De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 9 februari pagina 19

9 februari 1924 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

Nö. 2434 TO AMSTERDAMMEK,\WEfiKBtAD r, ^ s l r Pand Koningir£Emma" te Amsterdam (gezien van de waterzi.de) in het pakhuizencomplex Europa", Azië" en Afrika", welker lichtzolders zich over een lengte van 300 M. uitstrekken. Zooals bekend dagteekent het pakhuis Afrika" eerst van 1915, daar de brand van het oude pakhuis in 1913 den bouw van een nieuw etablissement noodzakelijk maakte. Hierbij kon nu gebruik worden gemaakt van de nieuwste vindingen op het gebied van toepassing van béton-constructie voor den pakhuisbouw. Zoo werd hier b.v. het z.g. Mushroom-stelsel" in toepassing gebracht, aldus genaamd naar de paddestoelachtige koppen der steunzuilen, waar door dikke balken en pilaren vermeden en pro ductieve ruimte gewonnen wordt. Verder werd het geheele pand door het aanbrengen van brand muren in afdcelingen verdeeld, waardoor een ramp op een bepaalden zolder gelocaliseerd en de schade beter beperkt kan worden, dan anders in zulk een reusachtig complex mogelijk zou zijn. Voor een meer uitvoerig overzicht van hét bedrijf van Blaauwvries zij overigens verwezen naar het artikel, hetwelk Dr. M. O. de Boer in 1918 in Neerlands Welvaart" het licht heeft doen zien. Van groote beteekenis is de quaestie van het personeel, dat aan deze opslagplaatsen verbonden GELEGENHEID TOT OPSLAAN VAN WOL TE AMSTERDAM In mijn artikel betreffende de ontwikkeling der Nederlandsche Wol-Maatschappij, opgenomen in het nummer van Zaterdag 26 Januari 1924, werd ook aandacht geschonken aan de ontwik.kelingskansen voor een Amsterdamsche wolmarkt. Aan het slot daarvan werd o.a. het volgende opgemerkt: Wil men dien handel hier blijvend behouden, dan zal men vermoedelijk wel tot oprichting van groote, speciaal voor het artikel ingerichte opslagplaatsen moeten besluiten". k Toen ik dit schreef, was mij niet bekend, dat ons wakkere . Blaauwhoedenveetr.?Vriesseveem reeds jaren lang bezig is geweest voor derge lijke opslagplaatsen in hare etablissementen zorg te dragen, zoodat zij thans de beschikking over voldoende opslag ruimte heeft, om in de behoeften van een wer kelijk groote wolmarkt te kunnen voorzien. Trouwens is men reeds vóór het uitbreken van den wereldoorlog .begonnen'daarvoor maat regelen te treffen. In de jaren 1912 en 1913 begint men er zich pp toe te leggen bepaalde gedeelten der ?etablis. sementen voor nat op», slaan van: wol in te richten, zoodat men niet onvoorbereid staat, wanneer de oprichting der Nederlandsche. WpK Maatschappij eenige ja ren later een feit wordt. Bijgaande foto's ge ven een goed denk beeld van de gelegen heid tot -opslag van wol iri het Pand Ko ningin Emma". Hierbij valt op te merken, dat evenals voor tabak het aanbrengen van een on berispelijke verlichting een hoofdvereischte is en hieraan is dan ook door de Directie van Blaauwvries in het bijzonderaandachtgewijd. ? Behalve in het Pand Koningin Emma" vindt [men ook ruime is. Immers behoort dit over groote routine te beschikken en geheel met de eischen, die aan het zorgvuldig opslaan van het artikel gesteld mogen worden, op de hoogte te zijn. De Directie van Blaauwvries heeft dientengevolge zorg gedragen, dat zij de beschikking over een staf deskundig en goed geschoold personeel verkreeg, waar aan zij de behandeling van het zooveel zorgvereischende artikel wol met gerust hart kan toevertrouwen. Ten bewijze van de capaciteit der op slagplaatsen van het veem diene, dat reeds in het begin van 1920 te Amsterdam een belangrijke wolveiling kon worden gehou den, volgens de voor mij liggende notitie bestaande uit 2423 balen La Plata wol, 543 balen Kaapsche Wol enz. Deze partijen werden ter markt gebracht door de firma's Hufnagel, Piottier & Co., Fuhrmann & Co., de Handel-Mij Overbeek & Co., de Alg. Wol Handel-Mij., A. & F. Rhodius, Bergman, Van Dorp & Van der Tak, W. O. J. Nieuwenkamp, L. Grelinger, Gebr. Van derJtVies <v.h. M.), de Holl. ZuidAmerika Handel-Mij., Kaupé& Wilde, de Holl. Export-Mij., Feith & Co., de Rott. Huiden-en Looistoffen-Mij en Victor Bracht. Deze'partijen waren',bijna geheel opgeslagen in het pakhuis Koningin Emma". ^ i De Directie van Blaauwvries is thans in staat in ongelimiteerde mate opslagruimte ter beschikking van den Amsterdamschen wolhandel te stellen. Hieruit blijkt, dat zij rekening houdt met de mogelijkheid en naar het zich laat aanzien volkomen terecht dat Amsterdam een plaats van beteekenis voor den wolhandel zal blijven, nu zich hier in toenemende mate groote wolfirm i's vestigen en de import van het artikel voor Midden-Europa meer en meer over Am sterdam geleid wordt. Dat ook het publiek groot vertrouwen in de toekomst der Nederlandsche wolmarkt stelt, is gebleken uit. het succes, dat aan de uitgifte van nieuwe aand'eelen der Ned. Wol-Mij de vorige week ten deel viel. P^A u L^S'A DEL SPAAMSOH, CMOELSCH, F R AH» O H, DUITS OH »to. Berlitz-School H»0r»ngi'moh1 491 Tol. 43286 f net. Onder vfli door boltenl. Leeraren Opslag val ruwe Zuid-Amerikaansclie wol in het PandJ?Koningin Emma"

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl