Historisch Archief 1877-1940
No. 2448
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
BREUGEL-HERDENKING
Het oordeel over den ouden Breugel, den Boeren
Breugel, den vader van den helschen en den
fluweelen Breugel, wiens grootheid men in Belgi
meteen FranscheeneenNederlandsche redevoering
gaat herdenken, heeft sterk gewankeld. Bij zijn
leven werd hij gewaardeerd, al raakte die waar
deering niet de kern van zijn beteekenis. Naar
mate de achttiende eeuw naderde en voortschreed,
verbleekte de glans van zijn persoonlijkheid. Hij
begon voor ordinair en smakeloos door te gaan.
Men vond hem rauw in de voorstelling, liederlijkin
de uitvoering. Toen er particuliere en openbare
verzamelingen ontstonden, lette niemand op Pieter
Breugel. Tot voor korten tijd was hij alleen en
van oudsher in Weenen vertegenwoordigd.
Het Louvre verwierf een zijner schilderijen toe
vallig door schenking; de National Gallery kocht
in 1912 een schilderij dat niet algemeen voor re
presentatief doorgaat; in Belgiëen München komt
hij niet veel langer voor. Weenen is nog altijd de
plaats om hem te bestudeeren. Henri Hijmans, van
Bastelaer, Hulin de Loo en Max Friedlander zijn
zijn apostelen geworden sedert het begin dezer
eeuw. Pieter Breugel (eigenlijk Bruegel) de oude
'werd vermoedelijk in 1525 geboren. Zijn naam ont
leent hij aan het dorpje Breugel, dat van Manderin
de buurt van Breda meende te vinden-, maar dat
men of bij Eindhoven of in de Belgische Campine
moet zoeken. Zijn leermeester is onbekend.
Hieronimus Bosch, voor Wiens invloed hij zér ontvanke
lijk was en van wien hij teekeningen in opdracht
van den uitgever Cock voor de gravure transponeer
de, overleed tien jaar voor Breugel's geboorte. Men
zocht den schakel tusschen beiden in den
Nederlandschen schilder'Jan van Amstel, die van
ManPIETER BREUGEL
der roemt, maar van wien geen werk met zekerheid
is aan te wijzen.
Pieter Breugel begon met teekenen; de schilder
in hem verdrong slechts langzamerhand den
teekerïaar. Zijn teekenen is ve'rtellen. Hij vertelde
met een liefde voor de waarheid, die zich nooit
verloochende. Hij kon drastisch zijn en komisch,
maar alleen als de situatie het meebracht. Hij il
lustreerde graag met groote volledigheid de be
teekenis van een spreekwoord, in tal van pp zich
zelf staande voorstellingen die hij over zijn blad
verdeelde met groote duidelijkheid en overzichte
lijkheid. Hij nam den horizont hoog, zooclat hij
over een groote ruimte beschikte. Zulke teekenin
gen overziet men niet met een oogopslag, rtien moet
ze lezen. Het verband, de eenheid ligt in de ge
meenschappelijke idee en in de aan alle scènes ge
meenzame plaats van handeling.
Als schilder werkte hij aanvankelijk op dezelfde
manier. In zijn vroegste schilderijen zijn de om
trekken sterk gemarkeerd, de kleuren schijnen in
gevuld. Laterwijkt het bedachte voor het van zelf
sprekende; samenvatting treedt in de plaats van
uitstalling van afzonderlijkheden. Maar in zijn
kleur blijft hij even overzichtelijk, even duidelijk
als in zijn teekening. Hij strijkt de verf breed uit,
zet sprekende kleuren rood, blauw, geel
brutaal tegen elkaar, maar wordt niet bont, en
blijft harmonisch.
Een sterke zucht naar waarheid, naar natuur
lijkheid ligt aan Breugel's wezen ten grondslag.
Hij begon te werken in een tijd waarin
ItaliaanPIETER BREUOEL
sche invloed in de Nederlandsche kunst doordrong.
Een abstracte.plastische, zuiver geproportioneerde,
monumentale schoonheid, ging het winnen van
schilderachtig geziene werkelijkheid. Op Breugel
had die mode geen invloed. Hij werd er evenmin
door veritaliaanscht als door een reis naar Ita
lië, in het begin van zijn loopbaan. Hij stond vrij
van aesthetische of etiscne voorooraeelen tegenover
de natuur. Hij was een onbevangen, onroniantisch,
onsentimenteel waarnemer.- In zijn
boerenvoorstellingen moraliseert hij niet. Hij wilde de werkelijk
heid weergeven, hoogstens met een didactische
bijbedoeling.
Een integreerend deel dier werkelijkheid was
voor hem de beweging. In de beweging, in
hetsuggereeren van de beweging zag hij een hoofd
voorwaarde voor het suggereeren der waarheid.
Zijn schildering is daarom ver van die der
VanEijcken verwijderd. Hij vermeed de miniatuur
achtige volledigheid, de op het plastische gerichte
modelleering.Hij verplaatste zijn figuren naar den
achtergrond om de illusie der beweging in een vlotte
en breede schildering gemakkelijker te kunnen be
reiken. ^
Daarom was hij geen realist in dien zin dat hij de
werkelijkheid van stukje tot beetje betrapte en
weergaf. Hij nam het leven in zijn bewegelijkheid
scherp in zich op en realiseerde het zooals het in
zijn sterke phantaisie levend was gebleven.
Aan deze wedergeboorte danken zijn schilderijen
stijleenheid en levensvolheid.
Vier punten, zegt Friedlander, binden Breugel's
kunst aan de schilderkunst der negentiende eeuw:
natuurlijkheid, bewegingsillusie, breedheid van
voordracht, samenvatting.
H E N N U S
Jagers in den winter
DE KON.FAPR.F.W.BRAAT-DELFT
VERZIN KT, VERLOOPT, VERKOPERT
ONAFHANKELIJK VAN VORM EN AFMETING
TEGEN BILLIJKE PRIJZEN.
LOONSCHOOPEERAFDEELING.
NIEUWE MUZIEK-UITGAVEN.
A. DIEPENBROCK, Funf Gesange nach Goethe,
voor 4-stemmig gemengd a capella-koor. Uit
gegeven bij A. A. Noske te 's-Gravenhage door het
Alphons Diepenbrock-fonds.
DIRK ScHaFER, Vier liederen, Opus 16. Die
Einsame", Zomernacht", Lenz", Wenn ich
Abschied nehme". Uitgegeven bij A. A. Noske,
te Den Haag.
DIRK ScHa'FER, lnlerlud.es, Opus 17. Voor klavier.
Uitgegeven bij A. A. Noske te Den Haag.
WILLEM PIJPER, Twee liederen (op
oud-Hollandsche teksten). Uitgegeven bij Broekmans en van
Poppel te Amsterdam.
ROOKT^
PATRAM
PIETER BREUGEL
Schepen in de straat van Messina