De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 18 oktober pagina 6

18 oktober 1924 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2470 WERELDVREDE EN ECONOMISCHE ONTWAPENING De resoluties, die op de jongste Volkenbonds vergadering ten opzichte van de internationale conflicten aangenomen werden, beteekenen onge twijfeld een belangrijke stap in de richting van den oorlog tegen den oorlog. Het oorlogsgevaar zal echter niet geheel kunnen verdwijnen, alvorens een ontwapening op alle gebieden, dus ook op eco nomisch terrein, plaats heeft gevonden. De zeer groote, zoo niet doorslag gevende beteekenis van de economische politiek voor den vrede, blijkt uit den invloed van de economische conflicten op de betrekkingen tusschen de verschillende landen. Men denke slechts aan den invloed, dien de han delspolitiek van Oostenrijk-Hongarije, waardoor de natuurlijke economische ontwikkeling van Servi werd belemmerd, of de economische rivaliteit tus schen Duitschland en Engeland en in het algemeen de Duitsche pogingen tot een economische penetratie, o.m. de Drang nachOsten", op het uitbreken van den wereldoorlog geoefend hebben. Hoe sterker de afzonderlijke landen hun economische politiek in de richting van autarkie en van isolatie ori nteeren; hoe sterker deze politiek bezield is met een protectionistischen geest, uitgaande van het denkbeeld, dat de belangen van het eigen land benadeeling van andere volkeren vereischen; hoe sterker de handelspolitiek in de verschillende landen onder den invloed staat van enkele mach tige groepen en combinaties van producenten, welke van de fictie misbruik maken, dat hare be langen met het nationale belang synoniem zijn des te grooter zal ook het gevaar blijven voor economische confliclÉen die de internationale atmosfeer vergiftigen en dus het ontstaan van oorlogen in de hand werken. Het is aan geen twijfel onderhevig, dat de economische conflicten tot de belangrijkste elementen van het oorlogsgevaar behooren en indien men de bestrijding van het oorlogsgevaar als een internationale taak be schouwt, dan moet het logische gevolg hiervan zijn, dat men tevens ook ten opzichte van de regeling van de groote internationale econo mische vraagstukken in een vredelievenden geest een soort Volkenbondstractaat tot stand brengt, een internationaal statuut, dat geschikt zou kun nen zijn om gevaarlijke conflicten ook op dit ter rein te voorkomen. * * * Een gewapend conflict is slechts een van de manieren, waarop men in de moderne samen leving der volken oorlog kan voeren. De econo mische geschiedenis van ons werelddeel gedurende de laatste jaren was rijk aan tarieven-oorlogen tusschen de protectionistische landen en ook in tal van gevallen waarin geen formeele tarieven-oorlog gevoerd werd, kwam het stelsel van een nagenoeg hermetische afsluiting, ge baseerd op een reeks in- en uitvoerverboden en op een barrière van prohibitieve douane-rechten, op een soort van economischen oorlog neer. In het bijzonder in de Oostenrijksche Staten kon men dit economisch bellum omnium contra omnes duidelijk waarnemen. Deze werkelijke of latente economische oorlogen scheppen een atmos feer van vijandelijkheid en wantrouwen, houden de economische en cultureele ontwikkeling der volken tegen en leiden veelal tot economische crises, die omwentelingen en militaristische avonturen in de hand werken. De economische en handelspolitiek, die thans door de meeste Europeesche landen nog steeds ge voerd wordt, vertoont een allesbehalve bevredi gend beeld. Zij staat nog steeds sterk onder den invloed van het kortzichtig nationaal egoisme en van de vergiftigende phraseologie van machtige organisaties, die haar streven naar een min of meer monopolistische positie op de binnenlandsche markt, ten koste van den consument, die door een Amerikaanschen economist niet ten on rechte de forgotten man" genoemd werd, door een valsch economisch patriottisme camoufleeren. Het is voldoende op den hoogen muur van be schermende invoerrechten te wijzen, die in nagenoeg alle Europeesche landen bestaat en in verschillende landen nog steeds verhoogd wordt, om te kunnen constateeren, dat de Europee sche landen nog steeds sterk onder den fatalen invloed staan van het na-oorlogsche protectio nisme. * , * Al kan dus de toestand tegenwoordig nog weinig aanleiding geven tot gerustheid en tevredenheid, aan den anderen kant valt het niet te ontkennen, dat verschillende teekenen er op wijzen, dat een nieuw tijdvak bezig is aan te breken. De progres sieve opheffing van de in- en uitvoerverboden in Midden- en Oost-Europa, de zeer belangrijke uitbreiding, die het stelsel der handelsverdra gen in den laatsten tijd onderging en de overwin ning van de vrijhandelsbeginselen in enkele landen, n.l. in Engeland, zijn reeds schreden in de goede richting, welker beteekenis men niet moet onder schatten. Van nog grooter belang schijnt het echter te zijn, dat ook op het terrein van de inter nationale economische politiek zich een nieuwe geest, een geest van toenadering en samenwer king begint te doen gelden, terwijl het hoe langer hoe duidelijker blijkt, dat de protectie in de landen, die hiermede in den loop van de laatste jaren een proef hebben genomen, in toenemende mate in discrediet raakt. De volkeren beginnen te be seffen, dat de politieke vrede niet op een hechte basis kan rusten, indien hij niet aangevuld wordt door een economischen vrede. De Fransche Minister van Handel, de heer Raynaldy, ver klaarde dezer dagen in verband met zijn bezoek aan den Elzas, dat de politieke vrede een fictie zal zijn, indien hij niet versterkt wordt door een economischen vrede" en bij de opening van de Fransch-Duitsche economische onderhande lingen, die thans te Parijs gevoerd worden, wees hij er op, dat het herstel van normale economische betrekkingen tusschen Frankrijk en Duitschland de voorwaarde is van een werkelijken vrede tusschen de beide landen. En kan men het verband tusschen den vrede en de economische politiek sterker onderstreepen, dan Jouhaux het deed, die te Qenève dit verband op de volgende wijze samengevat heeft: De vrede zal niet moge lijk zijn, indien men oe strijd-methodes van economischen aard bjijft handhaven". Hij ging zelfs zoo ver om den wensen te uiten, dat in de toekomst de Volkenbond zich naast de controle op de politieke verdragen tevens met een controle op de handelsverdragen bezig houdt, totdat een Conseil conomique International" opgericht zal worden. In het protectionistische Frankrijk schijnen de libeiale stroomingen sterk veld te winnen, zoodat het leidende protectionistische orgaan van de Fransche industrie, de Journée Industrielle dezer dagen met een zekere ongerust heid constateerde, dat men bij de theoretici van het cartel des gauches, en ook bij de politici en publicisten, een belangrijke herleving van het liberalisme op het terrein van de douane-politiek waarnemen kan". De herleving van de liberale stroomingen op het terrein van de handelspolitiek, die in scherpe tegenstelling staat met de op dit gebied in Europa nog steeds heerschende toestanden, valt ook in Duitschland waar te nemen. Bijzonder kenschet send voor de beginnende kentering is het feit, dat verschillende vooraanstaande Duitsche econo misten, die nog niet zoo lang geleden voorstan ders van beschermende invoerrechten waren, thans sterk gekant zijn tegen het voeren van een protectionistische handelspolitiek. Wij wenschen slechts op de verklaringen te wijzen, ? die twee vroeger verklaarde protectionistische econo misten op de dezer dagen te Stuttgart gehouden vergadering van den Verein für Sozialpolitik afgelegd hebben. Prof. Sering constateerde, dat de Duitsche handelspolitiek georiënteerd dient te worden in de richting van den vrijhandel. Professor Harms verklaarde: De vrije invoer van rogge en ijzer is thans synoniem met de welvaart van het vaderland." In Engeland worden door de protectionisten po gingen aangewend om de vrees voor de moordende Duitsche concurrentie, die in verband met de uitvoering van het plan Dawes in zekere industrieëele en arbeiderskringen ontstond, te gebrui ken ten behoeve van een protectionistische pro paganda. Dat het succes van deze propaganda tot dusver geen belangrijke afmetingen aange nomen heeft, blijkt duidelijk uit de verklaring die de leider van de par excellence protectio nistische conservatieve partij, de heer Baldwin, dezer dagen te Newcastle aflegde en die o. m. de volgende zinsnede bevatte: Ik wensch te her halen hetgeen ik reeds bij verscheidene gelegen heden verklaard heb, dat n.l. bij de aanstaande verkiezingen het algemeen tarief geen onderdeel zal vormen van, ons programma." Is het niet een bijna tragische fout, dat de Nederlandsche regeering tot de althans gedeeltelijke prijsgeving van de Nederlandsche vrijhandels politiek een moment gekozen heeft, waarop zelfs in de protectionistische landen het besef veld begint te winnen, dat de na-oorlogsche reactionnaire handelspolitiek een groote dwaling geweest is? * . » Naast de liberale handelspolitiek vormt echter ook de liberale immigratie-politiek een belangrijk onderdeel van den economischen vrede. De ver hindering van de emigratie van het bevolkings overschot uit een dicht bevolkt land kan een ge vaar voor de vreedzame betrekkingen tusschen de landen opleveren. Dit bleek reeds uit het voor beeld van Japan en zal eventueel ook ten opzichte van andere landen, b.v. van Duitschland kunnen blijken. Het is een eigenaardig verschijnsel, dat dezelfde elementen, die op politiek terrein veelal het meest in een internationale richting georiënteerd zijn, t. w. de^organisaties der arbeiE. J. VAN SCHAICK MAKELAAR Korte Jansstraat 25"" - Utrecht WONINGBUREAU ASSURANTIES TELEFOON 125 ders, aan den anderen kant de voornaamste steun; pilaren zijn van beperkende maatregelen ten op zichte van de immigratie. Dit is in Amerika, in Engeland, in Nederland en onlangs zelfs in Frank rijk gebleken, welk land in den laatsten tijd in verband met het daar te lande heerschende gebrek aan voldoende werkkrachten een belangrijk cen trum is geworden voor de emigratie uit Italië, Polen, Spanje, Hongarije, enz. De centrale orga nisaties der Fransche arbeiders, en wel de com munistische in een bijzonder scherpen vorm, heb ben onlangs op een beperking der immigratie van buitenlandsche arbeiders in Frankrijk aangedron gen. Het is duidelijk, dat een reactionnaire immi gratie-politiek in strijd is met den geest van inter nationale toenadering en sarrtenwerking. Boven dien staat de beperking van de immigratie in nauw verband met protectie. In Amerika hebben de arbeiders, die op de beperking van de im migratie van de buitenlandsche werkkrachten aangedrongen hebben, tevens de instelling van protectionistische invoerrechten gesteund, ten einde ook tegen de concurrentie van de producten van den pauper labor" beschermd te worden. In Europa begint men thans eindelijk te besef fen, dat de politiek van eenzijdig en agressief egoïsme en van isoleering, dat elke belemmering van den vrijen ruil van materieele en cultureele goe deren en waarden tusschen de volken een beletsel is voor het tot stand komen van een duurzamen en op een werkelijk hechte basis rustenden vrede. Wij staan echter nog slechts aan het begin van een evolutie in deze richting en de voorstanders van het economische pacifisme zullen nog- een zwaren en langdurigen strijd moeten voeren, alvorens zij het bereiken van hun doel, t. w. de internationale ontwapening op economisch terrein, verzekerd zullen kunnen achten. Dr. M. V A j D A RESTAURATEUR VAN SCHILDERIJEN C. B. VAN BOHEMEN - DEN HAAG Vragen van den Dag Maandschrift voor Nederland en Koloniën onder redactie van Prof. Dr. H. BLINK en Mr. Dr. l G. BLINK Inhoud van de Octobaraflevering: I. A. Klaver, Lamennais; II. Dr. J. E. Enklaar, De psychologie van het dier en de evolutie-leer; III. Dr. Ph. A. Lansberg, Tot Vondel door Vondel, vertalingen. IV. Dr. K. H. E. de Jong, Het Actualisme; V. P. F. J. A. Julien, De geschiedenis van het draadlooze station Nauen: VI. Dr. E. van Raalte, Kroniek der buitenlandsche politiek; VII. Het Amerikaansche drankverbod; VIII. Bibliographie Prijs per jaargang van 12 afleveringen f 12. Veel goeds voor weinig geld; KAKATOE Nederlandsch Maandschrift Pakkende novellen van bekende schrijvers, door de beste teekenaars geïllustreerd. Prijs per jaargang van 12 afleveringen f5. La se nummers 45 cents in elke kiosk en boekhandel verkrijgbaar. Uitgaven van S. L. VAN LOOY, Amsterdam

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl