Historisch Archief 1877-1940
'i.1 '
Ne. 2448
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
11
ONTWAAKT EN WAAKT!
Indië, op welks gebied ieder deskundige
binnen vijf jaren eeri oorlog verwacht
Het staat er! In een artikeltje, overgenomen
in ons plaatselijk blad, uit het Utrechtsche
Dagblad, en ik vraag me af, hoeveel plaatselijke
Bladen zullen dat artikeltje, met dien zin hebben
overgenomen. Hoeveel lezers zullen dien zin
hebben gelezen in hoevelen zal de idee
binnen vijf jaren weer oorlog vasteren vorm
hebben aangenomen? Bij hoevelen is de over
tuiging ontstaan, voor 't eerst, door dezen sug
gestieven zin, dat de volgende oorlog onvermij
delijk is? Hoevelen in ons vaderland en daar
buiten bukken zich dagelijks voor deze en andere
uitlatingen in kranten en tijdschriften, waarmee
men het lezende publiek wil overtuigen of liever,
waardoor men hun wil suggereeren de onver
mijdelijkheid van den volgenden nabijen oorlog.
Zij bukken zich er geestelijk voor, nemen de
gedachte, bewust of onbewust in zich op en
helpen daardoor alleen reeds de oorlogsstemming
groeien.
Die stemming doortrekt heel de
menschenmaatschappij, als een langzaamwerkend vergif,
doet den n praten over zich gedesillusioneerd
voelen", den ander totaal onverschillig worden
voor hooge idealen; die stemming is de schuld
aan het laisser aller"; aan de onwilligheid van de
meeste menschen waar het geldt het meewerken
voor.de vredesidee.
En wie niét wil meewerken aan tie verbreiding
van de vredesgedachte is schuldig aan het
overheerschen van de oorlogsgedachten.
Actief moeten we ons te weer stellen tegen het
langzaam doortrekkkende vergif van de
oorlogspropaganda. Actief moeten wij, goedwilllende
mannen en vrouwen en jongeren in de maat
schappij, ons scharen in de gelederen van hen,
die de vredesgedachten verbreiden. Dat wordt
op zooveel wijzen gedaan, door zooveel vereeni
gingen, dat ieder wel naar zijn aard en overtui
ging zich zal kunnen aansluiten bij n van die
geledingen.
Hoog moeten wij houden de witte vaan, waarop
met groote gouden letters staat geschreven
Vrede", Vrede ! die roep klinke in alle talen.
En over de Oceanen zullen de gedachten van de
vredesmenschen uit alle werelddeelen elkaar
bereiken, elkaar versterken en gezamenlijk zullen
ze zegevieren over de oorlogsgedachten.
Wij mogen niet langer uitlatingen in kranten
of tijdschriften als de bovenaahgehaalde, heel of
half gedachtenloos lezen en voor waarheid aan
nemen; zij moeten ons een schok geven, moeten
ons tot verzet prikkelen en ons zelf doen af
vragen: Waar praten die schrijvers van die
artikelen over, over menschen met zielen, die in de
oorlogshei gejaagd worden, of praten ze over
palen ensteenen? Weten ze niet, dat elk individu
het resultaat is van jarenlange zorg en liefde en
dat het krankzinnig is, dat alles in n oogenblik
of door lang lijden moedwillig te vernietigen?
Weten ze niet, dat het hoogste gebod is naasten
liefde en broederschap? Weten ze niets dan hun
eigen blinde waan dat oorlog onvermijdelijk is!"
Niet onverhoeds mogen dergelijke suggesties
meer bezit van ons nemen. Dat kan ook niet,
wanneer het verlangen naar vrede intens in ons
leeft. Daar is in ons denken dan geen plaats meer
voor zulke gedachten het stoot die van zich
af, terug in de duisternis, waaruit ze opwelden.
Op onze hoede dus de lendenen omgord en
brandende de lampen ! Met onze vredesgedachte
zullen wij de wereld en onze kinderen verdedigen,
tegen de oorlogssuggestie.
Wanneer onze verdediging intens genoeg is,
wanneer de verdedigers talrijk genoeg zijn,
zullen wij overwinnen. Van ieder van ons hangt
het af. Ieder is verantwoordelijk Wie niet vóór
den vrede is, is tegen hem !
R. VANÜOSTE N-?M S S I N G E R.
UIT DEN VREEMDE
Lieve Miek,
Parijs.
Onlangs heb ik een groote soiree bijgewoond
bij Madame A. Haar mooie ruime woning in de
rue d'Aguesseau leent zich uitstekend voor
partijen; de breede trap opgaande kwamen wij
in een antichambre, die, tusschen de groote
ontvangzaal en den ietwat kleinere salon gelegen,
met deze beiden een goed geheel vormt, en waar
het groote mooi geschilderde portret van wijlen
den heer A. je als het ware welkom heet. Madame
A. ontving haar gasten met de haar eigen vrien
delijke' voorkomendheid, voor een ieder een
woordje hebbende, hetgeen voorwaar niet ge
makkelijk was, want niet alleen dat de gasten
velen waren, maar zij waren ook van zeer verschil
lende nationaliteit en velen waren onbekend aan
de gastvrouw. Daar waren correkte Engelschen,
chique Amerikanen; Polen, Venezuelanen met
donker Spaansch uiterlijk, hier en daar een
Chineesch en Japansch type, een enkele Hollander,
enz. Deze cosmopolitische soiree vond haar oor
sprong in de omstandigheid dat Madame A. lid
is van de Vereeniging La Bienvenue Franchise",
en als zoodanig deze avond gearrangeerd had
om vreemdelingen in Parijs in een Fransche om
geving te brengen en Fransche muziek en zang en
dramatische kunst te doen genieten.
Madame A., tenger van gestalte, en pittig
gezicht met mooi wit haar leidde den avond in
door haar gasten een hartelijk welkom toe te roepen
en een kleine toelichting te geven van het doel
der Vereeniging La Bienvenue Franchise".
L'Assocation est crée pour favoriser les changes
intellectuels et moraux entre nations. Son but:
Inciter es Alliés et Amis trangers a venir en
France, soit en Délégations représentant les grands
groupements de leur pays, soit individuellement.
Leur faire connaitre Ie pays sous son aspect
véritable, ee qui est la meilleure maniere de Ie
faire aimer.
De middelen tot bereiking van dit doel: de uit
gave en toezending van een boekje, waarin
uitnoodigingsbrieven van de hoogste personages
en de grootste inrichtingen van Frankrijk vervat
zijn. La Bienvenue Frangaise staat in verbinding
met de Ambassade van vreemde landen,
buitenlandsche universiteiten, groote vereenigingen,
groepen en is op de hoogte van de komst van de
delegaties en bekende vreemdelingen. Er is een
Comitéde réception gevormd te Parijs, in haven
en andere steden van de verschillende departe
menten van Frankrijk; aan deze Comités is op
gedragen de hnn aanbevolen vreemdelingen te
ontvangen, hun bezoek te veraangenamen en hulp
te verleenen bij het bezichtigen van inrichtingen,
monumenten en andere bezienswaardigheden;
hen in hun chateaux en families te ontvangen, uit te
noodigen tot jachten en plaatselijke feestelijk
heden, tentoonstellingen en concerten.
De Vereeniging wil niet alleen den rijkdom van
kunstschatten die Frankrijk bevat meer bekend
maken, maar ook toutes les branches de l'activit
intellectuelle, sociale, artistique, scientifique,
conomique, etc.; en heeft daartoe een speciaal bureau
te Parijs opgericht waar men complete inlichtingen
omtrent verschillende takken van het Fransche
geestelijk en economische leven kan inwinnen.
Je ziet het is een zeer uitgebreid programma
dat'men zich heeft voorgenomen en de hoogste
personages in den lande zijn voor het denkbeeld
gewonnen. De Vereeniging staat onder Ie haut
Patronage van den President van de Republiek
en Mevrouw Millerand, en Mevrouw Foch, welke
laatste tevens presidente is van het Comit
d'Administration. Vele vrouwen uit de hoogste
kringen van Frankrijk maken deel uit van de
Vereenigingen verscheidene bekende namen van
oud adellijke geslachten vindt men onder de lijsten
der diverse comités; zoo is presidente van het comi
tédes réceptions La Duchesse d'Uzes, Douairière,
en vice-présidente La Comtesse de Rohan-Chabot.
De algemeene secretaresse der Vereeniging is
Madame C. Boas de Jounenel en nog vele, vele
andere dames zijn in de Vereeniging werkzaam.
De bureaux van La Bienvenue Franchise zijn
door welwillende medewerking van het Comit
de l'Union Interalliée ondergebracht in het Hotel
particulier van de U.I., 33, rue du Faubourg,
Saint-Honoré.
Een kleine brochure inhoudende de werkzaam
heden der Vereeniging gedurende 1921 en 1922
geeft een denkbeeld van de ruime opvatting en
uitvoering van de zich zelf opgelegde taak, het
zou echter te ver voeren in bijzonderheden te
treden omtrent de vele vriendelijke ontvangsten
en bereidwillige hulp die Amerikaansche, Poolsche,
Schotsche, Canadeesche, Nieuw Zeelandsche en
andere groepen hebben mogen genieten. Ik heb
zelfs niet veel plaats meer om nog wat te ver
tellen van de charmante soiree in de rue d'Agues
seau, waar Madame A. haar gasten na het uitge
breide programma van den avond aan een
rijkvoorzien buffet noodigde en ons nog de goede
gaven der Parijsche patissiers deed genieten.
Het was reeds na middernacht toen de laatste
dankbetuigingen in diverse talen op den drempel
van deze gastvrije woning weerklonken.
DEN HAAG
Amsterdam Rotterdam
maken ontwerpen en begrootingen zonder
berekening van kosten onder bekende
leiding van de binnen-architecten
H. WOUDA ) Moderne
PAUL BROMBERG ) Meubelkunst
J. M. MIDDELRAAD
Klassieke Stijlen
Grootste Meubelfabriek van Nederland
DE WERELD VAN HET KIND
III. CLOWN MELANCHOLIQUE
,,Du sublime au ridicule il n'y a
qu'un pas".
De pop was een wonder. Iedereen zei het en de
kfeine Liesbeth geloofde het gaarne. Een groot
kunstenaar had haar vervaardigd, geïnspireerd,
naar hij zeide, door zijn blond vriendinnetje, E
zabeth Jeanne, met de violenoogen.
De pop, die overigens in niets het mooie kind
geleek, zag er zeer voornaam en modern uit en een
belachelijke trots lag op haar verveeld
poppe-gezicht. Heur zwarte haren waren, als bij een jongen,
kortgeknipt en glad geborsteld. Zij droeg een
jakje van gele zijde, hoog toegeknoopt, en een
wijden, geplooiden rok van violet fluweel.
Haar kleine handen waren ieder op zichzelf een
meesterwerk, zij waren zonder siersel, wit en smal,
gelijk de handen van een groote dame.
Met de pop was niet te spelen, maar uit de verte
kon je haar nederig bewonderen en vreezen, vond
de kleine Liesbeth. Het kind had waarlijk een eer
biedig ontzag voor het koele, spottende
poppemasker, dat in de verschrikte kinderverbeelding,
iets vijand igs kreeg.
De pop was Liesbeth's meerdere.
Toen het nieuwe vriendinnetje John spelen
kwam, troonde de groote dame, als gewoonlijk,
in een heuschen stoel en haar linten en strooken
waren met zorg geschikt.
Maar Joan, die een wilde rakker was en die geen
vrees kende, riep dadelijk oneerbiedig:
O, wat een gekke pop!"
Liesbeth meende, dat er iets vreeselijks gebeuren
zou. Zóó was er nog nimmer o ver de pop gesproken.
De groote dame echter zat stil en
koel-glimlachend in haar stoel.
Dat hooghartig-onbewogene hinderde Joan.
Laten we haar verkleeden," stelde ze,voor, dan
wordt ze veel aardiger.
Ik maak er een clown van, daar heeft ze juist
een gezicht voor."
Liesbeth vluchtte huilend den tuin in, bang voor
de pop, die zich ongetwijfeld wreken zou, voor
Mama, voor den grooten kunstenaar, voor Joan.
Voor Joan het meest.
Die ruilde intusschen het gele zijden jakje en den
fluweelen plooi-rok voor den katoenen hanssop
van poppe-Hans en op het voorname, glimlachende
houten gezicht smeerde zij een dikke laag poeder
een kopje vol bloem, dat het kleine brutaaltje
Sien, de meid, handig wist af te bedelen.
Toen Liesbeth de groote dame aldus toegeta
keld zag, schaterde zij van pret. Haar angst was
verdwenen. Mama's boosheid, de gekrenktheid
van haar vriend, den grooten kunstenaar, beston
den niet meer voor haar.
De groote dame met den hinderlijken glimlach
was dood.
En in haar armen wiegde zij het nieuwe
poppekind, den bleeken clown, waar je om lachen kon
en aien je niet vreesde.
Hij was waarlijk kluchtig.
Met groote, droeve oogen staarde de pop en
begreep niet.
MADOALENA ZÜRCHER
Gegroet!
MAR
N E
Wenscht U Boter
mat Rijksmerk?
OUD-BUSSEM"
bezorgt U die dagelijks tegen marktprijs.
Kerkstraat 187. Tel. 49344.