De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 30 augustus pagina 12

30 augustus 1924 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2463 JAN GRÉOOIRE SCHILDERKUNST-KRONIEK JAN QRÉGOIRE. MUURSCHILDERINGEN IN HET GEBOUW VAN DEN GEMEENTELIJKEN GENEES KUNDIGEN DIENST TE AMSTERDAM. Jan Qrégoire maakte de hierboven afge beelde muurschildering in het gebouw van den Gjmeentelijken Geneeskundigen Dienst te Amsterdam. Het ligt in de bedoeling ter gelegener tijd de geheele groote zaal van dit nieuwe gebouw van wandschilderingen te doen voorzien. Indien deze gereed zijn zullen wij het geheel bespreken en tevens op de muurversiering van Jan Grégoire uitvoerig terugkomen. VAN MEURS UJT AMSTERDAM IN DEN KUNSTKRING DEN HAAG De kunst van China en Japan is óf groot, of zij is bizar ongewoon, en c!e ongewoonheid berust dan op een, tot het wreede toegaande, phantaisie; de kunst ginder is vreemd in den vorm, of zij erkent het vreemde in de materia len, die de natuur haar levert. Maar 't zij dat ze groot is in vroege eeuwen, of bizar in een tijd van gekwelde phantaisie, altijd is zij, ten minste tot zeer laat, van een goed handwerkschap; zij had het geduid voor een niet-verhaaste voltooiing. Dat eischt altijd aandacht: vol tooien, en de gespannen aandacht is stil, is ingetogen; het werk der Chineezen, etc. treft ons daardoor door een stilte, die vroeger werk van het Westen eveneens bezat, zij 't ook, dat onze jongere beschaving niet zoo veel die stilte vertoont, als het, van vroeger be schaving, langzamer Oosten. Het niet-haasten kan ook iets anders meebrengen; het kan meer overzicht geven, vóórdat wordt be gonnen; het kan ons helpen tot den stijl, die een eenvoudig groot-zijn is. Van dit alles vindt ge bewijzen in deze verzameling: van het geduld, van het bizarre, van het voltooide, van het altijd eerbiedwekkende werkmanschap, van het groot houden, van het subtiele, dat uit het langzame kan komen, en alle voorwerpen, die deze ver zameling vormen, zijn door van Meurs met verfijnde zinnelijkheid uitgestald. Ten eerste zijn hier de bekende Tibetaansche schilde ringen, waarvoor nog een plaats gevonden werd in het hun passend museum. Er is daar het pantheon met zijn 10 x 10 figuren; er zijn enkle figuren uit dit pantheon in stille dof f e rijke kleuren rustig gebootst. ErzijnOudChineesche schilderingen, waarvan een paar, wel toevallig, lijken op werk van Hercules Seghers, maar stiller, inniger verfijnd (er is een oever van een meer, dat zeker en ijl werd gegeven !). Er is een curieuse vaas van calcedon, als gesneden uit de diepere lagen van een schelp; er is het Koreaansch aardewerk, dat de hand van den draaier doet herkennen, Algem. Nederlondsche Automobiel Mij. FRANHCNSTRAAT 37-8Ü, 's>GRA.VENÏtAGE en 't soms ongelijk bakken van den oven in sommige afwijkingen van den cirkelvorm. Er zijn doozen met dorre vruchten, vol sexueele vormen, die aan de standaarden der vaan dels werden gehangen; een Chineesche Koro is groot gehouden. Een visch werd verzonnen uit berg-kristal; beelden van een teeder-innig wit staan daarbij. Een vlakke schaal, weinigversierd, lijkt gemaakt voor d'eeuwigheid, zóó rustig is ze van vorm en decor; onmatigzware stijgbeugels werden eenvoudig gehouden en rijk gemaakt door 't ingelegd metaal. Man darijnen-scepters hebben drie kunstig-gepolijste jade-platen; er is er hier n; en er is veel jade, rhytmisch getooid met beest en figuur. Een beeld is een stug zitter op zijn eenvoudigen stoel; stootplaten van wapens zijn bizar en hecht. Een pot heeft dieper koningsblauw, dan ooit het blauw was in Delft; een grafbeeldje is verstorven-vervreemd van het voorbijgaande; een Balineesch werk is als belegen kleur, die daardoor verdroomde.. Er zijn hier dingen te-over, waaraan we weer de stilte in onze kamers kunnen kweeken, de stilte, die we zóó noodig hebben; en niet te vergeten is, dat deze stilte behoort tot de vruchtbare stilte, die 't peinzen kweekt als haar noodzakelijke vrucht! IN PULCHRI STUDIO, GROEP Eoz. KONING, ENZ. Edzard Koning heeft de hoofdgroep. Hij was de versierder van Van Eeden's Kleine Johannes, en in den laatsten tijd keerde hij eenigszins weer terug tot de figuur en het land schap van het sprookje; de nheid van figuur en landschap is echter nog niet voldoende gevonden. Daar-naast zijn de gewoner zaken te vinden, het stadsgezicht met de bloeiende boomen, en de werken met de waterlelies, die echter de kracht niet kregen, tot nu toe, van vroeg werk van Koning; hij bloeide toen meer van kleur. Bakèls' Molen op Tessel is iets te wattig geschilderd; hij staat niet vrij van de lucht achter hem; G. de Groot heeft een studietje van bestorven kleur, Floris Arntzenius een vaas met roodc bloemen; Pol Dom's tafelkleed onder zijn pot niet rozen is een Jevend geworden versiering. (Hij hield het'kleed niet vlak, de bloemen -? lijken op te staan op hun steel). Lucie van Dam van Isselt'sMol en fel roode Lelies vertoonen't zuiverst haar koele aandachtigheid. RIJKSMUSEUM AMSTERDAM. Er is in het Rijksmuseum een kleine Cranach, een al bejaard, mager man. Het geheel is verfijnd van psychologie, zóó zeer verfijnd, dat het bij elk ommegaan treft. Er is niet naar een norm van schoon heid gezocht, maar onomwonden is een karakterbegrepenen geformuleerd. En hoe wezentlijk verfijnd deze vroege schilder was, ge ziet het niet bovenal aan de kleur, maar,hier ziet ge het in de lijn, die de bovenlip jen de onderlip, tegen mekaar ge drukt, maken. De lijn die daar wordt ge voeld, is een bekentenis van het karak ter van dien man, absoluut en vol zielkundigen uitleg. PLASSCHAERT LENTE-FILMGOMPOSITIES Lente- Filmcomposities Nederlandsche Boerendans;n. Muzikale bewerking door Julius Röntgen. Folkloristisch ingeleid door D. J. van der Ven. Uitgave der Vereeniging voor Nederlandsche Muziek geschiedenis. Te Amsterdam bij G. Alsbach en Co. En hoe vreemd ook die bekentenis reeds bij den aanhef eener bespreking moge voor komen: de verschijning van deze uitgave geeft alleszins reden tot instemming. Waarlijk groote waardeering mag men bij het opslaan van dezen bundel gevoelen; voor mij is 't een vreugde deze verschijning, die te danken is aan de vruchtbare samenwerking van Julius Röntgen en D. van der Ven, te kunnen be groeten. Men leze de folkloristische inleiding, welke aan het muzikale gedeelte is toegevoegd en daaraan onmiddellijk ik zou willen zeggen onafscheidelijk voorafgaat en geniete een lentejeugdige atmosfeer, bekend aan elkeen, die reeds eerder een dier avonden bijwoonde, waarop van der Ven vertellend op zijn merk waardig genoeglijk-interessante wijze, mét Röntgen tezamen, wanneer deze muzikale auteur-kunstenaar op waarlijk boertige wijze de hier thans verzamelde dansdeunen en landsliedekens als voortreffelijk klavierkonterfijten uitvoerde, de Lente-Film tot leven maken. Men leze van der Ven's in'-.'iding en worde in diens prettigen ? tot de studie onzer vat in een respectabele sch beoogt, voor ons lig En als 't dan ook w schrijft n.L: ,,dat de gewest thans meer ontvankelijk schijnt i vaarden of het sparer gewoonten en volksv dreigden verloren te ga modernen tijd" dan Röntgen's Nederlandse nut stichten en de op de meest verwijc land en daarbuiten, De wijze waarop Rot wijzen neerschreef za geringe mate bijdraj pagina van No. l de de Cramignon, dem kundigheid hier goe gemakkelijk speelbaa Een simpele vier en Cramignon-melodie ir de laatste acht maten tusschenstuk, waartu het F. groot van voor door middel van eer zeer klaar en eenvotu 't geheele stukje da zing van den compoi lijk" aandoet. Aldus bezorgde ( levering der Cramig Limburg, waarmede i JAN GRÉGOIRE.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl