Historisch Archief 1877-1940
No. 2435
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
15
Jo VAN AMMERS?KÜLLER, Het Huis der
Vreugden en Jenny Heysten, Nijgh en Van
Ditmar's Uitg. Mij., Rotterdam, 1923.
Louis COUPERUS, Proza, 1ste bundel, Van
Holkema en Warendorf, Amsterdam, z. j.
Het Huis der Vreugden is niet door Jo van
Ammers?Kuiler geschreven, maar door Margreet
Schepp, haar schepping. Welk een tegenstelling
vormt deze Margreet, die ons haar ervaringen
vertelt, met haar leerling en huisgenoot Jenny
Heysten, in haar logische, rustige, weldoordachte
houding, die voortdurend toch beheerscht en
vertroebeld wordt door haar kunstenthousiasme,
in al haar spontane goedheid van hart, tot het
frêle wezentje, dit verwaarloosd en slecht opgevoed
kind, stammend uit 'n oud aristokratisch geslacht
van regenten en diplomaten, altijd de slavin van
haar eigen bijzonderen natuurlijken aanleg, dat
altijd poseert, zich steekt in de huid van een
ander, van het eerste moment dat ze voordragen
zal voor de 5e Gym-klas, tot de laatste scène in
haar kleedkamer toe, nooit de krachtige geest
die heerschend staat boven haar talent en er
vrijmachtig over beschikt.
Heel de last uit dat verre verleden van grootheid,
macht, heerschzucht, drukt op haar kleine
genialiteit, die toch wel niet veel meer dan een
gelukkige intuïtie is bij den drang tot pose,
uitbeelden en verklanken. Zij is klein, zonder
?diep gevoel, hard en oppervlakkig en haar wondere
gave zet telkens dit alles weer in een schoenen
schitterschijn, zoodat het echte en het zuivere,
het goede niet meer van het spel zijn te scheiden.
Diep en krachtig zijn de sferen waarin zij leeft,
geteekend, in het bijzonder de tooneelwereld.
Wat is de kentering in de verhouding tusschen
Jenny en Oreet, aanvankelijk leerling en leerares,
later de gevierde actrice en het zorgend moedertje,
goed gezien en begrepen in haar geleidelijke
overgangen; die goeie Greet, die alles zoo best
begrijpt en zuiver voelt, in alles meeleeft en zich
opoffert in haar droom van schoonheid en van
den adel der kunst.
Het Huis der Vreugden is volkomen gaaf en
af werk. Het is met groote handigheid in elkaar
gezet, niet met die uiterlijke handigheid, die
jongleert met trucjes, maar met eene die van zelf
groeit uit het bewustzijn, hoe ieder onderdeel
zijn juisten eisch moet hebben, uit een volkomen
meesterschap van het métier. Jo van Ammers
staat nu eenmaal wel op een hoogte, dat ze geen
slecht werk meer maken kan. Toch mis ik die
volkomen gaafheid in haar tweede de;l. Het
houdt ons niet meer in die felle spanning, dit
innig meeleven gevangen. Komt dit misschien,
doordat ze haar helden nog al veel hardop laat
mediteeren? Bijna heel het eerste kwart van
het boek bestaat uit retrospectieve meditatie,
die den lezer, die het H. der Vr. niet mocht
gelezen hebben, de situatie eenigszins duidelijk
maken moet.
Verder zijn er onwaarschijnlijkheden, vragen
die bij den lezer argeloos opkomen, als in ieder
boek wel, maar die niet zouden opkomen of
treffen, als de schrijfster hem geheel onder haar
artistieke hypnose hield. Hoe komt die goed
hartige malloot, dat mensch uit lagere kringen,
zonder besef van de waarde harer kunst, dat niet
weet hoe vork en mes naast een bord behooren
te liggen, aan dat zoogenaamd select gezelschap?
Hoe kan ze een brief schrijven, die ook technisch
goed in mekaar zit? Hoe is het mogelijk dat
Niek niet gemerkt heeft, dat Jen weer met
Veraart speelde? Zoo'n met een actrice verloofde
jonge dokter kijkt toch wel eens naar de
tooneelannonces. Wie betaalde de schuld van Jen, toen
ze van het tooneel ging? Voor ze het tooneel
verliet leefde ze- in doodsangst, hoe Niek te
bekennen, dat ze te intiem is geweest met Veraart.
Van die angst en bekommernis hoor je niets meer,
als ze weer thuis is en bij de tante van Niek
in Amsterdam logeert.
Daar- staan heel mooie vondsten tegenover,
200 dat loeren door de reet van het gordijn buiten
op straat, als ze haar zonderling gedrag wil
komen goed maken. Het souper bij Coba is van
een luguberen humor.
In dit tweede boek blijkt steeds meer, dat het
talent van Jenny eigenlijk slechts een erfelijke
belasting is, spruitend uit den standsleugen van
hare familie, een belasting die den vorm eener
schoone ziekte aanneemt, zooals een parel een
schoone ziekte is. Zij mist eigen persoonlijkheid,
innerlijke kracht, die werkelijk bewuste genia
liteit moet beheerschen, zal er iets groots uit
geboren worden. Zij leeft-onder den dwang harer
ziekte, die in haar
tooneelcarrière zulk een gunstig
terrein Vond en als kunste
nares weet ze alleen te
charmeeren en te ontroe
ren, als ze zelf beheerscht
wordt door een ander, die
haar sensualiteit streelt en
haar verbeelding opzwiept,
als dien fraseur Veraart,
die al de idealen van zijn
tooneel laat schieten, zoo
gauw als hij zelf onder
den ban komt van zijn
zinnelijkheid.
Zoo is haar decadentie,
haar haat tegen het
tooneelleven na de glorie uit
het eerste boek, hier te
verklaren, zoo te verklaren,
dat zie n het reëele leven
altijd comedie blijft spelen,
telkens het gevoel krijgt
van het onechte in haar
omgang met Niek: Opeens
zag ze het weer voor zich
haar ouderlijk huis, de
half donkere eetkamer....
en tegelijk zichzelf zooals
ze toen was, een schuchter,
beschroomd meisje, en ze
wist weer, alsof er geen
jaren tusschen lagen, hoe
veilig en zuiver haar liefde
voor Nico toen geweest
was. Terwijl nu, al wat
ze dacht en voelde, ver
ankerd lag aan die wereld
vandenschijn, die al jaren
lang haar werkelijkheid
was, terwijl ze nu elke ge
dachte, elk gevoel al
honderdmalen sterker, opge
schroefder, als '?tooneel"
doorleefd nad, en de sen
saties van spel en werke
lijkheid zóó dooreen vloei
den, dat ze zelf vaak niet
meer wist, wat spel was
en wat werkelijkheid." En
dan: Ik probeer onbe
wust altijd zóó te zijn, als
degeen die van me^houdt, verwacht dat ik zijn zal."
Zoo voelen we'in deze boeken toch wel heel
sterk den vloek, die rusten kan op den
tooneelspeler, die niet een hoog, zich zelf beheerschend
kunstenaar is. Wie enkel leeft in zijn passie om
zich telkens in de huid van een ander te steken,
komt ook onecht tegenover de wereld en het leven
te staan. Want deze boeken zijn wel het weg
rukken van een schoonen sluier, die de tooneel
wereld in den laatsten tijd was gaan omplooien.
Vooral het tooneelleven zooals het hier in Holland
wezen moet, is een eeuwig zwoegen en slaven,
een wereld van bittere ellende, een hel, waarin
alle natuurlijke, eerlijke menschelijkheid wordt
weggebrand, waarin het niet mogelijk is in rust,
in harmonische geestesontwikkeling te leven, een
wereld, waarin de mensch van ware beschaving
en geestelijke distinctie moet te gronde gaan.
Al wat Niek tegen de enthousiaste Greet beweerde,
was volkomen waar. En in Weenen deed hij later
mooie herinneringen op uit den kring der acteurs,
omdat de bestaansvoorwaardendaar zelfs onder den
oorlogsdruk zooveel gunstiger waren. De tegenwoor
dige Hollandsche tooneelspeler mageen beetje meer
uiterlijke beschaving hebben, hij is er stellig niet
beter aan toe dan de ras-acteurs van voor honderd
jaar. Zoolang die bestaansvoorwaarden hier niet
veranderen, offeren de meesten van hen die ons
door hun kunst ontroeren op het tooneel, daar
het hoogste en heiligste in den mensch, hun natuur,
hun eenvoud, hun waarheid en echtheid tegenover
het leven.
Daarom zijn deze boeken van Jo van
AmmersKüller een nobele daad, die verwant is aan den
Max Havelaar, al voelen we geen tendenz-kunst
in haar werk; haar werk is een aanklacht, dat
Holland aan de dragers van een hooge, heerlijke
kunst geen rust en vrijheid waarborgt.
Bij alle waardeering voor het meesterschap van
Couperus hebben velen onzer en ik wil bekennen
dat ik er ook toe behoord heb in het exotische
en onhollandsche van zijn kunst soms iets onechts
gevoeld, een dandyachtige pose. 't Is of, nu we
hem voorgoed missen, voor mij althans dat vage
gevoel van onechtheid voor goed verdwenen is.
Hij was toch maareenenorm artist. Het zijn slechts
eenvoudige kleine verhalen en reisbeschrijvingen
van hier en daar uit tijdschriften bij elkaar
gebracht, bijwerk tusschen grooter gedegener
kunst schijnbaar losweg neergeschreven, maar
er is toch eigenlijk niets bij, dat minderwaardig
is en zijn charme mist.
Welk een distinctie en fijn gevoel in de vaardige
FRANS HALS, DE VROOLIJKE DRINKER
Dit schilderij van Frans Hals is dezer dagen door den kunsthande
laar Jos. Duveen te New York verkocht aan den collectionneur
Thomson aldaar, voor 250.000 dollar. Het is afkomstig uit de ver
zameling Veil Picard te Parijs en behoort tot de allerbeste stukken
van den meester in dien trant. Het is omstreeks 1635 geschilderd en
bijzonder mooi van toon. Het figuur is levensgroot. Het doek meet
90 x 75 c.M.
teekening van de kleinste situatie. Welk een onuit
puttelijke bron van fantasie welde in dezen man;
met welk een gratie en fijnheid, welk een natuur
lijke, als van zelf sprekende knapheid wist hij alles te
groepeeren, iets aparts en schoons ervan te maken.
Wat ging alles of het hem geen moeite of naden
ken kostte, 't Is soms of hij zoo maar met iets begon
nen is zonder zelf nog te weten, wat het worden
moest, maar altijd en terecht overtuigd, dat het
wat werd, soms spelend met zinnen en zieltjes
als een verwend kind, dan weer grandioos bewust
meesterlijk beeldend, altijd geniaal. Al wat wij
vroeger wel eens vreemd en pretentieus vonden,
heel de Couperus in zijn groote veelzijdige
cosmopolitische kunst, lijkt mij thans zoo dankbaar
en gedwee te aanvaarden.
En daarom ben ik ook dankbaar voor deze
laatste verzamelbundels. Er zijn geestige gevoelige
reisindrukken van Avignon en Arles, het land,
waar zijn fantasie het eerst van dichterlijke
liefde droomde. Hoe voortreffelijk is het eenzame
en doellooze in die toch schuchter naar een levens
doel hunkerende menschen geteekend in Zoekende
zielen. Welk een mat vonkelende huiveringen
van teedere melancholie in De Eenzamen, met
momenten, die Maeterlinck-achtig, aandoen, maar
toch in eigen toon. Welk een verbijsterende
afgrondeji van zieleleven in De hoogere onbewust
heid met dit als uiterste polen: Ik gaf mijn ziel
voor n uur van antieke bandeloos-heid" en
O God, wat zijn kinderen lief!"
J. PRINSEN J.L.z
Brengt de pijn
tot bedaren!
Gemakkelijk en zeker met Sloan's
Liniment alleen maar
besmeren inwrijven onnoodig
en de pijn verdwijnt. Uit
muntend voor alle spier- en
zenuw-pijnen. Probeert het l
Verkrijgbaar bij alle Apotheken en
Drogiiten. Prijifl.