De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 8 november pagina 13

8 november 1924 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 2473 DEfAMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 BLAUWBAARD's ACHTSTE VROUW (Opgevoerd door de Kon Ver,, Het Nederlandsen Tooneel") Teekeningen voor de Amsterdammer" door B. van Vlijmen LOUIS SAALBORN <De Markies de Monferrat) LOUIS SAALBORN en WILLEM ROYAARDS OSCAR^TOURNIARE (Hubert de^Linancourt) Dr. W. ROYAARDS (Gezant) JOHN GOBAU (DeJAmerikaan John Brown) J. ROYAARDS?SANDBERG (Monna'deJMonf rrat) MARIE VAN ZEGGELEN. De vrede van het Maerland. Met twaalf platen naar teekeningen van de auteur. Amsterdam z.j. Scheltema en Holkema's Boekhandel. Marie van Zeggelen is in de Hollandsche letter kunde een stille, sympathieke figuur. Zij heeft een aantal romans geschreven, die geen van alle brillant zijn en waaraan elke zucht naar uiterlijk letterkundig" vertoon ontbreekt. Mevrouw van Zeggelen wilde er komen zonder dat, en het is haar gelukt. Door de boeken, die zij tot nu toe schreef, is zij ongetwijfeld een van onze beste en belangrijkste prozaschrijfsters, en wanneer zij als zoodanig nog niet algemeen wordt erkend, dan komt dat naar mijn overtuiging alleen, doordat zij als mensch en als schrijfster iemand is, die de ruchtbaarheid en de reclame vreest, zich maar het j iefst op den achtergrond houdt en zich gelukkig voelt als men haar maar gelegenheid laat, om haar talent rustig uit te schrijven. Ook dit nieuwe boek, De vrede van het Maer land", is weer bijzonder goed. Het sluit aan bij Een broederdienst", maar het is op dat werk toch geen vervolg te noemen. De handeling valt voor omstreeks 1835, voornamelijk in de omgeving van Haarlem, en de schrijfster is er uitmuntend in geslaagd, de sfeer van dat oud-tijdsche Holland voor ons levend te maken. Kostelijke typen komen er in het werk voor. Daar zijn in de eerste plaats de fijne Cecieltje van Rodenberghe en haar schuchtere minnaar; dan de levenslustige oude tante Anne Bet Hoogkamer; de oude heer Breecamp; dokter Wilde; dominee Gaselius en vele anderen. Ik heb even gedacht aan Wolff en Deken, aan de Camera, toen ik de knappe en geestige typeer-kunst van mevrouw van Zeggelen genoot. Het slot van het boek en dat is jammer bij zooveel goeds doet geforceerd aan. Er komt niet veel schot in de vrijage van den jongen Breecamp en het lieve Cecieltje, en dan opeens heeft hij haar geschaakt. Een plompe steenval in de rustige vijver-spiegeling van die oud-Hollandsche degelijk heid. Van Evert-Jan meer een jongen van den droom dan van de daad hadden wij dien romantischen krachttoer niet verwacht. Overigens een heel mooi boek, beminnelijk, lief en zuiver van inhoud, beheerscht van vorm. Als een staaltje van zeldzaam-goede vertelkunst noem ik het tooneeltje, waarin verteld wordt hoe de oude heer Breecamp en zijn toekomstig schoondochtertje in een toe-sleedje" door Amsterdam rijden, en hoe zij, doordat het sleetje losraakt, mid den op een brug blijven staan, terwijl de sleeper met het paard in den winteravond verder sukkelt. (blz. 115 e.v.). Het is een der beste gedeelten uit het boek. Nog n opmerking, een kleinig heid. Op blz. 105 laat de schrijfster Dr. Wilde spreken over een zekeren Yntema." Is dat wel in den geest van den tijd? Yntema, de redacteur van de Vaderlandsche Letteroefeningen, was omstreeks 1835 een beroemd man, al waren Drost en Potgieter het er al eerder over eens, dat hij een middel matigheid was. PAUL KENIS. Fêtes"galantes'. (Fantasie-stukken in Rococostijl). Antwerpen 1924. L. J. Janssens en Zonen. i» Van dit boekje gaat een broze, weemoedige bekoring uit. Fan tasie-stukken in rococo-stijl" noemde de schrijver deze schet sen, alle verbeeldingen van 18e eeuwsch leven, en hij slaagde er inderdaad in, den schrijftrant van zijn proza dat zwierig-elegante, vederfijn-luchtige te verleenen, dat den rotoco-tijd aantrekkelijk maakt. Vele historische gestalten komen in zijn boekje naar voren. In de eerste plaatseen aantal van die beminnelijke zondaresjes, die een later geslacht heeft gezien in de betoovering van het ver leden, dat immers altijd de om trekken vervaagt en vermooit. En de auteur zelf och ja, ook hij heeft dat 18e eeuwsche verleden gezien door het waas van zijn idealiseerende verbeelding, waar door het cynisme en de schaamte loosheid van dien tijd verdoezeld worden, de armoede aan bezieling verdwenen is achter den kleurigen schijn vanop de spits gedreven courtoisie enhoofscheuiterlijkheid. Wat de schrijver in zijn boekje vooral voelbaar heeft gemaakt, is de triestigheid van den mensch van nu, terug-zinnend naar dien ouden, moeden tijd, die zijn laatste krachten heeft uitgevierd met een schittering als van een herfstbloem. Kleurig, hartstochtelijk, maar ge haast eiken dag kunnen de koude dampen komen van den winter. En al zouden dan de gestalten uit het verleden zoo ze terug konden keeren zich wellicht niet allen dadelijk her kennen in de beeltenissen, die de auteur dezer Fêtes galantes" vanghen 'schiep, wij volgen hem toch gaarne op zijn'droo'mtochten door de jaren van die merk waardige, tragische eeuw, de achttiende. JERÜME EN JEAN THARAUD. Pogrom. Vert. v. M. J. Premsela. Baarn 1924. Hollandiadrukkerij. Een boek in denzelfden geest als De schaduw van het kruis", het werk waardoor de gebroeders Tharaud bij ons bekend geworden zijn. Dat eerste boek sloeg in; dit tweede zal het ook wel doen. Het verdient het althans ten volle. Het behandelt het leven van de Joden op een dorp in de Oekraïne, en het merkwaardige van het boek is, dat het al de fouten en belachelijkheden van het onzindelijke, wriemelende volkje in 't licht stelt, en er tóch respect voor weet te wekken. De schrijvers ver heffen de zieligheid van den enkeling tot de tragiek van het ras. Een boek vol fijnen, kostelijken humor, zoowel in de typeering van de afzonderlijke per sonen als in het gegeven in z'n geheel: de haat van de jodengemeente tegen de Kozakken, die ze, als het begint te spannen, toch maar binnen halen om beveiligd te zijn tegen jodenhatend fanatisme. De heer Premsela vertaalde het boek in uit muntend Hollandsen. HERMAN MIDDENDORP ELIAS VAN PRAAG (Detektive)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl