Historisch Archief 1877-1940
"/t.
K" V
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERlANDk
11 Aug. '23. - No. 2407
tr>
BBLOFTE
Tevens adres burgemeester de Vlugt kleine fantastische Natuurvisie.
En haringen het bosch bevolken,
fcwy
*««)
De Vrije Socialist, het Dwang-Rijm overnemende,
na het wij behoeven het nauwelijks te vermel
den verminkt te hebben, schrijft:
Wat doet Charivarius, naast het
schrijven van opmerkelijke (dank u ?
Cftar.J stukjes nog meer om den tucht
schoolstaat te vernietigen? Als strijdend
anarchist voor 'n betere samenleving
hebben wij hem nog nimmer in onze
gelederen gezien. Kan nog komen."
Ik, arme, strijdend anarchist?
Wie zou zich zoo iets kunnen droomen!
Ik, die zelfs met mijn vrouw niet twist,
Want die bestaat niet (kan nog komen),
Liefst bloemkens in mijn gaarde pluk,
En alle ruwte mijd en grof te ?
Stil. 'k Word het. Schoon voorwaardeluk.
Zoo luister dan naar mijn belofte:
Wanneer de zon deez' aard besproeit,
V,De regen haar 'weer op doet drogen,
De koude zengt, het ijs ontgloeit,
Wijl w' ons aan 't vuur verkoelen mogen,
Wanneer de kleur der blaren blauw,
De smaak van 't zilte zee-nat zoet is,
De wei des middags glanst van dauw,
DeT>lanke sneeuw zoo zwart als roet is,
Wanneer de wereld niet meer draait,
De menschen op hun hoofden loopen,
De Noordewind van 't Zuiden waait,
En d'ijsbeer trippelt in de tropen,
Wanneer de mist de maan beschijnt,
Wen bliksemschichten langzaam stijgen,
En moleculen, sterk verkleind,
Op dit gezicht hoogachtend zwijgen,
Wanneer de beek den boom beklimt,
De berg den regenboog beklautert,
De kwal zijn neus wrijft tot hij glimt,
En dan een graantje pikt, die stoutert!
Wanneer het koebeest eieren legt
En kip en potvisch wordt gemolken,
Wanneer de walrus koekoek!" zegt,
AMERIKAANSCHE BRIEVEN
door Dr. HENDRIK WILLEM VAN LOON.
PRESIDENT HARDING f
De Qroote Witte Vader ligt dood in de stad
van den Heiligen Franciscus. En de wereld
telt een zeer braaf medeburger minder.
Ik gebruik dit woord medeburger" met
opzet. Men hoort het zelden. Het doet ons
denken aan de dagen van de Patriotten. Er
zit een bijsmaakje aan van den citoyen" die
in den heiligen naam van vrijheid, gelijkheid
en broederschap" het oude t'orsche gebouw
van middeneeuwsch Europa afbrak om er ons
de Napoleontische kazerne voor in de plaats
te geven.
Maar Amerika, geboren uit dienzelfden
tijd en dienzelfden geest, ontsnapte aan de
verderfelijke consequentie's van een al te
eenzijdige demokratische theorie. De vrij
heid en de gelijkheid en de broederschap"
bleven bestaan. Maar in de plaats van het Kei
zerrijk kwam het Oemeenebest. Het ideaal
van een Gemeenschap van Vrije Burgers
ging niet te gronde.
Wanneer een teek, in boetekleed,
Zijn vaerzen voordraagt, zwaar verkouden,
.- Wanneer het gnoe zijn naam vergeet,
Omdat het dien niet kan onthouden,
Wanneer de sprot piano speelt,
Voor smoorverliefde kakkerlakken,
En dan zes pond guano steelt
Om pannekoeken van te bakken,
Wanneer een inktvisch zich geneert,
Omdat zijn zwembroek wat poreus is,
En 't ramlend rif zich parfumeert,
Dewijl zijn lucht zoo cadavreus is,
Als 't veldkonijn den boer verstrikt,
En dan den hals tot troost een pop geeft,
Als 't hoen, door wurmen opgeslikt,
Wel moppert, maar den moed niet opgeeft,
Wanneer de kreeft kraait als een haan,
De paling bot vangt in een netje,
En daarna, dankbaar en voldaan,
Haar jong verzuipt, voor een verzetje,
Wanneer de vlieg een webbe weeft,
Om kamerspinnen in te vangen.
En, als zij ze gevangen heeft,
Uit wroeging zich tracht op te hangen,
Als zeven wespen 't kunstgebit
Van een verloopen slak verknoeien,
Die zich met zijn verhuurden hit
Per auto naar Parijs laat roeien,
Wanneer een rups een oester schaakt,
En 't paar, verkleed als twee Apachen,
Een olifant zoozeer vermaakt,
Dat deze dood valt van het lachen,
Wanneer men noode 'n oorwurm mist,
En onzen hemel bidt om vlooien,
Dan word ik strijdend anarchist,
En doe ik mee aan bommen gooien.
CHARIVARIUS
Er is sindsdien veel gebeurd dat de wereld
deed twijfelen aan de mogelijkheid om een
dergelijken Staat tot durenden bloei te bren
gen. Een wildernis, plotseling overstroomd door
al de onterfden van Europa, werd maar al te
dikwijls veranderd in een moeras. Men hoorde
veel over het moeras en weinig over de
golvende velden, die de oude prairie bedekten
en met hun graan het hongerige Europa in het
leven hielden.
Te midden van deze eindelooze akkers werd
Harding geboren.
Hij zal er begraven worden.
Hij leerde er die behulpzame welwillendheid
waardoor Europa, als het eindelijk van den
oorlogswaan bevrijd is, nog eens zal kunnen
worden gered.
De President behoorde tot die eenvoudigen
van geest, die toch zoo heel ver weg staan van
hen die men wel eens simpel" noemt. Hij
was schrander en hij kon bij gelegenheid heel
slim zijn. Hij wist, dat men in deze wereld heel
weinig cadeau krijgt, dat men werken moet
om te slagen en dat men de gemeenschap het
beste dient terwijl men tracht de eigen per
soonlijkheid zoo veel mogelijk tot volmaking
te brengen.
DE STILLE OCEAAN EN
NEDERLANDSCH-INDI
Volgens artikel XIX van het tractaat van
Washington tusschen de Vereenigde Staten,
het Britsche Rijk, Frankrijk, Italiëen Japan
aangaande de beperking van de bewapening
ter zee (d.d. 6 Feb. 1922) zijn de Vereenigde
Staten, het Britsche Rijk en Japan overeenge
komen, den status quo te handhaven betref
fende versterkingen en Marine-bases in hunne
gebieden en bezittingen, en wel in:
1. Het eilandenbezit dat de V. S. thans in
den Stillen Oceaan hebben of alsnog mochten
verkrijgen, behalve a. die welke in de buurt
van de kusten der V. S. gelegen zijn, Alaska
en de Panama-Kanaal-zone, maar niet de
Aleoeten eilanden 1), en de Hawai-eilanden;
2. Hongkong en de eilanden die het Britsche
Rijk thans in den Stillen Oceaan bezit of nog
mocht verkrijgen ten Oosten van den HOen
lengtegraad van Greenwich, behalve a. die
welke gelegen zijn langs de kusten van Canada
b. langs de kusten van Australië, c idem Nieuw
Zeeland;
3. De volgende eilanden behooren aan Ja
pan in den Stillen Oceaan: de
Kurilleneilanden,de Bonineilanden, Amami Oshima,de Lioe
Kioe-eilanden, Formosa- en de Pescadores en
de eilanden die Japan alsnog in den Stillen
Oceaan mocht verkrijgen.
Daar Amerika noch in Guam, noch in de
Philippijnen voldoende versterkingen heeft,
en er ook geen Marine-basis mag aanleggen,
ROOKT
Si-pA-Ko's
El Gusto"
SUMATRA 10 cent
Jozef Israels"
VORSTENLANDEN 8 cent
AMSTERDAMSCH
HANDWERK.
Verkrijgbaar bij alle voornam» Sigannwinkeliers.
uuimiiuiuuinniunniiiiniimiiiiiiniiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiinniifiifiiim
Maar dit alles moest geschieden op de breede
basis van de wijde kontrijen van zijn geboorte
land. Daar huldigde men van oudsher het
principe van leven en laten leven".
Het menschelijk bestaan was nu eenmaal een
eigenaardig spel waarbij de kundigsten met
den grootsten prijs gingen strijken.
Maar evenmin als men .zich bij een partijtje
schaak zal verhoovaardigen omdat men ge
wonnen heeft en evenmin als de verliezer u
in woede de kasteelen en raadsheeren naar het
hoofd zal gooien, omdat hij door een onhan
digheid zichzelf mat gezet heeft, evenmin
moet men in de maatschappij den tegenstander
verachten of het eigen sukses als een bewijs van
Goddelijke genade beschouwen.
It is all in the day's work.
Het valt nu eenmaal zooals het valt. Van
daag lacht de fortuin mij toe. Morgen vernielt
een wolkbreuk mijn voorraadschuren en sta
ik op straat zonder een cent.
Dat was bet leven en de levensphilosophie
van het midden-westen, de graanschuur van
de heele wereld en het werd de
levens-philosophie van den man, die plotseling geroepen
werd om den desolaten inboedel" van
Woodrow Wilson te aanvaarden.
Het was geen kleinigheid.
Iemand zonder de eenvoudige" ziel van
Warren Harding ware er voor terug geschrikt.
Maar het valt zooals het valt en toen men,
eigenlijk bij gebrek aan beter, hem kandidaat
stelde, nam hij den nieuwenplicht'op zich zooals
hij indertijd in het Fanfarecorps van Marion
de schuiftrompet had leeren blazen. Iedereen
kan wel zoo'n beetje op dat instrument leeren
spelen. Iedereen kan natuurlijk geen
schuiftrompet-virtuoos worden.
Dat was ook heelemaal niet noodig.
Marion lag nog op de uiterste grens van de
wereld der pioniers. Een Fanfarecorps was a!
een heel ding. Het bracht wat leven
indeverKoÉUijki JltDiiiliraoiporl-lhalschappjj l
(DE GRUYTER & Co.
DEN HAAQ
AMSTERDAM
ARNHEM
Internationale Verhuizingen
veling van een landstadje. De jonge kerels
van het dorp moesten er.maar voor zorgen.
De een kreeg de clarinet en d_e ander de
' trommel. Warren met zijn lange lichaam paste
bij de schuiftrompet en niet bij de piccolo.
En dus speelde hij mee en deed iiet goed ge
noeg om er desnoods zijn broodje mee ver
diend te hebben. Dat was echter niet
noodig. Zijn vader kocht hem voor weinig
geld een onbenulligplaatselijkblaadje. Warren,
die niet precies geweten had wat hij eigenlijk
moest worden, trok zijn jas uit, stroopte de
hemdsmouwen op en begon zijn loopbaan:
redakteur, zetter en manusje-van-alles in de
ad vertentieaf deeling.
Hij werd geen wereld-beroemd uitgever,
maar dat was ook heelemaal niet zijn plan.
Marion groeide en de krant moest mee
groeien.
De krant deed het,
Iedereen kende den ouden Harding, die
van plattelands-geneesheer ? onwillekeurig
een soort stadsdokter geworden was.
Iedereen kende den zoon met zijn goede
gezicht, zijn vriendelijke oogen en den glim
lach, die hem als een getrouw paspoort tot
het einde van zijn leven door alle moeilijk
heden heen geholpen heeft.
Van de krant naar de politiek is niet heel
ver in een eenzame streek des lands waar de
meeste menschen het te druk hebben met de
dagelijksche karweitjes van de boerderij en
den veestapel.
Men had nu eenmaal zoo iets als een ge
westelijke regeering noodig om wegen in orde
te houden en dieven te vangen en eens een
enkele wet op handel of verkeer tot stand te
brengen.
Warren was alweer de aangewezen man.
Niet omdat hij zooveel knapper was dan
zijn buren.
Juist omdat die buren gevoelden: hij is een
man van ons eigen slag. Hij uenkt rood zooals
wij denken. Hij wil wat wij willen. Dan komt
er geen ruzie. Nu loopt alles op rolletjes en wij
hebben verder geen last van dat politieke
gedoe".
Zoo ging hét steeds.
De wereld hoorde weinig van den zoon van
den ouden dokter, die nog aftijd in zijn mod
derige tilburietje van de eene hofstee naar de
andere reed.
Maar moest er een rede gehouden worden
of dreigde er ergens oneenigheid in de partij,
dan haalde men den jongen man, zooals men
vroeger den vader gehaald had wanneer er
ziekte in het huishouden was.
Van dit deel van zijn carrière wist de
Amerikaansche pers-wereld heel weinig toen Har
ding plotseling door de Republikeinen tot
kandidaat voor het presidentschap gesteld
werd.
We zochten het toen zoo'n beetje op in oude
kranten.
Er was niet veel te vinden.
Harding zelf beaamde dat volmondig.
Je behoeft heusch niet op mij te rekenen
als je een genie verwacht" zeide hij na zijn
eerste officieele onderhoud. ,,Ik ben geen
hoogvlieger en denk er ook niet over om er
mij voor uit te geven. Ik ben een heel gewoon
mensch. Maar wat ik te geven heb, dat zal ik
den lande eerlijk en oprecht geven. Het Witte
Huis, word ik gekozen, zal ophouden een
soort dependance van het Hemelrijk te zijn.
Het wordt weer heel eenvoudig de woning van
den eersten dienaar van het gemeenbest en de
deur zal er voor een ieder openstaan, zooals
dat ook in Marion het geval was."
Men lachte erom. Men zei dat de
Amerikaansche republiek geen provintiaal blaadje
was dat zoo maar door een meneer in hemds
mouwen kon worden geredigeerd en gedrukt.
Het is erg meegevallen.
Het was me het erfenisje wel dat Harding
aanvaarden moest.
WARREN HARDING.
Wilson was, wat verstand en kennis betreft,
ongetwijfeld de meerdere van zijn opvolger.
Maar Wilson was lange jaren het hoofd ge
weest van een groote Universiteit. Dat is
altijd verderfelijk, vooral als men dan daarbij
nog uit de professoren-wereld kcmt. Tegen
spraak hoeft meri niet te verwachten. Alle
vraagstukken die men behandelt zijn van min
of meer acedemischen aard.
In de studeer-kamer had Wilson zijn Veer
tien Punten opgesteld. Hij voelde zich zoo
zeker van het heilige van zijn zaak, dat hij er
zelf mee naar Parijs durfde trekken. Hij kwam
de stad binnen, gehuld in het nobele gewaad
van zijn eigen idealisme. Hij verliet haar in de
geleende plunje van den een of anderen kelner.
Letterlijk alles was hem afgenomen door den
boosaardigen grijsaard die na een leven van
hartstocht en haat niet meer geloofde aan de
dingen waarvoor zoo vele honderd duizenden
jonge menschen juist alles hadden opgeofferd.
Het Amerikaansche Volk, ontnuchterd door
een dergelijke ethische debacle, zocht een
zondenbok en vond dien in Wilson.
Gebroken en verouderd bezweek de Presi
dent en hobbelde weg van het tooneei als een
tweede johan van Oldenbarnevelt, die op
zijn krukje naar het schavot moet strompelen.
Harding kende zijn wereld beter.
Hij had in zijn dagen een stevige poker ge
speeld. En Clemenceau had wei heel goede
kaarten moeten hebben om van dien beproef
den krantenman ook maar een enkel dollartje
te winnen.
Maar het spel was uit.
Clemenceau had de winst opgestreken en de
berooide Wilson was naar huis teruggekeerd
na het laatste Amerikaansche krediet
verdobbeld te hebben.
Harding zeide r laten wij opnieuw schudden
en nog een rondje leggen. Maar eerlijk dezen
keer, en bij mij hier thuis, waar ik kaarten con
troleeren kan. Met die vreemde kaarten kan ik
niet overweg".
Uit deze idee \»erd de Conferentie van Was
hington geboren.
Aan den oever van de Phaoniac speelde men
zooals fatsoenlijke menschen dat onder el
kaar doen.
Frankrijk had een slechte kaart en trachtte
dit te verbergen door een vrij luidruchtige
conversatie.
IIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIII
liggen deze eilanden vrijwel onbeschermd.
Anderzijds ligt Hawai, dat wel versterkt mag
worden en tot marine-basis worden ingericht,
veel te ver van Japan verwijderd, dan dat
Amerika van daar uit Japan zou kunnen aan
vallen. Daar echter Singapore buiten de zone
ligt (juist Westelijk van den llOen lengte
graad) zou Japan vandaar uit door gecom
bineerde Britsche en Amerikaansche vloten
kunnen worden aangevallen zoodra Singa
pore als Marine-basis geschikt was gemaakt.
Nu Engeland Hongkong als Marine-basis heeft
opgegeven, is Singapore het eenige beschik
bare punt voor Engeland. Reeds tijdens de
conferentie te Washington heeft de Japansche
delegatie deze eventualiteit voorzien. In Nov.
1921 had Lord Northcliffe te Peking verklaard
dat Engeland den V. S. zou toestaan Singa
pore als basis te gebruiken indien de Philip
pijnen door Japan werden aangevallen. De
Japanners verkregen te Washington als
een quid pro quo tegenover hun aan te gane
verbintenis, de onder 3 genoemde eilanden
niet te zullen versterken, het zoogenaam
de Four-Power-Treaty (hetwelk geheel afge
scheiden is van het bovengenoemde tractaat
ter beperking der bewapeningen waarvan
Art. XIX boven geciteerd is), d.d. 13 Dec.
1921 tusschen de V. S., het Br. Rijk, Frank
rijk en Japan, waarbij zij zich verhinden,
indien aangaande den Stillen Oceaan eenige
onderlinge uneenigheid mocht ontstaan, daar
over een conferentie te zullen beleggen en
elkanders rechten betreffende hunne gebieden
en eiland-bezittingen te zullen eerbiedigen,
^?i^HHHHHIHiB^BBiV «mivaaiuEli mucai. CUTI VCf&aUe.
iiiniiiiililiiiiiiiiiiiiliHiiijiiifiiiiiiiiiimHiiiiiiiiiuuiiiHiiimiuiiiiimiiiHiiiiuiiiniiniimiiiiiiiM
en wanneer die rechten door eenig ander land
bedreigd worden, gezamenlijk maatregelen
te zullen nemen ten einde die rechten te hand
haven. Dit tractaat loopt 10 jaren en treedtin
werking zoodra het Engelsen-Japansch trac
taat van 1911 is opgezegd.
Men zal zich herinneren dat, vermits het
Four-Püwer-Treaty zwijgt over mogelijke
disputen met andere staten die eilandbezit
tingen in den Pacific hebben, en ook niets
zegt over het respecteeren van de rechten dier
andere staten, tot Nederland (en Portugal)
door ieder der vier mogendheden een Nota
werd gericht waarin werd verklaard dat de
Nederlandsche (Portugeesche) bezittingen ge
respecteerd zouden worden.
De geringe waarde die men algemeen aan
deze tractaten en nota's hecht, blijkt voldoen
de uit de voorgenomen versterking van Sin
gapore, uit het Ned. vlootplan en verschil
lende andere feiten. Zooals ik destijds in dit
blad deed uitkomen, had de zoo hoogge
roemde Conferentie te Washington geen ander
doel dan het Anglo-Japansche verbond uit
den weg te ruimen. Al het overige was words,
words, words".
Dat de Japanners veel belang stellen in
Ned. Indiëis nog kort geleden gebleken (zie
N. R. Ct. van 27 Juli) toen de Japansche
consul te Batavia aan de pers inlichtingen
verstrekte over de Japansche missie naar Ned.
Indiëdie in Japan, met instemming der Jap.
regeering, door vooraanstaande Japanners
voorbereid is. De Japansche consul vertelde
aan een redacteur van het Bat. Nbld. o.a.
dat thans een concreet schema is opgesteld,
hetwelk na uitwerking der gegevens direct
uitvoerbaar zal zijn. De handel tusschen de
twee landen kan sterk uitgebreid worden,
vooral de Japansche export, die tijdens den
oorlog bloeide, doch daarna zeer verminderde.
De oude route via de Chineesche Zee en
Hongkong moet vervangen worden door eene
andere, die van Japan via Palao 2) (onder
Japansch mandaat), Menadüen Macassar
naar Soerabaya leidt. Deze route is korter en
dus goedkooper, en zou den export van
allerlei N. I. producten bevorderen. Men
hoopt voor de uitbreiding van den handel een
groote maatschappij te stichten.
Ned. Indië, zeide de consul verder, beslaat
een oppervlakte drie keer zoo groot als het
Japansche Rijk en met uitzondering van Java
is dat gebied dun bevolkt, weinig productief
en de bevolking arm. De bevordering van de
ontwikkeling der buitenbezittingen wordt dan
ook door Japan ten sterkste voorgestaan (wij
cursiveeren) vooral wat cultures'aangaat en
Japan zal gaarne in dien zin een helpende
hand uitsteken. De missie hoopt op particu
lieren en officieelen raad en steun te mogen
rekenen.
Hoe goed ook bedoeld, dergelijke verzeke
ringen, die feitelijk niets anders beteekenen
dan ons te zeggen dat wij het alleen niet
afkunnen, maken een ietwat onaangenamen
indruk. Nog nooit had een buitenlandsche
mogendheid ons officieel medegedeeld dat wij
de buitenbezittingen niet genoeg ontwikkel
den. Zou Japan iets dergelijks durven
mededeelen aan de regeeringen van Australiëen
N. Zeeland? Australiëis een geheel wereld
deel, waar plaats is voor honderd millioen
menschen, maar waar er maar zeven millioen
wonen. Het gesputter ten onzent tegen de
Viootwet zal niet nalaten in het land van de
Rijzende Zon indruk te maken en zijne be
woners zeker niet minder... vrijmoedig,
zullen wij maar zeggen.
Na de conferentie van Washington is voor
Japan, wat zijn invloed in China betreft, de
toestand van 1914 teruggekeerd. Het heeft
zoo goed als alles wat het tijdens den oorlog
van China had afgedwongen (men denke aan
de bekende 21 eischen) met en benevens
Shantung en de bezetting van Hankow (l
K.M. landinwaarts!) moeten prijsgeven. Dat
Japan dus naar het zuiden den blik wendt, is
geen wonder, nu het vasteland van Aziëzoo
betrekkelijk weinig kans meer biedt.
Ook in Engeland stelt men weder meer be
lang in N. I. dan gedurende eenigen tijd.
Dezer dagen werd in het Parlement gevraagd
of er met de Ned. regeering besprekingen
hadden plaats gevonden aangaande de ver
sterkingen te Singapore in verband met
eventueele versterkingen in Insulinde. De vraag
werd van regeeringswege ontkennend be
antwoord. Een schrijver in de Times van
26 Juli zegt o.a.
l. Het probleem van Japans vermeerde
rende overbevolking blijft onopgelost.
2. Australië, de Philippijnen, en
Ned.Indiëhebben tienduizenden vierkante
mijlen die schaarsch bevolkt zijn.
3, De ongeschreven constitutie van het
Britsche Gemeenebest zou zeker hulp
van het Moederland eischen als een der
Dominions met een vreemde mogend
heid in conflict geraakte.
4. Ned. Indiëligt vlak naast Singapore en
veel Britsch kapitaal is in Ned. Indi
belegd.
5. Nederland is klein en ingeval het met
een oostersch land in conflict geraakte
zou Engeland zeker zijne houding
moeten bepalen, omdat Nederland met
den besten wil van de wereld Ned. Indi
niet voldoende kan verdedigen.
6. De handel van Indiëis van internatio
naal belang en de handelswegen moeten
open blijven. De olievelden van Borneo
en Sumatra moeten beschermd worden,
men moet zeker kunnen zijn dat rubber,
thee, suiker en kina uit Ned. Indi
verscheept kunnen worden.
Er is dus in het buitenland veel belang
stelling voor Ned.-Indië, en terecht, want
Insulinde is een economische factor van groote
beteekenis in de wereld-economie geworden.
Niemand vergt van ons het onmogelijke.
Maar wij moeten in ieder geval toonen dat
het ons ernst is om te willen behouden
hetgeen wij door eeuwen van harden arbeid
en wijs overleg hebben verkregen. Wij hebben
trouwens tegenover de bewoners van Insulinde
historische verplichtingen. Wanneer de socia
listische leiders uit theoretische overwegingen
tegen de Viootwet zijn, dan mogen zij zich
van hunne zware verantwoordelijkheid goed
rekenschap geven. Ingeval wij Ned. Indiëver
loren, zouden het in de eerste plaats hunne
kiezers zijn, die veelal tot de
economischzwakken behooren, die tot bittere armoede
zouden geraken, en hen verantwoordelijk
zouden mogen stellen.
Laat ons die heeren herinneren aan de
welsprekende woorden van Multatuli:
...Ik zag in dat er een groot gevaar
dreigt... een gevaar dat alleen door de
vereende krachten van alle makelaars kan
worden afgewend, en zelfs is het mogelijk
dat deze krachten daartoe niet eens vol
doende zijn, en dat ook de
suikerraffinadeurs... de handelaren in indigo erbij
noodig zullen wezen... en als ik zoo
schrijvend nadenk, dan komt het me
voor dat zelfs de scheepsreederijen ...
en de koopvaardijvloot er eenigszins in
betrokken zijn, en de zeilmakers ook en
de minister van financiën en de armbe
sturen en de andere ministers en de pastei
bakkers, en de galanteriekramers en de
vrouwen en de scheepsbouwmeesters en
de groothandelaars en die in 't klein
verkoopen en de huisbewaarders en de
tuinlui... en mijn boek gaat ook de mole
naars aan en de dominees en hen die
Holloway-pillen verkoopen, en de likeur
stokers en de pannebakkers, en de men
schen die van staatsschuld leven en de
pompenmakers en de touwslagers en de
wevers en de slachters en de klerken op
een makelaarskantoor en de aandeel
houders van de Nederlandsche
Handelmaatschappij en,eigenlijk, wel beschouwd,
alle anderen ook."
Wij hebben bij de viering van het jubileum
van het A. N. V. vele schoone betuigingen
van vaderlandsliefde vernomen. Er was
groote geestdrift in versierde zalen, er waren
feestmaaltijden en redevoeringen, met vele
mooie woorden. Maar die woorden leggen
verplichtingen op. Dat eischt niet de natio
nale ijdelheid. Dat eischt de nationale trots.
Twee zér verschillende dingen.
H. D u N i. OP.
Den Haag, 4 Aug. (923.
I) Die de V. S. dus niet mogen versterken.
2) Palao (of Pelew) is de naam van een
eilanden-groep behoorende tot de
Carolineeilanden en maakt daarvan het meest
westelijk gelegen deel uit. Het ligt ongeveer
1000 K.M. ten Noorden van de Geelvinkbaai.