Historisch Archief 1877-1940
No. 2441
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
19
UIT DEN GEMEENTERAAD
(MET TEEKEEINüEN VOOR DE AMSTERDAMMER",
DOOR BERNARD VAN VLIJMEN)
Feeststemming. Sigaren met dure bandjes. In de
koffiekamer niet de ietwat te slappe gemeente-thee
maar een glaasje" en gevulde koek van Snatager
uit de Hoogstraat. Prima. De boden in hun
Zondagsche jassen en overal glimmende gezichten.
De Machtige" viert vandaag zijn tienjarig wet
houderschap.
Het feestvarken straalt van de melk der
menscheEN VADCg flM*
lijke goedhartigheid. In zijn oogen ligt het genoegen
van den man, die al deze waardeering niet gezocht
heeft maar wien het toch prettig stemt ze gevonden
te hebben bij alle partijen, die hem om strijd
gelukwenschen.
Toen Wibaut in den Raad zitting nam, kende
men hem alleen zoo'n beetje uit zijn theoretische
redevoeringen op de S. D. A. P.-congressen en zijn
nog taaier beschouwingen in het Marxistisch
weekblad van Het Volk. Zijn eerste redevoeringen
in den Raad waren saai. Hij stond altijd te spreken,
de linkerhand op zijn goed gevulde Zeeuwsche
heup en de woorden dropen, als stroop uit een vat,
uit zijn mond. Hij was toen nog in de oppositie
en o heilige uitzondering ! als opposant niet
op zijn plaats. Hij miste de felheid van Vliegen, die
soms als een tijger denk aan zijn campagne
tegen Zadok van den Bergh zijn prooi kon be
springen en het militante van Ketelaar. Als Wi
baut zich opwond, was er altijd iets gedwongens
in hem en als hij met verschrikkelijke revolutio
naire moties kwam, zei men: nou ja...."
Hij betaalde dan zijn tol aan de galerij. Toch ver
overde hij zich langzaam maar zeker een positie in
den Raad. Men luisterde naar zijn financieele
beschouwingen, overwoog zijn financieele ad
viezen en leerde den ernst van zijn bedoelingen
kennen waar het de volkswoningbouw gold.
Het liberalisme liep op zijn laatste beenen. De
legioenen waren sinds lang verslagen en alleen nog
maar verspreide achterblijvers hielden tegen het
opdringende radicalisme stand. En ook de radi
calen hadden feitelijk afgedaan. Gerritsen was de
laatste dezer Horatiërs, die wist dat de brug
achter hem was afgebroken en dat de kiezers op den
anderen oever stonden.
De vrijzinnig democraten, weinig in aantal en
meestentijds onderling verdeeld, zochten heul bij
de syndicalisten en blameerden zich in hun poli
tieke onwijsheid meer dan ze vermoedden. In dit
overgangstijdperk verschijnt Wibaut als wethou
der en vindt onmiddellijk practisch werk door de
nieuwe Bouwverordening met kracht toe te passen.
Op hoeveel tegenstand is hij daar bij niet gestuit !
Van liberale en van kerkelijke zijde vooral. Men
voelde Wibaut in dezen strijd groeien; men voelde
hoe ernstig hij overtuigd was welk een socialen
invloed een goede woning uitoefent en hij won het
pleit en als thans Amsterdam in het buitenland
het Mekka der volkshuisvesting" heet, is dat
voor een niet gering deel aan hem te danken.
In den oorlog, toen hij den levensmiddeleno'ienst
beheerde, bleek zijn organisatie-vermogen. Hij
ving met tal van onwillige honden vele hazen en
een nieuwe zijde van zijn persoonlijkheid deed
zich kennen: hij wist te financieren. En het is niet
te verwonderen dat de Raad, verschrikt starende
in den financieelen afgrond, waarin Amsterdam
dreigde te vallen, zich verlicht voelde toen hem het
wethouderschap voor de Financiën werd opge
dragen, tegelijk met het beheer der toen noodlij
dende bedrijven.
Ondanks het geschreeuw van liberale zijde, heeft
hij onze financiën weder gezond gemaakt, er is
perspectief in en het ergste schijnt geleden. Hij heeft
zich een voortreffelijk financier getoond. Nooit
heeft hij getracht met het domme potlood" te
bezuinigen, doch steeds elke bezuiniging nauwkeu
rig overwogen en gewogen. Wil men een voorbeeld
dat Amsterdam tonnen en nog eens tonnen be
spaard heeft? Er was een tijd dat er gasthuisruimtc
te kort kwam. Schandalen waren aan de orde van
den dag. En reeds had de Raad besloten een
kostut.0f.-r Hy MAR» en KAUT3KV
HAD VEBSLOM DC K}
WERB Hy ncroe ESDEAPEE.
IN BEN ECHT
y *ITMIEO uovtu OP HET «OUT
f< Uttft Ott I.CUIN S ZOUT
HET IS w* tlARx .DAS KAPITAl"
WAT BAAST HE~ITHAWS NOS
R»CHT
baar nieuw ziekenhuis te bouwen. Wibaut kwam
in het Dagelijksch Bestuur en ontdekte dat er een
schandelijk misbruik gemaakt werd van de gast
huisruimte, dat duizenden zieken, die zeer goed in
huis verpleegd konden worden, naar de gasthuizen
werden gezonden; hij nam het initiatief tot een
scherpe controle; in den beginne was er een hevig
gesputter van sommige artsen en tegenwoordig?..
Geen klacht, ruimtf in de gasthuizen te over en
de uitgaven voor het nieuwe ziekenhuis houdt de
gemeente in haar zak.
Nu Wibaut achter de groene tafel zit, is de pro
pagandist in hem het zwijgen opgelegd en Raad en
burgerij zien hem dus alleen van zijn sterkstcn
kant. Zijn redevoeringen zijn steeds helder en
zakelijk en geen detail of hij is er van op de hoogte.
Geen bedrijfschef behoeft hem iets wijs te maken.
Hij staat altijd sterk en het moet een handig deba
ter zijn, die hem in het nauw drijft. Zulke
oogenblikken zijn er wel eens en ze zijn vermakelijk.
Dan ziet men het al van te voren. Dan staan zijn
haren in den wind, purper is zijn gezicht,destem is
fluweelig en de tong lispelt, terwijl het lichaam
zich minzaam naar den tegenstander toebuigt.
Dan weet men dat hij iets gaat verdedigen of
goedpraten dat hij, met zijn doorzicht, eigenlijk
niet voor zijn rekening kan nemen, maar de poli
tiek soms en de zwakke broeders in het college....
Is het wonder dat onder de dagelijksche slagen
van de praktijk, zijn marxistisch harnas vol deuken
zit en het altijd een genoegelijk schouwspel is hem
in een debat bezig te zien, die deuken er zooveel
mogelijk uit te werken?
Zoo zetelt hij als De Machtige, een naam dien ik
hem eenmaal spottend gaf en die hem blijkbaar
HyllT HiE(?OPECN'HOO£CM STOll.
EN Hffl. O» "tACTlE HOUOT
HAAR
<SetlCHTzoo goed--paste, dat de Raad hem overnam en die
vandaar zijn weg vond onder de burgerij. Hij is
De Machtige". Machtig in talent, machtig in
werkkracht en machtig in zijn liefde voor zijn werk.
Amsterdam en Wibaut hebben elkaar gevonden.
Laten we hopen, dat het katholiek-sociaal-demo
cratisch Ministerie, dat hem zou opeischen als
Minister van Financiën, nog lang wegblijve !
Ondanks de feeststemming zong Klaas de Vries
een lied in mineur over een huishoudschool en
hij sprak ongeveer als volgt:
Medevoozitburmeewethuihouwijskeurischceelschiktmaak". Het is Chineesch. Wat het beteekent
-weet ik niet.
Het polderhuisje tusschen Rijksmuseum gaat
verdwijnen. Er waren leden die dit betreurden.
Welke Amsterdamsche jongen heeft niet aan dat
rad gehangen, en zich door de vrienden laten
ronddraaien? En wie heeft hier niet tot aan zijn
enkels in het water geplast en de
komkommerschuiten mee helpen overhalen? Het is nog een
van de weinige landelijke plekken binnen de sin
gels, het bouwvallige huis, waar wij bier met suiker
dronken met een blond meiske, dat ons drie dagen
later met een jongen van de Handelsschool be
droog, en het boomengroepjc, dat niet zoo schil
derachtig is
als de nee ren
Spier en Boek
man het deden
voorkomen. Er
komt nu een
electrisch ge
maal en de
boomen worden
zoo geplant,
dat niemand
het zien zal.
Het was het
minste dat Jan
ter Haar, in ruil
voor het
schil
derachtigeplekje, beloven kon.
Bij een verzoek van den R.K. Amsterdamsclicn
Voetbalbond, die alleen R. K. voetballen schopt
door R. K. doelen, met R. K. schoenen en daarbij
R. K. krachttermen uitstoot, wil gemeentelijke
vergoeding hebben van de kosten voor het plaatsen
van een R. K. kleedlokaal in de Meer. Wal de
R K. leden Drabbc, van.Lingcn en Rommel R.K.
hoofden bij elkaar
deed steken.
Het gaf niet.wanl
wie R. K. wil voet
ballen moet hel
R. K. maar zelf
betalen.
'B A K B A R u s a A
van Lingen Romnie
Drabbe