Historisch Archief 1877-1940
8149
Zaterdag 24 Mei
A°. 1934
DE AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Onder Hoofdredactie van O. W. KERN K A MP
Redacteuren: H. BRUGMANS, HERMAN HEYERMANS, TOP NAEFF en O. NOLST TRENIT
Secretaris der Redacties C F. VAN DAM
UITGEVERS: VAN HOLKEMA 6 WARENDORF
DE NIEUWE H. B. S.
Er is een nieuwe H.B.S. in wording. In vaktijdschriften wordt
er reeds druk over gedebatteerd; maar het onderwijs verdient
de aandacht van breedere kringen, want de opleiding van het
meerendeel onzer jongens en meisjes tusschen de 12 en 18 jaar,
wien het voorrecht ten deel valt nog ander dan lager onderwijs
te genieten, is er mede gemoeid. Daarom voldoe ik gaarne aan
een tot mij gericht verzoek om ook hier een poging te doen er
belangstelling voor te wekken.
Toen minister de Visser onlangs een Christelijke H.B.S. te
Leiden opende, heeft hij den lof gezongen van het door Thorbecke
geschapen middelbaar onderwijs, dat aan leerlingen van den meest
uiteenloopenden aanleg de gelegenheid wilde bieden zich voor te
bereiden voor een hun passende plaats in het maatschappelijk
leven.
In die rede kon hij er tevens van doen blijken, dat hij dit onder
wijs weder aan Thorbecke's bedoelingen wilde doen beantwoor
den, door te gewagen van de Koninklijke Besluiten van 13 Nov.
en 21 Dec. 1923, waarbij de H.B.S. is uitgebreid met de zooge
naamde Htterair-economische" afdeeling.
Weder doen beantwoorden want het M. O. was in den loop
der jaren eenigszins afgeweken van den weg, dien Thorbecke
ervoor had aangewezen.
In plaats van een school voor algemeene maatschappelijke
voorbereiding was de H.B.S. langzamerhand een opleidings
school geworden voor voortgezette studie in wis- en natuurkundige
wetenschappen. Al bleef zij bezocht worden door een aantal leer
lingen, die niet ingenieur of arts of scheikundige wilden worden,
al vormden deze laatsten misschien steeds de meerderheid, het
onderwijs richtte zich naar de behoeften van hen, die hun studie
zouden voortzetten te Delft of aan de medische faculteit van een
onzer universiteiten. Op de vakken der exacte wetenschappen
werd den meesten nadruk gelegd. De gelijkstelling door de
wet-Limburg" van het diploma eindexamen H.B.S. met dat
van het gymnasiaal eindexamen, voor de studie in de faculteiten
der geneeskunde en der wis- en natuurkunde, zal dezen nadruk
nog hebben verzwaard.
Zoo beantwoordde de H.B.S. hoe langer hoe minder aan de
behoeften van hen, die later in den handel zouden gaan, of een
administratieve betrekking zochten of notaris wilden worden of
leeraar in n der moderne talen. Wie geen aanleg of belangstelling
voor exacte vakken had, hoorde op de H.B.S. niet meer thuis;
zoo hij er toch bleef, werd de school een lastpost voor hem, of
hij voor de school.
Waar elders konden deze leerlingen terecht? Zij vonden een
onderdak in allerlei particuliere inrichtingen van onderwijs; zij
hadden een tehuis moeten kunnen vinden op de gymnasia,
indien men er daar slechts naar gestreefd had, weer te worden,
wat van ouds de Latijnsche school geweest was, en wat de H.B.S.
volgens de bedoeling van Thorbecke had moeten zijn: de oplei
dingsschool voor allen, die later tot de ontwikkelden gerekend
wilden worden, een school dus, niet uitsluitend bezocht door aan
staande studenten.
Daarvoor zouden de gymnasia een ingrijpende hervorming
hebben moeten ondergaan; zou er, naast een afdeeling, waar de
klassieke talen op den voorgrond stonden, een andere moeten zijn
gevormd, waar geen Grieksch werd geleerd, wél Latijn, maar
overigens den nadruk werd gelegd op de moderne talen, aardrijks
kunde, geschiedenis en staatswetenschappen. Men heeft daar
echter het getij laten verloopen; heeft ten slotte zijn heil gezocht
in de allerslechtste hervorming: een mengelmoes van gymnasium
en H.B.S. Hinken op twee gedachten is voor besluiteloozen een
uitweg om stilstand te vermijden; maar vooruitgang is wat anders.
Toen dan het gymnasium zijne beurt liet voorbijgaan, heeft de
H.B.S. die waargenomen. Het wetsontwerp op het algemeen
vormend middelbaar en voorbereidend hooger onderwijs", korter
gezegd: het wetsontwerp M.O. van 1920 wilde aan de H.B.S.
een nieuwe afdeeling toevoegen: de Htterair-economische.
Zooals men weet zal dit wetsontwerp, wegens de tijdsom
standigheden", voorloopig niet in behandeling komen. Gelukkig
s de Htterair-economische afdeeling daardoor niet naar St.
Juttemis verwezen. Ook volgens de tegenwoordige wet was zij
reeds mogelijk. Voor de bizondere H.B.S. moest echter nog een
bezwaar worden opgeheven. Dit geschiedde bij K. B. van 13 Nov.
1923; dit besluit waarbij de minima der lesuren werden vast
gesteld, vormt, met het K. B. van 21 Dec. 1923, dat het eind
examen regelt, den grondslag van de Htterair-economische af
deeling, van de nieuwe H.B.S.
De officieele naam is natuurlijk veel langer. Men heeft het aan
het departement van O. K. en W. klaargespeeld de nieuwe scholen
aldus te betitelen: hoogere burgerscholen, die, wat het leerplan
betreft, voldoen aan de eischen, welke zijn gesteld voor de scholen,
onderscheidenlijk bedoeld onder c. en e. in art. I van het K. B.
van 13 Nov. 1923 (Staatsblad no. 518)".
Wie minder tijd hebben spreken van H.B.S. met gewijzigd
leerplan". Het best is de naam, dien de inspecteur van het M.O.,
de heer G. Bolkestein heeft voorgesteld: H.B.S. A. Zooals men
aan de gymnasia spreekt van een a- en een -afdeeling zoo zal
dan ook H.B.S. A. de nieuwe H.B.S. aanduiden waar de litter.
en econom. vakken op den voorgrond staan; de oude H.B.S. die
van de natuurwetenschappen wordt dan H.B.S. B.
De drie laagste klassen van een H.B.S. blijven voor alle leer
lingen gelijk; eerst met de 4de klasse begint de splitsing in A. en
B. afdeeling, (de mogelijkheid bestaat na het 2de leerjaar te split
sen; de praktijk zal moeten aanwijzen wat het beste is); voor
bepaalde vakken kunnen de gesplitste afdeelingen gecombineerd
worden.
Van den aard van het onderwijs dat in de H.B.S. A. zal worden
gegeven krijgt men een idee door de eischen voor het eind
examen.
Dit loopt over negen verplichte vakken: Nederlandsch, de drió
moderne talen, geschiedenis, aardrijkskunde, staatsinrichting,
staathuishoudkunde en handelswetenschappen.
Om te laten zien dat het de bedoeling is bij het onderwijs aan
deze litter.-econom. H.B.S. den nadruk te leggen op economisch,
zal ik de examen-eischen voor geschiedenis en aardrijkskunde
volledig opsommen:
Bij het examen in de geschiedenis wordt een onderzoek inge
steld naar de kennis van den economischen ontwikkelingsgang
der volken, mede in verband met handel, industrie en verkeer,
met ontdekkingen en uitvindingen; eveneens naar de kennis
van de hoofdzaken der politieke geschiedenis sedert de Fransche
revolutie, maar vooral van de laatste jaren".
Het examen in de aardrijkskunde stelt een onderzoek in naar
de kennis van de voortbrenging en het gebruik van, en den handel
in de voornaamste artikelen der wereld; van het verkeer te water
en te land, vooral voor zoover dit voor Nederland en zijn
overzeesche gewesten van belang is; van de handelsbeweging van
Nederland en zijn overzeesche gewesten en van die van andere
staten, voor zoover die voor Nederland van beteekenis is".
De negen vakken, die ik noemde, zijn de verplichte. Daarnaast
kan geëxamineerd worden in andere vakken; elke school mag zelf
bepalen, in welke; terecht heeft men hier vrijheid gelaten;deeene
school behoeft geen copie van de andere te wezen. Zoo behooren
bijv. van de handelswetenschappen het boekhouden en de beginse
len der handelskennis tot de verplichte vakken; vrije" vakken
daarentegen zijn andere onderdeden van de handelswetenschap
pen, nl. handelsrecht en handelscorrespondentie.
En welke bevoegdheden zal het eindexamen van de H.B.S. A.
verleenen? De minister heeft er juist vandaag een aantal aange
geven: toelating tot de studie aan de Nederl. Handelshoogeschool,
tot het notarieel examen, het recht om mede te dingen naar een
plaatsing bij de opleiding voor officier van administr. bij de Marine,
het recht tot deelneming aan het schiftingsonderzoek voor ver
schillende administratieve betrekkingen in Indiëenz. De lijst
is nog niet compleet en zal dan ook weldra worden vervolgd. Met
name voor de toelating tot enkele academische examens vereischt
zij aanvulling.
Het bovenstaande moge hun, die buiten het onderwijs staan,
eenig begrip hebben gegeven van wat beoogd wordt met de nieuwe
H.B.S. Over de tegenwerking, waarmede zij te kampen zal hebben,
een volgend maal.
KERNRAMP