De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 26 januari pagina 21

26 januari 1924 – pagina 21

Dit is een ingescande tekst.

21 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Teckening voof de Amsterdammer" door Oeorge van Raemdonck $tutfc!)lanb, 2)eutfct)latü> uebet All de grammophoon met een krassend geluid op hield, zagen wij in de verte de Javaansche soldaten, die op groote matten te dobbelen zaten." (H. D.) Wie Kouwer ziet opereeren, herkent het besef van den ernst van den ingreep." (Versl. Hbl.) Eerstens de beperking van het drankmisbruik en tweeden», enz." (Hbl.) Roofmoord te Culemborg." CO. H. CJ ONZE MEESTERS EN MEERLINGEN De meest zonderlinge conclusies." (Centr.) De meest onverstandige moeder." (O. H. C.) De meest ernstige tegenstander." (Revue d. Sp.) In meer bescheiden mate." (H.P.) Een meer duurzaam resultaat." (Volk] DE MEEST FANATIEKSTE MEESTERS EN MEER LINGEN Hij zocht een meer veiliger onderkomen." (H. D}, Een fotografisch grootscher en meer interessanter film werd in Amsterdam nooit vertoond." (Adv. HM.) Mercuur. Eerste en meest gesorteerdste gloeilampenhandel." (Prosp.) __^_ ^_^__ HET WEESMEISJE De doorsnee Amsterdammer." (O. H. C.) Het doorsnee type." '(H. D.) De in doorsnee lage rentevoet." (Hbl.) OP DE GLIBBERIGE PADEN Wat Is het cement dat die heekmannen samenbindt? De schuld van dit alles drukt zwaar op de schouders van de rechterzijde." (Kamerverst. Hbl.) POPULAIRE AARDRIJKSKUNDE De express Londen?Manchester is een van de allersnelste treinen op het continent." (Leven) DR BRONSVELD HEEFT GEEN RUSSEN Dr. Bronsveld verheugt zich nog in het bezit van zijn volle vermogen." (HH.) De eerstaangehoudene beweert een vreemdeling te kfnnen, die valsche bankbilletten weet na te maken.' (Tel.) " Nu ns probeéren met echte. De eenige Hongaarsche vioolspeler, Graaf Zichy is op den leertijd van 65 jaar overleden." (O. H. C.) Er is nog een pianist. tn dit pak zat een partijtje fijne sigaren, daar Bouwmeester hier een groot liefhebber van is." (H. D.) Nee. Daar zij er in gestopt waren. Het is een verschijnsel, dat mensehen, die een tijd in de gevangenis zitten, groot verlangen krijgen naar de vrijheid." (H. D.) Schrijf dit over, anders vergeet je 't. Auto in brand." (N. K. C.) BRIEVEN UIT SOETOEKOEKIANDA VI DE TEMPELS DER VERGELDING - Een der vele eigenaardigheden van Soetoekoekianda bestond hierin, dat het vele tempels bezat. Ieder, die iets anders of hetzelfde op een andere wijze dan een ander geloofde, riep gelijkdenkenden bij elkaar en zoo er zich op deden, was hun eerste werk een tempel te stichten. Halverwege den bouw werden de gelijkgezinden het gewoonlijk oneens over hun gelijkgezindheid, waarop een deel z.ch afscheidde, terwijl het andere deel zich meestal splitste in een deel dat de eerste tradities zuiver en hoog hield en een^tweede deel, dat zij hoog en zuiver hield. Zoo viel men inSoetoekoekianda over de tempels. Men had er tempels gebouwd voor den heer der heirscharen, dien men, evenals op Aarde, Mars heette en waar de jeugd les kreeg hoe men op een koopje elkaar het snelst en afdoendst vernietigen kon. In deze tempels heerschten tucht en tocht en wat er niet vloekte, werd er vervloekt. Er waren tempels voor hen, die geloofden in vijf van den laatsten slag", groote schoone gebouwen, waar veel lawaai was en men, uit veiligheid, maatregelen getroffen had, dat men vooral met de handen moest spreken omdat een ieder er op gesteld was, de handen van den ander niet in zijn eigen zakken te voelen. Niet gering was het aantal tempels, waar men den God der Vergelding aanbad. Dit waren meestal pittige, ronde gebouwen als panorama's, met veel licht van boven door het glazen dak en ijzeren tralies, om degenen, die buiten waren, te beletten binnen te dringen en zich er te nestelen. Want het verblijf in deze tempels was voor de In K'ondyke zijn weder goudvelden ontdekt" Net iets voor Colijn! uitverkorenen des volks, die men in Soetoekoekianda uitzocht om het onderscheid tusschen het goede en het kwade aanschouwelijk voor te stellen. Aan het innerlijk dezer tempels stelde men in Soetoekoekianda steeds grooter eischen. Even verveloos, ongezellig en ongezond als de tempels van den krijgsgod waren, waar de jeugd, na op de scholen geoefend te zijn in alle christelijke en maatschappelijke deugden, waarvan de voor naamste luidde: Gij en zultnietdooden",opgeleid werd inde leer van heldenmoed, doodsverachting, moord, brandstichting en doodslag, even voor treffelijk onderhouden, vriendelijk en hygiënisch waren de tempels van den God der Vergelding. De priesters, die er den eeredienst in verrichtten, hadden geen geforceerde marschen te doen, hun leven niet te wagen op manoeuvres, waar op men zich wel eens vergiste en in plaats van met mar garine-patronen met stalen kogels schoot; zij plakten doosjes, telden erwten, pikten koffieboonen en deden ander w?rk, dat hun den geest vrijhield; de kost was stevig, in een woord het soci ale vraagstuk hadden deze priesters op vernuftige wijze opgelost, want ze hadden niets met huurcommissies te doen, noch met sleutelgeld, noch met stijgende prijzen van voedsel en kleeding. De gemeenschap bouwde hun nestje, zorgde voor hun stokvisch met rijst, hun aardappelen met uien en voor hun bombazijnen costuum en zelfs hun pijpje tabak ontvingen zij door de goede zorgen van hun dankbare medemenschen. En weldra zouden de journalisten onder hen een krant uitgeven en redigeeren, die zich van de andere Soetoekoekiandasche bladen gunstig zou onder scheiden, doordat er nimmer van moord en dood slag, hetzij en gros, hetzij en détail, sprake in zou zijn. Noch van sensatie en de gebruikelijke leugens. Een stichtelijk woord tot hoofdartikel, een handleiding tot de kennis van het alphabet, te tikken op de verwarmingsbuizen, een enkel Beursbericht, om de fantasie te prikkelen en niet alle contact met de buitenwereld te verliezen, een nauwkeurig bijgehouden burgelijke stand van hen, die in de orde waren opgenomen, met hun verrichtingen en daarnaast een lijst van be trouwbare adressen, waar men zijn uitgaanskas het snelst kwijt kon raken en eenige hygiënische wenken als: Hoe lap ik het hem, schoon te blijven met n bad in twee maanden en een eierdopje als badkuip. Deze priesters vormden inderdaad een bevoor rechte kaste. In den Tempel der Vergelding kende men het modernste martelwerktuig, de belastingschroef, niet en zij waren de eenigen in heel het rijk van Soetoekoekianda, die niet op geregelde tijden als een citroentje werden uitgeperst. In ruil voor dit niet geringe voorrecht, hadden zij afstand gedaan van hun kiesrecht, een Soetoekotkiandasche zonde, waarvan de beoefening allerlei ellende met zich bracht. De Tempeliers der Ver gelding stonden dus niet schuldig aan de verwar ring, die er in Soetoekoekianda heerschte, noch waren zij gedoemd de vele sombere hoofdartikelen te genieten, waartoe de Soetoekoekianders, bij wijze van straf-exerceeren, gedwongen waren, en waaraan zij zich met allerlei listige kunstgrepen trachtten te onttrekken. Met de politiek bemoeiden 'Je priesters zich niet. Hun ministers waren de in vrijheid gedres seerde bewaarders, die voor een hongerloontje hen met hun teedere zorgen onringden en die, dank zij de Soetoekoekiandasche vrijheid, die zij genoten, door hun ontevreden blikken, hun ingevallen wangen en hun afschuwelijke magerte. schril afstaken bij de celbewoners met hun sjoviale uiterlijk en hun levenslust. Er waren zelfs plannen van hoogstaande Soetoe koekianders, die de film in den Tempel der Ver gelding wilden vertoonen deugdelijke, verheven, zedelijke, in n woord, goede films. In tegenstel ling met de films, die de in vrijheid zwelgende Soetoekoekianders verslonden en waarvan zij moord en doodslag, diefstal en inbraak tot in de puntjes leerden en die hen rijp maakten opge nomen te worden in de orde van de Tempeliers der Vergelding. De zorg voor heel deze bevoorrechte kaste ging zoo ver, dat men er zelfs aan dacht om concerten in haar Tempels te geven, waardoor zij, met een andere bevoorrechte kaste, die der vakvereenigingsmenschen, de eenige waren, die in Soetoekoekianda voor een schijntje hemelsche muziek konden genieten . Aldus keuvelende, leidde de geest van professor Horace Allbedyll den geest van Anastasia Geraniumwitch tot voor een der Tempels der Vergelding en hun aandacht werd getrokken door een menigte die zich voor een der poorten verdrong en op zijn vraag wat dit beduidde, kreeg Horace ten ant woord : D'r zit d'r een in, die zijn tijd om is en die d'r niet uit wil, omdat hij het er zoo goed heeft. Zij zijn nu bezig hem d'r met een deurwaardersexploit uit te werken, maar hij kan de deur van zijn cel niet uit, zoo dik is hij geworden. ..." B A H i; A K o s s \ r JL

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl