Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD" VOOR NEDERLAND
DEN HAAG
SURINAME
Nog op een tweede wanverhoudingTwijst Dr,
van ^Blankensteyn: de voortreffelijke waterwegen
van de groote rivieren, doch het ontbreken van
daarmede correspondeerende goede landwegen.
Onder de middelen van verkeer worden ook
besproken de wantoestanden van de
telegraphische verbinding met Europa (een telegram
van Suriname naar Nederland kost ?4.08 per
woord, van Georgetown naar Nederland, dezelfde
afstand, ? 1.65 per woord). Zeer belangrijk is ook,
wat Dr. van Blankensteyn vertelt over nijverheid
en landbouw, de balata, de delfstoffen, het prach
tige Surinaamsche hout, de cacao, de bacoven,
de koffie, en over de door hem zoo scherp
gehekelde wantoestanden op hygiënisch ge
bied. De schrijver heeft zijn tijd blijkbaar
voortreffelijk weten te gebruiken, en met helder
oog en onbevooroordeelden blik overal rondge
keken. En zoo is dit boek een voortreffelijk boek
geworden, dat gelezen en herlezen moet worden
en dat, naar wij hopen, een krachtigen stoot zal
geven tot dat, wat elk rechtgeaard Nederlander
200 van harte wenscht, den wederopbloei van
onze West-Indische koloniën.
Utrecht
J. B O E K E
1) Sariname, door Dr. M. van Blankensteyn
Nygh en van Ditmar, Rotterdam 1923.
DE JODEN IN MÜNGHEN
Wie, als wij, zich plotseling uit het bezette
gebied naar München verplaatst ziet, wordt
bijzonder sterk getroffen door het volstrekt
andere milieu, waarin hij plotseling is verplaatst.
Ginds die in volle berusting gedragen aanwezigheid
?der vreemde bezettingstroepen, hier, als schrille
tegenstelling de vijandige opschriften in de
winkelkasten Entree interdite aux Francais." Het
zijn in het Fransch gedrukte formulieren, opdat
?er geen misverstand over kan bestaan. Ook het
beeld, dat gewoonlijk door de ten verkoop geboden
bladen wordt gevormd, verschilt hemelsbreed;
kon men zich ginds zoo goed van Fransche bladen
voorzien als in welke Fransche stad ook, hier
zou het niet geheel van gevaar ontbloot zijn,
zich te vermeten, ernaar te vragen. Slaagt men er
ginds als Fransch sprekend vreemdeling eerder in,
een hotelkamer te krijgen dan als Duitscher,
hier vertelt u de ober in een vertrouwelijk gesprek
dat men een maand of wat geleden den laatsten
Franschman, die zich nog in het hotel ophield,
er uit heeft gesmeten, toen hij toevallig door een
kellner op Fransch spreken werd betrapt"!
Het stadsbeeld verloochent ook in ander op
zicht niet, wie.de bevolking na aan het hart liggen,
wie haar onwelkom zijn. In haast eiken boekhandel
vindt ge portretten van Rupprecht naast die van
Hitler en Ludendorff; het swastikateeken grijnst
u van honderd muren tegen. Om u van de
antisemietische stemming te overtuigen, behoeft ge
slechts een restaurant binnen te gaan en te
wachten, tot zich daar een joodsch bezoeker met
uitgesproken joodsch uiterlijk nederzet; tien tegen
een (ik heb het verscheidene malen waargenomen)
dat de kellnerinnen, door provoceerend gegichel,
«f andere gasten, op niet minder merkbare wijze,
Boschnegerdorp: bereiding van cassave
hem te verstaan geven, dat men hem het liefst
zou willen wegkijken. De Münchener joden er
wonen er te München 13 14.000 zijn dan ook
verre van gerust ten aanzien van wat de toekomst
nog brengen kan; nog kort geleden werd een be
kend Münchener koopman en bestuurslid van de
joodsche gemeente, Kommerzienrat F., in de
tram door nationaal-socialistische rowdies over
vallen en ernstig mishandeld.
Deze jodenhetze vormt een zwarte bladzijde
in de Beiersche geschiedenis. Het merkwaardigste
van het geval is, dat dit gedeelte van het
Deutschvölkische program, dat eigenlijk tegen de
Berlijnsche regeering en de daarin bestaande joodsche
en socialistische invloeden gericht was, tot uit
voering is gebracht in Beieren, waar daartoe, zelfs
van het standpunt van de nationaal-socialisten,
zoo goed als geen grond bestaat.
Het is de moeite waard, daarvan het een en
ander mede te deelen, dat niet algemeen bekend
is, zelfs niet in Beieren, en dat toch op onweer
legbare feiten berust.
Onze mededeelingen hebben slechts betrekking
op München, tot welke stad zich ons onderzoek
beperkte, doch de feiten zijn voor de algemeene
beoordeeling van den toestand niet minder tee
kenend.
Zooals gezegd, wonen te München, op een
bevolking van 800.000 inwoners 13 a 14.000
joden, dat is dus lX a 2 pCt. Onder deze 13 a
14.000 joden bevinden zich ongeveer 2500 z.g.
Ostjuden, van wie verreweg het grootste gedeelte
hierheen zijn gekomen tijdens de Russische en
Poolsche pogroms tusschen de jaren '80 en '90.
Na den Russischen inval in Galicië, in 1914 en '15,
werd hun aantal vermeerderd door joodsche
vluchtelingen, die te München bij verwanten hun
intrek namen. Toen de heer von Kahr in 1920
minister-president werd, gelastte hij, dat alle buiten
landers, die zich in Beieren ophielden, zich bij
de politie moesten melden, en opnieuw een toe
stemming tot verblijf in Beieren zouden aanvragen.
Deze toestemming werd geweigerd aan allen,
die na 1914 in Beieren waren geimmigreerd.
Al deze immigranten verlieten daarop het land,
want op geen enkel be
zwaarschrift werd gunstig
beschikt. Bijgevolg wonen
alle joden die op het
oogenblik in Beieren vertoeven,
daar op zijn minst reeds
tien jaar.
Dit feit, waarvan wij de
juistheid zorgvuldig con
troleerden, is aan de
bestingeliclite Beieren, waar
onder leden van den Land
dag, naar ons bleek, vol
komen onbekend. Men ver
keert hier in de vaste
overtuiging, dat het land
overstroomd is met immi
granten, die aan het
welzijn des volks knagen".
Joden van beteekenis
trachtten herhaaldelijk de
ze cijfers in de Beiersche
bladen gepubliceerd te krij
gen, doch zonder resultaat;
geen krant durft het aan,
lunchroom do Bijenkorf", Wagenstraat 45
Restaurant a la Carte. Bekende Keuken
Koude en Warme Schotels! Geopend tot 12 uur.
het populaire rantisemietisme, dat immers een
element van actief patriotisme is geworden,
een stroowisch in den weg te leggen. Onder
aanvoering van von Kahr en Poschner werd
de stelling, dat de joden wirtschaftliche
Schadlinglinge" waren, er als 't ware bij het volk ingehamerd
en zoo ontstond langzamerhand een stemming,
die het gevaar voor pogroms verre van denkbeel
dig deed worden. ?,?*
Zoover was het gekomen, toen onder omstan
digheden, die nog versch in het geheugen liggen,
von Kahr algemeen staatscommissaris werd.
Teneinde zich met n slag in zijn nieuwe ambt
populair te maken, kondigde hij twee maatregelen
af, waarmede hij in den geest van het volk hoopte
te handelen. Men lette op de combinatie: hij
gelastte, dat de bierprijs zou worden verlaagd
en dat een aantal in [Beieren rijk geworden
joden zouden worden over de grens gezet. Wat de
bierbrouwers betreft, dezen gingen op hun ach
terste beenen staan, verklaarden, dat prijsver
laging onmogelijk was, en dreigden met stopzetting
van al hun bedrijven, als het dictatoriale besluit van
von Kahr niet werd ingetrokken, hetgeen dan ook
weldra geschiedde. De joden hadden een dergelijk
middel natuurlijk niet tot hun beschikking en
konden slechts een bezwaarschrift inzenden,
wat zij dan ook allen deden, met het gevolg'
dat van de zestig bevelen tot uitzetting vijftien
weer werden ingetrokken. De overige gezinnen
hadden het land te verlaten en wel onder zeer
onaangename omstandigheden; zij hadden drie
dagen tijd om hun bezwaarschrift in te zenden,
en na verloop van die drie dagen werden hun wo
ningen in beslag genomen en ter beschikking ge
steld van vluchtelingen uit den Palts, onver
schillig wat het resultaat van het hooger beroep
was; het ministerie voor Sociale Aangelegenheden
kreeg last, deze woningen onverwijld te verdeelen,
Een klein aantal communisten die in Beieren
een actieve rol hadden gespeeld, moesten in het lot
van de uitgewezen joden deelen. Alle uitgezetten
ontvingen van den tegen hen getroffen maatregel
mededeeüng door middel van een gedrukt,
voor allen eensluidend formulier, waarin slechts
werd verklaard dat zij polizeilich beanstandigt"
waren.
Ook zij op wier bezwaarschrift afwijzend was
beschikt, ontvingen hiervan mededeeling door een
voor allen gelijkluidend, gedrukt formulier.
De veroordeelingen die de uitgezetten achter
den rug hadden, zijn zonder uitzondering zeer
gering, dateeren alle van jaren her (sommige van
twintig tot dertig jaren), hebben betrekking op
verordeningen betreffende de prijsstelling en om
vatten geldstraffen van 10 tot 150 mark, die dus
moeilijk als grond voor uitzetting in aanmerking
kunnen komen. Personen, die vroeger ernstiger
vergrijpen hebben begaan, werden toen trouwens
reeds onmiddellijk over de grens gezet.
Onder de betrokkenen bevinden zich voorname
lijk Polen en verder Duitsch-Oostenrijkers, Roe
menen, Hongaren en voormalige Russen. Nadat
de Oostenrijksche regeering met represailles had
gedreigd, is het uitzettingsbevel voor de Oosten
rijksche onderdanen ingetrokken. Polen heeft
een zelfde houding aangenomen en is, volgens de
laatste berichten, reeds met het nemen van
represaillletnaatregelen begonnen. De onderhande
lingen met Polen zijn echter nog niet geëindigd.
B. P E R s o N
SURINAME
De Aucaner-boschnegers (zie ill. pag. 4)op weg naar een audiëntie bij den
Gouverneur te Paramaribo.