Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2451
*
?t
i
5\
l
l
HET SCHEEPSJOURNAAL
VAN DE ARK
ZATERDAG. KOERS rechtdoor. WEER
regen. WIND van achteren. REGEN 3f centi
meter. VAART 4. ZEE veel dieper.
Bijzonderheden
Ik heb van nacht niet goed geslapen. De regen
op het dak houdt me wakker. Mijn vrouw spijkert
op alle hoeken van de Ark borden met Verboden te
rooken. We raken wat in de war met de koers.
Als de aarde rond is, komt alles terecht. Als die
plat is, hebben we kans er af te duikelen. Wij,
menschen van de Oudheid, staan er wel heel onhan
dig voor. Ik wou dat Columbus wat eerder geleefd
had. Japheth en ik hebben de heele morgen uit
zitten rekenen waar we zijn. Volgens hem zeilen
we ten Zuiden van de Doode Zee. Ik heb uitgere
kend dat we boven Sheba zitten. Ik heb gelijk,
want ik ben de kapitein. De kameelen willen
nog maar steeds niet drinken. Ik heb Cham een
standje moeten geven, omdat hij wormen gapte.
Ik wed dat hij morgen uit visschen wil gaan. Ik
heb een bad genomen.
ZONDAG. KOERS recht door. WEER regen.
WIND koude wind. ZEE 't zelfde. VAART 2.
Bijzonderheden
Geen dienst. Sem kwam van morgen mijn hut
binnenhollen. Hij was in een toestand van de groot
ste opgewondenheid. Hij zei dat de
bothriospondylus madagascariensis, de metriorhynchus
superciliosus, en het langhoornige bronthotherium uit
d'r hokken waren geklauterd en met de
macanchenia patagonica en de testudo periniana aan 't
vechten waren. Ik ging naar beneden en zag dat
de bothriospondylus madagascariensis, de metrio
rhynchus superciliosus en het langhoornige
brontotherium niet met de macanchenia patagonica en de
testudo periniana aan 't vechten waren, maar met
hetsceliditherium leptocephalum en de pachydiscus
peramphus. De machairodus negaeus, de
horplophorus omatus en de pareiasaurus serridens werden
wakker van 't lawaai. Ze begonnen tevreden te
spinnen. Ik mag wel blij zijn dat de vechtersbazen
niet op me stapten toen ik ze uit mekaar joeg.
Gott straf e de kerel die'zulke namen voor d ie beesten
bedacht heeft.
opgeslikt. De omtrek van de olifant is 24 zwem-'
vesten. $'
DINSDAG. KOERS?recht door. WEER regen.
WIND schikt nogal. ZEE?tikje kurig.VAART J.
Bijzonderheden «f
Harder regenen dan vandaag kan 't niet. Ik heb
nu alle weerberichten gelezen, maar zooiets is nog
nooit vertoond. ??Ik wou dat ik wat meer dieren
tuinen had bezocht, toen ik nog op 't vasteland |
woonde. Ik Weet wel bijna alles van de dieren af,*
maar toch nog niet alles. Ik begrijp bijvoorbeeld t
niet waarom de kanaries altijd de inktvisch tej
lijf gaan. De meisjes hebben
den middag doorgebracht met
bridge. Hoogloopende ruzie.
Mijn vrouw heeft haar diplodocus
carnegiei Hannes" genoemd, 't
IsJ gén gezicht ze samen op 't
dek te zien kuieren.
MAANDAG. KOERS rechtdoor. WEER?regen.
WIND droog. ZEE slecht. VAART 2.
Bijzonderheden
Twintig dagen onderweg. De kameelen hebben
vandaag een slokje genomen. Voor 't eerst sedert
de tiende. Blij dat ik geen kameel ben. Ik heb de
weddenschap over de vaart van 't schip gewonnen. .
We moeten voortdurend op de vliegen passen, dat
ze niet op 't vliegenpapier gaan zitten. Sem
klaagt, dat de leeuwen zooveel vleesch eten. 't
Vleesch is duur tegenwoordig. Ik zal eens probeeren
ze hooi te voeren. We gebruiken de zonnewijzers
weer'. De struisvogel is van nacht in de
kaartenkamer ingebroken en heeft de scheepschronometer
WOENSDAG. KOERS recht door. WEER
regen. WIND erger. ZEE erger. VAART J.
Bijzonderheden
De typhusbacülen zien wat bleek. Ik weet nie
mand om ze er mee te voeren. Ik denk er soms half
over ze in zee te gooien, maar dat kan ik dan weer
niet over mijn hart krijgen. Mijn regenjas lekt.
Ik heb kou gevat. Mijn vrouw heeft me van avond
een warm voetbad gegeven, met mosterd. Ik heb
twee kop camillen-thee gedronken. Cham wou
me met zoo'n patent-geneesmiddel opknappen.
Dank je wel. Ik houd me bij de oude beproefde
medicijnen. De Ark is geen geschikte plaats voor
jichtlijders. Ik betrapte Cham vandaag toen hij
een hieroglyphe van me zat te maken.
DONDERDAG. KOERS recht door. WEER
regen. WIND bar. ZEE wild. VAART min 19.
Bijzonderheden
Ik heb achttien uur in de storm op de brug
gestaan. Zulke golven heb ik van mijn leven nog
niet gezien. Enkele waren zoo hoog als de toren
van Babel zal worden. Een sloeg er in de schoor
steen en Cham raakte onder water in de machine
kamer. We moesten de slingerlatten op tafel schroe
ven, en morsten met de soep. De hippopotamus
rolde over een van de muizen en had 't stomme dier
bijna verpletterd. De beesten zijn nu heelemaal
door mekaar gekwakt. De gecondenseerde melk
is zuur geworden door de bliksem. Mevrouw Sem
zegt dat ze er kaas van kan maken. Ik heb om het
schip te redden de bibliotheek overboord moeten
gooien. Alleen de almanak heb ik gehouden, en
Het leven der dieren," van Aesopus, het woorden
boek en de Encyclopedie voor Iedereen. De zee
wordt nu kalmer. Ik ben doodmoe. Naar bed,
naar bed, zei Duitnelot. Waar zou mijn schoon
moeder op 't oogenbük zitten?
* VRIJDAG. KOERS rechtdoor. WEER regen.
WIND afnemend. ZEE afnemend. VAART 1.
v Bijzonderheden
i; Terwijl ik de vogelen des hemels inspecteerde,
hoorde ik iemand praten. Eerst dacht ik dat 't een
blinde passagier was, maar later merkte ik dat 't
twee knal-groene vogels waren met Hebreeuwsche
snavels en menschen-stemmen. Ik heb nog nooit
zulke gekke beesten gezien. De eene gilt: hello !"
en de andere mummelt zoo iets van koppie krauwe."
Ik heb schik in die dieren. Ik zal ze in mijn kajuit
nemen. Ze eten apeneutjes en klimmen met d'r
gezichten.
ZATERDAG. KOERS recht door. WEER
regen. WIND ? achter. ZEE rustig. VAART
;ewoon.
f, Bijzonderheden
Ik moet op mijn woorden passen als die groene
vogels er bij zijn. Toen ik van morgen mijn over
hemdsknoopje zocht, stootte ik mijn hoofd. Mijn
vrouw kwam even daarna binnen, en zij zeien alles
over wat ik gezegd had. Ik wou dat het ophield
met regenen, dan kon ik het schip wat opverven.
Hannes staat voortdurend op de deur van mijn
kajuit te krabben. Hij maakt me razend. Ik durf
niets meer te zeggen.
INHOUD: 1. Autobussen, door Prof. Dr. G. W.
Kernkamp 2. Tijdgenooten, door Dr. W. G. C.
Byyanck 3. Internationale Puzzle, door
Brandaris De weigering van Soc. Dem. en Comm.
Kamerleden om 5 pCt. van hun salaris af te staan,
teekening door Joh. Braakensiek 4. Oever
verbindingen, dcorS. Snuyff 5. Het economisch
leven in Griekcnland's bloeitijd, door prof. Dr.
H. Brugmans Onderwijsdebatten,door Jordaan
7. Uit de Natuur, doar Dr. Jac. P. Thijsse
8. Biikomstigheden, door Annie Salomons. 9.
Een vreemde Gast, door J. W. de Boer 11.
Voor Vrouwen, Red. Elis. M. Rogge 12.-Het
Breughelfeest te Brussel, door Louis
vanderSwaelmen, met teckeningen door Is. van Mens en H. Pieck
13. Het tienjarig bestaan van de V. A. N. K-,
doot Otto van Tussenbroek 15. Friesche verzen
van O. Postma, door H. G. Cannegieter 16.
Nieuwe Duitsche boeken, door Chr. de Graaff
17. Schilderkunstkroniek, door A. Plasschaert
19. Op den Economischen Uitkijk, door Jhr. Mr.
H. Smissaert Dierstudie, door H. Verstijnen
20. Uit den Gemeenteraad, door Barbarossa,
met teekeningen door B. van Vlijmen, Evolutie,
door George van Raemdonck 21. Musica in
Nummis, door C. Howeler 22. Dagboek van
een Amsterdammer, door Barbarossa 23.
Charivaria, door Charivarius Pietjes
Paedagogische overpeinzingen Uit het Kladschrift
van Jantje 24. Het scheepsjournaal van de
Ark.
Bijvoegsel: Het aftreden van Millerand?, tee
kening door Joh. Brakensiek.
Hotel DUIN EN DAAL
CENTR. VERW. PRIVÉBADKAMERS
VASTE WASCHWAEELS
Typ. Amst. Boek- en Sttendrukkerij, voorheen Ellerman, Harms & Co.