De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 24 mei pagina 5

24 mei 1924 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

"No. 2449 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ENGELAND EN RUSLAND De leider der Russische delegatie te Londen heeft dezer dagen een briefwisseling gepubliceerd, die hij met den Engelschen Premier gevoerd heeft, naar aanleiding van berichten in de bladen, volgens \velke Rusland tegenover Engeland's eischen tot schadevergoeding andere eisenen zou hebben gesteld wegens de wederrechtelijke interventie van Enge land en de Entente tijdens en na de revolutie. De Russische leider verklaarde in zijn brief dat hetgeen ter conferentie besproken werd, voorloopig geheim moest blijven en dat ook de genoemde Russische ?claims, die reeds te Genua te berde gebracht waren, niet officieel op het tapijt gekomen waren. In verband hiermede herinnert men er thans in Engeland aan, dat, zooals destijds door Lord Milner officieel verklaard werd, het Bolsjewistische bewind, het bewind van een land dat feitelijk nog Engeland's bondgenoot was, alles deed om Engeiand's vijanden te helpen. Immers door den vrede van Brest Litovsk werden de Centrale mogendheden in staat gesteld, honderdduizenden soldaten naar het Westelijke front te zenden, terwijl de Bolsje?wisten de Russische vloot in de Zwarte Zee aan de Duitschers overgaven, en de Czecho-Slowaken, hunne bondgenooten, beletten naar hun land terug te keeren. Ook werden de enorme krijgsvoorraden die de Entente ten behoeve van Rusland te Archangel en yiadiwostock ontscheept had, door het nieuwe bewind zooveel mogelijk aan de vijanden der En tente geleverd, totdat de bezetting dier- plaatsen door oe Entente daaraan een eind maakte. Daarbij kwam in 1918 nog de aanval op de Britsche Ambassade te St. Petersburg, die ge organiseerd werd door het Russische bewind en niet een gevolg was van oproer, en waarbij een van de leden der Ambassade werd vermoord en de consulaire ambtenaren werden beroofd, mishandeld en gevangen gezet. Trouwens, de Russische regeering had zich gedurende de eerste maanden van den oorlog, tezamen met de overige Entente-mogendheden, verbonden geen afzonderlijken vrede te sluiten, maar het Bolsjewistische bestuur, wel verre van zich daaraan te houden, sloot den vrede van Brest Litovsk, en berokkende daardoor aan zijne vroegere bondgenooten onberekenbare schade. Vele leden van de Labour-partij zouden nu door al deze claims en counter-claims liever een streep willen halen en met een schoone lei opnieuw beginnen. Maar daarmede zou voor Engeland een gevaarlijk precedent geschapen worden en het is zeer de vraag of zelfs het tegenwoordige bewind te Londen de verantwoordelijkhe'd aaarvoor zal aandurven. Daarbij komen natuurlijk de groote bezwaren die verbonden zijn aan het onderhandelen met personen, wier menta.iteit zoo geheel afwijkt van <ie gangbare begrippen op economisch en politiek gebied. Met een land waar de persoonlijke vrijheid evenmin veilig is als het particulier bezit, is over eenkomst haast niet mogelijk, vooral niet wanneer, zooals ook tijdens de onderhandelingen te Londen weer gebeurt, door ae leiders in Rusland redevoering gen worden gehouden waarin de regeering van het land, waarmede de onderhandelingen gevoerd worden, beschimpt wordt. Niet zoodra worden de Russische afgezanten te Londen met traditioneele beleefdheid ontvangen en onthaald, of Trotzky en Zinovieff slingeren uit het onbereikbare Moskou verwenschingen tegen degenen met wie hunne agent;n zoogenaamd aan het onderhandelen zijn. Men moet wel een onverbeterlijk optimist zijn om te gelooven dat een gedachtenwisseling in zulk een atmosfeer iets van veel belang kan opleveren. De geldschieters te Londen zullen er allerminst toeschietelijker door worden en zelfs wanneer een geldleening, zooals de Russen listiglijk moeten voorgesteld hebben, geheel in Engeland zou worden uitgegeven voor den aankoop van fabri katen waardoor, zooals de Russen zeggen, de werkloosheid in Engeland zal verminderen, is het de vraag of de Russen de gekochte goederen niet dadelijk op de eene of andere manier te gelde zullen maken ten einde hun noodlijdende financiën te steunen. Ook op het gebied van de petroleum, die voor de Russen dikwijls een gemakkelijk reali seerbaar actief scheen te zijn, schijnt het niet te vlotten, althans de leider der Koninklijke-Shellgrcep heeft zich daarover dezer dagen zeer pessi mistisch uitgelaten. Daarbij komt nog de Anglo-Russische historische belangen-tegenstelling in Centraal-Azië. Rusland heeft daar bij voortduring te strijden tegen de bevolking van het bijna een halve eeuw geleden veroverde Turkestan, die door de grootere welvaart welke zij onder het Tsaristische bewind genoot, tevreden gesteld was, terwijl zij nu, onder het onbekookte regime der bolsjewisten, tot armoede is gebracht. Ook in Perziëpoogt Moskou den te loor geganen invloed van vroeger door handels-expedities en door het aanstellen van consuls te herwinnen. DE VERKEERSDEBATTEN Teekening voor de Amsterdammer" door Jordaan De voetganger (Homo pedestrians.) Maar Engeland staat daar thans niet meer alleen tegenover Rusland. Het heeft in de Vereenigde Staten thans in Perziëeen vriend, zooal geen bond genoot gekregen. Immers op verzcek van de Perzische regeering heeft Mr. Millspaugh, vroeger adviseur voor econo mische zaken bij het State Department te Washing ton, zich sedert November 1922 met de reorganisatie der Perzische financiën belast, waartoe hij een vrij groot Amerikaansch personeel heeft meegebracht. Riza Chau, dien men wel eens den Mussolini van Perziëheeft genoemd, en die een goed georganiseerd en uitgerust leger van 45.000 man aanvoert, heeft Mr. Millspaugh daarbij geholpen. De Amerikaansche administrateur hoopt dan ook nog dit jaar een budget te verkrijgen dat in inkomsten en uitgaven met ongeveer / 20.000.000 sluit. Het land heeft geen andere schuld dan ongeveer ?50.000.000 aan Engeland, en het muntwezen is gezond. Terwijl Millspaugh's Ameri kaansche voorganger Mr. Shuter door de Russen genoodzaakt werd het land te verlaten, kan Riza Chau aan alle Russische intriges het hoofd bieden. Ook is de verhouding tusschen Engeland en Amerika thans zoo gunstig, dat Engeland aan de toeneming van Amerika's invloed in Perziëniets in den weg zal leggen, eerder het tegendeel. Een coöperatie dezer beide machtige mogendheden, zooals die zich in het zoo ver verwijderde WestAziëafteekent, schijnt meer en meer in de lijn der gebeurtenissen over de geheele wereld te liggen. En daarmede is de positie van Engeland tegenover Rusland zeer veel versterkt, vooral wanneer men er in Britsch-Indiëin slaagt, paal en perk te stellen aan de propaganda der Bolsjewisten. Tegelijk dient men zich er rekenschap van te geven dat, terwijl zelfs in den voorspoedigsten tijd van het Tsaristische bewind Rusland's aandeel in den wereldhandel kleiner was dan dat van een klein land zooals België, dat aandeel thans nog veel geringer moet zijn. Immers Rusland heeft zijne meest productieve gebieden, zooals Polen en de Baltische provinciën, verloren, en het overige is in de hoogste mate verarmd en economisch van veel minder beteekcnis dan^het oude Rusland. Het IIIIIIIW Algem. Nederlondsche Automobiel Mij. ntANKENSTBAAÏS7«8St, ?s-QKA.VENnAOE aandeel van dit land in den wereldhandel, dat vóór den oorlog slechts 4% (zegge vier procent) bedroeg, is dan ook thans nog veel geringer, en er kan der halve van een verbetering in de wereldmalaise door Rusland weder bij den wereldhandel te betrek ken, geen sprake zijn. De aanvoeren van hout en graan, hennep e.d. kunnen voor Nederland van beteekenis zijn, maar wanneer die voor Rusland voordeel opleveren, zullen zij toch wel komen, met of zonder tractaat. Ongeveer hetzelfde geldt ook voor Engeland, dat, evenais Nederland, thans reeds met Rusland handel drijft. Een krachtige regeering in Engeland heeft van Rusland weinig meer te vreezen, en het is te hopen dat zij Europa een voorbeeld zal geven door aan het voor Rusland zoo rampspoedige regime den steun te onthouden, dien het noodig heeft om zijn schrik bewind te handhaven. H. D u N L o P VANNELLESVARINAS GOUDZEGEL 3O ets. per Pakje. il Een aangename Bezuiniging een HALF ONS vervangt vale GOEDE SIGAREN. II

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl