Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 245r
l
PALMITINE
De Keuze
Uwer Toiletzeep
dient met zorg te geschieden.
Het mag geenszins de luxe
verpakking zijn die doet
besluiten, maar uitsluitend de
hoogfijne kwaliteit.
Het groote succes onzer
PALMITINE-ZEEP is allén
te danken aan hare weten
schappelijke samenstellinguit
de fijnste grondstoffen. Zij
heeft daardoor niet alleen
een heilzame uitwerking op
de huid, maar zij maakt het
wasschen tot een genot.
Overtuigt U daarvan en ge zult
ondervinden dat zij iedere andere
zeepsoort overtreft.
Koopt nog heden een doos van
3 stuks bij Uwen winkelier en
bewaar zorgvuldig de strookjes.
Ze geven recht op mooie premies.
en Zeiljachten
TB KOOP, In diverse grootten en prijzen.
Lijst van In commissie staande vaar
tuigen gratis en trance toegezonden.
BlNGHAft & LUGT
APD. JACHT AGENTUUR
Sleper»v«st 1 Rotterdam
DE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
kost slechts f 10.?per jaar
Cliché's
Van Leer
AMSTERDAM
ZOMERVAKANTIE
WIJK AAN ZEE
Badhotel en Zee-Dependance
Billijk Tarief
Uitstekende Verzorging
Spoors
Mosterd
WA spoorjr_ Culunfcoro
OVERHEMDEN
NAAR MAAT
Fr. SINEMUS
20 Leidschestraat 22 - Amsterdam
VAN
HOFLEVERANCIER
levert oi?er het ^efiecCe [and franco
Zendt U gaarne faire dü2- wekwaarden
worüansebaf f ing of Jnnuif
NADERE INLICHTINGEN BIJ
LHOUTSTR.9CHOORSTR.32
.DER fc^W^./DEN HAAG UTRECHT
BIJKOMSTIGHEDEN
CXXVIH
Het leven moge dan voor onzen begeerigen,
alles-willenden-doorgronden geest te kort zijn,
voor ons zwakke en tegelijk taaie hart is het zeer
zeker te lang. Want we sterven niet aan onze eerste
vertwijfeling, en als we de jeugd en de beveiligende
verblindingen der jeugd achter ons beginnen te
laten, komen we al gauw tot de ontstellende
ontdekking, dat, vél erger dan de ondraaglijkste
wanhoop, het feit is, dat we na een jaar, na een
maand, na een week soms al weer, het gevloekte
leven opnieuw aanvaarden, en ons gekwetste
hart opnieuw in den stroom werpen, hopend op
betere buit. Want er is niets, dat we zóó vreezen
als de leegte, het vacuüm; als het verdriet onaf
wendbaar blijkt, dan, liever dan de nobele ver
latenheid met dezen zwijgenden gezel, de worste
ling om een versche pijn, den strijd om een nieuw
bezit, dat zich in nieuwe ontbering zal verkeeren.
En als we het nu maar aanvaarden wilden: de
kinderachtige onrustigheid van ons hart, dat
weigert mee te groeien met onzen harmonisch
zich ontwikkelenden geest, als we nu maar wilden
erkennen: ons gevoel is zoo weinig waard, zoosnel
bezeerd, zoo veeleischend, dan zouden we ons
niet tegenover anderen zoo hipocriet en tegenover
onszelf zoo beschaamd voelen.... Maar we blijven,
ook als we ouder worden, nog'aitijd
aandebackfischidealen van onze jeugd vasthouden over de ne
groote liefcie voor het leven, en dan nooit meer en
niets meer; en over het verdriet tot aan den dood ..
En als onszelf dat niet lukt, dan geven we ons
eigen, uitzonderlijk slappe, hart de schuld, maar
we eischen tenminste van onze medemenschen,
dat ze onze idealen hoog zullen houden; ja, we
kunnen het hun heel lastig maken met onze
zinnelooze verwachtingen omtrent hun
boven-mcnschelijkheid.
Daar zijn in de eerste plaats de gelukkige
huwelijken. Wat verlangen we niet allemaal van
de rampzalige paren, aangaande wie wij e'enmaai
in onze psychologische helderziendheid hebben
vastgesteld, dat ze zoo bizondergelukkiggetrouwd
zijn". Neen, de meeste huwelijken zijn niet meer
dan een naast-elkaar leven," zeggen we eigenwijs,
maar déze twee gaan wezenlijk in elkaar op;
hier is een eenheid, een teederheiu"....
Als we deze meening nu alleen maar tegen derden
uiten, kan files misschien nog goed afloopen;
rm.r zoodra de betrokkenen zelf beginnen te
vermoeden, met wat voor oogen we hen bezien,
honderd tegen een, dat er harde woorden vallen.
Want wat is zóó irriteerend als te beseffen, dat
men het geslaagde, het teedere, het
tortelduivenpaar voorstelt! De aardigsten zullen recalcitrant
morden en elkaar eens flink uitkafferen, tot
onoverkomenlijke desillusie van de bewonderende,
geëxalteerde buitenstaander! Man r als het paar
zelf voor exaltatie en snobisme toegankelijk is,
dan zullen ze nóg een beetje liever tegen elkaar
doen dan gewoonlijk, dan zal hun echte genegen
heid, ppur la galene" even worden opgedreven;
en dat is veel onherstelbaarder dan een stevige
kibbel.
En dan is er, alweer voorde vereerde'! anderen,
onze eisch van verdriet-tot-aan-den-dood, cf
tenminste van een heel lang en halsstarrig ver
driet, waarover we met aangename voldoening
tegen elkaar kunnen zeggen: O, hij is ontroost
baar, hij denkt aan niets anders dan aan haar."
Maar wee, wee, als hij wel aan iets anders denkt;
als hij ons de plezierige romantiek van zijn
ontroostbaarheiu, (die ons niets kost,) niet lang laat
genieten, maar, ernstig en bereid, een nieuw leven
begint. We heffen e handen ten hemel; we
zeggen, dat we zóó iets niet begrijpen; (zonder te
voelen, dat we onszelf met deze eene bekentenis
ook het recht tot ,,oordcelen" uit de hand hebben
geslagen;) we twijfelen aan zijn eerste liefde, aan
zijn oprechtheid, zijn diepte, zijn mensen-zijn...
En we vergeten, t!at, zooals een wond in gezond
vlcesch snel geneest, zoo ook verdriet zonder
zelfverwijt, verdriet zonder bitterheid, zuiver
verdriet van gemis vergroeit to.t. iets anders, tot
een schoone, weemoedige herinnering, die men in al
haar glans meedraagt in het nieuwe leven, waarvan
ze een onmisbaar eel zal blijven uitmaken.
We vergeten ook, dat, zoo in het langzame tempo
van onze gewone, rustige leven, een jaar al een
korte spanne tijds moge lijken, iemand, die in de
groote, laaiende smart leeft, iedere minuut zoo
brandend doorlijdt, ieder uur van dag of nacht
zoo vertwijfeld uittelt, dat er in enkele weken
voor hem mér verandert, mér wordt dichtge
schroeid en mér ontspruit, dan in jaren van
normaal bestaan.... En is wie ja" kan zeggen
tegen het leven, opnieuw en ondanks alles: ja"
niet sterker, dan wie blijft zitten treuren naast de
asch van verloren droomen?
Laten we onze idealen herzien; laten we begrij
pen, dat niet de lange duur van een gevoel, maar
de intensiteit ervan zijn waarde bepaalt. Natuur
lijk is het een makkelijker en zekerder weg om
alleen gevoelens van vele jaren als iets schoons
te beschouwen, omdat we den tijd kunnen contro
leeren, maar de kracht, de innerlijkheid ons ontgaat;
maar zou het dan maar niet het beste zijn ons
ernstig voor te nemen, ons met die onmeetbare,
onweegbare waarden van anderen niet in te laten;
iedereen op zijn eigen wijze zalig of rampzalig te
laten worden, en alleen het oog streng gericht te
houden op ons eigen, weinig vermogende,maarwei
tamelijk goedwillende hart, dat tusschen cie polen
van deze twee waarheden zijn weg zal moeten
vinden:
Het noodlot voor den mensen is niet zijn gemis
aan geluk. Zijn noodlot worct meestal: het gemis
aan geluk niet zoolang te kunnen verdragen, tot
het weder zijn intrek in hem neemt, en het groote
verlangen te laten ontbinden tut vele kleine lusten."
(Dirk Cos te r. Marginalia).
en het woord van Hcirti'ich Heine:
Und wie viel ist d ir geblicbcn,
und wie schön ist noch t; ie Welt,
und me in Herz, was uir gefallt,
alles, alles darfst uu lieben."
A N N1 I C S A L O M O N '.