De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 10 mei pagina 3

10 mei 1924 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

Nö. 2447 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND BELGIË'S BEMIDDELINGSPOGINGEN TUSSCHEN ENGELAND EN FRANKRIJK Teekening voor de Amsterdammer" door Joh. Braakensiek Peerke: Kom jullie in mijn karretje!" John Buil: Ik wil wel, als dat mensen die groote mand maar laat staan". DE INTERNATIONALE PUZZLE Half Mei 1924. De uitslag van de Duitsche verkiezingen is met heel wat spanning afgewacht. Allerlei verrassingen had men er, in verschillende hoeken van 't staatkundig schouwtooneel, uit verwacht. Nu zij afgeloopen zijn, zou men van 't bekend worden van de resultaten willen zeggen dat de afloop ietwat katterig is. Er is, ongelukkig, niet genoeg bijzonders aan om een heugelijke beweging te constateeren. En er is, gelukkig, niets overweldigends aan, om een gevaarlijke beweging van te duchten. Die gevaarlijke beweging zou er zijn, indien de nationalistische groepen zoo sterk voor den dag waren gekomen, dat de Duitsche natie in grooter getale de wilde of dolle tendenties bleek te deelen, waaraan de rechterzijde zich overgeeft. De heugelijke beweging zou er zijn, wanneer een waarlijk nieuwe geest over het Duitsche volk bleek te zijn vaardig geworden. Wat men nu heeft, is een zekere labiliteit. Geen geprononceerde regeeringsleuzen of regeeringsbeginselen; geen naar voren tredende staats lieden; geen teekenen van een nieuwe era. Wat de inwendige ontwikkeling betreft, maakt dit des te duidelijker dat Duitschland eigenlijk eerst nog aan het begin van een geheele constitutioneele ontwikkeling staat. De ideeën zijn er wel, maar nog niet genoeg doorgedrongen en nog niet genoeg werkelijkheid geworden, om een ge zonde en ingeburgerde democratie te doen zien. Dit zou trouwens ook een wonder zijn. Alle landen hebben daartoe lange leertijden doorge maakt, en men mag het al waardeeren dat 't er in Midden-Europa op het oogenblik zoo, en niet slechter voor staat. Voor excessen heeft de stem bus althans geen ruim baan gemaakt. En dit is voor ons wereldeel een heele rust. Wat de internationale verhoudingen betreft, brengt de uitslag der Duitsche verkiezingen tweeërlei resultaat. Men moet onderscheiden tusschen directe, eri verder-strekkende beteekenis. De directe beteekenis is deze, dat er een meer derheid is vóór aanvaarding van het Deskundigen rapport, vóór het volgen van de regeeringspolitiek. Van een veranderen van lijn is in dit opzicht geen sprake. De koers van in 's hemelsnaam", kan worden verder gevoerd. Ook dat is een rust! Het geeft voor hen die waarlijk bouwmeesters van 't verward Europa willen zijn, tenminste een bevestiging van den ondergrond. Overigens zijn aan dit werk niet alle moeilijk heden uit den weg geruimd. De Duitsche grondwet bevat bepalingen die, in verband met de beperkte Rijksdagmeeraerheid, nog haken en oogen kunnen vertoonen. Het Dawesrapport bevat immers enkele ge wichtige onderwerpen, die misschien slechts door een meerderheid van 2/3 kunnen worden geregeld, zoodat de voorhanden meerderheid onvoldoende zou blijken. Bovendien hangen zekere punten, met name wat de spoorwegen be treft, van de medewerking van enkele regeeringen, o. a. de Beiersche, af. Men mag wel aannemen, dat de verkregen meer derheid gewichtig genoeg zal zijn om ongewenschte oppositie te boven te komen. Maar het pad blijft keiïg. Het blijft 't evenwel vooral nog om een anderen grond. Hierop doelden wij, toen wij zeiden, dat, naar de indirecte, verderreikende beteekenis beoordeeld, de uitslag van de verkiezingen in Duitschland, niet zeer vreugdevol voor de inter nationale staatkunde stemmen kan. En hiervan zal men den weerslag in de andere landen, in Frankrijk, Engeland, België, Italië, Amerika en de successie-staten, kunnen waarnemen. De nieuwe Rijksdagmeerderheid is niet tot stand gekomen op een openlijke politiek van internationale betrouwbaarheid en van ruiterlijke samenwerking, de middenpar tijen hadden de gelegenheid gehad, hierin het volk den weg te wijzen. Dit hebben zij niet gedaan, waarschijnlijk in de overtuiging daarmee geen succes te zullen behalen. Integendeel is ook aan den democratischen kant de verkiezings campagne gevoerd op een opmerkelijke antigeallieerde wijze. In 't eind scheen het alsof de Duitsche natie door het Deskundigenrapport aan te nemen, den geallieerden een strop zou bezorgen en met name Poincaréeen poets bakken. Zoo is de stemming wat scheef gedraaid, en speciaal de heer Stresemann heeft zich daarin een meester getoond. Niemand die den gang van de buitenlandsche staatkunde volgt, moet er zich daarbij toe laten verleiden den volken of gouvernementen raden" te geven. Maar wel kan men zeggen dat er, na alles wat het Deskundigenrapport aan den dag gebracht heeft ontrent de manoeuvres van de Duitsche financieele politiek tegenover het herstervraagstuk, wellicht plaats ware geweest voor het openlijker bekennen van een nieuw front ! Het is intusschen niet onmogelijk, datde leidende staatslieden weliswaar niet de kans gezien hebben daarop een verkiezing te winnen, maar wél om na de verkiezing een uitgesproken politiek van goede trouw in te zetten. En dit is waarlijk ten zeerste te hopen. Op den voet van de thans afge loopen stemming alleen, ziet men nog niet iets an ders aanbreken, dan de voorzetting van de zuurzoete, gedwongen ver standhouding. Het is niet onwaarschijn lijk, dat voorde aanstaande Fransche verkiezingendéze toestand nog zijn invloed zal doen gelden en den nauwelijks te betwijfelen uitslag versterken. Dan behoudt men aan die zijde de voorzetting van het af weren ook van de goede elementen en de goede ten denties in Duitschland, een politiek die in de laatste jaren zooveel anders had kunnen zijn. En zoo zal men, tenzij ook daar n& de hagelbuien der verkie zingen in een rustiger zon netje kan worden gewerkt, weer een tijdvak van on bevredigende samenwer king voor zich zien. Intusschen zijn verschil lende factoren bezig, om den werkelijken geest van goed vertrouwen te verster ken. Zoowel de Belgische minister als de Britsche zijn daarop aan hetwerk. Daar toe behoort tweeërlei: -het vinden van garantie's voor de naleving van de te treffen herstel- regeling en het -cheppen van garantie's tot verzekering van de stabili teit van de bestaande staat kundige grenzen en verhou dingen. Die garantie's moe ten zoo zijn, dat zij als het ware slapende" werken. Dat wil zeggen: zij moeten, zeersterk zijn, sterk genoeg; om alle schending onder houden, en tevens passief gebetere geestesgesteldheid de den duim te noeg om een gelegenheid te geven op te groeien. Naar de constructie daarvan wordt thans vooral tusschen Londen en Brussel, met loffelijk verstand, gezocht.Men verwachte hier niet eene splitsing onderdegeallieerden van, verre van dien. Het resultaa? zal waarschijnlijk een vrij samengesteld systeem van garantiebepalingen zijn, waarin Duitschland zich in den beginne niet zeer gemakkelijk kan schikken, maar die het toch in verder perspectief gezien, in een aannemelijker positie brengen. De regeering te Londen heeft daarbij haar spel voorzichtig en verstandig te spelen. Zij schijnt daar voorloopig in te slagen en tevens het prestige van hare partij belangrijk te verhoogen. Van geen kant zou men er in Westminster aan kunnen den ken, tijdens dit internationale drama een der hoofdacteurs, zooals Ramsay Macdonald is, den voet te lichten. Middelerwijl wordt de liberale partij vermalen, en teekent zich de Engelsche positie van de toe komst: nationaal conservatief" nationaal labour", af. De herhaalde verwerping van 't stelsel der evenredige vertegenwoordiging in het Lagerhuis heeft daar weer een staaltje van ge geven. Het succes van Snowden, met zijn budget, evenzeer. Het lastpak blijven de sovietisten, want het laat zich aanzien dat het cynisme van den slavischen humor de conferentie te Londen alevenzeer tot een echec zal maken als met die te Genua, die te Den Haag en die tusschen het Plein en Moscou te Berlijn gehouden, is gegaan. B R A N D A R i s Kersen Pralines Bijzonder frisschei .aangename smaaffl

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl