Historisch Archief 1877-1940
AMSTERDAMMER, WEEKBLAD, VOQR NEDERLAND
DE UITWISSELING VAN BOKKEN
TUSSEN NEDERLAND EN
ZUID-AFRIKA
Ik herinner me nog goed mijn ergernis toen ik
'n jaar of twaalf geleden in 'n Engels boek 't in
felle bewoordingen gestelde verwijt las, dat de
Afrikaners nog geen eigen nationale literatuur of
kunst hadden geschapen. En hoewel dat boek reeds
'n twintigjtal jaren vroeger geschreven was, was
dat verwijt pok belachelilf uit de mond van 'n
Engelsman, want juist de Engelse Afrikaners heb
ben tot vandaag toe niets geleverd wat op 'n
nationaal Engels-Afrikaanse literatuur lijkt. Daar
entegen hadden de Hollandse Afrikaners toen reeds
'n flink begin gemaakt met 'n eigen literatuur,
nadat 't veroveren, behouden en ontginnen van
het nieuwe land 'n paar honderd jaar al hun aan
dacht in beslag haddenjgenomen. En hoe snel heeft
deze literatuur zich ontwikkeld !
Vandaag ligt vóór me 't schrijven van 'n
Nederlandse uitgever en boekhandelaar in Z.-A.,
waarin hij als zijn mening te kennen geeft,
dat het Hollandse boek voor zover het
niet wordt gebruikt pp scholen en universi
teiten in Zuid-Afrika heeft afgedaan en in
de toekomst niet veel meer debiet zal hebben
dan Franse of Duitse boeken; en als oorzaak noemt
hij vooral de doorvoering van het Afrikaansch
en de daaruit voortvloeiende uitgifte van honder
den werken op allerlei gebied in die taal".
Dit getuigenis is des te merkwaardiger.omdat inde
eerste jaren na de invoering van het Afrikaans op
de scholen e/i de officiële erkenning van die taal
door verschillende openbare Hchamen er een sterke
vernteerderirig te konstateren viel van't aantal
Hoiïartdse boeken dat in Zuid-Afrika verkocht
werd. Zeker is echter dat de tegenwoordige achter
uitgang niet uitsluitend toegeschreven kan worden
aan 't luwen van het nationale gevoel sedert de
Europese oorlog. De betere voorziening van Afri
kaanse boeken moet wel degelik 'n belangrijke
rol spelen, en daarbij komen nog andere oorzaken,
zoals de richting en, methode van het onderwijs en
onvoldoende hulpmiddelen om op de hoogte te
blijven van wat in de Hollandse boekenwereld
gebeurt. Vooral de Afrikaanse
onderwijs-autoriteiten behoren zich de achteruitgang in de verkoop
van 't Hollandse boek ter harte te nemen.
In de eerste plaats is de ijvervoor'tinvoeren van
Afrikaanse leerboeken dikwels wat al te groot, zodat
slechte boeken weieens gebruikt en wat erger is
zelfs opgehemeld worden, enkel omdat ze in
Afrikaans geschreven zijn. Men kan 'n kuituur
nu eenmaal niet in enkele jaren tijds opbouwen,
en vooreerst hebben we Hollandse boeken nog
broodnodig. Maar daarbij komt nog dit: uit de
zelfde bron waaruit ik verneem dat J-IoIlandse
boeken behalve boeken die op de' scholen en
universiteiten gebruikt wórden en boeken over
Theologie of met Christelike strekking in
ZuidAfrika hebben afgedaan, verneem ik ook -dat op
Scholen en universiteiten toch wel werken van van
Eeden, Boudier Bakker, Couperus, Multatuli, enz.
gebruikt worden. Wat moet men van 'n onderwijs
stelsel zeggen waarin 't regel is, dat n werk van
'n bepaalde schrijver soms 'n heel jaar lang *-»
doorgespeld wordt, tot de leerlingen, verre van
opgewekt te 'worden ook andere werken van de
zelfde en andere schrijvers te gaan lezen, 't met
'n zucht van verlichting opzij mogen leggen? Men
kan er alleen dit van zeggen, dat 't Engels uit de
tweede hand is.
Tegenover deze achteruitgang staat dat 't aan
tal werkelik goede Afrikaanse boeken ook voort
durend toeneemt. Door 't bekende milieu waarin
ze spelen, de intieme klanken waarmee ze spreken,
en de frisse nationale geest die ze in de regel weer
spiegelen, trekken deze boeken door eigen inwen
dige kracht en worden ze dikwels ondanks 't
onderwijsstelsel gretig verslonden door jongens
en meisjes voor wie 't lezen 'n lust wordt. Dat er
nogal 'ns 'n Afrikaans boek verschijnt dat ver
dient in bredere kring bekend te worden, blijkt
daaruit dat zelfs .de Engelsen al begonnen zijn
Afrikaanse boeken in hun eigen taal over te zetten.
Spreekt 't dan niet van zelf dat 't stamverwante
Nederlandse volk, voor wie .'t lezen van Afri
kaans zo weinig moeilikheden oplevert, in voort
durende voeling moet blijven met de produkten
van de Afrikaanse literatuur en wetenschap? Dat
wordt dan ook reeds ingezien door enkelen, de
beter ingewijden. In verscheiden Nederlandse let
terkundige bloemlezingen voor schoolgebruik zijn
reeds staaltjes van Afrikaans proza opgenomen;
enkele bundels Afrikaanse belletrie die in Neder
land uitgegeven zijn en waarvoor in Nederland
reklame. gemaakt is, hebben er 'n groot debiet
gevonden; in heel wat Nederlandse tijdschriften
en dagbladen verschijnen af en toe stukken die
in 't Afrikaans geschreven zijn, en in bladen als
De Amsterdammer" worden van tijd tot tijd
besprekingen van Afrikaanse boeken opgenomen.
Maar toch moet dit alles nogopveel uitgebreider
schaal, veel stelselmatiger, en met veel meer feite
kennis gedaan worden om nu maar te zwijgen
over' 't vooroordeel dat nog altijd in sommige
kringen bestaat tegen 'n taal die 't waagt zo zeer
op 't Nederlands te lijken als 't Afrikaans en er
toch van te verschillen.
't Is. bijvoorbeeld óók waar, dat bepaalde
Afrikaanse stukken in Nederlandse bloem
lezingen worden opgenomen niet op grond
van 'n nauwkeurige studie van de
oorspronkelike werken zelf, maar omdat ze in Afrikaanse
bloemlezingen staan. Ze zijn dus bloemlezingen
uit bloemlezingen. De Afrikaanse stukken in
Nederlandse tijdschriften en dagbladen verschijnen
dikwels als vrijwillige bijdragen en niet als 't resul
taat van 'n goed doorwrocht programma. Wie in
Nederland op de hoogte wil blijven van de Afri
kaanse literatuur, moet zich veel moeite getroosten
om erachter te komen wet er zoal verschijnt. Be
langrijke werken worden 't grote publiek niet voor
de neus geduwd, maar als men al van 'n uitgave
hoort, weet men dikwels de weg niet om die in zijn
bezit te krijgen: Als men vol geestdrift eenmaal
'n boek besteld heeft, dan moet men dikwels nog
'n paar maanden zijn geestdrift laten bekoelen,
totdat 't uit Zuid-Afrika aangekomen is.
Niet dat Afrikaanse boeken niet verkrijgbaar zou
den zijn in Holland. Mij zijn twee zaken in Amster
dam bekend de firma's J. H. de Bussy en Swets en
Zeitlinger die zich vooral op de handel in Afri
kaanse boeken toeleggen, altijd Afrikaanse boeken
in voorraad hebben, en gaarne in Z.-A. bestellen.
Deze firma's die in dezen wel meer door idealisme
dan eigenbelang bezield worden, en mij op mijn
verzoek welwillend gegevens hebben verstrekt
voor dit artikel, klagen allebei over 't gebrek aan
belangstelling bij 't Nederlandse publiek, waardoor
't zoo moeilik wordt alhier 'n handel in Afrikaanse
boeken te drijven. In Zuid-Nederland weet ik
geen boekhandelaar die 't aandurft 'n specialiteit
van 't Afrikaanse, boek te maken.
De geschetste omstandigheden'hebben al menig
een doen verlangen naar nauwer betrekkingen in
de boekhandel tussen Nederland en Zuid-Afrika en
doen nadenken over de wijzen waarop ze tot stand
zouden kunnen komen, 't Geldt hier in de eerste
plaats geen persoonlik of handelsbelang maar
'n kultureel belang, en elke verstandige poging om
dat te bevorderen moet toegejuicht worden. On
gelukkig zijn alle pogingen echter niet bepaald ver
standig. Mijns inziens hoort ook de poging die de
onmiddellike aanleiding gaf tot 't schrijven van dit
artikel, tot de onverstandige.
't Is 'n schema dat vervat is in 'n rond
schrijven door de Antwerpse firma: De
Vos-van Kleef aan dagbladen en tijdschrif
ten gestuurd, met 'n begeleidend schrijven
van de ontwerper zelf waarin om opneming ver
zocht wordt. Dit rondschrijven, dat in verscheiden
Nederlandse dagbladen opgenomen is, bevat veel
aanprijzing van het schema maar weinig
biezonderheden erover en nog minder gegevens om ver
trouwen in te boezemen. We horen enkel dat 't
neerkomt op 'n ruilhandel".
Een voorraad Afrikaansche boeken wordt
besteld van Afrikaansche boekhandelaars die
dan, in ruil, voor een gelijk bedrag Hollandsche
en Vlaamsche uitgaven overnemen om ginder te
verkoopen".
En verder wordt vermeld dat onder 't schema
onmiddellik verkrijgbaar zijn enkele werken van
Tonteldoos, de leukste Afrikaansche humorist,". Ont
werpervan dit schema isde heer Dame Smal, Afri
kaans student in de voordrachtkunst te Antwerpen,
die zich verder beschrijf t als boekhandelaar, beëdig
de vertaler, editeur en uitgever, leraar in de voor
drachtkunst, enz. en in 't rondschrijven 'n be
kende Afrikaansche schrijver" genoemd wordt. Ik
heb de eer niet de heer Dami Smal als schrijver of
anderszins te kennen, en in geen enkel werk over
de Afrikaanse literatuur wordt zijn naam vermeld.
Evenzo zijn de leuke humoristiese produkten van
Tonteldoos me onbekend, maar op navraag wordt
me door kennissen gemeld dat dit laatste de schrij
versnaam is van de heer Smal zelf. Of de boek
handelaar Smal nieuwe ontdekkingen op 't gebied
van de oekonomie gedaan heeft, weet ik niet,
maar in deze stukken wordt geen enkele
aanduijJing gegeven van de wijze waarop hij voornemens
is 't voor zijn ruilhandel zo in te richten, dat de
vraag naar Afrikaanse boeken in Noord- en
ZuidNederland precies gelijk zal zijn aan die naar
Nederlandse boeken in Zuid-Afrika. Over waar
borgen voor 'n deskundige beoordeling en schif
ting van de te verspreiden uitgaven wordt geen
woord gerept, en evenmin worden biezonderheden
gegeven over de voorgenomen organisatie en de
beschikbare werkkrachten. Mij komt 't voor, dat
uitgevers en boekhandelaars wél zullen doen alle
biezonderheden te verlangen voor ze zich wagen
aan dit, ongetwijfeld door 'n idealist ontworpen,
schema dat uitgaat van 'n handel met gesloten
beurzen.
Om praktiese resultaten te bereiken zal men de
zaak heel anders moeten aanpakken. In de eerste
plaats moet in Nederland zowel als Zuid-Afrika
door middel van 't lager, middelbaar en hooger
OLDENKOTT*
TABAK
onderwijs in de goede richting gekweekt worden.
In Zuid-Afrika is daarenboven nodig 'n radikale
hervorming van het onderwijs die daarop gericht
moet zijn 't tegenwoordig geldende stelsel van
dorre feiten van buiten leren te vervangen door 'n
stelsel dat zich meer gelegen laat liggen aan vor
ming voor de toekomst, blijvende belangstelling,
algemeene kijk-, lust tot studie en genot door de
studie. Verder is nodig 'n doelbewust en weldoor
dacht programma door de Nederlandse, Vlaamse
en Zuid-Afrikaansche pers; en eindelik 'n goede
verstandhouding tussen de uitgevers en boek
handelaars van de betrokken landen, met de
nodige organisatie.
Het ligt vooral op de weg van de uit
gevers om handelend op te treden, want de
moeite die 't kosten zal hoeft ni.et belangloos
gedaan te worden. Als de Afr. uitgevers en schrij
vers bedenken dat ze de kring van hun mogelike
lezers met elf millioen kunnen vermeerderen, en
de Noord- en Zuid-Nederlandse dat er n mil
lioen Afrikaners zijn die hun werken kunnen lezen
en verstaan, dan zullen-ze begrijpen dat de moeite
goed beloond kan worden. En met wat overleg
hoeven de moeilikheden niet onoverkomelik te
zijn, hoewel enkele op 't ogenblik zeer belemme
rend werken.
Zo klagen Ndl. boekhandelaars er over dat
Afr. uitgevers te weinig korting toelaten, 'n
Bij uitstek praktise kwestie als deze moet toch
met 'n weinig overleg en goede wil makkelik be
vredigend opgelost kunnen worden.
Dan moet er 'n weg gevonden worden om
'tverschijnen van nieuwe uitgaven wederzijds bekend te ma
ken. Daarvoor hebben Ndl. uitgevers 'n uitstekend
hulpmiddel in het Nieuwsblad voor den Boek
handel", uitgegeven door de Vereeniging ter be
vordering van de belangen des boekhandels,
waarop Afr. boekhandelaars zich met vrucht
kunnen abenneren. In Zuid-Afrika bestaat nog niets
van dien aard 1). Zou 't uitgeversbedrijf er niet
langzamerhand belangrijk genoeg worden om 't
oprichten van 'ndergelijk blad mogelijk te maken?
Of zouden Afr. uitgevers niet ten behoeve van de
Ndl. boekhandel maandeliks 'n lijstje van hun
nieuwe uitgaven in dit Nederlandse blad kunnen
plaatsen?
Een derde moeilikheid is nog: Hoe zal
men 't kaf van 't koren schiften? Nederlandse
lezers verlangen evenmin Afrikaans als Afrikaanse
lezers Nederlands kaf. De nodige schifting is
natuurlik 't werk van recensenten en de ervaring
heeft bewezen wat ik met voorbeelden zou
kunnen staven dat 'n werkelik goed Afrikaans
boek wel degelik in Nederland gelezen en verkocht
wordt en dat 't zelfde gebeurt met 'n werkelik
goed Nederlands boek in Zuid-Afrika. Daarom
bevreemdt 't te horen, dat uitgevers in beide
landen er dikwijls tegen opzien recensie-exem
plaren naar 't andere land te sturen. Dit kan alleen
't gevolg zijn van onkunde en 'n te enge blik.
Laten de uitgevers en schrijvers us hun voordeel
doen met de reeds opgedane ervaring en bedenken
dat ze door valse oekonomie zichzelf ander?
nadeel berokkenen.
J. J. L E R o u x
1) Bij de firma at Bussy, Amsterdam?Kaapstad
verscheen zoo juist, Januari, het eerste nummer
van Zuid-Afrika, maandblad voor de cultueele en
economische betrekkingen tusschen Nederland en
Zuid-Afrika", dat in deze richting zeer goed zal
kunnen werken. Red.
Rookt TABA SIGAREN
't nieuwste 't fijnste