De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 3 mei pagina 4

3 mei 1924 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2446 WOLKENKRABBERS DE WEDSTRIJD DER CHICAGO TRIBUNE" «r f Oog omhoog, het hart naar boven, Hier beneden is het niet". Reeds lang spookte het ons in 't hoofd, 'n be schouwing over de Amerikaansche wolkenkrabbers te schrijven. Een aanlokkelijk onderwerp waar reeds veel over geboomd werd. Zijn deze hooge gevaarten inderdaad iets dat in vroeger tijdperken ongekend was? Wie dit mocht meenen, zou zich vergissen. Alle torens toch, over de Oude wereld sedert eeuwen verspreid, de hoogste glorie aller landen, zijn in wezen niets anders. Want Een wolkenkrabber is slechts een voor praktische doeleinden geschikt gemaakte en ingerichte toren. b* Zij het dan ook een toren van veel grooter afmetingen, dan die van vroeger. Een bouwkunstwerk van geheel eigen karakter is de toren; hij vormt een eenheid, een monument op zich. Wat andere bouwwerken in het horizon tale zoeken, zoekt hij in de hoogte. Hij is van het zelfde op zichzelf staand karakter als de zuil, waaraan hij steeds denken doet. Hij s het monumentaalste, volkomen in zich besloten type van kunstwerken. Deze waarheid treedt het schoonst aan 't licht in de schaarsche gevallen, waarin deze wondervolle menschelijke scheppingen geheel alleen staan. Meestal toch maken zij onderdeelen van andere bouwwerken, als cathedralen, paleizen, uit, waar door hun ware grootschheid steeds geschaad wordt. Prachtige voorbeelden van alleenstaande torens zijn de Domtoren van Utrecht en de Tour Saint Jacques te Parijs; ook de Eiffeltoren. Al heeft de laatste met kunst weinig uitstaande, men zou zich hem*'Zelfs niet met een daaraan verbonden bouw werk kunnen denken, zonder hem zijn karakter totaal te zien verliezen. Veel sterker nog treedt dit onloochenbaar conflict bij de Amerikaansche wolkenkrabbers aan 't licht, van welke gebouwen meestal het eene deel hoog en 't andere opgetrokken wordt. Dit lager gehouden gedeelte vormt steeds een afschuwelijk aanhangsel, dat men wel weg zou willen den ken. Veel ongunstiger is hier de toestand dan bij dejoude bouwwerken, waar tusschen toren en overige massa steeds een krachtig uitgesproken tegenstelling heerscht. Bij den Skyscraper vormt dat lager gehouden brokstuk onveranderlijk een uitwas", hoeveel moeite architecten zich ook geven, dit conflict bevredigend op^te lossen. if? Eliel Saarinen. Tweede Prijs John Mead Howells en Raymond M. Hood Eerste Prijs Beschouwt men de Amerikaansche hooge bouw werken (hoe verscheiden ook) aandachtig, dan ontwaart men onmiddellijk, dat de meeste hunner door deze uitwassen in hun monumentale massa werking ernstig verstoord worden. De hoofdzaak dezer cardinale fout schuilt in d,e ontwikkeling van den opbouw uit het plan, en is hierin gelegen, dat, terwijl de grondvlakken dezer gebouwen meestal langwerpig zijn, de ontwerpers de boven de overige gedeelten uitstekende hoofd massa toch als van zuiver kwadratischen aard willen doen spreken en domineeren. Hierdoor móet het resteerende deel wel den indruk van een noodgedrongen aanhangsel of toevoegsel maken. Dit ernstig gebrek, deze hoofdfout in den opzet nu kleeft ook aan verweg het meerendeel der ontwerpen voor het gebouw der Chicago Tribune" En zelfs ook aan de bekroonde composities. Gelijk bekend is, had de oprichting van hooge ge vaarten oorspronkelijk uitsluitend een immate rieel doel. Zij dienden ter verheerlijking der nage dachtenis van helden en heldenfeiten. In lateren tijd, en ook nu nog, dienden zij verder om de geloovigen door den alom vrij zich verspreidenden klokkengalm in de bedehuizen bijeen te roepen en hun tevens een wijzer naar boven en aldus een symbool te zijn. De skyscrapers danken, gelijk iedereen weet, hun ontstaan aan heel wat prozaïscher overwe gingen ! En dit is hun aan te zien. Ook al riekt het kleed, waar vele hunner zich in steken, bedenklijk naar den wierook van oude cathedralen. Zij danken hun ontstaan hoofdzakelijk aan den grondwoeker, waardoor men in de centra der groote steden gedwongen wordt, op een zoo klein mogelijk oppervlak een zoo groot mooglijke hoeveelheid menschen opeen te hoopen. De vaak beschreven en overdreven praktische voordeden van hooge bouwwerken (als de ge legenheid scheppend voor de best denkbare centralisatie van werkkrachten) bleken sedert lang in hoofdzaak excuses voor de excessen der grondprijzen, dus doekjes voor 't bloeden. Al hetgeen hierover te berde gebracht wordt, kan met de enkele nuchtere opmerking: dat centralisatie in de breedte in alle opzichten prak tischer dan in de hoogte is, in den hoek worden gedrongen. Waar de kans zich dan ook maar eenigszins voor doet, komt men van de oprichting van torengebou wen reeds aardig terug. Men verlangt deze opeenhoopingen van reuzenschaduwen-werpende gevaar ten niet langer, nu de middelen varijvervoer op alle wijzen worden geperfectioneerd. E. J. VAN SCHAICK MAKELAAR Korte Jansstraat 25b" - Utrecht WONINGBUREAU ASSURANTIES TELEFOON 125 Toch mogen we hieruit allerminst de conclusie trekken, dat hiermede de zucht tot het stichten van hooge bouwwerken op den duur geheel ver dwijnen zou. Want geenszins zal dit het geval blijken. Steeds zal de atavistische (aap?)-neiging, om de hoogte in te willen, blijven bestaan, al was het alleen maar om daardoor boven elkander te kunnen uitsteken en in den letterlijken zin elkaar op den kop te kunnen zien. Het schijnt ons toe, dat dit laatste doel ook voor zat bij de eigenaars van The Chicago Tribune, The greatest newspaper of the world. Welnu, bij zoo een blad behoort natuurlijker wijze ook het hoogste bouwwerk. Dat is logisch. Maar met dat al, en wat men hier ook van zeggen of denken moge, heeft dit blad met zijn wereld wedstrijd ter verkrijging van een zoodanig bouwwerk een prachtige daad verricht, een Koninklijke daad, zouden we zeggen, indien dit paste bij den democratischen Amerikaanschen geest. Want deze wedstrijd heeft bouwkunstenaars van heel de wereld bijeen geroepen; dit kan zonder humbug worden geconstateerd. Ziehier de sprekende, alle kleinzielige praatjes doodslaande cijfers: Daar waren deelnemers uit alle deelen der Vereenigde Staten, samen 145 inzenders. Uit de werelddeelen buiten Europa waren vertegenwoordigd: Australië, Canada, Cuba, Mexico, Nieuw Zeeland. Van de Europeesche Staten: België, Denemarken, Duitschland, Engeland, Finland, Frankrijk, Holland, Honga rije, Italië, Luxemburg, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Schotland, Servië, Spanje en Zwitserland. Samen 115 deelnemers. (Waarvan Duitschland met 37 en Holland met 11 ontwerpen aan de spits stonden. ) Totaal dus 260 inzendingen; waarvan 189 tot den eigenlijken wedstrijd toegelaten werden. (54 bui tenlanders en 135 uit de Ver. Staten). De prijzen waren dan ook vorstelijk ! Naar men weet, bedroegen zij respectievelijk 50.000, 20.000, en 10.000 dollars; en met dit beding, dat, hoe ook de wedstrijd verloopen zou, deze prijzen in elk geval uitgekeerd zouden worden. Wat dan ook geschied is. Bovendien waren tien Amerikaansche architecten apart uitgenoodigd, die ieder 2.000 dollar ontvingen. David H. Morgan

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl