Historisch Archief 1877-1940
No. 2442
DErAMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
15
DE GASTEN VAN DEN EMIR
door JACOB ISRAËL DE HAAN
Trans Jordaniëheeft dit jaar veel winter gehad.
Regen en stroomen van sneeuw. De oude Koning
Hussein van Mekka moet wel van de koude heb
ben geleden. Geen wonder, dat hij is afgedaald
naar het warme Jordaandal, waar het nooit
winter is, en in Februari lente. De Emir
Abdallah woont er iederen winter in zijn tentkamp
bij Schune, het bijbelsche Nimrin, beroemd door
zijn rijke wateren. Ook de Kroonprins van Hedjaz,
de Emir lAIi, is er gekomen. Het is een mooi, groot,
kamp, heerlijk gelegen in de schaduw van de bergen
van Moab. Ik schrijf u dit in de tent van Genera?!
Hamid Pascha Elwadi, de jongste van alle Arabi
sche generaals, overwinnaar van de Wahabis.
Het leven is hier hél eenvoudig. Wij staan op,
gelijk met den dag. Na de ochtendgebeden brengt
de kleine Mohammed ons het ochtendeten:
warm brood, zachte eieren en thee. Daarna een
groote, koperen kan, die een onzegbare hoeveel
heid van kleine, zwarte, kopjes koffie bevat. Na
het ochtendmaal rijden wij uit. Soms naar de
prachtige, diepe, ravijnen van Es-Salt, soms naar
de Jordaan of naar de Doode Zee. Wij verachten
<Je auto's. Wij prijzen de mooie Arabische paarden.
Hamid Pascha vertelt van zijne overwinningen
op de Wahabis. In de couranten lezen zij allerlei
over mogelijkheid van nieuwe oorlogen in
deAra,bische landen. Daar is Abd-el-Aziz ibu
Abd-elRachman Ibu Saud, dien wij kortaf, Ibu Said noe
men. Hij is de Emir van Negd, het Hart van
Arabië, het hoofd van de dweepzieke en oorlogzuchtige
De Emir Ali Kroonprins van Hedjaz
Wahabis. Hij is een vijand van het Mekkasche
koningshuis. Volgens de groote geruchten zou hij
zien nu hebbenverbonden met den Imam van Yemen,
een vroegeren vijand, tegen Koning Husseip van
Hedjaz en diens beide zonen, den Koning Feisal
van Mesopotamiëen Abdallah van Transjordanië.
Hier in het Kamp merkt men van oorlog niets. Ik
vraag er Sidna 1) Abdallah naar. Hij is pas benoemd
tot opperbevelhebber van de vereenigde legers van
Hedjaz, Transjordaniëen Iraq.
Dwaasheid" zegt Sidna Abdallah: Allah zal
defmenschen straffen, die zóó dwaze dingen ver
halen". "'*
Mijn zoon", zegt de oude Koning, wanneer ik
hem vraag: zou ik hier blijven'week in, week uit,
wanneer mijne vijanden stonden voor de poorten
van mijne steden, Mekka en Medina?"
Wij eten aan de koninklijke tafel. Maar de ko
ning zelf eet meestal alleen in zijn tent. Wij zitten
aan een lange tafel in een van de tenten. Aan
mijne zijde zit de Emir Ali in het midden. Aan
zijne rechterhand Sheikh Fouad el Chatieb.
En ik zelf daarnaast. De Emir Ali heeft een
mager, donker, gezicht, dat scherp uitkomt
tegen de fijne, blanke, hoofddoek, gelijk men
die in Hedjaz draagt. Aan de overzijde in het
midden zit de Emir Abdallah. Hij heeft een vol,
vriendelijk, gezicht. Hij spreekt gemoedelijk. Maar
hij kan oploopen plotseling in drift. Gisterenavond
had de Emir een kleed aan van een verrukkelijk
diep rood.Daarover een mantel van bruin
kameelenhaar. Een rood met wit geblokte hoofddoek. Een
1) Onze Heer.
eenvoudige zwarte hoofd band.
Schijnbaar zoo als de arme
Bedouïenen dragen. Maar deze is
van het allerfijnste, zwarte,
kameelenhaar en men betaalt er
gaarne vijf pond voor. Wij zijn
aan tafel met ongeveer twintig.
Het is er niet stil en stijf, zooals
aan de groote maaltijden, wan
neer de Koning komt ter eere
van eenen officieelen gast als Sir
Herbert Samuel, de Hooge Com
missaris in Palestina. De Emir
Abdallah spreekt gaarne en goed.
Niemand spreekt over politiek
en niemand spreekt over
oorlogHet eenige, wat wij van de Wa
habis bemerken, is een oud,
mager, mannetje, de dienaar van
den Emir Ali, van wien Hamid
Pascha beweert, dat hij in het
geheim het felle geloof van de
Wahabis belijdt.
Wij hooren ook, dat er wolven
waren rondom het Kamp. Men
zal vallen zetten en jacht maken.
De Koning Hussein heeft naar
mij gevraagd. Hij krijgt dadelijk
bericht wanneer er iemand komt
als gast van den Emir. Maar
eerlijk, en met alle onbescheidenheid gezegd,
wist de koning toch wel, dat ik komen zou.
Want de Emir Abdallah is een hél goed gast
heer. Hamid Pascha deelt met mij zijn tent.
En de maneschijn.... de mooie paarden. Maar
ik ben toch niet voor dat alles gekomen. Ik ben
gekomen voor dit gesprek.
De Koning is hél oud. Heel diep in de zeventig.
Maar zijn oogen en zijn verstand zijn zoo hè! «r als
glas. Hij heeft een zachte stem. Maar zijne eelen
zijn vast. Van alle bewoners van het Kan^is hij
het eenvoudigst gekleed. Een kleed van
zachtgedekt grijs. Een eenvoudige witte hoofddoek. En
een hoofdband van witte wol. Er is in de geheele
wereld maar n man, die zoo een eenvoudige
hoofdband draagt: de Koning van Mekka. O
Hij zit met de zijnen aan den ingang van de
tent. Zet u met ons" zegt hij met een zacht
handbeweeg. Hij spreekt verder met anderen.Een
groote, zwarte, slaaf uit Hedjaz, brengt koffie als
een offer. Een bodempje vol in een kopje van dik,
duchtig, aardewerk. *¥/J
Plotseling staat de Koning op. Wij'allen staan
op. De koning neemt mij aan de hand in een hoek
van de groote tent. Met zijne zachte stem vraagt hij,
wat hij te vragen heeft. En hij beveelt, wat hij te
bevelen heeft.
De Emir Abdallah komt dikwijls in Palestina.
Zondag heeft hij gegeten met Sir Herbert Samuel
in diens landhuis te Jericho. Maar Koning Hussein
en de Emir Ali zijn tot dusverre niet in Palestina
gekomen. Ook niet voor een bezoek aan de Omar
Moskee te Jeruzalem en de Moskee van Hebron,
die toch tot de allerheiligste moskeeën gerekend
worden. De nationalistische Arabieren zeggen dat
de Koning en de Emir Ali niet in Palestina willen
komen, zoolang de Balfour Declaratie niet is
afDe]Emir Habib Lutfallah, gezant van Hedjaz te Rome, met zijn
Tserkessische, lijf wacht in het kamp te Schune
Herbert Samuel niet kunnen voorbijrijden. En wij
willen de mooie deur toch ook niet binnen
gaan. Maar vanmorgen zijn plotseling de auto's
voorgekomen.De
koning en de bei^
de Emirs zijn uit
gereden, over de
Jordaan, in
Palestinesisch ge
bied, naarde be
devaart plaats
van Nebi Mousa.
Gisteren waren
de Chief-Justice
en de
AttorneyGeneral van Pa
lestina hier. Is
toen misschien
de juridische mo
gelijkheid van dit
bezoek bespro
ken? Maar wat
Sidna Hussein
doet, is hier wel
gedaan.
Na het mid
dagmaal heeft de
Koning mij wee"" .
laten roepen. F .in
wat z- e^ riamid
Pascr \i?Hijzegt:
Als g.t- " nu klaar
zijt met i, <w ge
schrijf, zullei i wij
uitrijden. Au "ah
heeft ons alle. n
lief vandaag en
de maan is al
boMr. Philby, aftredend Eng.
resigeschaft. Zij zouden, hij een bezoek aan Jeruzalem dent in Transjordanië, tijdens ven de bergen".
en Hebron natuurlijk de|mooie deur van Sir ^ jzijn reis in Centraal Arabie
Een groep in het kamp te Schune. In het midden de Emir Abdallah met zijn beide zonen
Naif en Talal en Generaal Hamid Pascha Elwadi, de jongste der Arabische generaals,
overwinnaar van de Wahabis