Historisch Archief 1877-1940
No. 2459
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
21
De Arabische vrouw die drie en twintig kinderen
kreeg. Baadila met de schoone dochters.
Het stille kerkhof met de oude namen.
De bloemen op het kille graf.
En aan de overzijde lagen de bloeiende perken,
op Groot Banda. Met daarboven de dreiging van
den vulkaan.
Toen verlieten wij dit eiland van herinnering,
met een gele vrucht en vuurrood omwikkelde pit,
die eruit wilde springen. Het blad was groen.
Welk een land !
De zee.
Ambon in zicht.
Telkens was ertusschen de speling van het licht
op het water. De ondergaande zon met gouden
groeten uit het Westen.
Nu was er een stralende morgen. Reden wij
langs de nog gesloten winkels over zanderige
wegen.
Door oude, typisch-oude buurtjes.
Langs trotsche Chineesche woningen.
Langs het graf van den grooten
opstandelingDiepo Negoro. Waar de nazaten stonden, vereerd
door het talrijke bezoek.
Bijdragen geschonken voor het onderhoud der
graven. Hoe zonderling, hoe tragisch dit alles.
De avond viel in de woning van den resident.
Daar een bonte wirwar van nationale,
verwesterschte en desondanks typisch Oostersche
costumes. Danseressen met boorden.
Het Westersche huwelijk nagebootst. Oud-strij
ders defileerden en het enthousiasme steeg.
Het bonte tafereel viel niet zoo opeens te ver
werken. Maar zette zich in het geheugen vast als
bekoorlijke herinnering
van de zoo snelle, zoo
emotievolle reis.
En men werd moe,
men zag te veel opeens.
Men kon het niet meer
verwerken.
De warmte overal
ontnam ons een ge
zonden slaap.
Des morgens waren
wij weer om vijf uur op
om in Qorontalo, de al
tijd overstroomde stad,
kleurige vogels te zien
en zelf over het water
te drijven in versierde
bakbeesten van
schuit3n, geroeid door arme
zielen.
Het groote meer,de
blauwe hemel en de
wazige bergen.
Houtsnijwerk aan de
huizen, kunstige klee
ding, geweven doeken.
De fotograaf en de
bank van leening be
zocht om oude herin
neringen en foto's op
te diepen, die vergeten
lagen in de kast.
Toen weer snel naar
de boot om verder te
trekken. Rusteloos.
* *
De Heemskerk" was vastgeloopen met zonder
linge passagiers. Die zich aan de afscheiding
tusschen eerste en tweede klasse krampachtig, ook
in den tijd van nood, wisten te houden. Hetgeen
pleitte voor hun energie.
De redding, die onwelkom was. Kendari, een
parel aan de kust.
Met een alles-overheerschende
gezaghebberswoning. Militair bestuur.
Daarachter de To-lelaki. Zooals overal, behalve
in Menado en Ambon, bleef ook hier de bevolking
op den achtergrond. Want aan de kust vindt men
alleen de vermengde sporen. De bevolking zelve zag
men nergens, behalve aan het oude slot: opBali.
# *
*
Makassar, een klein Soerabaja. Het verleden
terug te vinden in de oude huizen. Het nieuwe
in de ruime boulevards, de wandelpier met uit
zicht over verre zeeën. Nauwe straatjes in de Chi
neesche buurt. Tientallen goudsmeden achter
elkaar en slechts n bank van leening.
Het dwalen langs den pasar met zonderlinge
visschen.
Makassaren, een zeevarend, energiek volk, zon
der hechtheid en aaneensluiting.
De boot werd bezichtigd, zooals overal, door
vele Inlandsche en Europeesche burgers. Koop
lieden overstroomden het dek. Ieder trachtte iets
mede te nemen uit deze stad. Het filigrain tegen
ontzettende prijzen.
Want Boeton was overgeslagen, daar had nie
mand haast den tijd. Boeton was de karikatuur
van ons snelle reizen. Daar bleef de gelukkigste
passagier een kwartier en hoorde toen de boot
voor de tweede maal fluiten.
Zoo kwam dan het slot, het eiland Bali.
In de vaart, waarmede wij reisden, was het niet
zonderling, dat wij met dertig kilometer snelheid
langs de poeri's suisden, af en toe gestopt door de
ontvangst van een regent, of het uitzicht op een
waterval.
En steeds klommen de wagens naar boven. Tot
bij de wit-bewolkte Goenoeng Batoer de koelte
in den morgen om elf uur precies ons om de ooren
woei en een lunch van boerekool met worst de
poëtische indrukken in vaster substantie trachtte
te doen vergeten.
Welk een land!
Waar de menschen levende kuikens aten na
door sterken drank te zijn bedwelmd. Waar het
een verdienste was om het lichamelijke te vergeten,
waar alles dienstbaar bleek gemaakt aan de ver
sieringskunst.
Want uit de eenvoudige huisjes staken deco
ratieve takken, over aarden wallen lag een be
schermend kleed van spitse blaren.
De ongehuwde jonge menschen droegen
vuurroode bloemen achter het oor. Devotie, goden
dienst schenen hier alles, zelfs den handel en
landbouw te beheerschen.
Zoo werd Bali, door zijn schoonheid, door zijn
kaal-gebouwde, doch imposante bergen de schoon
ste herinnering van al.
Dit was de reis, waarvan wij tevoren niets
wisten.
En ik geloof, dat de eenige manier is om ervan
Een Balisch huis
te vertellen in den stijl, waarin wij alles hebben
gezien.
Impressionistisch, bliksemsnel.
Vandaar deze impressionistische bliksembrief.
J. A. VAN B o v ENE
PEDANTE PIET JE'S PAED AGO
GISCHE PEINZINGEN
(Ongecorrigeerd)
(13 jaar)
(Niew-neederlans)
XIII
Dats nou toevallug dat ik deeze week me der
tiende hoofdartiekel voorde groene schrijf, en dat
voor n schrijver van 13 jaar, dat doe me denke aan
dat fijne boek van suul verne met zn kapitijn van
15 jaar dan ben ik teminste neig 2 jaar jonger,
en boovedien ben ik liever sjoernaalis dan kapitijn.
of t mos n echte kaapitijn zijn zooas kaapitijn
doemaar Vantwis, want die is me iedeaal. vooral
as die spiest oovcr ncederland en oranje, oover
vaaderslandliefde en eendragtige burgerzin, oover
t verbond tusse God en Neederlant. Zoon kaapitijn
is me liefste voorbeelt. maar paa zeit dat t gedaan
is met alle kaapitijns en dat de
moobilisasie-herdenking van 31 juli hun laaste stuiptrekking is
gewees. generaal terwisga had zn uuniform nogges
opgepoes en de minister van oorlog had zn hooge
hoed gladgestreeke want die draag vanwee ge de
algemeene ontwapening al lang geen uuniform
meer en kaapietijn Vantwis had zn sportblikjes
OOCTfRED: J ROESKE
ZANDBLAD - SIGAREN 8 enIO ets
allemaal op zn breeje linkerborst gespelt. teege n
paar heilige huissies waare maanisveste geplak
om t vollek van neederlant" te wijze op al de
heerlukhijt die we in de laaste 10 jaar te geniete
hebben gehad, ik was 3 jaar toen de groooote
europeese oorlog in servieje begon en de duitse
kaiser zn snorre op streek, maar nou ik 10 jaar
ouwer ben geworcie is t doornse devies geworde
es ies nog niet, erreichfen niet alleen in servieje
maar ooveral is t huile met de pet. ook in ons
dierbaar vaaderland, en daarom heeft de
nationaale herdenkingskommissie geredeneerd dat dr
maar is n lulletje mos op touw gezet worde om
de mense hier uit de naarigheid te haaL. vandaar
al die oranje aanplakbieljette gedrenk in
vaaderlandsliefde en eendragtige burgerzin, in de kerke
wier overal ge pree k en as kardienaal Van rosse m
met de Italiaanse boot al niet weggevaare was
haddie ons allemaal meteen nog effetje kenne
zeegene vanweege t ge zeegend oproepingsbevel
van 31 juli 1914 toen de duitsers, franse, engelse
en helse voor onze poorte laage. maar zooas paa
zeit we hebbe onze maane geschut en alle listige
aanvalle onzer vijande afgeslaage dank zij onze
saamenhorighijt en burgerdeugde. vandaar dat t
verkeerd zou zijn die nasionaale ijgeschappe te
verstikke, maar
inteegedeel moe te ze worde
aangekweek. daarom
lui je overal de klokke
onder lijd ing van sjef
de klokkeluijer en meer
loosjes van buite. maar
t karriljon op de dam
is weer is kapot en
daarom mos de beurs
bengel t alleen doen.
en van \1 tot £3 het
dat ding dan ook as n
be zee te ne ge luit zood a t
zelfs de aandeelhouwcrs
van de rotterdamse
bank dr van schrokke
want die dagte dat dr
alweer l van hun
dierekteure door meneer
vissering an de dijk wier
gezet, maar ditmaal
was t ter cc re van de
oiiwe gemoobielieseerde
die tusse 1914 en 1918
onderde waapens hebbe
geleege. Dr is ook nog
gekoliekteer. maar dat
heef niet veel opgebrag
omdat de offisieele
kollektante in opdrag
hadde zich
voornaameluk te vervocge an de
aadresse var de duitse
millioenairs in
amsterdam rotterdam en de
haag. want dat zijndeenigediemetopregte
dankbaarhijt terrugdenke and ie groote jaare uit t
verleeje die hun Vaaterlant van zn staatsschulde afhielp
en hun neederlant liet ontdekke waar je zoo lek
kertjes op de gragte woont en zoo fijn met hollanse
guldens in franse franks op de beurs kan gokke.
maar dat is daarom nog geen reede dat onze mofse
landgenoote in dr bus blaaze. want die zegge (op
zn duits maar ik spreek uit prinsiepe geen duits)
blaasen sie mier in mein aug. an neederlanse
nasionaale kollektes doene ze liever niet mee. ze
wachte liever nog n paar jaartjes tot ze ons heele
neederlanse vaaderlant gemobielieseert hebbe
en dan plakke ze onze hollantse muure vol met
duitse plakaate en luije onze hollaiitsc tooreklokke
en kollektecre bij roojaalc
PIETJE
VANNELLCSVARINAS
GOUDZEGEL
3O ets. per Pakje.
l
Een aangename Bezuiniging
een HALF ONS vervang
vele GOEDE S