Historisch Archief 1877-1940
20
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2476
MEVROUW TILANUS
UIT DEN GEMEENTERAAD
(Met teekeningen voor ,,de Amsterdammer"
door B. van Vlijmen)
Ze zijn nu een week bezig en voor wie ze nauw
keurig gadeslaat, beginnen ze te lijken op die
hongerkunstenaars, die zich veertig dagen en
veertig nachten in een glazen kooi opsluiten en
zich voeden met sigaretten en waslucifers.
De tafel van B. en W. ziet er uit als het wrak
van de Medusa. Dokter Vosje hangt al half van
zijn stoel en schijnt om hulp te roepen naar een
afwezige, die ergens op de klok van het Raadhuis
zit. De Miranda slinkt. Hij smelt. Sinds acht
dagen moet hij een veertien pond zijn afgenomen.
Veertien welgewogen bevroren-vleeschponden.
En de Machtige is als een ondergaande zon, die
straks heelemaal onder den kim der verveling
duikt. De- eenvoudige Boekdrukker verdroogt.
Hij droogt ietwat groen-bronzig op. Hij lijkt nu al
op een van die Artis-krokodillen, die vier jaar en
acht maanden in den modder gingen liggen en zich
HET NIEUWE LID DEN EXTER
toch lekker voelen. Jan ter Haar is koortsig.
Febriel heet dat. De verhouding, tusschen Publieke
Werken en den Woningdienst is nog altijd heel
delicaat en als hij zijn hart eens mocht uitspreken
Maar het spreekt niet. Het zwijgt vanwege
de consolidariteit in het college en den Zwager.
En op den uitersten stoel links zit Eitje. Hij ziet
er uit als een pas uitgebroed kuikentje, dat door
een hond gezoogd wordt. En ze hangen schots
en scheef door elkaar en er is geen redding. Nog
altijd zwellen de golven der welsprekendheid aan
en het is n lange deining als Lisser of
Dorenbusch spreken en al binden ze al hun overhemden
aan de mast, er zal niemand opdagen om ze te
verlossen en ze drijven en drijven en geen land
in zicht.
De Raad is nog kiplekker. Sachie Jansen zit
weliswaar met een hand in het verband, maar
dat heeft hij niet in den Raad opgeloopen. De
communistische fractie geniet zienderoogen. Zij
tiert welig. Mevrouw van Zelm draagt een
avonddoek, gebreid door de vrouwen van Kattenburg
en Dorenbusch heeft 35 minuten lang gepraat
zonder een klap op zijn tafel. Wijnkoop loopt rond
als een gezellige schoolmeester door zijn klas en
Alexander Lisser ziet er uit als een burgerman,
die op een twintigje vierhonderd gulden gewonnen
heeft.
Het zijn voor de fractie groote dagen.
De S.D.A.P. is steeds onvoltallig. Heer Samuel
heeft het druk met andere politieke besonjes en
de nieuwe leider kijkt zijn fractie aan als een
haan die eigenlijk nog niet goed weet wat men
van hem verwacht.
Mevrouw Tilanus, in een kunstig geweven
brocaat blouse met schemerachtige crèpe mouwen,
die de vorige week zoo roerend sprak over de
zedepolitie, deed het nu over de kinderbewaar
plaatsen en haar hart is evenzeer op zijn plaats
als haar tong. Het nieuwe lid den Exter is
een pure aanwinst. Hij zit op de plaats van Vliegen
en heeft denzelfden kalen schedel. Hij lijkt in de
verte op een biljartbal en op Robijnsen menig lid,
dat pas gehoord heeft van zijn beroep de heer
den Exter is een begaafd aanspreker - werpt
hem van tijd tot tijd een wezenloozen blik toe.
Hij zit in den versten hoek van de zaal en heel
dicht bij B. en W. Hij kan ze zoo aanzeggen.
Als er medische zaken te
behandelen zijn is dokter
Willem Polak altijd present.
Hij is een dier gebenedijde
sprekers die weinig spreken
en altijd wat zeggen jen zoo
had hij het over een
vacantiekolonie die verordineerd
had, dat [de kinderen die in
de kolonie zijn, verdeeld
moeten worden in kinderen
die betalen en kinderen voor
wie betaald wordt. De
beDR. W. POLAK talenden ontvangen bezoek;
voor wie betaald wordt zien geen sterveling. Het
lijkt een tikje hondsch en de alkeuring was alge
meen. Dokter Vos heeft als Wethouder zijn sterke
schouders er al onder gezet en het zal uit zijn.
Betalers of niet iedereen za! bezoek ontvangen.
Het vrijzinnig-democratische trio is op de wallen.
Ketelaar verdeelt zijn tijd tusschen Kamer en Raad
en hem ontgaat niets, zoodat zijn beroemde inter
rupties nooit van de lucht zijn. Abrahams leunt
veel tegen de tafel van B.; en W., maar de voor
zitter heeft het ding eigenhandig versterkt, of
hij zit in de schaduw er van en dan is het net of hij
er onder zal kruipen om een van de wethouders
van hun stoel te werken. En Klaas de Vries die
thans alle wereldrecords van snelspreken op zijn
naam heeft, is door den nieuwen Chineeschen
dictator aangezocht in Peking spraakles te geven,
wat niet weinig zal bijdragen tot verheldering der
toestanden daar.
De christelijke historici houden onvermoeid
stand. Meervcid zwijgt, doch dit is slechts de
stilte voor den storm. Want wee de Miranda, als
straks zijn melkvoordracht komt. Het Over-ij
zal er geen zuinig bietje waeter bie doen.
SPRAAKLES IN PEKING
En de Generaal voert zijn drietal altijd even
ridderlijk en joviaal aan en nooit zal hij een
onvertogen woord tot B. en W. richten en het zal ge
beuren dat het college al veertien iaar communis
tisch is en de Generaal zal het niet bemerken.
Er was een interpellatie-Peters over de openbare
leeszaal in het Oostzaner Tuindorp. De heer Peters
is een nauwgezet bouwer en hij had al de begroo
tingen van de laatste vijfentwintig jaar doorgezocht
om te kijken of er ook ergens een post opstond
waarbij gelden voor dit gebouwtje waren uitge
trokken. Hij kon er niets van vinden. Toch stond
het gebouw er. Het was geen luchtspiegeling noch
een droomgezicht. En hij interpelleerde. De Mi
randa hoorde hem glimlachend aan. scheen zeker
van zijn zaak en betoogde dat voor een clublokaal
in het Tuindorp wel gelden waren toegestaan en
aangezien de leeszaal, in het clublokaal was....
waarop de heer Peters zich bescheidenlijk terug
trok.
De heer Solkesz hield een warm en diep betoog
over het Watergraafsmeersche Betondorp. Dit
dorp ligt in een soort afgrond. Als de Zuiderzee
doorbreekt, liggen de huizen drie meter vijfen
zestig onder A.P. en kunnen de bewoners uit hun
dakraam naar makreel visschen. Er hangt een
moeraslucht volgens den heer Solkesz en het
schijnt verre van denkbeeldig dat avond of morgen
heel het Tuindorp wakker wordt en ondergrondse».
is geworden.
Als het met
een tikje ener
gie doorzakt,
komt het mis
schien aan
den ?. n de ren
kant van de
vaart boven.
Verder ver
namen wij dat
er dit jaar
8850 huizen
in aanbouw
waren de
kalme heer
Peters zonger
een loflied
over - en
hoorden wij
de gewone
klacht over
de harmonie
dieerheerscht
tusschen Pu
blieke Wer
ken en de DE HEER SOLKESZ
Volkshuisvesting. De samenwerking is zoo innig
- net als in sommige gelukkige huwelijken
dat er niet zoo heel veel noodig is of Jan ter
Haar loopt met een blauw oog en de Miranda
mist een paar voortanden. Wat niet wegneemt
dat straks weer van de tafel van B. en W. ver
klaart zal worden ? Er is geen vuiltje aan de lucht.
B A R B A R O S S A
MEEREN-SCHOEISEL
BERNARD ELIAS.
51 LEIDSCHESTRAAT A'DAM