hij
voor het Boeddhabeeld ging bidden. Maar hij
vond niet de stemming die hij zocht: Het
is hier alles zoo nieuw", klaagde hij, deze
tempel is gebouwd, toen de Levende Boeddha
blind werd enkele jaren geleden; er is geen
meegevoel in deze ommuring." En hij bracht
hem naar een ouden toren achteraf waarvan
de deur openstond.
Twee priesters prevelden er de gebedsfor
mulieren, zonder op te kijken.
(looi de dobbelsteenen voor het getal
mijner dagen !" commandeerde hij.
Zij brachten de bekers en de steenen en
wierpen ze op de tafel uit. De Baron rekende
met hen mee. Wederom honderd dertig,
dat getal was niet te boven te komen.
Ondertusschen brak het daglicht aan, en de
gast met den opperbevelhebber hielden inspec
tie van de duizenden lama'sdie in de omstreken
van den tempel verbleven. Dan eerst gingen
zij rust zoeken in hun kwartier. Maar slaap
kwam er niet over Ossendowski's oogen.
Zooveel indrukken drongen op hem aan;
hij wist niet langer waar hij zich bevond.
Na liet middagmaal stelde de Baron voor
den Levenden Boeddha een bezoek te brengen
in zijn paleis. Eerst was het in den hoogsten
minimum Miimiimmmiiiimi iiiimin im m
raad van het land, het eigenlijk bestuur, dat
zij verschenen. De Baron nam er afscheid int
hij het land ging verlaten, hij droeg het aan
hun zorg op; het bevrijde Mongoliëmoest de
herinnering aan Dschengis Khan bewaren
en zich gereed houden om als een machtig
volk al de volken te hereenigen, die eens zijn
rijk hadden gevormd.
Dan was de tijd daar voor de audiëntie bij
den Levenden Boeddha.
Hij kwam, een oud blind man, blind
door het gebruik van sterken drank, waaraan
hij en ook zijn vrouw zijn verslaafd, inaar
toch omhuld met een ontzagwekkende plech
tigheid als degeen die direct met den Boeddha
in verkeer staat. De Baron maakte voor hem
een diepe buiging. Hij, de levende God, legde
hem de hand op het hoofd en bad voor hem
en beloofde hem: Gij vleesch geworden God
van den oorlog, herinner u, dat gij niet zult
sterven, maar zult worden herboren in de
hoogste gestalte."
Het was dus het afscheid voor den dood,
die de profetieën aankondigden, dat Ossen
dowski bijwoonde.
Maar het treffendste schouwspel, want of
wij willen of niet, deze voorvallen blijven
altoos voor ons iets houden van een tooneel,
was de laatste nacht, van 19 op 20 Mei 1921,
dien de Baron in Oerga in gezelschap van een
ouden oorlogskameraad en van Ossendowski
doorbracht. De vroegere krijgsdaden werden
herdacht, het leven in zijn bekoorlijkheid en
wildheid trok voorde herinnering voorbij.,, Het
is toch nog te vroeg voor mij om te sterven",
zei von Ungern met een wrang heimwee. De
beroemdste waarzegster werd hem in de
tent gebracht en wederom was het: Het leven
van den krijgsgod loopt af." Ja, ik zal sterven
maar niet de zaak. Niemand kan het vuur
bluschen in het hart van Mongolië!"
Den dag daaraanvolgend wisten onze vrien
den aan een v.erraderlijken aanslag van kolo
nel Scpailoff te ontkomen en waren zonder
veel hindernissen op weg naar Peking. De
Baron viel in handen der Bolsjeviki, overge
leverd door zijn officieren.
De profetiën kwamen uit: niet veel meer
dan vier maanden heeft hij nog het gewone
leven geleefd; het verdere is het leven
deilegende.
W. G. C. B ii v A N c K