De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 10 mei pagina 6

10 mei 1924 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2447 OPLEIDING VOOR DE KOOPVAARDIJ De redactie vraagt mij iets te zeggen over de Praktische Opleiding op de Zeevaartscholen. Ik wil dit zeer gaarne doen. Deze opleiding omvat de kennis, die noodig is voor de behandeling van het schip onder alle om standigheden. Door sommigen wordt hieronder nog verstaan de kennis uit den zeilvaarttijd en men kan niet ontkennen, dat de stuurman van heden deze nog tot op zekere hoogte moet kunnen omvatten. Er zijn nog veel zeilschepen in de vaart en de wachthebbende stuurman zal zich een oordeel moeten kunnen vormen over de manoeuvres van zulk een schip, wil hij er bij eene ontmoeting vrij van varen. Om zich die kennis eigen te maken, kan hij er vourueel vai hebbun a^s hij bekene ir, »n.i i-.erk zaamheden die er mede in verband staan en opde Kweekschool voor de Zeevaart wordt daarin dan ook niet minder dan vroeger onderwijs gegeven. Tenzij de tijd voor ander werk zou moeten worden benut, wil het mij zelfs voorkomen, dat bedoeld onderwijs voor een groot deel zou kunnen blijven bestaan, al was er geen zeilschip meer te vreezen. Het heeft immers een groote opvoedende kracht, doordat het den aanstaanden stuurman discipline en handigheid leert, hoedanigheden, die voorloopig nog wei tot de voornaamste zullen blijven behooren bij de scheepvaart. Het is bekend, dat de Inspecteur van het Zeevaartonderwijs voor een schoolschip heeft geijverd, maar de vervulling daarvan zal wel tot de vrome wenschen blijven behooren. Een nadeel is, dat de leerling aan boord van het tegenwoordige stoomschip de meeste van de op de zeilvaart betrekking hebbende zaken niet meer aantreft, waardoor van het geleerde veel verloren gaat. Dit kan men herhaaldelijk observeeren bij het onderwijs. Het schijnt voor de meeste candidaten zeer moeilijk te zijn om zaken, waarin zij nooit eenige practische ondervinding hadden, goed te begrijpen. Men zou dit bedenkelijk kunnen noemen, wan neer het schadelijke gevolgen had voor den tegenwoordigen gang van zaken bij de zeevaart, maar daarvan hoort men niet. Dit neemt niet weg, dat het onderwijs er, ook met het oog op het examen programma, rekening mede moet houden, al is het duidelijk, dat in de" eerste plaats gedacht wordt aan de opleiding tot geschiktheid aan boord. Daar om komt dus het eerst in aanmerking een gelijken tred houden met de praktijk van het zeeverkeer. De z.g. praktische zeevaartkunde, thans duide lijker Zeemanschap" genoemd, heeft in de laatste twintig misschien tien jaren eene belangrijke wijziging ondeigaan. Het zal zelfs niet noodig zijn dit den leek duidelijk te maken en de ingewijde weet, dat men feitelijk van een dagelijksche wijz,gi!ig knr1 spreken. De stuurman en gezagvoerder van dea tegen woordigen tijd kan zich dan ook nooit afgestu deerd" beschouwen op dit gebied, in tegenstelling met het theoretisch gedeelte. Bij dit gedeelte, hetwelk op de hechte grondsla gen van oude eeuwenoude wiskundige waar heden gebaseerd is, kan men, na het bereiken van een bepaalde hoogte, een goed navigateur worden. Geheel anders is dat met de Zeemanschap! De leek heeft slechts het moderne stoomschip of het Nat. Technisch Scheepvaart-Museum te bezoeken om de overtuiging te krijgen, dat het moderne schip een samenstel is van technische mogelijk heden. De stuurman kan hier partij trekken van zijn wiskundige kennis, want om den aard en de be handeling van al die voorwerpen eenigszins te begrijpen, moet hij zich opde Natuur- en Werktuigkunde, ja op de Scheikunde werpen. Brandbare en gevaarlijke ladingen worden uit den aard der zaak meer vervoerd dan vroeger. Het voorkómen en blusschen van brand eischt, aan boord niet minder dan aan wal, een theoretische kennis. Zeer groot is het aantal nationale en internatio nale wetten, waarmede de stuurman vertrouwd moet zijn; men hoort wel spreken van den ge zagvoerder-jurist". Deze voorbeelden zouden in groote mate ver duidelijkt en aangevuld kunnen worden, hetgeen echter meer tot haar recht komt in een vakblad; maar het genoemde zal voldoende zijn om aan te toonen.dat de praktische opleiding op de Zeevaart scholen zich belangrijk heeft moeten wijzigen, wil de reeder bruikbare menschen kunnen kweeken, waar het toch op aankomt. Het is misschien niet overbodig hieraan toe te voegen, dat bovendien iedere reederij haar bijzondere eischen heeft, óók zoo geheel anders dan vroeger. De dienst aan boord der schepen van de Koninklijke Paketvaart Maat schappij of op die van de Holland?Amerika Lijn b.v. loopt nogal uiteen. Nu gaat het moeilijk stuurlieden voor een bij zonderen dienst, nog vél moeilijker voor alle dien sten tegelijk op te leiden en men leidt dus evenals vroeger Stuurlieden" op, evenals stuurmansexamens worden afgenomen. Maar daarvoor dient men dan ook bij de op leiding meer rekening te houden met een degelijke basis en deze is: algemeene ontwikkeling. Wij zijn de meening toegedaan, dat een dosis algemeene kennis den gezagvoerder van vroe ger niet kwaad stond, maar die van tegenwoordig kan er niet meer buiten. Sedert de laatste jaren wordt het onderwijs in die richting gestuwd; de stuurman van den tegenwoordigen tijd moet in staat zijn zich in zijn verdere loopbaan te blijven be kwamen en in the swim" te blijven en dat kan hij, wanneer hij in staat is boeken en tijdschriften te lezen. Wij hebben de overtuiging, dat de reederijen dit streven goedkeuren. Er zijn reederijen, die haar personeel in dit opzicht aanmoedigen door vakliteratuur te verstrekken en het is een algemeen bekend feit bij de Zeevaart, dat zij die de moeite genomen hebben om daarvan te profiteeren, dik wijls een mooie carrière gemaakt hebben. Tenslotte is een en ander niet zoo buitengewoon De school is niet alleen een wetenschappelijke, maar ook een paedagogische organisatie en Ligthart beweerde reeds, dat leerlingen in 't algemeen zoo ontwikkeld moesten worden, dat zij boeken met voordeel kunnen gebruiken. Algemeene ont wikkeling kan de stuurman en gezagvoerder, die door de groote en uiteenloopende menschengroepen aan boord, zoo vaak in omstandigheden konu dai hij zich een goed paedagoog moet toonen, niet ontberen. Een zeer belangrijk punt is tenslotte nog de samenwerking tusschen de opleiding op de scholen en die aan boord der schepen. Het komt toch voor, dat een leerling de school verlaat mat een resul taat, dat geen gunstige verwachtingen geeft voo: de toekom..-., terwijl het blijkt, dat de knaap aan boord later uitstekend voldoet. Omgekeerd is het even waar, dat de z.g. beste cijfers" aan boord wel eens niet meevallen. Daaraan is niet te ont komen; het zijn persoonlijke verschijnselen, die wel nooit zullen verdwijnen. Een samenwerking tusschen school en reederij is hierbij zér nuttigen leerzaam. De Kweekschool voor de Zeevaart heefc dit beginsel sedert de oprichting toegepast en de beste resultaten er van ondervonden. Uit den aard der zaak is het makkelijker om na verloop van een jaar schooltijd een aantal knapen ongeschikt" te verklaren, omdat zij niet dan met groote moeite voor het eindexamen gereed zouden komen, maar zonder moeite bereikt men niet veel en men beneemt daarmede misschien meermalen velen geschikten jongens de gelegenheid, hetgeen te betreuren valt. Tegenwoordig is dat mér dan ooit noodig, waar goede krachten op de vloot geëischt worden En de ondervinding leert, dat jongens, die op school veel moeite hebben gekost, aan boord later dikwijls uitstekend voldoen, waarover men zich trouwens niet behoeft te verwonderen. Een jongen, die werkelijk lust in het beroep heeft en het ware zeemansbloed" bezit, doet later wel moeite om het verlorene in te halen. Alleen zal hij bij de examens tot het zelfverwijt komen, dat hij vroeger veel goede kansen heeft laten verloopen. Men dient dus bij de opleiding hiermede rekening te houden, evenals men er later b.v. rekening mede moet houden, dat een candidaat-stuurman van de Holland-Amerika Lijn beter op de hoogte moet zijn van het aandoen van de Nederlandsche zeegaten dan zijn collega van de Kon. Paketvaart Maatschappij. De laatste heeft immers nooit anders dan uit een boekje kunnen leeren hoe hij b.v. het Stortemelk bevaren moet. Omgekeerd make men het den HolIandAmerika-Iijn-man niet te lastig met het inpersen van stereotiepe gevallen als die van de nuttigheid van het Madura-anker" op de reede van Soerabaya. In ieder geval zij men voorzichtig met het als maatstaf gebruiken van het antwoord inzake de beoordeeling over zijn practische bruikbaarheid". Beide menschen kunnen immers, ook wanneer zij eenige moeite hebben het antwoord op een gevraag de handeling in woorden te brengen, in de praktijk geheel voldoen, 't welk alleen aan boord te beoordeelen valt. Paedagogische opvattig is in het algemeen bij het onderwijs en bij examens toe te juichen, maar bij de Zeevaart kan die tegenwoordig zeer zeker niet meer gemist worden. J. O D E R W A L n Commandant van de Kweekschool v. d. Zeevaart. ZOMERVACANTIE WIJK AAN ZEE en Billijk Tarief Uitstekende Verzorging DEZEN ZOMERNAAR DE Vraagt gratis Programma bij de eenige o f f i c i e l e passage-agenten THOS. COOK & SON AMSTERDAM Vijgendam 10 en in het Amstel Hotel Cliché's Van Leer AMSTERDAM IDIEIsr SPECIAAL ZAAK IN KRIMPVRIJE GEZONDHEIDS ONDERGOEDEREN KOUSEN en SOKKEN OLDENKOm TABAK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl