De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1923 15 september pagina 3

15 september 1923 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

15 Sept. 23. - No. 2412 ; ?* DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND N.V. PAERELS' Meublleering-MI]. AMSTERDAM OOMPLETE MEUBILEERING BETIMMERINGEN Rokin 128-Tel. 44541 Corsetière Keizersgracht 772 te A'dam. TEL. 41751 Ateliers voor Reparatiën. In dan Haag alken Vrijdag Hotel Central. K UNSTHAND WEVEN. Geïllustreerde handleiding ten gebruike van school en huls voor >u>( aan l eer en der technieken van Kunst- en Spoelweven op den hand weef stoel, door ELIS. M. ROGGE en LOOISE H. WILDT Prtjs, irecart. ? 1.90. Uitgave van VAN HOLKEHA 4 WARINDORP, A'dam wmn N.V. Uitg.-Mij. v/h. P. M. WINK - Zalt-Bommel. Kleine == Encyclopaedie (2e druk) (De eerste encyclopaedie van na den oorlog) Ruim 1400 kolommen compressen druk met ongeveer 500 illustraties en 8 gekleurde platen, gebonden in onverslijtbaar sterken band f 7.5O Geïllustreerde Encyclopaedie (2e druk),twee kloeke deelen (ruim 1500 bladz.,1300 illustraties); geef t over ieder onderwerp zooveel als een (eek noodigkan hebben, ervan te weten. Prijs in 2 linnen banden f 15.?; in halfleer f 17.5O wmn reemde Woordenboek (20e?24e duizend) bevat de vertaling en verklaring van de in ons land gebruikte vreemde woorden, uitdrukkingen en aanhalingen. 500 Bladz. Prijs geb. f 1.5O CHARLES NORDMANN EINSTEIN EN HET HEELAL Holl. bewerking van Dr. S. L. VAN OSS. geeft zonder wiskundige formules een juist begrip van de relativiteitsleer en haar beteekenis voor de moderne wetenschap. Prijs ingenaaaid. f3.75; Gebonden l 4.5O Interessante goedkoope romans: VIC B,LBS EEN LIEFDE OP DE BALEAREN 300 bladzijden. Prijs ingenaaid f 2.40; gebonden f S8.9O De Schout van Amsterdam Prijs ingenaaid f 1.5O; gebonden f *.OO J. EIBENHUIS 300 bladzijden N.V. Uitg.-Mij. v/h. P. M. WINK - Zalt-Bommel. (Postrekening 6737). 'T BINNENHUIS" STRIJDT TEGEN SM AAKMISLEIDING STIJL" IMITATIE EN AMBACHTSBEDERF O I» E 1VI I Iff Cr ZONDAG 23 SEPTEMBER VAN 2-4 UUR (op werkdagen geopend van 9?5) VAN DE AFDEELING VAN T BINNENHUIS, STAD HOUDERSKADE 8OBIJ BECHT&DYSERINCK TE AMSTERDAM TOT13OCTOBER TENTOONSTELLING 0 VAN B MEUBELS: JAC. VAN DEN BOSCH, BEELDHOUW WERK: STOLTZ, HOUTSNEDfcN: H. VAN DER STOK EN COR, VISSER; GLAS IN LOOD: JACOBA VAN HEEMSKERK; BATIKS: L. BOOTMAN; AARDEWERK: WILLEM BROUWER EN SCARABE", HILDO KROP E. A.: SCHILDERWERKEN: A. VAN ZEEGEN & NAALD0 WERK: CHRISTINE VAN ZEEGEN B EENIGE SPECIALITEIT m «, KRIMPVRIJËl S GEZONOHEIDS- *" ONDERGOEDEREN B? Nederlandsch Fabrikaat I'ITRICGTHUISI g| REG. B REESTRAAT, 35 |g ?»' TEL. 5O66 N. |S OMNIBUSSEN loopt veert Het 2 tons WHITE chassis: GERUISCHLOOS SCHITTEREND weegt slechts 1865 K.G. heeft EEN WERELDREPUTATIE stuurt GEMAKKELIJK j en is H KT omnibuschassis Bussen en Chassis voorradig. N.V. Gebrs. NEFKENS' Automobiel Maatschappij AMSTERDAM Tel. 22507 MiiHiiimmitii mtmmimntiHiiiiiitiiiiiiiiiiBiiiiii DB AMSTERDAMMER Weekblad vtoi Nederland kost slechts f 10.?per Jaai KUNSTHANDEL G. J. STEGEMAN OVERTOOM 163 TELEFOON 28292 SmaakvolleOmlijstiip Verschenen: VOOR DE POORT door TOP NAEFF - Vijfde druk In gen. f 4.90 - Gebonden f 5.90 K Het is een aanwinst voor onze litte ratuur. Het komt in onze boekenrij op den plank der romans te staan, die wel allermeest lof hebben en waarnaar we af en toe begeerig en liefkozend de hand nog eens uitstrekken.... Op alle bladzijden ligt schoonheid in dit boek, welks verschijning -een vreugde voor ons was. FRANS NETSCHER in de Prov. Overijss. Courant. Uitgave van Van Holkema en Warendorf Amsterdam Spoors Mosterd WA Spoorjr_ Cufemüorg Fr SINEMUS 20 LEIDSCHESTRAAT 22 A-M S T E R D A M TELEFOON 45812 HEMDEN HAAR MAAT IIIIIHMIIIIIIIIfll GECHOSLOVAKIJE Door de redactie werd mij toegezonden een uitvoerig schrijven van den heer Willem Smit te Koog a.d. Zaan, naar aanleiding van mijn bespreking in het nummer van_18 Aug. van Prof. Van Wijk's boek over de Cechoslovaaksche republiek. Hoewel deze kritiek zich eigen lijk meer richt tegen Prof. Van Wijk dan tegen mij, voldoe ik graag aan het verzoek er op'te antwoorden. Het zijn hoofdzakelijk drie punten, waar tegen de heer Smit zijn aanval richt: de een heid van den Cechoslovaakschen staat, de persoon van president Masaryk, en het anta gonisme tusschen Oostenrijk en Bohemen. Het gehalte van de argumenten van den heer S. valt al onmiddellijk op te maken uit zijn eerste opmerking: ,,is het u bekend, dat de naam Czecho-Slovakije eene misleiding is? Er bestaan nam. geen Czecho-Slovaken, dus kan er ook geen staat zijn, welke dien naam draagt". Dat er geen Cechoslovaken zijn, zal wel waar wezen; er zijn Gechen n Slovaken, maar hoe dit het dus ook geen staat van dien naam" motiveert, is mij een raadsel. Mag men soms ook niet van Elzas-Lotharingen, van het vroegere Oostenrijk-Hongarije, spreken, om dat er Elzassers n Lotharingers, enz. zijn? Waar de heer S. zijn argumenten vandaan haalt, bemerkt de eenigszins terzake kundige al spoedig uit zijn verwijzingen naar uitingen van de Slovakische politici Jehlisca, Dvorzak, Hlinka, door den heer S. aangehaald. De eerste vraagt een koning, omgeven door den glans van de apostolische Stefanskroon" de tweede verzet zich tegen de Óechische hegemonie, en teekent verzet aan tegen de panslavistische avonturen van een Masaryk en Kramarsch". de derde vraagt zelfbestuur van Slovakije, en kant zich tegen het toezicht van de Czechen, die het land uitzuigen en berooven". We heb ben hier blijkbaar uitingen van z.g. Madjaroonsche zijde, van den kant van gedenationalizeerdeSlovaken.wierMadjaarsche sympathieën naar het vroegere koninkrijk Hongarije uit gaan, waarbij Roomsch-Katholieke actie voor de apostolische Stefanskroon" geen geringe rol speelt. Wanneer de heer S. de moeite wil nemen het boekje van Prof. Van Wijk te lezen wat hij blijkbaar niet gedaan heeft?zal hij daar op b!z. 45^52 allerlei over de agitatie dezer Madjaarsch gezinde minderheid kunnen vinden. Hij zal daar een en ander aantreffen overde door den schr. waarlijk niet verbloemde ontevredenheid in Slovakije", en hij zal die dan ook naar haar waarde kunnen schatten. Het zij mij vergund den heer S. te wijzen op mijn eigen woorden in het door hem niet al te nauwkeurig gelezen artikei,waar ik het hèb o ver de moeilijkheden, dat de echoslovaaksche republiek niet een geheel vormt, maar uit een viertal min of meer heterogene bestanddeelen iiiimtiiiiiiitmiiiiiiiiuiiiiiiiiiuiimiiiiiiiiititimmiuittiiittiiniitiHiiiiiiHiiiiiiiiiiii is te zamen gevoegd", en wa'ar ik de wrijving der nationaliteiten" niet,heb verzwegen. Laat mij het, voor dit bijzondere geval, aanvullen met de woorden van Prof. V. W.: Mogen wij de afscheiding van Hongarije en de vereniging met Bohème en Moraviëwel een goede daad noemen? M. i. is het een experiment, maar een experiment, dat noodzakelik was en kans heeft, goede resultaten te hebben .... in 't algemeen heeft de Slovaaksche patriot sympathie voor de Cechoslovaaksche staat" (blz. 50). Te gewagen van de panslavistische avonturen van een Masaryk" verraadt slechts onkunde over persoon en werkzaamheid van den president. Wanneer er n Cech is, die de panslavistische romantiek heeft geremd en de verdraagzaamheid heeft aangeprezen, dan is het Masaryk. Zijn leven ware allicht gemakke lijker geweest, wanneer hij de chauvinistische schetterleuzen meer tot de zijne had gemaakt. Het staat den heer S. niet fraai smalend te gewagen van ,,den edelen, democratischen uni versiteitsprofessor",; het zal hem niet gemak kelijk vallen diens ondersteld tekort aan waren adeldom en nobele democratie met goede be wijzen te staven. Want het bakerpraatjc, dat de afgevaardigde Masaryk bij het begin van den oorlog den eed op de grondwet van de voormalige monarchie verbrak, heeft in dit verband al heel weinig bewijskracht. De heer S. houdt er nogal van om een parallel te trekken tusschen keizer Karel en den president, ten gunste van den eerste. Ik zal hem hierin niet navolgen; het ware een poovere hulde aan Masaryk hem te verheffen ten koste van dien stumperigen Habsburger, die door den heer S. slechts met het twijfelachtig epitheton keizer lijke goedzak" wordt vereerd. Anders, hoe denkt de heer S. over dien illusteren vorst, die tot tweemaal toe zijn keizerlijk woord brak? Wat bedoelt de heer S. ten slotte met zijn uit lating over een tijd, waarin de wereld meer sympathie voor een edelen, (en vooral) demo cratischen humaniteitsprofessor gevoelt, dan voor een keizerlijken goedzak"? De heer S., die zoo spoedig bezwaar maakt tegen woord koppeling, dient te weten, dat het gewagen van een humaniteitsprofessor" onzin is. Masaryk is professor geweest, en ik geloof voor alsnog dat zijn prestaties als zoodanig staan boven de kritiek van den heer S.; hij heeft óók zijn leven in dienst gesteld van de humaniteit, en als zoodanig, ook door zijn bezadigd optre den in de jongste internationale politiek, beter verdiend dan smaad en hoon. Wat eindelijk de verhouding tusschen Cechen en Oostenrijkers, nader uitgedrukt: tusschen de Cechen en de vroegere Duitsche macht hebbers in Bohemen betreft, ik zal de laatste zijn om te zeggen,dat de tegenwoordigenouding der vroegere onderdrukten voorbeeldig is. !k sprak zelf van kleingeestige plagerijen, bron van nieuwen, tegengestelden wrok"; vermoeDE LUCHTWEG NAAR INDI lllllfllflfftlfltflfllllfftlftwt f, Onze groote pers heeft tot nog toe niet die aandacht aan de toekomst van het Nederland sche Vliegwezen geschonken, die deze uit velerlei oogpunten verdient. De tijden.waarin men korte berichten daarover in de sportrubriek kon onderbrengen, zijn voorbij, want vooral het Burgerlijke", naast het militaire Vliegwezen toont een levenskracht die niet alleen eerbied afdwingt maar ook de uiterste aandacht van ons geheele volk vereischt en daarop ten volle aanspraak heeft. De groote proef-vlucht van Nederland naar Batavia immers wordt thans voorbereid door een comitéwaarin vooraanstaande mannen zitting hebben genomen, die een degelijke uit voering na een behoorlijke voorbereiding waarborgen. . Het doel van dezen tocht is niet uitsluitend en zelfs niet in de eerste plaats, het verrichten van een sportieve daad... het houdt veel meer verband met het vraagstuk der ontwikkeling van het wereldluchtverkeer, zooals dat in de toekomst wordt tegemoet gezien. Het is niet te ontkennen, dat de tijd voor.een geregeld luchtverkeer tusschen Nederland en Indiënog ver is, hoewel reeds thans de weg voor dat verkeer gebaand moet worden en de middelen tot stand moeten komen In Engeland maakt alreeds Ihet tot stand brengen van de luchtverbinding tusschen het Moederland en Engelsch-Indiëeen onder werp van zeer ernstige studie en voorbereiding uit, voornamelijk van officiëele zijde. Inderdaad blijkt dit laatste zeer duidelijk uit het dopr de Britsche regeering verleden jaar uitgegeven eerste bericht over de Imperial Air Mail Services, uitgaande van de Civil Aviation Advisory Board van het Air Ministrv. Het rapport begint met de vermelding vau de buitengewone ingewikkeldheid van het probleem der lucht-postdiensten naar het voorloopige eindpunt: Britsch-lndië, en ver klaart dat nationale en rijksbelangen in de eerstejplaats de aandacht vragen en de zuiver commércieele zijden van het vraagstuk geheel in de schaduw stellen. Het instellen van de luchtpostdiensten, zoo gaat het rapport voort, is ook daarom van zoo groot gewicht omdat daarmede een personeel wordt opgeleid en materieel gebouwd, hetwelk in oorlogstijd een gewichtige reserve vormt. Ook doet de ge stadige ontwikkeling der techniek de mogelijk heid voorzien, alle deelen van het Britsche Rijk door geregelde luchtlijnen te verbinden. Reeds deze zeer korte uittreksels uit het verslag vormen ook voor Nederland een vinger wijzing. Ook voor ons land moet noch kan op het oogenblik de commércieele kant den door slag geven. Ook voor Nederland geldt het een nationaal en rijksbelang. Ook voor Nederland is een reserve aan personeel en materieel noodig voor tijden van gevaar. ffffljiifiifffiimimiiuiffficmiiifiiffffiffrfii Het doel waarmede de vliegtocht naar Indi op touw wordt gezet (voor de waarschijnlijke, doch nog niet zeker vastgestelde route ver wijzen wij naar de kaart) is drieledig. Ten eerste dienen de vliegers en de tech nici door eigen ervaring geheel op de hoogte te komen van de te volgen landroutes en van al de daar heerschende toestanden waarmede zij te maken hebben. Dat kan niet anders dan door ervaring. Plannen op het papier hebben slechts een problematieke theoretische waarde. Ten tweede zal Nederlandsch-Indiënaar alle waarschijnlijkheid een schakel vormen in de keten van de luchtlijnen die Britsch-lndi en Singapore met Australiëen Nieuw Zeeland in de toekomst zullen verbinden. Het is daar om in hooge mate gewenscht dat wij zelven in ons eigen gebied reeds thans de noodige vliegterreinen, van al het noodige voorzien, tot BAM/HA 25OOO stand brengen. Het behoeft wel geen betoog dat hiermede, evenzeer als zulks het geval is met stoomvaartlijnen en havens, een bij uit stek nationaal belang is gemoeid. Het is moge lijk dat voor de Bvïtsche lijnen gebruik zal worden gemaakt van een landingsplaats in Britsch Noord Borneo. Maar dat land ligt daarvoor niet zoo gunstig als Mednn, Muntok en Batavia, omdat langs deze laatste route alleen de straat van Malakka moet worden overgestoken en men verder steeds land onder zich heeft, terwijl bovendien Borneo ver van de ontwikkeldste streken af ligt, hetwelk met het oog op passagiersverkrer minder gewenscht is. Ten derde is het noodig, in Insulindc zelf, door een kloeke daad, de publieke opinie en de authoriteitcn opmerkzaam te maken op het belang van het Burgerlijke. Vliegwezen voor Indië. Tot nog toe i's de belangstelling slechts matig geweest, en door de malaise en de financieelèmoeilijkheden is het vraagstuk eenigs zins op den achtergrond geraakt. Niettemin is een verbetering van e verkeersmiddelen tusschen Java en de Buitenbezittingen en deze laatste onderling hoog noodig. De mailbooten onderhouden op vele plaatsen slechts een wekelijkschen of veertiendaagschen dienst, terwijl' kleine plaatsen met nog langer tusschenpoozen worden aangedaan. Dat is be grijpelijk bij de groote afstanden in Insulinde, dat bijkans een werelddeel op zichzelf mag heeten. Maar het is juist bij groote afstanden dat de vliegtechniek d"e grootste voordeden biedt en waarvoor men haar noodig heeft. Ook kan door geregelde luchtlijnen in Insulinde -/.elf de centrale regeering haar bijeenhoudend gezag met veel ineer nadruk uitoefenen dan thans. Binnen 12 of 24 uren zal zij zich overal in den Archipel kunnen doen gelden, temeer wanneer later vliegtuigen beschikbaar komen voor het snel overzenden van troepen. Voor de verdediging van Insulinde heeft verder een goed gevestigd en van geschoold personeel voorzien burgerlijk Vliegwezen, in Indiëge vestigd en bestuurd, eenevenzoo groote waardelijk zou ik den heer S. staaltjes van zulke plagerij kunnen noemen, waar hij nog ver baasd over zou zijn. Geen weldenkende, die dat niet betreurt. Maar nu moet men de zaak niet gaan omkeeren, en de Duitschers verheerlijken ten nadeele der Cechen. Wie eenigszins met de geschiedenis op de hoogte is, weet van on recht en miskenning van de zijde der Duitsche heerschers. Eeuwen lang is daar een cultuur, een nationaliteit, een godsdienst verdrukt. Het mag dan waar zijn, dat sinds 1894 Czechisch officiëele taal in Praag was" (d.w.z. naast het Duitsch), dit is waarlijk geen vrucht van edel gunstbetoon geweest. Oostenrijksche energie" heeft ongetwijfeld veel in Bo hemen tot stand gebracht, het heeft er ook dit in tegenstelling met de meening van den heer S. ruimschoots van geprofiteerd. En zij, die, gelijk de heer Smit, zich bedroe ven over de oplossing der oude Monarchie, mogen bedenken, dat niet C'echoslovakije en zijn leiders die uiteenvalling hebben bewerkt, maar dat zij het resultaat is van een lang en gecompliceerd, onafwendbaar historisch pro ces. Thans staan wij voor de taak, niet: te treuren over wat misschien anders had kun nen zijn, maar: rekening te houden met de reëele, levenskrachtige factoren van het heden. Van die factoren is de jonge Cechoslovaak sche staat er n, en, ondanks menig tekort, niet een van de minste ! LINDEBOOM als in het Britsche rapport t.o.z. van het Britsche Rijk wordt betoogd. Overigens is hier voor Nederland, uit een internationaal oogpunt, eer te behalen, en ook daarom verdient het plan de aandacht en de belangstelling van ons volk in zijn geheel. Groote vliegtochten, met bevredigende resul taten, zijn nog slechts door enkele stoutmoedigen afgelegd. In Mei 1919 vloog Read (Amerikaan) van Lissabon naar Plymouth in Amerika over den Atlantischen Oceaan in ongeveer 38| uren. In Juni 1919 vlogen Alcock en Brown over den Atlantischen Oceaan van St. John (NewFoundland) naar Clifden (Ierland) in 15 uren 57 min. In Nov./Dec. 1919 volbrachten Ross Smith en Keith Smith in 27 dagen, 20 uren en 20 min. den tocht van Londen naar Fort Darwin in Australië. In Februari /Maart 1920 vloog Rijneveld, de Afrikaander, van Kaapstad naar Rome. Wegens averij aan de machine en het lange wachten op een nieuwe (twee keeren) duurde de reis 45 dagen. In Februari/Mei 1920 vloog Ferrarin de Italiaan van Rome naar Tokio. Ook deze reis duurde lang (107 dagen) wegens averij en lang wachten op nieuwe machines. In Maart/Juni 1922 vlogen de Portugeesche 'vliegers Cocadura Cabral en Cago Continho van Lissabon naar Rio Janeiro, in 79 dagen, eveneens wegens averij etc. De lijst der geslaagde vliegtochten is nog niet lang, er zijn reeksen van allerlei moeilijk heden te overwinnen. Maar de Nederlandsche vliegers zijn jongens] van Jan de Witt wien het allerminst aan moed en koelbloedigheid ontbreekt. Daarom zullen de hertgrondigste wenschen van ons volk hen op hun stoutmoedigen tocht vergezellen. Den Haag, 11 Sept. 1923. H. N L o p

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl