De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 15 november pagina 23

15 november 1924 – pagina 23

Dit is een ingescande tekst.

No. 2474 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 23 'n Appel," en Ouus legt hem op de tafel. Dat is'n mooie," prijst de sterke man, maar ik heb liever 'n sigaar." Vast weet Ouus, dat hij den volgenden keer er een mee zal brengen. Op de Woensdagen, die nu volgden, was 't voor Ouus 'n vaste gewoonte geworden, even naar de hut te gaan. Niet altijd kwam de houthakker uit z'n deur, soms bleef die gesloten, en dat was hem 'n groote teleurstelling. O, de hut, de houthakker trokken hem onweer staanbaar en nog altijd leefde in hem 't verhaal van-'t-op-'n-goeden-dag rondvertellen, dat 't allemaalgelogen was; hij, Guus, zou 'tbewijzen, hij had gezien. Als de houthakker vroeg: kom je even binnen" dan was 't hem of hij in 'n heiligdom mocht treden en in den hoek stond 't zwarte geheim ! Nee, hij dorst 't niet te vragen, maar 't zou eens komen ! Er waren dingen die Guus nooit heeft vergeten, z'n heele leven niet. De houthakker zei hem eens dat 't zoo flink was den donkeren weg alleen te gaan; was hij niet bang? Voor de natuur hoef je ook niet te vreezen, 't zijn de mcnschen, die je kwaad doen." Toen zweeg de houthakker verder, uus stond op en zag den bijl hangen, 'n glimmend fel mes. Een bijl, dacht hij, is 'n naar ding, je denkt aan hakken, afhakken. Nu vandaag nog voor 't laatst", zegt moeder, en dan de vacantie." 't Is 'n stille dag, de lucht hangt heel laag. De jongens hebben 't op school weer over den hout hakker gehad; hij verkocht in de stad 't wild, dat hij schoot en 't geld ging allemaal in de kist, hij was 'n vrek ! Ouus had op willen springen, 't uitroepen, dat 't niet waar was, dat hij hem kende, dat hij gezien had in de kist, niets, niets was er in ! Maar hij had gezwegen ! Wist hij nu toch, wist hij toch wat er in de kist was. Vandaag, den laatsten Woensdag voor de vacantie, zou hij naar de hut gaan, vandaag zou hij 't weten ! En thuis vertellen alles van den houthakker, en de kist! Iedereen zou naar hem luisteren en vergeten te vragen naar z'n rapport! Dit alles overdenkt hij op den weg, den weg alleen voor hem. Stil is het, de lucht, de berg of ze aan elkaar zitten. Als 't stormt moet je opletten, nu loop je maar rustig door en de lantaarn blijft flauw branden. De hond loopt traag, telkens veegt hij z'n kop langs Ouus' beenen. In de hut brandt licht, je ziet 't door 't raampje. Heeft de houthakker hem gehoord? Want opeens staat hij in de deur, hij vult de heele ruimte, je kunt niet naar binnen zien; dan draait hij zich half om en wijst achter z'n rug. Ik heb vanavond iemand bij me." Guus ziet 'n breeden rugenflesschen staan op tafel.'t Lampje brandt alsof 't staat op uitgaan, de bijl hangt aan den muur, grof, brutaal. Guus begrijpt niet, de houthakker, die niemand kent, is dat zijn vrind? Ik zal maar doorgaan, 't is nu vacantie bijna." Ja, knikt de houthakker. De man waar Guus alleen den breeden rug van ziet, zegt niets. De flesschen zie je toch wel goed op tafel, de kist niet, heelemaal niet. De hond knort onrustig, draait om Guus heen. Dag, knikt Guus verlegen en duwt 'n paar sigaren in de hand van den houthakker. Je wordt bedankt, die komen net van pas." Hij lacht even tegen Guus met z'n harde oogen en sluit de deur. Ouus loopt door. Jammer, o! jammer, hij had juist zooveel tijd! Wat praten ze nu en waarom staan er zooveel flesschen? Zou 't 'n goede man zijn? Als Guus uit 't boschje komt, keert hij opeens weer terug. Voor de deur blijft hij staan en luistert. Hij hoort niet spreken; stil, akelig stil is het nu.. of ze inschenken, klok, klok. O, als de houthakker de deur open deed, wat dan te zeggen? Hij is toch niet alleen, een man is bij hem en ze drinken! Hij sluipt weg, 't is opeens aan 't regenen gegaan; eerst zacht, nu hoor je de druppels tikken op de boomen, altijd maar door. Diep weg in z'n cape loopt Ouus, heel triest, nog weet hij niet, nog weet hij niet! De regen stroomt maar neer in lange, lange stralen, de hond drijfnat, vlak achter hem. O, hoe treurig is alles, hoe verlaten en eenzaam de weg! En hoe zuigt de modder aan zijn schoenen, als hij door de wei-loopt, elke stap is 'n trekken met 'n smakkend geluid ! Dan door 't water klotst de pont, 't is alles donker, somber! Dat is de laatste keer, vacantie, jongen; wat 'n regen!" Guus loopt zwijgend naast vader, z'n hoofd prop vol, altijd denken aan den houthakker. O, kon hij maar even naar de hut gaan ! Wat doen ze nu? Altijd drinken ! Zou die man al weg zijn ! Wat een stil kind is Guus toch, peinst vader.... Den volgenden morgen is het huis vul van 't bericht. De houthakker is gevonden, dood in z'n hut met afgehakt hoofd. De bijl lag naast hem en de kist opengebroken, overal oude kledingstukken verspreid ! Tante Louise heef) 'I. uitgetild: ,,'l was 'n schandaal, een kind als (huis alleen te laten gaan dien donkeren weg ! Had hij den moordenaar niet tegen kunnen komen?" Ja, denkt moeder, 't is wel zoo en bezorgd kijkt ze naar Guus. Weg wil hij uit de kamer, weg naar boven. Angstig jaagt en bonst 't in hem. O, dat 't vreeselijke gebeurd is ! Gemeen, gemeen, de kist opengebroken, en hij nooit iets gezegd. Hij ziet de bijl, dan 'n hevig suizen overal om hem heen, in z'n hoofd.... Moeder, moeder, kom toch, uus ligt op den grond, zoo wit!" roept n der zusjes. En als moeder zich buigt over hem heen, met water hem wascht, moet ze denken: wat is hij toch een gevoelig kind, over een man dien hij heele maal niet kent! Nu weet ze beslist: Guus zal ze nooit meer in donker den weg langs den berg laten gaan. DAGBOEK VAN EEN AMSTER DAMMER Den heeren Giftgassers overal Nederland. Edellieden, BRIEVEN Die rare professor, die meneer van AAN Embden, die landsverrader, die ons GROOTE land zoo maar wil ontdoen van zijn MANNEN heerlijke Legeren zijn prachtige Vloot, om ons er voor in de plaats een deta chement rijksveldwachters te geven, deze profes sor, die onze rijpe jeugd de maatschappelijk hoogste deugden moest leeren, die professor. ... het is vreeselijk, ontziet zich niet vragen te richten tot Excellentie Ruys, onhebbelijke vragen. Hij wil namelijk weten of minister Ruys wel het giftgasrapport gelezen heeft van de Volkenbonds commissie. Stel je voor ! Of minister Ruys niet wat beters te doen heeft dan giftgasrapporten te lezen. Leest een behoorlijke minister ooit een rapport? Nooit Een rapport is geen lectuur, is te vervelend. Nooit staat er een aardigheidje in en nooit een schuine mop en heelemaal geen plaatjes. Welk normaal mensen kan daar tegen? Je valt er boven in slaap. En dan een giftgas-rapport ! In dezen tijd, waarin al de opvoeders der jeugd waarschuwen voor slechte lectuur! Zoo'n giftgasrapport is erger dan een zeker geïllustreerd blaadje', waarin veel ontkleede dametjes in voor komen, erger dan Nick Carter of een roman van Querido. Als ik minister Ruys was zou ik die pro fessor eens op zijn nummer zetten. Ik zou hem op zijn vragen antwoorden : Ja, meneer de professor, van dat rapport heb ik kennis genomen. Dat is te zeggen, ik heb mijn bode het met een tang van mijn tafel laten verwijderen, want ik acht prikkellectuur vergift erger dan welk giftgas ook. Heeft ons arme volk al niet genoeg aan zijn directe en indirecte belastingen, dan dat het nu ook nog precies moet weten wat het zal voelen als het bij bosjes gegast wordt? En waar blijven de waar achtige heldenmoed en de nobele vaderlands liefde, als je ze precies vertelt hoe benauwd ze het zullen krijgen, hoe blauw ze zullen worden en hoe krom ze zullen trekken? Schande over een gestu deerd man als u voorgeeft te zijn. De ware menschenliefde, dus het wijze regeeringsbeleid, is ze in onwetendheid te laten. De opofferingsgezindheid zal dan des te spontaner zijn." Zoo zou ik dien professor antwoorden en ik geloof dat hij daar niet van terug zou hebben. Laat ons dapper voortgaan op den ingeslagen weg. Laat ons land en volk overtuigen dat er slechts n heldendood bestaat, die van gegast te worden. Heerlijke berichten komen tot ons uit het buitenland. Is daar in Amerika niet een gas dat een dag of wat geleden een vijftig man vol slagen krankzinnig maakte? Wat een goddelijk gas ! Een gas a doubléusage. Stel je voor dat wij het op den vijand loslaten, de wind draait en wij ademen het in. Den vijand zou het ongeneselijk krankzinnig gemaakt hebben. Nu wij het binnen krijgen, is de kans niet gering dat wij er normaal door worden. Nog n zoo'n gas en heel de wereld is een gekkenhuis. Tot zoolang. Met gassigen handdruk, K i: N R F. u K P. i. o n 7. r. OLOO f 0.2 5 EN CHARIVARIA HET DACiltET IN DEN OüSTEN Een aantal Farijsche chauffeurs is volgens den correspondent van de Daily Chronicle" lijdende aan een nieuw soort acute zcnuwziekte, waar voor de geneesheercn nog geen naam hebben ge vonden en waarvoor zij bovendien geen remedie weten. De oorzaak dezer ziekte wordt gezocht in de chaotische verkeerstoestandcn en in het feit, dat bijna geen straat meer vrij is vanwege de wijzi gingen die men in het plaveisel meent te moeten aanbrengen." (Tel.) UlT DE HOOGESCHOOL DER JOURNALISTIEK Zondagavond, na den laatsten trein, zijn wij naar de plaats van bestemming gereden en boven de oude brug gesteld." (Hbl.) Gelijk gezegd, wij zullen ons daarin niet nader begeven. Wij hebben momenteel beter werk te doen." (Voifcsschoof) De constitutie voorziet in de enkelvoudige getrapte verkiezing." (Hbl.) Clinge Doorenbos brengt zijn werk 'prachtig." (O. H. C.) Na opgesteld te zijn heette de heer W. Boer tal van autoriteiten van harte welkom." (N. C) Een zeer volle Gebouw-zaal woonde de voorstelling bij." (N. R. C.) HANDLEIDING VOOR DEN VLOTTEN CAUSEUR Vermits het door u wegens de aan de adreszijde vermelde belasting verschuldigde, enz," (Waarschuwing) Toetreding tot de artikelen 65, 354?356, alsmede 358?362 van het Vredesverdrag van Versailles en wel met in achtneming van de acht punten, d'e genoemd zijn in het door de in artikel 355 van het Vredesver drag genoemde Geallieerde Mogendheden aanvaarde protocol van 21 Januari 1921, alsmede met inacht neming van het tevens door die mogendheden aan vaardde additioneel protocol van 29 Maart 1923." (Oranjeboek 1914) MLEMAAKSEI.S De spanning was grooter dan ik ooit te voren heb meegemaakt." (Hbl.) ,De jongste zwarigheid, die zij meemaakte." (U. D.) De bewogen tijd, welken wij meemaakten." (Astra) De bewoners van Goor wilden deze gebeurtenis mee maken." (Mm v. Just.) Achttien jaar hebben wij u er meegemaakt.'' (Gr.) DE MEEKLOO/EN ,,De kardinaal heeft de boodschap voor kennisgeving aangenomen zonder meer." (Onze Kerkb.) Wars van pcrsoonsvereering zonder meer." (Gr) VROEGRIJPE KINDERTJES ,,Zus Doedens (verloofd), Bep Morsink (ondertrouwd) Henny van Emden en Lo Hachel (in plaats van kaarten, verloofd), Beb van Kleef (verloofd)." DOELMATIGE AANWENDING VAN EEN RIJKSGEBOUW Het Rijksdaggebouw was voller dan bij een bokswi-dstrijd om het kampioenschap." (N. R. C.) ONZE ADVERTEERENDE HUMORISTEN ,,'t WEDUWENPENSIOEN, verb. a. d. betr. v. 60 j HEER, sctioolh., wed.nr., vervalt a den Staat, bij n i e t h e r t r o u w e n. Hij wil 't alsnog voorkomen, i. d. hoop, dat even t. h u w e I. nog wat beters zal zijn dan gel del. contract. Zoekt daartoe t r. Lezeres, 't zij Meisje of wed. z. k., ben. 40 j., onafh. of in fats. betr. als Steller, met degel., zacht kar., b e s 1. jeugd., k n. v o o r k. e. m. idealen, m. p ra et. kijk op 't 1. Br. n. a n o n., n. p, kiosk z. m m. ree. foto (d. ter.), T. 23119, H.blad." (Hbl.) Levensverzekering Maatschappij D JL A H L EU" Wilsonsplein 11 DE VOORDEELIGSTE TARIEVEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl