Historisch Archief 1877-1940
No. 2445
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
11
MARIE CORELLI f
Corelli's pen bewoog zich doorgaans op een
. eigenaardig terrein en werd gesteund en
aange. moedigd door theosofische sympathien. Er is niet
veel psychologischen diepgang noodig om te
begrijpen hoe haar boeken een groote attractie
hadden onder de Engelsche officiers te velde,
eerst in den Afrikaanschen en daarna in den
Europeeschen oorlog. De omstandigheden hielpen
. er stemming voor maken.
Maar stellig zou het deze schrijfster in geen geval
, mogelijk geweest zijn, een halve eeuw lang haar
plaats in de literaire wereld te behouden, als zij
niet over een door rijke fantasie bezield talent had
te beschikken gehad, dat haar in staat stelde
telkens weer nieuwe variaties op haar thema's te
leveren.
In 1860 was zij geboren. De Engelsche
Encyclopediën vermelden omtrent haar, dat zij, van ge
mengd Schotsche en Italiaansche afkomst, op
tweejarigen leeftijd geadopteerd werd door den
literator Charles Mackay en haar kindsheid in
Engeland doorbracht.
Later werd zij naar Frankrijk gezonden, waar
zij een grondige muzikale opleiding ontving,
in herinnering aan een beroemd violist Corelli,
van twee eeuwen vroeger. De muziek zou voor haar
echter een liefhebberij-vak blijven. Want de groote
opgang, die haar eerste, in 1886 verschenen roman,
A Romance of two worlds maakte, werd oorzaak
dat zij zich voortaan in hoofdzaak aan de belletrie
wijdde. Zij keerde naar Engeland terug en schreef
daar, achtereenvolgens: Vendetta (1887), Thelina
(1888), Ardath (1890), Soul of L itith (1892), Barnabas
(1893), The sorrows of Satan (1895), Mighiy Atom
(1896), The murder of Deliana (1897), Ziska,
(1898), Jane (1900), Temporal power (1902), Oods
good man (1904), Treasure of Heaven (1906), Holy
Orders (1908), The Devils motor (1901, The life
everlasting (1911), Innocent (1910), The young
Diana (1917), The love of long ago, The sacred
power (1921).
Voortdurend sloeg haar werk in. Zij werd de
lievelings-auteur van duizenden lezers, die werden
aangetrokken door het prikkelende en
griezeligmysteriese van hare vertellingen, waarover een
meer bezadigd publiek dikwijls het hoofd schudde.
Ter kenschetsing van haar schrijftrant volgt
hier een gedeelte van de Prolog" van een harer
meest karakteristieke romans, getiteld l.iska, Het
raadsel van een bedorven ~iel.
Donker tegen den helderen hemel teekende
zich af de groote Pyramide en boven haar top
stond de maan. Als een wrak, door een Titansstorm
op het strand geworpen, scheen de Sphinx, rus
tende te midden van de grijsachtige zandgolven,
die hem onringden, eindelijk ingesluimerd.
Het passieloos gelaat, waarmede hij had
neergezien op gaande en komende tijden, op rijken in
opkomst en verval, op levende en wegstervende
menschengeslachten, scheen op dit oogenblik
zijn gewone uitdrukking van bespiegelende
wijsheid en groote verachting te hebben verloren;
zijn oogen schenen zich te willen sluiten; een glim
lach schemerde als 't ware om zijn droeven mond.
Maanlicht en Middernacht weefden hun eigen
mysterie, en eer het bleeke schitterlicht van den
morgen den hemel tintte rose en amber, was de
Schim verdwenen, werd de Schim niet meer
gehoord. Langzaam steeg de rand van het gouden
.zonneschild boven den horizon; en de groote
Sphinx, ontwakend uit zijn korten schijnslaap,
staarde weder met innige, eindelooze verachting
over de zandige vlakte en de gekuifde palmen
naar het glinsterend koepeldak van El-Hazar,
het oord van heiligheid en wijsheid, waar nog
steeds de mensch nederknielde in aanbidding
' van den Ongeziene, hem smeekend om verlossing
van het 'Ongeziene."
GEERTRUIDA CARELSEN
DE EERSTE DUITSCHE
VROUWENPERIODIEK
WAT DE MODE BRENGT
Teekening voor de Amsterdammer"
Ella Riemsrsma
van
De oudste Duitsche Dameskroniek verscheen
precies 200 jaar geleden. Het was een weekblad,
dat den len April 1724 voor het eerst uitkwam bij
Johann Christoph Gottsched te Leipzig onder
den titel van Die vernünftigen Tadlerinnen". Het
', was een blad dat, gelijk uit den titel blijkt, critiek
wilde leveren en ook werkelijk critiseerde op schier
. elk gebied en daardoor verdienstelijk werk heeft
gedaan al verviel het wel een enkele maal tot
. bedillerige betweterij.
Denmannen krijgener geregeld flink van langs.De
protserige praalhanzen,d i'e alle vrouwen voor zielige
? zieltjes en oniioozele gansjes verslijten, worden
terdege a faire genomen. De heeren der schepping
worden al naar het uit komt geïntroduceerd als
modepoppen en vrouwengekken, als pantoffel
helden en sullen. Men krijgt van hen geen hoogen
dunk. Toch voelen wij wat onder al deze charges
verborgen ligt, de bedekte wrevel, dat de vrouw
als vrouw wel gevleid, maar toch altijd
weersmadelijk achteraf gezet wordt. Zij telt niet mee. Wat
is de grond of het motief voor de bevoorrechte
positie der mannen? Presteeren zij zooveel meer
dan vrouwen? Het mocht wat ! Die vernünftigen
Tadlerinnen" willen aantoonen, hoeveel nullen,
ja nietsnutten er onder de mannen zijn.
De geheelonthouding was twee eeuwen geleden
volmaakt onbekend. Die vernünftigen Tadle
rinnen" propageeren echter met kracht en klem
het matigheidsbeginsel. Niet alleen de heeren maar
ook de dames schenen zich vaak meer dan gepast
was een roes te drinken. Dit lijkt bijna onmogelijk
in dien conventioneelen tijd. Of zou de conventie
juist een verklaring zijn van dit verschijnsel?
Actie en reactie. Geen vinger haast kunnen ver
roeren en daarom des te eerder en des te heviger,
wanneer de gelegenheid zich voordoet, uit den
band springen. Wat ook de aanleiding of ver
klaring van dit verschijnsel moge zijn, een feit
blijft het, dat Die vernünftigen Tadlerinnen"
al haar best doen om de vrouw-drinkster te
bekeeren van de dwaling haars weegs, vooral door
te werken op haar gemoed,door haar het onvrouwe
lijke van haar handelwijze onder het oog te brengen.
Houdt maat in alle dingen, moraliseeren Die
vernünftigen Tadlerinnen". Houdt maat bij spijs
en drank; houdt maat in opschik en tooi; verliest
vooral niet de matigheid bij het gebruik van uw
snuifdoosje. Onwelvoegelijk is het b.v. om gelijk
Jungfer Frechstirnin in de kerk 10 keer onder
de preek het snuifdoosje te laten rondgaan.
In den tweeden jaargang van het blad komt
een polemiek voor tegen een Hollandsch werkje,
waarin een boekje wordt open gedaan over de
Duitsche dienstmeisjes hier te lande. Het citaat
van de aanstootgevende passage staat er eerst
in het Hollandsch en daarna in het Duitsch.
Het is een fragment uit een bodenpraatje tusschen
twee dames Christine en Anna, van wie eerstge
noemde o.m. zegt: Ziet men niet dagelijks hoe
de Mofinnen, die nadat ze een Jaar of vier, om
ontbolsterd te worden, bij een Bakker gewoond
hebben, bij een fatzoendelijk Burger in dienst
zijn geraakt, alwaar zij dan veertig of vijftig
Gulden Huur en Profijten Jaarlijks genieten
aanstonds in de kleeding beginnen op te steeken:
het is niet genoeg dat zij mooie Jakken, Rokken,
witte Kouzen en mooie Muiltjes, een wijde Rok
en fraaie Kanten draagen, maar zij moeten
witte Lijtwaaten Boezelaars van twee Breedtens,
Japonnen en zekerlijk een Goude ketting om den
Hals hebben om een Vrijer daardoor te verstrikken."
Die vernünftigen Tadlerinnen" wasschen de
achtbare (?) Hollanrtsche mevrouw geducht de
ooren en zuiveren alle Duitsche gedienstigen van
den blaam, die haar ten onrechte getroffen heeft,
dooreen reeks van treffende staaltjes van Duitsche
Treue en Deutsche Tüchtigkeit te geven, waarmede
men dan maar moet aannemen, dat alle beden
kingen ten eenen male ontzenuwd zijn.
Tot nog toe stonden wij stil bij het: critische
deel van het eerste Duitsche darnestijdschrift.
Die critiek neemt ook de grootste plaats in.
Toch bevat het ook artikelen met een uitgesproken
positieve tendentie. Onder deze zijner zeer
lezenswaarde bijdragen, zooals b.v. een reeks van 14
vervolgstukken over de vraag, aan welke eischen
een Frauenzimmer-Bibliotheek" moet voldoen.
Avondjapon van beige geplisseerde Crêpe de
Chine met overkleed van dunne terra cotta
stof. Borduursel van beige en zwart.
DEN HAAG
Amsterdam Rotterdam
maken ontwerpen en begrootingen zonder
berekening van kosten onder bekende
leiding van de binnen-architecten
H. WOUDA ) Moderne
PAUL BROMBERG ) Meubelkunst
J. M. MIDDELRAAD
Klassieke Stijlen
Grootste Meubelfabriek van Nederland
In taal en stijl is er een groot verschil tusschen
het critische en het positieve deel. Het eerste
geeft in pittige woorden en karakteristieke
uituitdrukkingen vaak scherpe, schajnpere, venijnige
maar over het algemeen, het gechargeerde dan
uitgezonderd, rake opmerkingen. Het tweede
wil uitmunten door zwierigheid van woordenketis
maar vervalt daardoor al te vaak in een overdaad
van bloemrijke beeldspraak, in een eindelooze
brcedsprakigheid en in een
zwaarwichtig-wijdloopigen betoogtrant.
De uitgifte van een vrouwenblad nur für
Damen" bleek voor die dagen een te gewaagde
onderneming. Het had 2 jaar lang 2000 lezeressen
en ging toen ter ziele wijl het geen voldoende
baten afwierp. Het heeft echter den weg gebaand
voor latere damesperiodieken, die reeds spoeuig
daarna, meest in den vorm van maandbladen,
verschenen. J. Y N T E M A.
DRINK WEINIG MELK
maar goede melk, van betrouwbaar
GEZOND vee.
HOFSTEDE OUD-BUSSEM.
Kerkstraat 187. Tel. 49344.